Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 13 november 2023 (Kamerstuk 21501-02-2777)
2023D45682 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties
de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Buitenlandse
Zaken over de Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 13 november
2023, de Kabinetsappreciatie Commissie mededeling naar een meer weerbaar, concurrerend
en duurzaam Europa (Kamerstuk 22 112, nr. 3800), Fiche: Mededeling visie klimaat en veiligheid (Kamerstuk 22 112, nr. 3794), Huidige stand van zaken repatriëring Israël en Palestijnse Gebieden (Kamerstuk
23 432, nr. 498), Stand van zaken vertrek Nederlanders uit de Gazastrook en Verslag van de Raad Buitenlandse
Zaken van 23 oktober 2023 in Luxemburg (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2776).
De voorzitter van de commissie,
Rudmer Heerema
De adjunct-griffier van de commissie,
Blom
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
II Antwoord / Reactie van de Minister
III Volledige agenda
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken op 13 november 2023. Zij hebben een aantal
vragen en opmerkingen.
Russische agressie tegen Oekraïne
De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen ten aanzien van de Russische agressie
tegen Oekraïne. Enkele maanden geleden begon Oekraïne met een tegenoffensief. De realiteit
is weerbarstig, waardoor de resultaten van dit tegenoffensief minder zijn dan gehoopt.
Deze leden vragen daarom wat nu het concrete plan is voor de volgende fase. Vindt
het huidige kabinet de huidige en geplande steun van de Europese Unie (EU) en Europese
lidstaten aan Oekraïne voldoende? Is er een concrete visie op de doelen die in 2024
worden nagestreefd en welke steun vanuit Europese landen daarvoor nodig is?
Voor specifieke vragen rond het leveren van militaire steun aan Oekraïne verwijzen
de leden van de VVD-fractie graag naar de inbreng van deze leden voor de Raad Buitenlandse
Zaken Defensie op 14 november jongstleden. In aanvulling daarop vragen zij wat de
concrete inzet is van Nederland om de munitieproductie daadwerkelijk omhoog te krijgen.
Wordt er bijvoorbeeld gekeken naar het opstarten van initiatieven om op korte termijn
en tijdelijke basis wapens en munitie buiten de EU te kopen voor Oekraïne, als de
Europese defensiesector niet snel genoeg kan leveren? Kan het kabinet ook toelichten
wanneer leveringen in gevaar komen als de Europese Vredesfaciliteit (EPF) ten behoeve
van Oekraïne niet opgehoogd wordt? Hoe kan hier eventueel (tijdelijk) omheen gewerkt
worden, zodat leveringen door kunnen gaan? Aangezien de EU-ambitie om één miljoen
artilleriegranaten aan Oekraïne te leveren loopt tot maart 2024, nog zonder plannen
voor verlenging, zijn deze leden ook benieuwd hoe eventuele garanties er volgens het
kabinet uit moeten zien. Is het idee om langjarige contracten door lidstaten af te
laten sluiten, of is het de bedoeling om vanuit een verlengde en opgehoogde EPF voor
meerdere jaren te komen tot financiering van munitieleveringen aan Oekraïne? Wat zijn
andere belemmeringen die steun vanuit de EU en individuele lidstaten aan Oekraïne
in de weg zitten en die weggenomen kunnen worden? Tot slot, wanneer wil het kabinet
meer resultaat bereiken, zodat producenten eindelijk hun capaciteit substantieel en
structureel uitbreiden?
Ook hebben de leden van de VVD-fractie nog een vraag rondom Oekraïense manschappen.
Hoe wil het kabinet eraan bijdragen dat Oekraïne genoeg inzetbare militairen heeft?
Welke trainingsactiviteiten vinden er op dit moment plaats en kunnen deze trainingsactiviteiten
eventueel opgeschaald worden? Zitten de Westerse trainingsactiviteiten nu aan hun
maximale capaciteit? Waar zit de beperkende factor? Gaat het om een gebrek aan politieke
wil om de training uit te breiden, is de beschikbaarheid van instructeurs en/of oefenterreinen
de beperkende factor, of is het lastig voor Oekraïne om militairen voor langere tijd
naar het buitenland te sturen, eventueel ook omdat reservisten vanwege strikte Westerse
veiligheidseisen hier niet altijd hun gewenste oefeningen kunnen doen?
