Schriftelijke vragen : De vaststelling van de voorlopige tarieven GLB 2023
Vragen van het lid Grinwis (ChristenUnie) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de vaststelling van de voorlopige tarieven GLB 2023 (ingezonden 5 december 2023).
Vraag 1
Wat vindt u van het als donderslag bij heldere hemel vastgestelde lagere voorlopige
tarief per hectare van de basispremie (150 euro – later 207 euro gecommuniceerd –
versus 220 euro) en van de fors lagere tarieven voor de categorieën goud (148 euro
versus 200 euro), zilver (74 euro versus 100 euro) en brons (44 euro versus 60 euro)
in de ecoregeling mede in het licht van de enorme inspanningen die agrariërs zich
hebben moeten getroosten, inclusief extra gemaakte kosten, bij de totstandkoming van
de gecombineerde opgave en de uitvoering daarvan eerder dit jaar?1
Vraag 2
Wat doet dit volgens u met het vertrouwen van de deelnemende boeren in de overheid
als aan het eind van 2023 de tarieven eenzijdig met tientallen procenten naar beneden
worden bijgesteld?
Vraag 3
Wat doet dit met de motivatie voor deelname aan de ecoregeling voor 2024 en verder
dan wel met de beoogde en gewenste verdere verduurzaming van de bedrijfsvoering? Welke
tarieven bent u voornemens te rekenen voor 2024? Hoe voorkomt u komend jaar neerwaartse
bijstellingen, natuurlijk zonder met onaantrekkelijk lage tarieven te gaan rekenen?
Vraag 4
Waarom heeft u het voorlopige tarief van de basispremie op 150 euro per hectare vastgesteld
en niet gelijk op 207 euro, en voor de eerste 40 hectare op 46 euro extra in plaats
van 54 euro extra per hectare? Waarom is een achterblijvende controle-inspanning van
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en daarmee samenhangend een verhoogd
risico op terugvorderingen voor u reden om het bedrag vooralsnog nog verder te verlagen
dan naar 207 euro?
Vraag 5
Hoe groot is de kans dat de basispremie hoger dan 207 euro uitvalt en op het oorspronkelijke
bedrag van 220 euro uitkomt, aangezien u het heeft over «ten minste 207 euro per hectare»?
Hoeveel budget is er in 2023 gemoeid met de beoogde basispremie van 207 euro per hectare?
Hoeveel budget komt u te kort om het tarief op 220 euro te houden?
Vraag 6
Hoe groot acht u de kans dat de tarieven in de ecoregeling hoger uitpakken dan nu
zijn gecommuniceerd? Wat zijn de meest waarschijnlijke tarieven voor de categorieën
goud, zilver en brons voor 2023 op basis van het beschikbare budget? Wat is het beschikbare
budget voor de ecoregeling voor 2023? Hoeveel budget komt u te kort voor het lopende
begrotingsjaar 2023 als de tarieven zouden worden vastgesteld conform de aanvankelijke
aankondiging van 200 euro voor goud, 100 euro voor zilver en 60 euro voor brons?
Vraag 7
Welke mogelijkheden ziet u om het budget voor de ecoregeling in 2023 aan te vullen
zonder een wissel te trekken op het budget voor de ecoregeling voor 2024, bijvoorbeeld
uit de budgetten voor «natuurinclusieve landbouw» of «afwaardering van grond» uit
het Stikstoffonds?
Vraag 8
Wanneer bent u in het kader van de door u aangekondigde verbetering van de jongeboerenregeling
voornemens de huidige steun aan jonge landbouwers van 2.500 euro te verhogen? Welke
mogelijkheden ziet u daartoe voor dit dan wel volgend jaar? Hoe komt de regeling er
dan uit te zien en met welke bedragen?
Vraag 9
Bent u bereid deze vragen voor de behandeling van de Najaarsnota 2023 door de Kamer,
en uiterlijk 15 december 2023, te beantwoorden?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Plas
(BBB), ingezonden 4 december 2023 (vraagnummer 2023Z19633).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.