Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kat over het bericht ‘Bankroet schuldhandelaar dupeert mogelijk tienduizenden consumenten met schulden’
Vragen van het lid Kat (D66) aan de Minister van Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen over het bericht «Bankroet schuldhandelaar dupeert mogelijk tienduizenden consumenten met schulden» (ingezonden 10 augustus 2023).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 30 oktober 2023). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3416.
Vraag 1
Is de Minister bekend met het bericht van Het Financieele Dagblad van 7 augustus jl.,
getiteld «Bankroet schuldhandelaar dupeert mogelijk tienduizenden consumenten met
schulden»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Constaterende dat verschillende registraties en coderingen in het Bureau Krediet Registratie
(BKR-)register niet meer actueel zijn door achterstallig beheer door Direct Pay Services
(DPS), en constaterende dat bij BKR elk perspectief ontbreekt dat de curator van DPS
aan de slag gaat met de actualisering van de registraties, ondanks herhaald aandringen
door BKR, omdat dat volgens de curator het niet zijn taak om deze verzoeken in behandeling
te nemen: «Ik ben als curator aangesteld om op te komen voor de belangen van de onbetaalde
crediteuren in dit faillissement, niet om de werkzaamheden van DPS voort te zetten
of achteraf te corrigeren. Een curator van een aannemingsbedrijf hoeft ook niet zelf
de huizen af te bouwen», bent u bereid bij BKR en de Rabobank (pandhouder) aan te
dringen om voor mensen die hun schuld al hebben afbetaald maar nog steeds een negatieve
BKR-notering hebben, deze definitief te laten verwijderen in plaats van tijdelijk
uit het kredietregister te nemen nu het gaat om circa 21.500 geregistreerde lopende
kredieten (bij het faillissement van DPS zijn volgens de curator zo’n 350.000 vorderingen
van particulieren betrokken)?
Antwoord 2
Ik heb begrip voor de keuze van het BKR om in deze bijzondere situatie de registraties
van betalingsachterstanden tijdelijk uit het register te plaatsen. Vanwege de gebrekkige
administratie van DPS bestaat er onzekerheid over de feitelijke juistheid van de verleende
kredieten en betalingsachterstanden uit de kredietportefeuille van DPS. Het kan daardoor
gebeuren dat consumenten hun schulden hebben afbetaald of betalingsachterstanden hebben
ingelopen maar dat dit nog niet correct door DPS is verwerkt, waardoor deze consumenten
foutief bij het BKR geregistreerd blijven staan. Het tijdelijk verwijderen van alle
BKR-registraties van DPS voorkomt dat consumenten worden geconfronteerd met de gevolgen
van een onjuiste negatieve BKR-registratie.
Door alle kredietregistraties van DPS tijdelijk uit het register te halen, kunnen
kredietverstrekkers echter minder goed beoordelen of een nieuw krediet passend is.
Dit is onwenselijk omdat iemand dan mogelijk meer kan lenen dan dat zijn of haar draagkracht
toelaat. Hierdoor neemt het risico op betalingsproblemen toe. Gelet op dit negatieve
effect, voor zowel kredietaanvragers als kredietverstrekkers, vind ik het wenselijk
dat de administratie van DPS wordt geactualiseerd om te zorgen dat de (afbetaling)status
van de kredieten en eventuele betalingsachterstanden weer geheel juist is. De kredieten
en achterstanden zullen namelijk opnieuw in het BKR-register worden opgenomen zodra
vaststaat dat zij correct zijn. Het op orde brengen van de administratie is aan een
partij die de kredietportefeuille overneemt uit de failliete boedel van DPS. Als de
kredietportefeuille niet wordt overgenomen, rust op de curator van DPS de taak van
het beheer en de vereffening van de failliete boedel. Daarbij handelt de curator primair
in het belang van de gezamenlijke schuldeisers, rekening houdend met (zwaarwegende)
belangen van maatschappelijke aard. Het is aan de curator om in een concreet geval
invulling te geven aan deze taak.
Het momenteel definitief verwijderen van alle kredietgegevens van DPS vind ik onwenselijk
gelet op het risico dat er dan mogelijk ook terechte BKR-registraties worden verwijderd
en daarmee het risico op betalingsproblemen van consumenten toeneemt.
Vraag 3
Wat kunt u betekenen voor mensen die nu bijvoorbeeld geen hypotheek kunnen afsluiten
omdat er sprake is van registratie bij het BKR terwijl de schuld al is afgelost? Gaat
u hierover afspraken maken met de Nederlandse Vereniging van Banken?