Ten slotte willen de leden van de VVD-fractie er graag op aandringen om zoveel mogelijk
bedrijven die bijdragen aan omzeiling van EU-sancties op de sanctielijst te zetten.
Voor welke stappen zet Nederland zich nu in om het omzeilen van sancties harder aan
te pakken en de EU-capaciteiten in het handhaven van sancties te verbeteren?
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen over Armenië en Azerbeidzjan. In
september heeft een massale uittocht plaatsgevonden van Armeense inwoners uit Nagorno-Karabach
naar Armenië. De meesten moesten in haast vertrekken en zitten nu vaak zonder eigen
spullen onder slechte omstandigheden in Armenië, waarbij zij afhankelijk zijn van
humanitaire hulp. Denkt het kabinet dat de vertrokken Armeense inwoners uit Nagorno-Karabach
op den duur terug kunnen keren, of acht zij dit onrealistisch? Terugkeer naar Nagorno-Karabach
is alleen mogelijk als er voldoende waarnemers en patrouilles in Nagorno-Karabach
zijn. Is het kabinet bereid om te kijken naar de mogelijkheden voor non-letale steun
uit de EPF en naar mogelijkheden om de EU-missie in Armenië (EUMA) te versterken met
meer mensen en meer patrouilles? Daarnaast vragen deze leden wat de Nederlandse positie
ten opzichte van het afschrikken van potentiële incursies door Azerbeidzjan richting
de exclave Nachitsjevan is. Is Nederland bereid ervoor te pleiten om sancties en een
verlaging van de gasinkoop in te zetten als middel ter afschrikking voor mogelijke
incursies richting de exclave Nachitsjevan?
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de VVD-fractie hebben eerder in het schriftelijk overleg over Israël
en Gaza d.d. 1 november 2023 vragen gesteld over dit thema. Toch hebben deze leden
enkele aanvullende vragen over de Nederlandse positie en inzet tijdens de aankomende
bijeenkomst van de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ). Ten eerste, wat zijn de gewenste
uitkomsten voor Nederland tijdens de aankomende RBZ? Daarnaast staat de Europese eenheid
onder druk. Welke inzet gaat Nederland plegen om deze Europese eenheid te bevorderen?
Ook zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd hoe het kabinet de levering van humanitaire
goederen aan Gaza wil stimuleren. Welke manieren om de levering van humanitaire goederen
te stimuleren, bijvoorbeeld via zee, overweegt de EU? Wat is de stand van zaken op
de doorlichting door de EU van de Europese ontwikkelingssamenwerkingssteun aan de
Palestijnen? En wat gaat het kabinet concreet doen tijdens en rondom de RBZ om uitvoering
te geven aan de unaniem aangenomen motie Brekelmans/Ellian (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2752) over een krachtige Europese verklaring tegen antisemitisme, bedreiging en intimidatie
van de Joodse gemeenschap in Europa?
Externe dimensie van economische veiligheid
Wat betreft het agendapunt over de externe dimensie van economische veiligheid vragen
de leden van de VVD-fractie op welk aspect van de Europese economische veiligheidsstrategie
(EEV) het kabinet vindt dat de EU meer snelheid moet maken. Wat is de Nederlandse
inzet hierop tijdens de RBZ? Daarnaast stellen deze leden dat kritieke grondstoffen
van vitaal en strategisch belang zijn voor de EU, maar de EU hiervoor veel te afhankelijk
is van met name China. Deelt het kabinet de opvatting dat op het terrein van kritieke
grondstoffen veel meer snelheid en urgentie nodig is? Dat geldt wat betreft deze leden
zowel voor het zelf mijnen en verwerken van materialen in Europa als voor de directe
toegang hiertoe in derde landen. Welke concrete acties stelt Nederland voor om dit
te versnellen? Daarnaast zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd naar de status
van de motie Brekelmans (Kamerstuk 35 207, nr. 70) over een proactieve rol innemen bij de spoedige totstandkoming van een Europees
screeningsmechanisme voor uitgaande investeringen. Hoe gaat Nederland tijdens en rondom
de RBZ invulling geven aan deze motie?
