Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Podt over het artikel 'Tunesië-deal zit vol ‘juridische bochten’, zeggen experts'
Vragen van het lid Podt (D66) aan de Minister-President en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het artikel «Tunesië-deal zit vol «juridische bochten», zeggen experts» (ingezonden 20 juli 2023).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister-President
en Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen 4 september 2023).
Vraag 1
Klopt het bedrag van 105 miljoen euro voor «grensbeheer en het voorkomen van mensensmokkel»
dat in de overeenkomst is opgenomen?1 Welke inhoudelijke afspraken zijn over dit bedrag gemaakt: welke uitgaven mogen er
voor dit bedrag wel of juist niet worden gedaan? Hoe en door wie wordt dit gemonitord?
Antwoord 1
Het kabinet verwijst naar het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) van 20 juli
jl.2 De Europese Commissie heeft op 11 juni jl. een comprehensive partnership package aangekondigd, waarin is opgenomen dat de EU 105 miljoen euro migratie-steun zal verlenen
in 2023.3 Uw Kamer zal, zodra nadere informatie kan worden gegeven over vormgeving en voorwaarden
van de EU-steun en eventuele budgettaire gevolgen voor de Nederlandse begroting, nader
worden geïnformeerd.
Vraag 2
Kunt u exact aangeven welke waarborgen er zijn opgenomen in de overeenkomst ten aanzien
van het eerbiedigen van mensenrechten bij het grensbeheer? Hoe en door wie wordt dit
gecontroleerd?
Antwoord 2
Het MoU benoemt dat de migratiesamenwerking tussen de EU en Tunesië zal plaatsvinden
met respect voor mensenrechten en internationaal recht. Zoals ook gemeld in het verslag
van de RBZ van 20 juli jl. wordt uw Kamer nader geïnformeerd zodra de vormgeving en
voorwaarden van de EU-steun door de Europese Commissie zijn uitgewerkt. Het MoU verandert
niets aan bestaande volkenrechtelijke verplichtingen van Tunesië, w.o. wat betreft
mensenrechten. Tunesië is onder meer partij bij het VN-Verdrag inzake Burgerlijke
en Politieke Rechten en het VN-Kinderrechtenverdrag en is gehouden mensenrechten effectief
te beschermen bij het grensbeheer. Andere staten en internationale organisaties kunnen
Tunesië aanspreken op de naleving van deze normen, zoals ook is gedaan door de VN-verdragscomités.
In het algemeen geldt dat voor zover de EU handelt, de EU hierbij gebonden is aan
de toepasselijke internationale en Europese normen ter bescherming van de mensenrechten.
Vraag 3
Zijn er in de afspraken garanties opgenomen over de rechten of de humanitaire situatie
van migranten in Tunesië? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe en door wie wordt dit gemonitord?
Antwoord 3
Zie het antwoord op vraag 2.
Vraag 4
Daar waar in vraag 3 wordt verwezen naar het werk van internationale of multilaterale
organisaties: welke garanties zijn er voor deze organisaties om hun werk goed te kunnen
uitvoeren in Tunesië? Hoe en door wie wordt dit gemonitord?
Antwoord 4
Zie het antwoord op vraag 2. Zoals aangegeven in het RBZ-verslag van 20 juli jl. zet
Nederland zich actief in voor onafhankelijke monitoring van derde partijen van door
EU gefinancierde projecten.
Vraag 5
Deelt u de zorgen geuit door veel experts en bij migranten betrokken organisaties
ten aanzien van de eerdere houding van de Tunesische president ten aanzien van vluchtelingen?
Zo nee, sluit u uit dat hij zich na het sluiten van deze deal nog schuldig maakt aan
mensenrechtenschendingen van migranten? Welke rol speelt de Europese Unie (EU) daarin?
