Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Thijssen en Kröger over het artikel “Yara tekent voor 1,5 megaton CO2-reductie in 2030”
Vragen van de leden Thijssen (PvdA) en Kröger (GroenLinks) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het artikel «Yara tekent voor 1,5 megaton CO2-reductie in 2030» (ingezonden 28 juli 2023).
Antwoord van Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 9 oktober
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Yara tekent voor 1,5 megaton CO2-reductie in 2030»?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit artikel.
Vraag 2
Wat is de overweging geweest van u om de expression of principles (principeovereenkomst) met Yara niet eerst met de Kamer te delen voor ondertekening,
zeker nu u demissionair Minister bent?
Antwoord 2
In een Expression of Principles (EoP) worden de ambities en scope van het maatwerktraject
beschreven. Een EoP is juridisch niet bindend. Er worden in een EoP geen juridisch
afdwingbare verplichtingen van de Staat jegens Yara aangegaan en ook niet andersom.
In een EoP wordt beschreven welke stappen het bedrijf wil zetten om sneller en ambitieuzer
te verduurzamen in Nederland. Ook wordt met een EoP geen nieuw beleid opgesteld: het
relevante staande beleid wordt gecommuniceerd. In lijn met deze redenering is de EoP
met Yara, net als bij andere EoP’s die zijn gesloten voordat het kabinet demissionair
werd, niet eerst met uw Kamer gedeeld. De EoP is een eerste, noodzakelijke maar niet
juridisch bindende stap richting de uiteindelijke bindende maatwerkafspraken.
Vraag 3
Is er ruimte voor de Kamer om de expressions of principles eventueel bij te stellen?
Zo nee, welke rechten kan Yara hieraan ontlenen?
Antwoord 3
De maatwerkaanpak volgt een gefaseerde aanpak die duidelijkheid en transparantie biedt.
Er wordt gewerkt van een EoP naar een Joint Letters of Intent (JLoI) naar uiteindelijk
bindende maatwerkafspraken. Al deze (tussen)producten worden openbaar gemaakt.
In de EoP staan, zoals reeds in vraag 2 aangegeven, ambities omschreven voor de noodzakelijke
verduurzamingsslag van het bedrijf. Een EoP is juridisch niet bindend, wat betekent
dat er geen juridisch afdwingbare verplichtingen jegens de Staat worden aangegaan
en andersom. Yara en de Staat kunnen dus ook geen rechten aan de EoP ontlenen. Wel
biedt de EoP duidelijkheid over de verduurzamingsplannen van Yara. In de volgende
fase wordt de EoP uitgewerkt in de JLoI, wat concreter en gedetailleerder inzicht
geeft in de beoogde stappen in verband met de verduurzamingsopgave van het bedrijf.
Gezien deze gefaseerde aanpak met duidelijke en transparante tussenstappen en gezien
de niet bindende status van de EoP is er geen ruimte om de inhoud van de EoP bij te
stellen.
Vraag 4
Op welke termijn verwacht u – mits de maatwerkafspraken niet controversieel worden
verklaard – de expression of principles om te zetten in een joint letter of intent (intentieverklaring), en bent u van plan om deze voor ondertekening voor te leggen
aan de Kamer?
Antwoord 4
Met het oog op de timing van de investeringen, de algehele projectplanning voor de
plannen en de internationale concurrentiepositie is het van belang dat de JloI van
Yara voor het einde van 2023 getekend wordt.
De concept JLoI wordt, zoals ook gecommuniceerd in de Kamerbrief van 27 februari jl.,
voorgelegd aan de externe adviescommissie maatwerkafspraken verduurzaming industrie.
De adviescommissie adviseert onder andere over de haalbaarheid, kosteneffectiviteit
en het ambitieniveau.2 Met de externe adviescommissie is onafhankelijke advisering vooruitlopend op de bindende
maatwerkafspraken geborgd. De JloI zal na ondertekening met het advies van de adviescommissie
met de Kamer worden gedeeld.
Vraag 5
Uit het persbericht over de intentieverklaring blijkt dat Yara de reductie wil bereiken
met een combinatie van Carbon Capture and Storage (CCS), groene waterstof en nieuwe
technologie3, in een ander persbericht staat dat de CCS wordt uitgevoerd in samenwerking met Northern
Lights en dat er per 2025 800.000 ton CO2 zal worden opgeslagen4 – is dit de volledige CCS-component? En hoe groot is de relatieve bijdrage van de
andere twee onderdelen?