Kabinetsappreciatie Commissie mededeling naar een meer weerbaar, concurrerend en duurzaam
Europa
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsappreciatie «Commissie
mededeling naar een meer weerbaar, concurrerend en duurzaam Europa». Deze leden hebben
enkele vragen over de voorgenomen Europese defensie-industriestrategie. In hoeverre
is voorzien dat deze strategie ook industriële samenwerking met Noord-Atlantische
Verdragsorganisatie (NAVO-)partners die geen EU-lid zijn faciliteert, en wat is de
inzet van het kabinet hierop? Daarnaast vragen deze leden wat de inzet van het kabinet
is om ervoor te zorgen dat de Nederlandse Defensie Technologische en Industriële Basis
(NLDTIB) kan profiteren van deze strategie.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie danken de Minister voor de geannoteerde agenda voor de
Raad Buitenlandse Zaken van 13 november 2023. Zij hebben daarover nog de volgende
vragen.
Russische agressie tegen Oekraïne
De leden van de D66-fractie zijn nog altijd de mening toegedaan dat de EU alle mogelijke
middelen moet inzetten om ervoor te zorgen dat Oekraïne het hoofd kan bieden tegen
alsmaar aanhoudende Russische agressie.
In dat kader vragen de leden van de D66-fractie in welke fase de gesprekken binnen
de EU al zijn inzake het overhevelen van bevroren Russische tegoeden, of in ieder
geval de rente erop, aan Oekraïne. Is er nu meer overeenstemming dat die stap vooral
een kwestie is van politieke wil en niet zozeer van een complexe juridische situatie?
Wanneer verwacht de Minister een EU-breed besluit hieromtrent?
De leden van de D66-fractie zijn benieuwd hoe het kabinet de recente berichten in
de media beschouwt waarin beweerd wordt dat de Verenigde Staten (VS) en sommige EU-landen
Kyiv aan het pushen zijn richting onderhandelingen met Rusland.
Het is voor de leden van de D66-fractie volstrekt onacceptabel dat Oekraïne, als de
berichten kloppen, gedwongen zou kunnen worden tot onderhandelingen en daarmee territoriale
concessies. Kan de Minister aangeven wat het standpunt van de Nederlandse regering
is in deze en of Nederland gesprekken heeft gevoerd met Kyiv over de kwestie?
Tevens zijn de leden van de D66-fractie benieuwd hoe het momenteel zit met de levering
van F-16»s en de training van piloten van de Oekraïense luchtmacht. Zal Oekraïne vóór
maart 2024 beschikking kunnen hebben over deze F-16»s en deze ook operationeel kunnen
inzetten ten behoeve van het counteroffensief?
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de D66-fractie volgen het conflict in het Midden-Oosten met grote bezorgdheid.
Voor deze leden is de veilige evacuatie van Nederlanders uit Gaza van groot belang.
Kan de Minister aangeven wat de laatste stand van zaken is, ook natuurlijk inzake
de gegijzelde Nederlanders door Hamas?
De leden van de D66-fractie hebben met verbolgenheid kennisgenomen van uitspraken
van verschillende regeringsfunctionarissen in Israël, bijvoorbeeld over de mogelijkheid
van een kernaanval op Gaza. Tegelijkertijd zijn er beelden dat de Minister van Nationale
Veiligheid wapens aan het uitdelen was in diverse gebieden waar kolonisten zich hebben
gevestigd. Wat is het standpunt van het Nederlandse kabinet inzake deze uitspraken
en ontwikkelingen? Kan de Minister zich inspannen voor een reactie in EU-verband dat
dit soort statements onacceptabel zijn? Is de Minister bereid om deze uitspraken expliciet
te veroordelen?
De leden van de D66-fractie vragen wat de houding is van het Nederlandse kabinet als
het gaat om het toenemende geweld in de Westelijke Jordaanoever waar Israëlische kolonisten
de scepter zwaaien. Hoge Vertegenwoordiger Borrell had deze kolonisten al eerder tot
op zekere hoogte als «terroristen» bestempeld. De leden van de D66-fractie zijn benieuwd
of het kabinet die categorisatie ook deelt. Tegelijkertijd zijn deze leden benieuwd
of er wederom persoonsgerichte sancties (zoals inreisverbod) ingesteld kunnen worden
tegen kolonisten nu die zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen.
