Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van het lid Van Haga over de Zembla-reportage 'Het transgenderprotocol'
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de Zembla-reportage «Het transgenderprotocol» (ingezonden 27 oktober 2023).
Mededeling van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 16 november
2023).
Vraag 1
Hebt u de reportage «Het transgenderprotocol»1 van Zembla, uitgezonden op donderdag 26 oktober 2023, gezien?
Vraag 2
Wat vindt u van de bevindingen in de reportage, die melding maakt van ondermaatse
en wetenschappelijk ondeugdelijke onderzoeken waarop het zogeheten «Dutch protocol»
voor transgenderzorg is gebaseerd? Kunt u (de Minister van VWS) reflecteren op de
conclusies die in de reportage getrokken worden?
Vraag 3
Kunt u uitleggen hoe het mogelijk is dat een dergelijke nieuwe, experimentele en controversiële
behandeling voor jonge personen (in sommige gevallen nog kinderen) in Nederland gegeven
mag worden en al jaren wordt gegeven, als er voor de effectiviteit en de veiligheid
van deze behandeling zo weinig wetenschappelijke en medische onderbouwing is?
Vraag 4
Kunt u uitleggen waarom destijds is toegestaan dat de standaarden waaraan het onderzoek
voor en naar deze vorm van transgenderzorg moesten voldoen zoveel lager waren, onder
andere door geen controlegroep of een alternatief daarvoor te gebruiken, dan voor
ander onderzoek naar medische behandelingen en behandelprotocollen? Wat was hiervoor
de (medische) onderbouwing en hoe rijmt u dat met het «primum non nocere» beginsel in de gezondheidszorg en de medische ethiek?
Vraag 5
Kunt u verklaren waarom de gebrekkige wetenschappelijke en medische onderbouwing voor
deze behandeling nu pas (echt) aan het licht komt en waarom een dergelijke behandeling
destijds is goedgekeurd, op basis van zo weinig en ontoereikend evidence based onderzoek?
Vraag 6
Weet u wie er betrokken waren bij het onderzoek dat geresulteerd heeft in het «Dutch
protocol» en de goedkeuring daarvan en hoe en door wie dit onderzoek is gefinancierd?
Vraag 7
Op welke manier en door wie is de voortgang en ontwikkeling van het «Dutch protocol»
door de jaren heen geëvalueerd en getoetst? Wie waren hierbij allemaal betrokken en
vanuit welke expertise en hoedanigheid?
Vraag 8
Heeft u en/of hebben eerdere bewindspersonen en/of het kabinet de afgelopen jaren
eerder signalen en/of klachten gekregen over de discutabele onderbouwing voor de Nederlandse
transgenderzorg en de problemen die sommige patiënten en hun omgeving hierdoor hebben
ondervonden? Zo ja, wanneer, wat voor signalen waren dat, wie hebben hierover aan
de bel getrokken en wat is hier toen door wie mee gedaan?
Vraag 9
Wat vindt u ervan dat de artsen die door Zembla zijn geïnterviewd niet herkenbaar
willen worden vermeld in de reportage, omdat zij bang zijn om bijvoorbeeld hun baan
kwijt te raken? Kunt u reflecteren op de sterke politisering van dit onderwerp en
is het naar uw mening mogelijk dat er de afgelopen jaren een dusdanig hevige transgenderlobby
gaande is dat kritische geluiden hieromtrent geen ruimte krijgen? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, wat gaat u eraan doen om een volledig en democratisch debat over deze kwestie
te bewerkstelligen?
Vraag 10
Hoe reflecteert u, in het licht van de bevindingen van Zembla, op de groeiende internationale
kritiek op en zorgen over2 het sterk toenemende aantal jongeren dat zich aanmeldt voor genderzorg en de geluiden
die opgaan over «sociale besmetting», die (getroubleerde) jongeren ertoe aan zou kunnen
zetten om te geloven dat zij in het verkeerde lichaam zijn geboren en daarom hormoonbehandelingen
en transitieoperaties zouden moeten/willen ondergaan?
Vraag 11
Hoe reflecteert u op de uitspraak van de kinderpsychiater in de Zembla-reportage:
«Wij waren pioniers, maar de kinderen waren eigenlijk ook pioniers»? Vindt u het medisch-ethisch
verantwoord dat jonge, kwetsbare mensen zijn ingezet als «proefkonijnen» voor een
wetenschappelijk weinig onderbouwde experimentele behandeling, die verstrekkende en
in sommige gevallen onomkeerbare gevolgen voor hun toekomst en gezondheid zou hebben?
Vraag 12
Kunt u aangeven op welke manier er gehandeld is naar het principe van informed consent bij het toepassen van transgenderzorg in Nederland door de jaren heen, zowel bij
de patiënten zelf, als bij hun ouders en/of verzorgers? Zijn deze mensen altijd volledig
geïnformeerd over de minimale wetenschappelijk onderbouwing voor het «Dutch protocol»
en alle eventuele gevolgen/bijwerkingen/schade die deze zorg zou kunnen opleveren?
Vraag 13
Op welke manier wordt de transgenderzorg in Nederland en de «Dutch protocol»-aanpak
op dit moment gefinancierd en door wie?
Vraag 14
Wat vindt u ervan dat in verschillende landen geen transgenderzorg meer geleverd wordt
op basis van het «Dutch protocol» en dat transgenderzorgklinieken zijn gesloten en
wat betekent dat voor de transgenderzorg in Nederland?
Vraag 15
Bent u voornemens om een onderzoek in te stellen naar het «Dutch protocol» en de medische
legitimiteit ervan en gaat u hiervoor actief ervaringen ophalen bij personen die deze
behandeling de afgelopen jaren hebben ondergaan?
Vraag 16
Vindt u niet dat er in Nederland, in ieder geval tijdelijk, gestopt moet worden met
het leveren van transgenderzorg in de vorm van het «Dutch protocol», totdat beter
en uitgebreider onderzoek is gedaan naar deze methode? Zo nee, waarom niet?
Vraag 17
Gaat u jongeren actief voorlichten over de gevaren van «sociale besmetting» en trendgevoelige,
maatschappelijke beïnvloeding op het gebied van transgenderissues, bijvoorbeeld door
hier op scholen lessen aan te wijden en/of jongeren de reportage van Zembla in de
klas te laten bekijken?
Mededeling
De vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) over de Zembla-reportage «Het transgenderprotocol»
(2023Z18717) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd
vergt.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.