Antwoord 5
Het nastreven van een versterkt strategisch partnerschap met Tunesië volgt uit het
wederzijds belang van de EU en Tunesië om samen te werken op verschillende strategische
onderwerpen, zoals macro-economische stabiliteit, economie en handel, de energietransitie
en migratie. Migratiesamenwerking, als onderdeel van dit bredere strategisch partnerschap,
biedt de mogelijkheid om het Tunesisch migratiebeleid te helpen verbeteren en de dialoog
aan te gaan over respect voor mensenrechten in dit verband. Het ontwikkelen en uitvoeren
van migratiebeleid en het tegengaan van irreguliere migratie dienen ordelijk en humaan
te verlopen. Het één sluit het ander niet uit. Humaan én robuust grensbeheer is cruciaal.
De EU is daar duidelijk over, ook richting Tunesië.
Het is aan de Commissie om de implementatie van het MoU verder ter hand te nemen,
met inachtneming van de in de EU-Verdragen neergelegde procedures.
Vraag 6
Bent u het met de stelling eens dat de EU een verantwoordelijkheid heeft op het gebied
van mensenrechten?
Antwoord 6
Ja.
Vraag 7
Aangezien er is aangegeven dat «met respect voor mensenrechten» is opgenomen in de
afspraken: zouden schendingen van rechten van migranten (gefaciliteerd) door de Tunesische
overheid consequenties hebben voor de deal? Zo ja, op welke wijze? Hoe en door wie
wordt dit gemonitord? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Zoals ook gemeld in het RBZ-verslag van 20 juli jl. benoemt het MoU dat de migratiesamenwerking
tussen de EU en Tunesië zal plaatsvinden met respect voor mensenrechten en internationaal
recht. Uw Kamer wordt nader geïnformeerd zodra de vormgeving en voorwaarden van de
EU-steun door de Europese Commissie zijn uitgewerkt.
Vraag 8
Klopt het dat er, in tegenstelling tot de vaak door de Minister-President aangehaalde
Turkijedeal, in dit geval geen sprake is van investeringen in fatsoenlijke opvang
of integratie van migranten in Tunesië? Heeft Tunesië überhaupt een asiel- en opvangsysteem,
wetgeving en instanties die dit uitvoeren?
Antwoord 8
Investering in opvang en integratie van migranten is geen onderdeel van het MoU tussen
EU en Tunesië. Tunesië is partij bij het Vluchtelingenverdrag. Ook is Tunesië aangesloten
bij het Global Compact on Migration en het Global Compact on Refugees. Een asielwet ter implementatie van deze internationale afspraken is vooralsnog niet
doorgevoerd door Tunesië. Nederland hecht eraan dat hier prioriteit aan wordt gegeven.
Daarnaast wordt er gewerkt aan versterking van de beleidsimplementatie-capaciteit,
bijvoorbeeld op het gebied van digitale registratie van migranten in een reguliere
situatie. Nederland verwacht van Tunesië concrete hervormingen voor de EU-steun op
o.a. het gebied van migratie aan Tunesische zijde en draagt deze boodschap ook uit
in Europees verband.
Vraag 9
Deelt u de inschatting dat een gebrekkige humanitaire situatie voor migranten in Tunesië
óók zal leiden tot meer mensen die doorreizen richting Europa? Hoe duidt u dan het
antwoord op vraag 8?
Antwoord 9
De Nederlandse inzet is gericht op het versterken van migratiemanagement in Tunesië
in den brede, om irreguliere migratie tegen te gaan en bescherming van migranten te
bevorderen. Daar zal Nederland zich voor blijven inzetten, ook in Europees verband.
Vraag 10
Is er in de afspraken iets opgenomen over het overnemen van mensen met een kansrijk
asielverzoek? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Nee. Overname van kansrijke asielzoekers uit Tunesië door de EU, en de overname van
niet-Tunesiërs uit de EU door Tunesië zijn geen onderdeel geweest van de onderhandelingen
en daarmee ook niet onderdeel van de gemaakte afspraken tussen de Commissie en Tunesië.
Vraag 11
Is er in de afspraken iets opgenomen over het verstrekken van (tijdelijke) visa voor
studie en arbeid? Zo ja, gaat Nederland zich ook committeren aan deze afspraken?