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de D66-fractie juichen de initiatieven van de EU toe om vrede te bewerkstelligen
tussen Armenië en Azerbeidzjan in de Zuid-Kaukasus. Echter zien deze leden ook weinig
tastbare progressie sinds september, aangezien de president van Azerbeidzjan twee
keer de mogelijkheid heeft laten lopen om aan tafel te zitten met de EU en Armenië.
De houding van president Aliyev is in deze niet constructief en maakt de vredesonderhandelingen
met EU-bemiddeling voor duurzame stabiliteit moeilijker.
Nu verschillende regeringsfunctionarissen kritiek uiten op de EU, lijkt het erop dat
Azerbeidzjan zich aan het terugtrekken is van EU-bemiddeling. Deelt de Minister deze
mening? Wat wordt de inzet van de EU om deze tendens terug te draaien zodat Rusland
niet opnieuw het heft in handen neemt en verder bijdraagt aan destabilisatie in de
regio?
Balkan
Tot slot zijn de leden van de D66-fractie benieuwd hoe het zit met de uitvoering van
de gewijzigde motie van het lid Sjoerdsma over in Europees verband pleiten voor met
de VS gecoördineerde afbouw van sancties op Kosovo (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2770). Is de Minister bereid om deze aangenomen motie ter sprake te brengen bij de aankomende
raadszitting?
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda.
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie blijven zich grote zorgen maken over de ontwikkelingen
in het Midden-Oosten. De humanitaire catastrofe is een feit en de internationale gemeenschap
kijkt toe. Op welke manier gaat het demissionaire kabinet samen met de VS en de EU
de druk op Israël opvoeren om een humanitair staakt-het-vuren dan wel humanitaire
pauzes te bewerkstelligen? Wat wordt er gedaan om samen op te trekken met andere landen
in het Midden-Oosten om verdere escalatie te voorkomen? Kan Nederland blijven aandringen
op toegang van het Internationale Rode Kruis tot de Israëlische gijzelaars? Denkt
het kabinet dat de aangekondigde blijvende veiligheidsaanwezigheid van Israël in Gaza
wenselijk en houdbaar is? Vindt het Nederlandse kabinet, gezien de inmiddels meer
dan 10.000 slachtoffers in Gaza, dat de Israëlische acties proportioneel zijn en in
lijn met het internationaal humanitair recht? Zo nee, is de Minister bereid om dat
openlijk aan te kaarten?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie maken zich ook grote zorgen over de Westelijke
Jordaanoever, waar het geweld, de repressie en de straffeloosheid met de dag toenemen.
Volgens Israëlische mensenrechtenorganisaties zijn er sinds zaterdag 7 oktober 144
Palestijnen gedood en ruim 900 Palestijnen uit hun huizen verdreven op de Westelijke
Jordaanoever. Extreemrechtse Israëlische politici, waaronder leden van de Israëlische
regering, wakkeren haat en geweld aan door extremistische retoriek en het uitdelen
van wapens. Het inhouden van geld aan de Palestijnse Autoriteit door de extreemrechtse
Israëlische Minister van Financiën gooit olie op het vuur. De houding van de Israëlische
regering ten aanzien van de Westelijke Jordaanoever verkleint de kans op een duurzame,
politieke oplossing en vergroot de kans op regionale escalatie. Het is cruciaal dat
ook hierover de VS en de EU zich gezamenlijk uitspreken tegen Netanyahu. Op welke
manier gaat het demissionaire kabinet samen met de VS en de EU de druk op Israël opvoeren
om de situatie op de Westelijke Jordaanoever te de-escaleren? Denkt het demissionaire
kabinet na over opschorting van de visumvrijstelling of inreisverboden voor kolonisten
waartegen bewijs is dat zij bij criminele activiteiten betrokken zijn geweest?
