Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Haga over politieke processen die beperkte OM-capaciteit opsouperen
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over politieke processen die beperkte OM-capaciteit opsouperen (ingezonden 13 september 2023).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 28 september
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Openbaar Ministerie kan door personeelstekort sommige
strafbare feiten niet meer vervolgen: «We moeten scherper kiezen»»?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit bericht.
Vraag 2
Bent u voorts bekend met de processen tegen Geert Wilders, Richard de Mos en Gideon
van Meijeren?
Antwoord 2
Ja, ik ben bekend met de strafprocessen die hebben gelopen of nog lopen tegen de door
u genoemde personen.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het onverkwikkelijk is dat zaken als derenmishandeling, hennepkweek
en oplichting door het Openbaar Ministerie (OM) niet meer worden opgepakt, omdat vele
tientallen rechercheurs en andere betrokkenen bij het OM druk waren of zijn met de
vervolging van volksvertegenwoordigers zoals Geert Wilders, Richard de Mos en Gideon
van Meijeren? Kunt u een gedetailleerd antwoord geven?
Antwoord 3
Deze mening deel ik niet. De capaciteit bij zowel het Openbaar Ministerie (OM) als
de politie en de rechterlijke macht is – altijd – beperkt, waardoor het OM – altijd
– moet kiezen welke zaken wel en niet worden opgepakt en bij de rechter aangebracht.
Dat het OM keuzes moet maken is van alle tijden. Het OM heeft een eigenstandige bevoegdheid
om te bepalen welke zaken het wanneer strafrechtelijk in onderzoek neemt en vervolgt.
Met het oog op een doelmatige aanwending van middelen stelt het OM prioriteiten, waarbij
onder meer rekening wordt gehouden met de ernst van het strafbare feit en de maatschappelijke
impact.
Vraag 4
Deelt u de mening dat deze politieke processen niet alleen ontzettend veel geld kosten
en beperkte mankracht opsouperen, maar ook het toch al broze vertrouwen in de rechtsstaat
verder aantasten? Kunt u een gedetailleerd antwoord geven?
Antwoord 4
In deze mening kan ik mij niet vinden. Wat mij betreft is er sprake van een politiek
proces indien een beslissing in een strafzaak is ingegeven door politieke motieven.
Daarvan is absoluut geen sprake van in de door u genoemde strafzaken, en bij geen
enkele andere zaak bij het OM of de rechterlijke macht. Het OM heeft in alle individuele
strafzaken een eigenstandige bevoegdheid, om onder meer te oordelen of een strafbaar
feit is gepleegd en of de verdachte hiervoor moet worden vervolgd. Van deze bevoegdheid
heeft het OM gebruikgemaakt in de zaken die u noemt.
Vraag 5
Deelt u de mening dat als het OM stopt met politieke processen, het meer tijd heeft
voor zaken die nu blijven liggen, waardoor de echte boeven aangepakt kunnen worden?
Kunt u een gedetailleerd antwoord geven?
Antwoord 5
Zoals verwoord in mijn vorige antwoorden, is er naar mijn stellige overtuiging geen
sprake van een politiek proces en heeft het OM een eigenstandige bevoegdheid om beslissingen
te nemen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat de politieke inmenging van het OM grote gevolgen heeft, aangezien
de partij van De Mos in Den Haag uit het college is gezet en het die plek als winnaar
van de gemeenteraadsverkiezingen door de lopende zaak niet terug kreeg en gezien het
feit dat De Mos nu weer geblokkeerd wordt als wethouder vanwege het hoger beroep dat
het OM tegen de van alles vrijgesproken De Mos heeft ingesteld? Kunt u een gedetailleerd
antwoord geven?
Antwoord 6
Ik ben ervan overtuigd dat het OM geen politieke inmenging pleegt in de strafzaak
van De Mos en medeverdachten. Voor een onderbouwing hiervan verwijs ik naar mijn eerdere
antwoorden.
Het OM is zich bewust van de impact van de zaak op de gemeentelijke politiek en heeft
aangegeven de maatschappelijke noodzaak te zien om zo spoedig mogelijk en op een zorgvuldige
manier duidelijkheid te krijgen in de zaak.
Vraag 7
Deelt u de mening dat een hoger beroep in geval van een volledige vrijspraak niet
gewenst is? En bent u bekend met het feit dat in andere landen, voornamelijk «common
law»-systemen, genoeg voorbeelden zijn te vinden waarin een hoger beroep tegen een
volledige vrijspraak in strijd wordt geacht met «double jeopardy»,2 oftewel het «ne bis in idem» principe? Kunt u een gedetailleerd antwoord geven waarin
u aangeeft of u voor het recht bent om niet twee keer voor hetzelfde feit te worden
vervolgd?
Antwoord 7
Ik ben ermee bekend dat in andere landen het ne bis in idem-beginsel niet volledig
hetzelfde wordt uitgelegd als in Nederland. In Nederland valt het hoger beroep onder
dezelfde rechtsgang, waardoor geen sprake is van vervolging voor het hetzelfde feit
(oftewel strijd met het ne bis in idem- beginsel) in geval van hoger beroep bij vrijspraak.
Artikel 404 van het Nederlandse wetboek van Strafvordering bepaalt dat het OM hoger
beroep kan instellen tegen vonnissen betreffende misdrijven, ook indien de verdachte
van de gehele tenlastelegging is vrijgesproken. Het hoger beroep heeft verschillende
functies. Allereerst is er de herstelfunctie, die inhoudt dat partijen gemaakte fouten
kunnen herstellen, nieuwe of andere gronden kunnen aanvoeren en nieuwe feiten of omstandigheden
kunnen inbrengen. Daarnaast geldt dat in hoger beroep de rechter in eerste aanleg
wordt gecontroleerd, de zogenoemde controlefunctie van het hoger beroep. Tot slot
heeft hoger beroep een rechtseenheidsfunctie; de rechter in hoger beroep bewaakt de
rechtseenheid en rechtsontwikkeling. Het hoger beroep heeft dus, ook bij een volledige
vrijspraak in eerste aanleg, een belangrijke functie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.