Voorstel van wet : Voorstel van wet
36 432 Wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit)
ARTIKEL I
            ARTIKEL II
            ARTIKEL III
            ARTIKEL IV
            ARTIKEL V
Nr. 2
                   VOORSTEL VAN WET
            
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van. Oranje-Nassau,
                     enz. enz. enz.
                  
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is fiscale klimaatmaatregelen
                     te treffen die de prijspaden voor de CO2-prijs industrie en CO2-prijs elektriciteit indexeren en dat ook vrijstellingen voor mineralogische, metallurgische
                     en elektrolytische procedés worden afgeschaft, met uitzondering van de vrijstelling
                     voor elektrolyse waterstofproductie;
                  
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
                     overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
                     en verstaan bij deze:
                  
ARTIKEL I
                  
De Wet belastingen op milieugrondslag wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 71f, vierde lid, komt te luiden:
4. Het bedrag, bedoeld in het tweede lid, derde zin, bedraagt voor:
– het kalenderjaar 2020: € 12,30;
– het kalenderjaar 2021: € 13,50;
– het kalenderjaar 2022: € 14,90;
– het kalenderjaar 2023: € 16,40;
– het kalenderjaar 2024: € 51,70;
– het kalenderjaar 2025: € 53,80;
– het kalenderjaar 2026: € 57,10;
– het kalenderjaar 2027: € 60,30;
– het kalenderjaar 2028: € 63,50;
– het kalenderjaar 2029: € 67,80;
– de kalenderjaren vanaf 2030: € 71,10.
B
Aan artikel 90 wordt een zin toegevoegd, luidende: Het bepaalde in de eerste zin vindt
                        tevens toepassing op de bedragen voor het kalenderjaar 2024 en volgende kalenderjaren,
                        genoemd in artikel 71f, vierde lid, met dien verstande dat daarbij telkens voor elk
                        betreffend kalenderjaar de tabelcorrectiefactor wordt toegepast die op dat kalenderjaar
                        ziet en voorts die tabelcorrectiefactor telkens eveneens wordt toegepast op de bedragen
                        voor de kalenderjaren die op dat kalenderjaar volgen.
                     
ARTIKEL II
                  
De Wet belastingen op milieugrondslag wordt met ingang van 1 januari 2025 als volgt
                     gewijzigd:
                  
A
Artikel 64 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het vierde lid komt te luiden:
4. Vrijstelling van belasting wordt verleend ter zake van de levering of het verbruik
                                    van elektriciteit die wordt gebruikt voor de demineralisatie of elektrolyse van water
                                    alsmede de purificatie en compressie van de uit dit water ontstane waterstof.
                                 
2. Het vijfde lid vervalt, onder vernummering van het zesde tot en met achtste lid tot
                           het vijfde tot en met zevende lid.
                        
3. In het zesde lid (nieuw) wordt «het eerste, tweede, vierde, vijfde en zesde lid»
                           vervangen door «het eerste, tweede, vierde en vijfde lid».
                        
B
Artikel 70 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid vervalt «eerste volzin, eerste aandachtsstreepje,».
2. In het derde lid wordt «artikel 64, eerste lid, onderdeel b, vierde lid, eerste volzin,
                           tweede aandachtsstreepje, vijfde en zesde lid,» vervangen door «artikel 64, eerste
                           lid, onderdeel b, en vijfde lid,».
                        
ARTIKEL III
                  
De Wet belastingen op milieugrondslag wordt met ingang van 1 januari 2028 als volgt
                     gewijzigd:
                  
A
Artikel 32, onderdeel c, vervalt, onder verlettering van de onderdelen d tot en met
                        m tot c tot en met l.
                     
B
Artikel 44 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste en derde lid vervallen, onder vernummering van het tweede, vierde en vijfde
                           lid tot eerste, tweede en derde lid.
                        
2. In het tweede lid (nieuw) wordt «eerste tot en met derde lid» vervangen door «eerste
                           lid».
                        
C
In artikel 45, eerste lid, wordt «eerste tot en met derde lid» vervangen door «eerste
                        lid».
                     
ARTIKEL IV
                     
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2024.
ARTIKEL V
                     
Deze wet wordt aangehaald als: Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
                        autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
                        de hand zullen houden.
                     
Gegeven
De Staatssecretaris van Financiën,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.