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie blijven bezorgd over de spanningen tussen
Armenië en Azerbeidzjan. Deze leden hechten grote waarde aan het heropstarten van
het vredesproces tussen Armenië en Azerbeidzjan en maken zich daarom zorgen over de
continue bedreigingen voor de territoriale integriteit van Armenië, bijvoorbeeld door
uitspraken van Azerbeidzjaanse politici over West-Azerbeidzjan en het creëren van
een corridor naar Nachitsjevan. Ook vragen deze leden aandacht voor de mensen die
tijdens de recente inname van Nagorno-Karabach gevangen zijn genomen. Pleit het demissionaire
kabinet in EU-verband voor hun vrijlating? Ook benadrukken bovengenoemde leden de
noodzaak voor accountability ten aanzien van de schendingen van het internationaal
recht bij de inname van Nagorno-Karabach. Hoe zet het demissionaire kabinet zich in
EU-verband daarvoor in? En ten slotte, wat vindt de Minister van de rol van Turkije
in deze geopolitieke ontwikkelingen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de brieven aangaande de Raad
Buitenlandse Zaken van 13 november 2023. Deze leden hebben nog enkele vragen en opmerkingen.
Russische agressie tegen Oekraïne
De leden van de CDA-fractie lezen dat de Raad naar verwachting gaat spreken over het
voorstel van Hoge Vertegenwoordiger Josep Borrell om binnen de EPF een aparte envelop
voor Oekraïne te creëren, het Ukraine Assistance Fund. Deze leden zijn benieuwd wat
dit precies inhoudt en wat hier de voordelen van zijn. Deze leden zijn tevens benieuwd
naar de gesprekken die plaatsvinden met Oekraïne over mogelijke veiligheidsarrangementen.
Welke opties/scenario’s liggen op tafel?
Deze leden zijn ook bezorgd over de mogelijk slinkende Amerikaanse steun voor Oekraïne.
Wordt er binnen de EU ook gesproken over scenario’s, mocht de Amerikaanse steun stilvallen?
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de CDA-fractie constateren dat er in de geannoteerde agenda wordt gesproken
over een «massale uittocht» uit Nagorno-Karabach naar aanleiding van de militaire
escalatie van Azerbeidzjan. Deze leden vinden dit een vrij zachte omschrijving van
hetgeen dat heeft plaatsgevonden. In de geschetste actielijnen wordt vervolgens niet
gesproken over een actieve inzet zodat deze mensen terug kunnen keren naar hun huis.
Deze leden constateren dat een compleet gebied etnisch is gezuiverd. Dit is weliswaar
niet met geweld gebeurd, maar wel met een serieuze dreiging van etnisch geweld. Hoe
reflecteert het kabinet op deze constatering en kan er vanuit de EU een hardere lijn
worden getrokken richting Azerbeidzjan naar aanleiding van deze gebeurtenis? Daarnaast
zijn deze leden benieuwd wanneer de schriftelijke vragen van het lid Boswijk over
de situatie in de Zuidelijke Kaukasus worden beantwoord (zaaknummer 2023Z16408).
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd of er binnen de Raad een EU-brede inzet
kan worden uitgezet omtrent het conflict tussen Israel en Hamas. Deze leden constateren
dat de EU vooralsnog niet als een eenheid opereert met betrekking tot dit conflict
en zij betreuren dit. De EU legt meer gewicht in de schaal als de lidstaten met één
mond spreken, menen deze leden. De diplomatieke inzet richting Israel voor meer humanitaire
hulp aan Gaza en humanitaire gevechtspauzes is gebaat bij eendracht. Tegelijkertijd
zou een eenduidige EU-boodschap richting de rest van de wereld, die uitdraagt dat
Israel het recht heeft op zelfverdediging binnen de kaders van het humanitair oorlogsrecht,
van grotere invloed zijn. Deze leden zijn benieuwd of de Minister zich kan inspannen
voor een heldere EU-lijn op dit onderwerp.
De leden van de CDA-fractie delen de constatering dat een politieke oplossing van
het conflict het enige pad naar duurzame vrede en veiligheid is voor Israëliërs en
Palestijnen. Deze leden zijn benieuwd welke initiatieven er nu lopen en of er niet
meer diplomatieke inspanningen moeten worden geleverd om partijen bij elkaar te brengen
en om na te denken over oplossingsrichtingen. Kortheidshalve kijken deze leden uit
naar de beantwoording op de vragen gesteld tijdens het schriftelijk overleg over de
situatie in Israel en Gaza van 1 november jongstleden.
