Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Piri over de Nederlandse onthouding bij stemming in de VN Algemene Vergadering over een humanitair staakt-het-vuren
Vragen van het lid Piri (GroenLinks-PvdA) aan de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken over de Nederlandse onthouding bij stemming in de VN Algemene Vergadering over een humanitair staakt-het-vuren (ingezonden 30 oktober 2023).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 23 november 2023).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 377.
Vraag 1
Wat is de reden geweest voor het kabinet om zich te onthouden van de stemming in de
Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over de resolutie die oproept om te komen
tot een onmiddellijk en langdurig humanitair staakt-het-vuren in Gaza?
Antwoord 1
De resolutie bevatte veel punten die het kabinet volmondig steunt, bijvoorbeeld dat
alle partijen zich moeten houden aan het humanitair oorlogsrecht, het veroordelen
van geweld tegen burgers en het oproepen tot humanitaire toegang. Mede daarom is er
geen sprake van geweest dat Nederland tegen de resolutie zou stemmen. Anderzijds bevatte
de resolutie elementen die het kabinet niet kon steunen en ontbraken er essentiële
punten in de resolutie. In reactie op de terroristische aanvallen op 7 oktober 2023
en de voortdurende gewapende dreiging van Hamas, steunt het kabinet het Israëlisch
recht op zelfverdediging, waarvan de uitoefening in lijn moet zijn met het internationaal
recht en het humanitair oorlogsrecht en dat moet voldoen aan de vereisten van proportionaliteit
en noodzakelijkheid. Benoeming hiervan ontbrak in de resolutie en was hiermee niet
in lijn met de motie-Stoffer (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2729). Daarnaast werd de aanval door Hamas niet expliciet veroordeeld. Ook bevatte de
resolutie een oproep tot een wapenstilstand. Met de aanhoudende dreiging en aanval
van Hamas is dit nu niet te verenigen met de noodzaak van Israël om zich hiertegen
te verdedigen. Dit is waarom Nederland oproept tot directe en onmiddellijke humanitaire
gevechtspauzes om zo humanitaire toegang mogelijk te maken en te voorzien in essentiële
goederen en diensten aan de burgers in Gaza. Tot slot kwam de belangrijke oproep tot
het direct vrijlaten van alle gegijzelden voor het kabinet onvoldoende terug in de
resolutie. Een Canadees voorstel tot aanpassing van de resolutie waarmee een veroordeling
van de terreurdaad van Hamas, en oproep tot directe vrijlating van gegijzelden zouden
worden toegevoegd, kreeg ondanks steun van Nederland geen tweederde meerderheid.
Daarnaast is het voor Nederland van belang om waar mogelijk een zo groot mogelijke
EU-eenheid te bewaren, omdat dit de rol van de EU in multilaterale fora kracht bij
zet. Nederland heeft zich voor deze EU-eenheid ingezet door vast te houden aan het
gezamenlijke standpunt, dat een dag eerder tijdens de Europese Raad van 26 oktober
2023 was overeengekomen1. Gezien de onderlinge verhoudingen neigde dit naar een onthouding. Hiertoe was ook
door de EU Hoge Vertegenwoordiger opgeroepen. Meer dan de helft van de EU lidstaten
(15 in totaal) hebben zich onthouden. Ondanks het eerder overeengekomen gezamenlijk
standpunt in de Raad zijn EU lidstaten niet verplicht om in eenheid te stemmen op
resoluties.
Om deze reden koos Nederland voor een onthouding met een stemverklaring waarin de
punten zijn uitgelicht die Nederland volmondig steunt, de punten waar Nederland bezwaar
tegen maakt, en de punten die Nederland graag in de resolutie opgenomen had zien worden.
Vraag 2 en 3
Is de gehele ministerraad en/of zijn de vice-premiers gekend in dit besluit? Zo niet,
wie van het kabinet is wel in dit besluit gekend?
Is er over het besluit gestemd of was het oordeel unaniem?
Antwoord 2 en 3
Nederland stemt jaarlijks op tientallen resoluties in verschillende organen en commissies
van de Verenigde Naties (VN). Afhankelijk van het (politieke) belang en de complexiteit
van de resolutie, wordt de stempositie bepaald op ambtelijk, hoog ambtelijk of politiek
niveau. In de regel wordt een steminstructie niet voorgelegd aan de ministerraad.
Bij de Nederlandse standpuntbepaling ten aanzien van deze resolutie is zeer nauw samengewerkt
tussen het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag en de Permanente Vertegenwoordiging
(PV) in New York. Omdat deze resolutie ook en marge van de Europese Raad werd besproken,
was ook het Ministerie van Algemene Zaken betrokken bij het overleg over de standpuntbepaling
ten aanzien van deze resolutie. Achteraf gezien was
bredere afstemming beter geweest, ook al viel de steminstructie binnen de door het
kabinet bepaalde en door de Tweede Kamer gesteunde positie.
Vraag 4
Kunt u de vragen zo snel mogelijk beantwoorden?
Antwoord 4
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.