Antwoord 5
Yara gebruikt een groot deel van de hoog zuivere CO2 die wordt afgevangen in het maken van ammoniak voor de productie van ureum en voor
levering aan derde partijen, zoals de glastuinbouw en de voedingsindustrie. Met de
huidige productie van Yara is dit zo’n 2.200.000 ton aan hoog zuivere CO2. Hiervan wordt 800.000 ton CO2 niet gebruikt, maar uitgestoten in de atmosfeer. Daarnaast heeft Yara de intentie
om minder CO2 uit te stoten door onder andere te investeren in energie efficiëntere installaties,
elektrificatie en het gebruik van hernieuwbare waterstof. Deze intenties zouden kunnen
leiden tot een extra reductie van 700.000 ton CO2, waardoor Yara een totaal van 1.500.000 ton CO2 zou kunnen reduceren in 2030.
Vraag 6
CCS is een tijdelijke oplossing, welke plannen zijn er om CCS weer af te bouwen? Wat
is het tijdpad?
Antwoord 6
CCS van fossiele CO2-emissies is een noodzakelijke transitietechnologie. Aangezien er op de korte termijn
onvoldoende betaalbare hernieuwbare waterstof beschikbaar is, kan Yara met de huidige
ammoniakproductie niet in een keer volledig overstappen naar hernieuwbare waterstof.
Deze overstap naar hernieuwbare waterstof en het ombouwen van de ammoniakfabriek in
lijn daarmee, zal ook pas kunnen aanvangen bij voldoende zekerheid over voldoende
beschikbare en betaalbare hernieuwbare waterstof. Daarom wordt er met CCS gestreefd
naar maximale CO2-reductie. Door steeds meer hernieuwbare waterstof te gebruiken voor de productie
van kunstmest zou Yara voor 2050 CO2-neutraal zonder CCS kunnen worden. Het precieze tijdspad van de afbouw van CCS is
mede afhankelijk van de beschikbaarheid en prijs van groene waterstof.
Vraag 7
Welke concrete afspraken zijn er gemaakt voor de levering van groene stroom voor het
maken van de groene waterstof? Met welke partijen en per wanneer?
Antwoord 7
Het bedrijf beoogt voor de levering van waterstof aangesloten te worden op de hydrogen-backbone
die gevoed zal worden door een breed scala aan waterstofleveranciers, inclusief import.
De planning en de uitvoering daarvan wordt vastgelegd in het Meerjarenprogramma Infrastructuur
Energie en Klimaat (MIEK). Bovendien kan Yara een rol vervullen als systeem speler
met flexibiliteit voor groene waterstofinname en indirect het elektriciteitsnet balanceren.
Vraag 8
Welke concrete plannen liggen er voor de nieuwe technologie die moet leiden tot «energiebesparing
te realiseren, lachgas te reduceren en machines te elektrificeren»?
Antwoord 8
Op dit moment is de EoP ondertekend en zijn er op alle genoemde onderwerpen op hoofdlijnen
ambities uitgesproken. In de volgende fase zullen de projecten concreter en gedetailleerder
worden uitgewerkt.
Vraag 9
Welke verplichtingen zou de overheid aangaan ten aanzien van Yara als de expression
of principles wordt omgezet in een joint letter of intent?
Antwoord 9
Zoals reeds in vraag 2 en 3 aangegeven, staan in een EoP onder andere de ambities
en de scope van het maatwerktraject beschreven. Als de EoP van Yara wordt uitgewerkt
in een JLoI, dan kunnen bij ondertekening van de JLoI onder meer inspanningsverplichtingen
worden aangegaan door zowel de Staat jegens het bedrijf en andersom, bijvoorbeeld
inspanningen ten behoeve van de realisatie van de beoogde verduurzamingsplannen.
Vraag 10
Zit achter deze verplichtingen een analyse van de noodzaak van deze toezeggingen en
van eventuele financiële of in-kind bijdragen vanuit de overheid, en kan deze analyse worden gedeeld met de Kamer?