Pakistan
Tot slot hebben de leden van de CDA-fractie grote zorgen over de situatie van de Afghaanse
vluchtelingen in Pakistan. De Pakistaanse autoriteiten treden hard op tegen Afghaanse
migranten. Deze leden zijn benieuwd welke diplomatieke actie er vanuit de Europese
Unie wordt ondernomen tegen Pakistan om de Afghanen beter te beschermen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
Op basis van de voorlopige agenda hebben de leden van de SP-fractie de volgende opmerkingen
en vragen.
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de SP-fractie constateren dat er inmiddels bijna 10.000 doden zijn gevallen
in Gaza, waaronder duizenden onschuldige kinderen. Talloze deskundigen spreken van
mensenrechtenschendingen door Israël. Hoe lang kan dit bloedvergieten nog doorgaan
voordat het Nederlandse kabinet aandringt op een staakt-het-vuren? Wanneer houdt het
kabinet op met het hanteren van een dubbele standaard inzake toepassing van het internationaal
recht? Wanneer gaat het kabinet Israël net zo kritisch bejegenen als andere landen
wanneer zij oorlogsmisdaden begaan?
Is het kabinet ervan op de hoogte dat binnen de Israëlische regering een plan circuleert
om alle Palestijnen uit Gaza te verdrijven?1 Wat is de reactie van de EU hierop? Heeft de Minister vernomen dat de Israëlische
Minister Amihay Eliyahu heeft gesuggereerd om een kernbom op Gaza te gooien?2 Wat was de reactie van de Minister hierop? Gaat de Minister in Brussel pleiten voor
maatregelen of krijgt de Israëlische regering nog altijd carte blanche?
Wat gaat de Minister met haar Europese collega’s doen om het bloedvergieten en het
massaal verdrijven van Palestijnen te voorkomen? Is de Minister nog altijd van mening
dat zij geen steun had moeten verlenen aan de VN-resolutie die oproept tot een staakt-het-vuren?
Hoe is dat mogelijk, na al het voortdurende geweld? Welke stappen zijn inmiddels gezet
naar een «vredesconferentie», zoals de Europese Raad had aangekondigd?
Russische agressie tegen Oekraïne
De leden van de SP-fractie vragen hoe het kabinet oordeelt over berichten dat de oorlog
in Oekraïne zich in een patstelling bevindt, zoals bijvoorbeeld over het bericht in
Trouw van 4 november 2023: «Oekraïens offensief zit vast in de modder».3 Ook het interview met de Oekraïense opperbevelhebber Zaloezjny in The Economist is
veelzeggend, menen deze leden.4 Zaloezjny beweert dat het «lente-offensief is overgegaan in een herfstoffensief,
dat vastzit in de modder.» Welke conclusie trekt het kabinet hieruit?
De leden van de SP-fractie lezen dat in een artikel van het Amerikaanse NBC News wordt
gesteld dat de VS en EU achter de schermen aandringen op vredesonderhandelingen.5 Deelt het kabinet dat initiatief, aangezien het mede namens de EU was? Indien niet,
hoe wordt een uitzichtloze oorlog voorkomen? Is de Minister bereid om in de RBZ te
bepleiten om naast militaire steun veel meer in te zetten op diplomatie?
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de SP-fractie vragen wat de inzet van het kabinet is inzake het conflict
in Armenië/Azerbeidzjan. De massale exodus uit Nagorno-Karabach bewijst dat de inwoners
geen vertrouwen hebben in de beloftes van Azerbeidzjan. Maar is daarmee de kous af,
zo vragen deze leden. Wordt er nagedacht over terugkeer van deze mensen, ondersteund
door een internationale missie die toeziet op naleving van hun rechten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de agenda voor het schriftelijk
overleg Raad Buitenlandse Zaken. Zij hebben daarover de volgende vragen en opmerkingen.