Antwoord 3
BKR heeft de geregistreerde kredieten van DPS inmiddels tijdelijk uit het kredietregister
geplaatst. Hierdoor is het voor een hypotheekverstrekker niet zichtbaar als een consument
een registratie van het DPS heeft (gehad) bij het BKR. Een schuld uit de kredietportefeuille
van DPS wordt hierdoor niet langer meegewogen bij hypotheekaanvragen. Dit biedt een
tijdelijke oplossing om te voorkomen dat consumenten onterecht worden geconfronteerd
met de gevolgen van een onjuiste negatieve BKR-registratie.
Overigens geldt onverkort de verplichting voor hypotheekverstrekkers om voorafgaand
aan het verstrekken van een hypotheek informatie in te winnen over de financiële positie
van de consument. Het raadplegen van het BKR-register is een onderdeel van deze kredietwaardigheidstoets.
Kredietverstrekkers zullen aanvullende vragen stellen als onderdeel van het acceptatieproces.
Zij kunnen er ook voor kiezen om de aanvrager van een hypotheek te vragen of deze
een BKR-registratie heeft of in het verleden heeft gehad. Het is uiteindelijk aan
de hypotheekverstrekker om op basis van alle informatie te beoordelen of de consument
kredietwaardig is en of aan hem of haar een hypothecair krediet kan worden verstrekt.
Vraag 4
De werkwijze van DPS was: schulden overnemen, die verrijken en innen of doorverkopen.
En dat «verrijken» vindt plaats door een incassobrief met extra wettelijke rente te
sturen of een dagvaarding. In de eerste voortgangsrapportage aanpak geldzorgen, armoede
en schulden is aangegeven dat doorverkoop van schulden als verdienmodel wordt tegengaan.
Ondertussen is de Wet kwaliteit incassodienstverlening per 1 juli jl. in werking getreden.
Wat is de reflectie van de Minister op de (toch ontstane) situatie van DPS en de gedupeerden?
Antwoord 4
Het is onwenselijk dat door het faillissement van DPS, burgers gedupeerd zijn geraakt.
Anders dan in de vraag wordt aangegeven, is de Wet kwaliteit incassodienstverlening
(hierna: Wki) nog niet inwerking getreden. In het notaoverleg over de initiatiefnota
van het lid Kat over sneller uit de schulden2 heeft de Minister voor Rechtsbescherming aangegeven dat het streven is om de Wki
per 1 januari 2024 in werking te laten treden.
De Wki reguleert de private buitengerechtelijke incassodienstverlening om de kwaliteit
ervan te verbeteren. Middels een verplichte registratie, wordt wettelijk toezicht
geregeld op de incassodienstverlener die buitengerechtelijke incassohandelingen verricht
jegens een consument namens een derde partij, of een partij die de vordering heeft
opgekocht. Met de Wki biedt het kabinet het wettelijk instrumentarium dat juist bedoeld
is om de negatieve aspecten die zich bij de verkoop van vorderingen kunnen voordoen,
aan te pakken. Inschrijving in het incassoregister wordt niet alleen verplicht voor
incassobureaus die uit naam van een schuldeiser vorderingen innen, maar ook voor partijen
die bedrijfsmatig vorderingen kopen en daarvan zelf de inning ter hand nemen, zoals
de dienstverlening van DPS.
Vraag 5
Is het mogelijk dat de curator de schulden doorverkoopt aan een andere schuldenhandelaar?
Hoe kunt u dit tegengaan?
Antwoord 5
Ja, dat is mogelijk. Het is de wettelijke taak van de curator om de bezittingen van
de failliete onderneming DPS – waaronder geldvorderingen – te verkopen om de schuldeisers
van DPS nog zoveel mogelijk te kunnen betalen. Dat is geregeld in de Faillissementswet.
Het verkopen van vorderingen is mogelijk en op zichzelf bezien niet onwenselijk. In
het coalitieakkoord heeft het kabinet afgesproken de opstapeling van schulden tegen
te gaan door een maximum te stellen aan verhogingen, rente- en incassokosten en de
doorverkoop van schulden tegen te gaan.
Vraag 6
Wat is de reflectie van de Minister op de zin «Om kort te gaan waren het rijke mensen
die geld verdienden aan het feit dat arme mensen hun rekening niet kunnen betalen»?
Antwoord 6
Zoals weergegeven in het coalitieakkoord wenst het kabinet de opstapeling van schulden
tegen te gaan door een maximum te stellen aan verhogingen, rente- en incassokosten
en wordt de doorverkoop van schulden als verdienmodel tegengegaan. Niemand heeft belang,
ook schuldeisers niet, om vorderingen te blijven innen bij iemand die dat echt niet
kan betalen en daardoor in grotere financiële problemen terechtkomt met alle gevolgen
van dien. De Minister voor APP en de Minister voor Rechtsbescherming hebben afgesproken
in de aanpak nauw op te trekken en stappen te zetten om het verdienmodel tegen te
gaan. De Wki hier een onderdeel van. Daarnaast heeft de Minister voor Rechtsbescherming
de Tweede Kamer eerder geïnformeerd over hoe er met betrokken partijen in de keten
gezamenlijk gekeken is naar het huidige stelsel van maatschappelijk verantwoorde incasso
en deurwaardersactiviteiten, zoals bijvoorbeeld de mogelijkheid van een sociaal tarief
voor een deurwaarder of incassobureau.3 Later deze maand informeert de Minister voor Rechtsbescherming u over het vervolg.
