Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van der Plas over de koeiensterfte aan de dijk van het Reevediep
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Infrastructuur en Waterstaat en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de koeiensterfte bij de dijk van het Reevediep (ingezonden 13 juli 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 7 november
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3551.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel in het AD «Hij is de hoop kwijt: boer Jaap verliest
25ste koe en wacht nog steeds op onderzoek»?1
Antwoord 1
Ik ben bekend met dit bericht.
Vraag 2
Bent u op de hoogte van de laatste stand van zaken rondom deze problematiek?
Antwoord 2
Ja, ik ben op de hoogte van de situatie rond de koeiensterfte op de boerderij van
de familie Bos.
De provincie Gelderland heeft opdracht gegeven bodemonderzoek uit te voeren naar het
dijklichaam, het oppervlaktewater en het grondwater nabij de percelen van de familie
Bos. De familie Bos wil (vooralsnog) geen toestemming verlenen voor onderzoek op de
eigen percelen. Doel van het bodemonderzoek is te achterhalen of de toegepaste grond
de oorzaak zou kunnen zijn van de koeiensterfte. De resultaten daarvan zijn naar verwachting
in november 2023 bekend. Uit dossier onderzoek door RWS over de toegepaste grond blijkt
dat de dijk is aangelegd conform de regelgeving, het Besluit bodemkwaliteit.
Vraag 3 en 4
Is er over deze casus contact tussen de ministeries en het waterschap Drents Overijsselse
Delta, dat een onderzoek gaat doen naar de dijk?
Zo ja, hoe verloopt dit contact? Waar zitten eventuele obstakels in het onderzoek?
Antwoord 3 en 4
Tussen de provincie Gelderland, Rijkswaterstaat, Oldebroek, Kampen, het waterschap
Vallei & Veluwe, het waterschap Drentse Overijssel Delta en de provincie Overijssel
is er regelmatig en goed overleg.
De provincie Gelderland heeft het voortouw genomen en opdracht gegeven voor een bodemonderzoek
naar de kwaliteit van het dijklichaam en grond en oppervlaktewater nabij de percelen
van de familie Bos.
Vraag 5
Kunt u, gezien de betreffende boer in het artikel stelt dat «ze bellen om een afspraak
te maken, maar ik heb liever dat ze aan het werk gaan», een reflectie geven over waarom
het waterschap Drents Overijsselse Delta deze indruk achterlaat bij de boer in kwestie?
Antwoord 5
De provincie Gelderland heeft contact gezocht met de familie Bos over het uitvoeren
van bodemonderzoek. De familie Bos heeft echter besloten hier niet aan mee te werken
en geen toestemming te willen geven voor onderzoek op de eigen percelen. Derhalve
zal het onderzoek zich alleen richten op de dijken, sloten en percelen aangrenzend
aan die van de familie Bos.
Vraag 6 en 7
Deelt u de mening van bodemexpert Theo Edelman die stelt dat er een gesloten balans
moet komen waarbij er een duidelijker beeld moet komen van hoeveel grond is aangevoerd
en hoeveel daarvan daadwerkelijk onderzocht is?
Zo ja, welke stappen zullen hier dan uit voortvloeien?
Antwoord 6 en 7
Nee, bij de aanleg van de dijk is conform de regelgeving, het Besluit bodemkwaliteit,
gehandeld en er is een grondbalans opgesteld. Daarbij is de dijk ingedeeld in vakken
en is precies bekend welke partijen grond en de kwaliteit daarvan, zijn toegepast
in de dijkvakken.
98,7% van de toegepaste grond in de dijksecties die grenzen aan het terrein van de
familie Bos bestaat uit klasse Achtergrondwaarde (AW). Klasse AW mag altijd worden
toegepast en is de schoonste klasse die in Nederland aan grond wordt toegekend.
Een kleine fractie, 1,3% van de toegepaste grond, is licht/matig verontreinigd en
heeft de klasse Industrie. Deze bevindt zich in de kern van de dijk en is afgedekt
door minimaal 0,5 meter klei, zoals voorgeschreven op grond van het Besluit bodemkwaliteit.
Vraag 8
Welke pogingen tot samenwerking met de boer zijn «tevergeefs» ondernomen?
Antwoord 8
De provincie Gelderland heeft contact gezocht met de familie Bos voor het uitvoeren
van bodemonderzoek op de percelen in eigendom van de familie Bos.
De berichtgeving van de koeiensterfte is vorig jaar de aanleiding geweest dat de gemeente
Oldebroek een aantal keer contact heeft gehad met de familie Bos. Dit is reden geweest
voor de gemeente om contact te zoeken met andere overheden voor onderzoek naar de
mogelijke oorzaak van de koeiensterfte. Dit voorjaar zijn wederom gesprekken gevoerd
vanuit de gemeente Oldebroek met de boer en hebben ook andere partijen zoals dierenartsen,
Omgevingsdienst Noord-Veluwe en de omliggende waterschappen diverse gesprekken gehad
met de boer en is getracht om tot een gezamenlijk gedragen onderzoek te komen. Dit
is uiteindelijk niet gelukt en de familie Bos heeft de medewerking hieraan gestopt.
Begin mei 2023 heeft de gemeente Oldebroek opnieuw een bezoek gebracht aan de familie
Bos.
Zodra de definitieve resultaten van het bodemonderzoek bekend zijn zullen deze resultaten
met de familie Bos worden gedeeld.
Vraag 9
Welke informatie is er van de betreffende boer nodig die de specialisten van het waterschap
niet hebben?
Antwoord 9
Tevergeefs is medewerking verzocht van de familie Bos in het onderzoek naar mogelijke
locaties waar volgens de familie Bos verontreinigde grond is toegepast. Daarnaast
zijn de onderzoeksgegevens van veeartsen niet beschikbaar gesteld. Afhankelijk van
de definitieve resultaten van het bodemonderzoek zal bekeken worden of er vervolgstappen
nodig zijn om na te gaan wat oorzaken kunnen zijn voor de koeiensterfte. Daarvoor
zal de medewerking van de familie Bos nodig zijn.
Vraag 10
Welke stappen gaan worden ondernomen om het onderzoek zo snel mogelijk te laten starten?
Antwoord 10
De provincie Gelderland heeft opdracht gegeven een bodemonderzoek uit te voeren naar
het dijklichaam en het oppervlaktewater en grondwater rondom de percelen van de familie
Bos. Naar verwachting zal het onderzoek in november 2023 worden afgerond. Zodra de
definitieve resultaten van het onderzoek bekend zijn en eventuele vervolgstappen zal
ik uw Kamer hierover informeren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.