Situatie in het Midden-Oosten
Ten aanzien van de situatie in Israël en de Gazastrook wachten deze leden de beantwoording
van de gestelde vragen voor het schriftelijk overleg over dit onderwerp nog af. Daarnaast
vragen deze leden de Minister om aan te geven in hoeverre het hoge aantal slachtoffers
als gevolg van de Israëlische aanvallen op Hamas-doelen waarvan sprake is, het gevolg
is van roekeloosheid aan Israëlische zijde of van de tactiek van Hamas om stellingen
vlakbij of onder niet-militaire doelen als ziekenhuizen, scholen en moskeeën in te
nemen. Valt er volgens de Minister iets te zeggen over het aandeel van Hamas- of andere
militanten onder het aantal slachtoffers? Is de Minister, of is de Europese Hoge Vertegenwoordiger
voor het buitenlandbeleid, in contact met de Israëlische regering over dit hoge aantal
slachtoffers en de plicht om dit zoveel mogelijk te beperken? Zo ja, kan de Minister
aangeven wat dergelijk contact oplevert? Wat is volgens de Minister de reden dat er
nog zeer beperkt humanitaire pauzes ingesteld zijn?
Armenië en Azerbeidzjan
Nu de situatie rondom Armenië en Azerbeidzjan tijdens deze Raad wel besproken gaat
worden, vragen de leden van de ChristenUnie-fractie hoe de Minister de «massale uittocht»
van de Armeense bevolking van Nagorno-Karabach zou willen kenschetsen. Is deze «uittocht»
niet op zijn minst een vlucht? Zijn deze mensen volgens de Minister geen vluchtelingen
en als zij dat wel zijn, waar zijn ze volgens de Minister dan voor gevlucht?
De leden van de ChristenUnie-fractie willen graag weten wanneer een reactie kan worden
verwacht op de motie (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2733) over de vraag of er sprake is van «etnische zuivering» door Azerbeidzjan, als gevolg
waarvan de inheemse bevolking van ruim 100.000 Armeniërs nu weggetrokken is uit Nagorno-Karabach.
Begrijpt de Minister dat meegaan in de verklaringen van Azerbeidzjan, die stellen
dat er geen sprake was van etnische zuivering en dit niet als zodanig benoemen, president
Aliyev zou kunnen motiveren door te gaan op zijn huidige koers ten aanzien van Armenië?
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen of de Minister vindt dat de verdrijving
van de bevolking onder dreiging van wapengeweld, na een maandenlange blokkade, zonder
gevolgen kan blijven voor Azerbeidzjan. Zo nee, welke gevolgen zou dit moeten hebben?
De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat de Minister, ondanks militaire
oefeningen door Azerbeidzjan en Turkije aan weerskanten van de Armeense grens en de
aanhoudende retoriek vanuit Azerbeidzjan, stelt dat er geen concrete aanwijzingen
zijn dat Azerbeidzjan met militair geweld een doorgang zou willen forceren naar de
exclave Nachitsjevan. Wat verstaat de Minister dan onder «concrete aanwijzingen» en
hoe duidt zij de genoemde retoriek en de militaire oefeningen, zeker in het licht
van de ontwikkelingen sinds 2020?
De leden van de ChristenUnie-fractie lezen dat de Minister schrijft dat in geval van
nieuw geweld binnen de EU gesproken zal moeten worden over gepaste maatregelen. Deze
leden willen weten of de gebeurtenissen van het afgelopen jaar tot en met de val van
de enclave geen aanleiding zijn voor gepaste maatregelen. Vindt de Minister het gepast
als daar geen maatregelen op volgen?
Russische agressie tegen Oekraïne
Ten aanzien van de oorlog in Oekraïne vragen de leden van de ChristenUnie-fractie
de Minister om in te gaan op de constatering van hoge Oekraïense militairen dat het
offensief gestokt is. Hoe ziet de Minister het vervolg van het conflict, zo vragen
deze leden. Wanneer verwacht de Minister dat Oekraïne de beschikking krijgt over Nederlandse
F-16»s en welke effect zal dit volgens de Minister kunnen hebben op de situatie?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie
De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken
ten behoeve van de Raad Buitenlandse Zaken d.d. 13 november, en zij hebben de volgende
vragen.
Situatie in het Midden-Oosten
De leden van de SGP-fractie constateren dat het kabinet zich in wil zetten voor de
tweestatenoplossing, en dat er tijdens de vorige RBZ steun was voor een vredesconferentie
daarover. Welke voorwaarden ziet het kabinet inzake een succesvolle tweestatenoplossing,
zo vragen deze leden.