Met de Wki biedt het kabinet een wettelijk instrumentarium dat juist bedoeld is om
de negatieve aspecten die zich bij de verkoop van vorderingen kunnen voordoen, aan
te pakken. Inschrijving in het incassoregister wordt niet alleen verplicht voor incassobureaus
die uit naam van een schuldeiser vorderingen innen, maar ook voor partijen die bedrijfsmatig
vorderingen kopen en daarvan zelf de inning ter hand nemen, zoals de dienstverlening
van DPS.
Vraag 7
Zowel BKR als Dynamiet Nederland, een belangenbehartiger voor gedupeerde BKR-geregistreerden,
vinden dat de curator een brede verantwoordelijkheid heeft als verwerkingsverantwoordelijke
en wel degelijk de belangen van betrokken consumenten moet behartigen, wat is volgens
u de aangewezen partij om de verzoeken van mensen in behandeling te nemen en de doorhaling
van hun BKR-registraties uit te voeren?
Antwoord 7
Verzoeken tot verwijdering van de registratie zijn gebaseerd op de Algemene Verordening
Gegevensbescherming (AVG). Kredietverstrekkers zijn zelf allereerst verwerkingsverantwoordelijke
voor de kredietgegevens. De Autoriteit Persoonsgegevens heeft in een eerdere situatie
bevestigd dat in een faillissement de curator verantwoordelijk is voor de naleving
van de AVG in de hoedanigheid van verwerkingsverantwoordelijke.4 Hieruit volgt dat een curator tijdens een faillissement is gehouden om de AVG-verplichtingen
op zich te nemen, waaronder dus ook het afhandelen van verzoeken tot verwijdering
van gegevens.
Uit recente rechtspraak is gebleken dat ook het BKR verwerkingsverantwoordelijke is
ten aanzien van de geregistreerde kredietgegevens, naast de kredietverleners die gegevens
registreren bij BKR.5 Zij zijn dus ook verplicht om verzoeken tot verwijdering van gegevens in behandeling
te nemen. In de praktijk is het echter niet mogelijk voor BKR om een verzoek tot verwijdering
van registratie te beoordelen zonder daarbij additionele informatie in te winnen bij
de betreffende kredietverstrekker. Ook als een verzoek tot doorhalen van een BKR-registratie
uit de DPS kredietportefeuille wordt ingediend bij het BKR zal de curator van DPS
dus moeten bijdragen aan de beoordeling van dat verzoek.
In dit concrete geval heeft de curator van DPS aangegeven dat hij, gezien de staat
van de administratie van DPS, niet in staat is om een oordeel te vormen over verwijderingsverzoeken.
Het besluit van BKR om de kredieten van DPS tijdelijk uit het register te plaatsen,
is mede hieruit voortgekomen. Nu de kredieten tijdelijk niet raadpleegbaar zijn, is
er minder noodzaak om verwijderingsverzoeken te beoordelen.
De kredietportefeuille van DPS zal alleen opnieuw in het BKR-register worden geplaatst
nadat de gegevens zijn geactualiseerd zodat de (afbetaling)status van de kredieten
en eventuele betalingsachterstanden weer geheel juist is. Daarna kunnen de aangewezen
verwerkingsverantwoordelijken alle ingediende verwijderingsverzoeken op reguliere
wijze in behandeling nemen.
Vraag 8
Voor de mensen met schulden bij DPS, zullen zij te maken krijgen met de wettelijke
rente en incassoboetes?
Antwoord 8
Ja, voor zover deze rechtsgeldig zijn. De curator is belast met het beheer en de vereffening
van de failliete boedel. Bij de afwikkeling van het faillissement handelt de curator
binnen de juridische en wettelijke kaders. Hierbij is de curator eraan gehouden om
zorgvuldig te werk te gaan. Wettelijke rente kan door een schuldeiser in rekening
worden gebracht wanneer een schuldenaar in verzuim is. Daarvan is sprake als iemand
niet aan zijn financiële verplichtingen heeft voldaan en de schuldeiser hem of haar
een aanmaning heeft gestuurd met het verzoek alsnog binnen een redelijke termijn te
betalen, vaak een termijn van 14 dagen. Dit verandert niet met een faillissement,
alleen is het beheer van de boedel dan in handen van de curator.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.