Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over het bericht 'VS roept Servië op om zich terug te trekken uit grensgebied met Kosovo'
Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht «VS roept Servië op om zich terug te trekken uit grensgebied met Kosovo» (ingezonden 6 oktober 2023).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister van
Defensie (ontvangen 6 november 2023).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «VS roept Servië op om zich terug te trekken
uit grensgebied met Kosovo»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u bekend met de uitspraken van Vucic, waarin hij opschept over het feit dat de
Verenigde Staten (VS) zich zorgen maakt over de grote militaire inzet van Servië bij
het grensgebied met Kosovo?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Heeft u kennisgenomen van het feit dat Radoicic, wie onlangs een aanslag heeft gepleegd
in Noord-Kosovo, reeds vrijgelaten is omdat «er geen risico zou zijn dat hij Servië
zou verlaten»?3
Antwoord 3
Volgens de informatie van het kabinet is dhr. Radoičić op 30 september in Servië gearresteerd.
Hij is inmiddels vrijgelaten onder voorwaarden. Deze voorwaarden behelzen het inleveren
van zijn paspoort en een reisverbod naar Kosovo.
Vraag 4
Bent u bekend met het feit dat Radoicic een goede bekende is van de Servische president
Vucic?
Antwoord 4
Ja. Dhr. Radoičić was tot september 2023 Vice-President van de partij Srpska Lista
in Noord-Kosovo. Deze partij onderhoudt zeer nauwe banden met Servië.
Vraag 5
Is het inmiddels het Nederlandse standpunt dat Radoicic achter de recente aanslag
in Noord-Kosovo zat, zoals eerder al bleek uit door Kosovo vrijgegeven dronebeelden?
Antwoord 5
Het kabinet heeft kennisgenomen van de verklaring van de advocaat van dhr. Radoičić,
waarin dhr. Radoičić de verantwoordelijkheid voor de terroristische aanslag op 24 september
2023 in Banjska in Noord-Kosovo neemt. De Kosovaarse politie met behulp van monitoring
door EULEX en KFOR, voert momenteel onderzoek uit naar de toedracht van de aanslag.
Het kabinet wacht de uitkomsten van dit onderzoek af.
Vraag 6
Welke Europese maatregelen zijn volgens het kabinet gepast in reactie op die aanslag?
Antwoord 6
Het kabinet dringt regulier aan op een gebalanceerde aanpak ten aanzien van Europese
maatregelen richting beide partijen. Het kabinet veroordeelt aansluitend op de verklaring
van de EU de aanslag in Banjska in de sterkst mogelijke bewoordingen. Het wacht de
uitkomsten van het onderzoek van de Kosovaarse politie naar de aanslag af. Wat het
kabinet betreft moeten maatregelen worden bezien indien inderdaad uit het onderzoek
blijkt dat hier aanleiding toe is.
Vraag 7, 8 en 9
Deelt u de zorgen over de vergrote aanwezigheid van Servische troepen bij het grensgebied
met Kosovo?
Kunt u bevestigen dat de Servische troepen inmiddels zijn weggetrokken uit het grensgebied?
Welke Europese maatregelen zijn volgens het kabinet gepast in reactie op de samenballing
van Servische troepen?
Antwoord 7, 8 en 9
Na de aanslag op 24 september in Banjska heeft Servië gedurende enkele dagen de aanwezigheid
van legereenheden in het grensgebied met Kosovo fors opgeschaald. Servië startte met
een geleidelijke afschaling van deze troepen na de opschaling van KFOR-troepen in
Noord-Kosovo op 29 september jl. Het kabinet heeft het verzoek van de NAVO voor de
inzet van reserve-eenheden gesteund. Het kabinet steunt de EU-inzet gericht op verdere
de-escalatie, waaronder het verder terugbrengen van het aantal troepen, waarbij het
kabinet het belang van een gebalanceerde aanpak ten aanzien van Europese maatregelen
blijft benadrukken.
Vraag 10
Zijn Kosovo en Kosovo Force (KFOR) in staat om een daadwerkelijke Servische aanval,
direct of via proxies te weerstaan? Klopt het dat KFOR op korte termijn wordt versterkt
met Britse en Roemeense troepen? Beschikt KFOR daarna over de benodigde menskracht
én materieel om een eventuele Servische escalatie te weerstaan? Is Nederland benaderd
om additionele militairen en materieel te leveren en zo ja, wat was ons antwoord?
Antwoord 10
Naar aanleiding van gewelddadige protesten in Noord-Kosovo werd KFOR in juni jl. tijdelijk
versterkt met Turkse reserve-eenheden. Naar aanleiding van de recente ontwikkelingen
in Kosovo is KFOR eind september tijdelijk versterkt met Britse en Roemeense troepen.