Antwoord 10
Een eventuele financiële of in-kind inspanning van de Staat wordt uitgebreid en nauwkeurig
geanalyseerd. Indien noodzakelijk geacht, worden in dit verband ook financiële, juridische
en/of technische due diligence onderzoeken door externe partijen uitgevoerd. Daarnaast
adviseert de externe adviescommissie over de concept JLoI. De adviescommissie adviseert
nadrukkelijk ook over de doelmatigheid van de afspraken. Het advies van de adviescommissie
wordt meegenomen en de bij ondertekening van de definitieve JLoI openbaar gemaakt
en naar uw Kamer gestuurd.
Vraag 11
Zit achter deze verplichtingen een analyse van hoe Yara past in de economie van de
toekomst in bijvoorbeeld 2040 of daarna, en kan deze analyse worden gedeeld met de
Kamer?
Antwoord 11
Over de visie van de industrie van de toekomst heb ik uw Kamer eerder geïnformeerd,
onder andere in de Kamerbrief van 24 maart jl.5 Hierin heb ik het belang van een duurzame, toekomstbestendige industrie in Nederland
toegelicht: deze is namelijk cruciaal voor het verdienvermogen en het vestigingsklimaat
van Nederland. De industrie is belangrijk voor de Nederlandse economie en zorgt voor
export, innovatie, productiviteit en hoogwaardige banen. Daarnaast hebben we de industrie
nu en in de toekomst nodig: de producten van de industrie hebben we nog steeds nodig
om ons dagelijks leven te ondersteunen, te vergemakkelijken en te verrijken. In deze
brief heb ik ook toegelicht dat de kunstmestsector onderdeel is van de chemische industrie.
Het is een kleine, efficiënte, zeer exportgerichte industrie die meerdere opties voor
verduurzaming heeft.
Daarnaast heeft de analyse van Guidehouse6 het inzicht gegeven dat er voor de vier grootste industriële sectoren in Nederland
(waaronder kunstmest) mogelijkheden zijn om te verduurzamen. Dit betekent dat we met
de klimaattransitie niet op voorhand moeten kiezen voor bepaalde bedrijfstakken en/of
clusters. Uiteraard kunnen individuele bedrijven alsnog besluiten dat zij niet in
Nederland blijven of hun productie hier matigen.
De analyse van Guidehouse is de basis geweest voor de Routekaart verduurzaming industrie
1.0 die op 14 juli jl. is gepubliceerd.7 Deze Routekaart geeft inzicht in de belangrijkste mijlpalen in de komende jaren (zoals
investeringsbeslissingen van zowel publieke als private partijen), die cruciaal zijn
voor de verduurzaming.
Vraag 12
Bent u voornemens tussen nu en de verkiezingen nog andere expression of principles
of joint letters of intent te ondertekenen? Bent u bereid toe te zeggen dat u deze
voor ondertekening aan de Kamer zal voorleggen, waarbij de fracties van GroenLinks
en PvdA bereid zijn daarover snel te debatteren gezien de urgentie van het klimaatbeleid?
Antwoord 12
Voortgang houden in de uitvoering van de maatwerkaanpak is essentieel voor de klimaatdoelstellingen
en voor het structurele behoud van een verduurzaamde basisindustrie in Nederland.
Voor de verduurzamingsopgave van Nederland vind ik het van belang om EoP's op te stellen
om zo concreter inzicht te krijgen in de plannen en ambities voor verduurzaming bij
de grootste industriële uitstoters. Vervolgens kunnen deze EoP's omgezet worden in
een JLoI met onder meer concrete inspanningsverplichtingen. Op 14 september jl. heb
ik een EoP met Zeeland Refinery getekend8 en ik hoop de komende tijd nog een aantal andere ambitieuze EoP’s te tekenen en enkele
JLoI’s af te ronden. Ik blijf uw Kamer meenemen door de verschillende tussenproducten
(EoP’s en JLoI’s) openbaar te maken. Daarnaast is er een externe adviescommissie,
die mede op verzoek van uw Kamer is ingesteld, waarmee onafhankelijke advisering vooruitlopend
op de bindende maatwerkafspraken is geborgd. Het advies van de adviescommissie zal
ook openbaar gemaakt worden, zodra de JLoI getekend is.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.