Antwoord 11
Ja. Het MoU noemt dat beide partijen afspreken legale migratieroutes te bevorderen,
met inbegrip van seizoensgebonden werkgelegenheid, om de internationale mobiliteit
op alle vaardigheidsniveaus te stimuleren en de samenwerking op het gebied van ontwikkeling
van vaardigheden te versterken. Daarbij wordt aangegeven dat de Europese Unie ernaar
streeft passende maatregelen te nemen om de legale mobiliteit tussen de twee partijen
te vergemakkelijken, onder meer door de toekenning van Schengenvisa te vergemakkelijken
door vertragingen, kosten en administratieve procedures te verminderen. Tot slot staat
in het MoU dat beide partijen afspreken om te werken aan de implementatie van een
Talentpartnerschap om legale migratie te bevorderen, in het belang van beide partijen,
op basis van de wederzijdse behoeften van Tunesië en de EU-lidstaten, en ten voordele
van de gezamenlijk geïdentificeerde sectoren en beroepen.
Nederland is voorstander van het bevorderen van (bestaande) tijdelijke legale en circulaire
migratieroutes binnen strikte wederzijdse afspraken, en onderschrijft dan ook de betreffende
passages uit het MoU. Daarbij zij nadrukkelijk opgemerkt dat elke lidstaat zelf kan
beslissen hoe zij invulling geven aan de genoemde passages. In Nederland wordt bij
de aanvraag voor een tewerkstellingsvergunning nog altijd getoetst of er in Nederland
of Europa prioriteitgenietend aanbod is.
Vraag 12
Is er een duidelijk wettelijk kader voor deze afspraken dat voldoet aan alle relevante
Europese en internationale verdragen en richtlijnen? Zo ja, kunt u in detail aangeven
welke dit zijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Het MoU bevat geen juridisch bindende afspraken, maar benoemt wel dat de migratiesamenwerking
tussen de EU en Tunesië zal plaatsvinden met respect voor mensenrechten en internationaal
recht.
Vraag 13
Namens wie zijn deze afspraken met de Tunesische overheid gemaakt?
Antwoord 13
De afspraken zijn door de Europese Commissie namens de EU gemaakt.
Vraag 14
Klopt het dat er bij de persconferentie na het ondertekenen van de «deal» geen mogelijkheid
was voor journalisten om vragen te stellen? Zo ja, wat vindt u hiervan?
Antwoord 14
Het klopt dat de Tunesische regering geen persconferentie heeft georganiseerd tijdens
de ontmoeting tussen president Saied, Commissievoorzitter Von der Leyen, Minister-President
Meloni en Minister-President Rutte. Om media de gelegenheid te geven om vragen te
stellen, heeft Minister-President Rutte de pers bij terugkomst in Nederland te woord
gestaan op Schiphol.Het kabinet blijft zich onverminderd uitspreken over het belang
van persvrijheid. Deze boodschap is ook hoog-ambtelijk uitgedragen tijdens de bilaterale
politieke consultaties die op 13 juni jl. plaatsvonden.
Vraag 15
Wanneer kan de Kamer de details van de afspraken ontvangen? En op welke wijze kan
zij nog invloed uitoefenen op de afspraken?
Antwoord 15
Het kabinet verwijst naar het RBZ-verslag van 20 juli jl. De volledige tekst van het
MoU is publiekelijk toegankelijk en de details van het onderliggende comprehensive
partnership package waren reeds openbaar. Uw Kamer zal, zodra nadere informatie kan
worden gegeven over vormgeving en voorwaarden van de EU-steun en eventuele budgettaire
gevolgen voor de Nederlandse begroting, nader worden geïnformeerd over de voortgang
en implementatie van het MoU.
Vraag 16
Kunt u bovenstaande vragen apart en voor 1 september beantwoorden?
Antwoord 16
Ja.
Ondertekenaars
-
, -
, -
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
M. Rutte, minister-president
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.