Russische agressie tegen Oekraïne
De leden van de SGP-fractie vragen welke veiligheidstoezeggingen het kabinet voor
de toekomst aan Oekraïne wil doen in EU-verband of in andere internationale verbanden.
En wordt hierover eensgezindheid verwacht, zo vragen deze leden.
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de SGP-fractie vragen of het kabinet de zorg deelt over een Azerbeidzjaanse
aanval op Armenië, in het kielzog van de reeds zichtbare agressie. Wat kan en wil
Nederland bilateraal en in EU-verband doen om deze dreiging af te wenden, en een hernieuwde
militaire escalatie te voorkomen, zo vragen deze leden.
Kan de Minister meedelen wat er bekend is over de gevangengenomen voormalige leiders
van de Nagorno-Karabach-enclave, zo vragen de leden van de SGP-fractie. Kan de Minister
ook meedelen wat er besproken wordt over mogelijke vrijlating van deze politieke gevangenen?
En is er al zicht op de vrijlating van krijgsgevangenen?
De leden van de SGP-fractie vragen ook aandacht voor de toenemende handel in olie
en gas met Azerbeidzjan. Is het niet beter ons te richten op andere landen die olie
en gas exporteren? Kan de Minister verkennen of de olie- en gashandel onderdeel van
de sancties kan zijn, en de Kamer hierover nader inlichten?
De leden van de SGP-fractie vragen de Minister waarom ze steun voor Armenië graag
tot non-letale steun beperkt, terwijl de Franse regering letale steun verleent. Kan
de Minister ook aangeven om welke steun de Armeense regering zelf vraagt? Is de Minister
van oordeel dat non-letale steun een afdoende afschrikkende werking genereert?
Kabinetsappreciatie Commissie mededeling naar een meer weerbaar, concurrerend en duurzaam
Europa
De leden van de SGP-fractie vragen tot slot naar de kabinetsappreciatie van de mededeling
over een weerbaarder, concurrerender en duurzamer Europa. Hoe wordt de nationale controle
vormgegeven bij Europese aanbestedingen? Ook vragen de leden van de SGP-fractie hoe
de deelname van de Nederlandse industrie het beste geborgd wordt, en hoe de Minister
zich daarvoor inzet.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie nemen kennis van de geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse
Zaken van 13 november 2023. Daarover hebben zij een set vragen en opmerkingen.
Armenië en Azerbeidzjan
De leden van de BBB-fractie vragen of de Minister nader kan ingaan op de actuele humanitaire
situatie in Armenië. Wat betreft de 101.000 Armeense inwoners die ontheemd en aangekomen
zijn in Armenië: wat is de inschatting van de Minister (via internationale organisaties
en/of bondgenoten) over hoeveel van deze ruim honderdduizend Armenen in acute nood
zijn? Zijn er genoeg levensmiddelen (voedsel, water, medicijnen, etc.) voorhanden
om deze grote stroom mensen te helpen, en zo nee, wat kan Nederland nog méér doen
(op Europees niveau) om de humanitaire situatie te verbeteren? Is de Minister bereid
in de Raad de verhoging van de steunpakketten aan Armenië te agenderen en er een punt
van te maken, mocht door tijdsgebrek dit onderwerp weer verplaatst worden?
II Antwoord/ Reactie van de Minister
III Volledige agenda
Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 13 november 2023 (zaaknummer
2023Z18907)
Kabinetsappreciatie Commissie mededeling naar een meer weerbaar, concurrerend en duurzaam
Europa (Kamerstuk 22 112, nr. 3800)
Fiche: Mededeling visie klimaat en veiligheid (Kamerstuk 22 112, nr. 3794)
Huidige stand van zaken repatriëring Israël en Palestijnse Gebieden (Kamerstuk 23 432, nr. 498)
Stand van zaken vertrek Nederlanders uit de Gazastrook (zaaknummer 2023Z18880)
Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 in Luxemburg (Kamerstuk
21 501-02, nr. 2776)
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.J. (Rudmer) Heerema, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
L.B. Blom, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.