KFOR is uitgerust met verschillende eenheden en wordt ondersteund door reserve-eenheden
om te kunnen reageren op een eventuele escalatie. De Britse en Roemeense troepen maken
onderdeel uit van deze reserve-eenheden. De NAVO bevestigt dat KFOR momenteel over
voldoende capaciteiten beschikt om het mandaatgebied veilig te houden. Nederland heeft
geen formeel verzoek gekregen om een militaire bijdrage te leveren in Kosovo. In het
uiterste scenario dat de reserve-eenheden niet toereikend zijn, kan een beroep worden
gedaan op de snelle interventiemacht van de NAVO, de Very High Readiness Joint Task Force(VJTF). Hier levert Nederland met twee compagnieën een bijdrage aan. Hiervoor is additionele
besluitvorming nodig binnen de Noord-Atlantische Raad.
Vraag 11
Klopt het dat twee van de reservemachten van KFOR ook bedoeld zijn voor EUFOR Althea
in Bosnië?
Antwoord 11
Zoals ook aan uw Kamer gemeld tijdens het commissiedebat over de artikel 100 bijdrage
aan EUFOR Althea (d.d. 21 juni jl.), delen de missies KFOR in Kosovo en EUFOR Althea
in Bosnië en Herzegovina inderdaad een aantal reserve-eenheden, zoals de Tactical Reserve Force (KTR), Operational Reserve Force (ORF) en Strategic Reserve Force (SRF). Zowel KFOR als EUFOR behouden ook eenheden die exclusief voor de eigen operatie
inzetbaar zijn. Dit is tevens aan uw Kamer toegelicht tijdens de technische briefing
over de veiligheidssituatie in Kosovo (d.d. 12 oktober jl.)
Vraag 12
Wat betekent de oplopende druk op KFOR in Kosovo voor de beschikbare reserves voor
EUFOR Althea?
Antwoord 12
Zoals ook gemeld in het antwoord op vraag 11 beschikt EUFOR Althea over reserve-eenheden
die niet gedeeld worden met KFOR. Daarnaast zijn er reserve-eenheden die door KFOR
en EUFOR Althea gedeeld worden. Indien deze zijn ingezet voor KFOR, zijn ze tijdelijk
niet inzetbaar voor EUFOR Althea. Daarnaast geldt dat de NAVO nog steeds (andere)
reserve-eenheden achter de hand heeft voor eventuele inzet in KFOR en EUFOR Althea,
ondanks de recente plaatsing van reserve-eenheden onder KFOR.
Vraag 13
Hoe groot acht u de kans dat Dodik de komende tijd destabiliserende acties in Bosnië
zal ondernemen? Hoe beoordeelt u het risico dat Vucic en Dodik gelijktijdig escalerende
acties ondernemen in Kosovo respectievelijk Bosnië? Hoe beoordeelt u het risico dat
Orban Europese sancties, bedoeld om dergelijke escalaties te beantwoorden, blijft
tegenhouden?
Antwoord 13
In lijn met motie Piri4 pleit het kabinet in EU-verband consistent voor aandacht voor de situatie in Servië,
Kosovo en Bosnië en Herzegovina. Het kabinet heeft blijvende zorgen over de ontwikkelingen
in de Republika Srpska in Bosnië en Herzegovina. Het kabinet monitort deze ontwikkelingen
nauwgezet, ook vanuit een regionale dimensie. In zowel de situatie in Bosnië en Herzegovina
als ook tussen Kosovo en Servië is al langere tijd sprake van een trend van escalerende
stappen die, zonder dat er sprake hoeft te zijn van gezamenlijke regie door president
Dodik en president Vučić, met elkaar kunnen samenvallen. Er zijn momenteel geen signalen
van een op handen zijnde gewapende escalatie in de Republika Srpska.
Conform motie Kuzu c.s.5, pleit het kabinet in Europees verband consistent voor een sanctiepakket dat direct
gericht is op president Dodik en zijn machtskring. Het kabinet verwacht daarbij op
korte termijn geen verandering in de Hongaarse positie ten aanzien van sancties tegen
vertegenwoordigers van de Republika Srpska.
Vraag 14
Deelt u de zorg over het feit dat Hongarije het bevel over EUFOR Althea zal overnemen?
Hoe beoordeelt u het risico dat Hongaarse invloed op EUFOR Althea zal leiden tot gebrekkige
of geen tegenreactie als Dodik opnieuw destabiliserende acties onderneemt?
Antwoord 14
De handelingsruimte van een Force Commander(FC) is nauwkeurig vastgelegd in verschillende scenario’s. De FC moet ook verantwoording
afleggen aan de EU Operational Commander, werkzaam vanuit het hoofdkwartier van de NAVO (SHAPE) in Mons. Daarnaast is EUFOR
Althea een missie van een multinationaal karakter en worden ook de reserve-eenheden
gevuld door diverse landen. De plaatsvervangend FC wordt tijdens het FC-schap van
Hongarije geleverd door Italië.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
K.H. Ollongren, minister van Defensie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.