Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over de positieve resultaten van de evaluatie Huizen van het Recht en de vervolgplannen van het Kabinet
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over de positieve resultaten van de evaluatie Huizen van het Recht en de vervolgplannen van het Kabinet (ingezonden 6 juli 2023).
Antwoord van Minister Weerwind (Rechtsbescherming) (ontvangen 22 augustus 2023). Zie
ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3294.
Vraag 1
Heeft u inhoudelijk kennisgenomen van de positieve resultaten die genoemd staan in
de evaluatie van de Pilot Huizen van het Recht in Heerlen? Wat is uw uitgebreide beleidsreactie
hierop? (Kamerstuk 31 753, nr. 270).
Antwoord 1
Ja, ik heb inhoudelijk kennisgenomen van de evaluatie van de pilot Huis van het Recht.
Het evaluatierapport heb ik, als bijlage bij de laatste voortgangsrapportage over
de stelselvernieuwing rechtsbijstand, naar uw Kamer gestuurd.1 Hier kunt u lezen dat ik het Huis van het Recht beschouw als een waardevolle pilot.
Ook benoem ik dat de werkwijze aansluit bij mijn doelstelling om het sociale en het
juridische domein beter te verbinden en daarvoor bouwstenen én inspiratie aanreikt.
De betrokken partijen zijn positief over de meerwaarde voor rechtzoekenden en gaan
door met de werkwijze. Een uitgebreide beleidsreactie op dit specifieke evaluatierapport
vind ik niet opportuun. Het WODC voert op dit moment een overkoepelende analyse uit
naar alle pilots die in het kader van de stelselvernieuwing rechtsbijstand werden
uitgevoerd. Ik wil niet vooruitlopen op de bevindingen en conclusies die hieruit zullen
volgen.
Vraag 2
Wat vindt u van de bevinding uit het onderzoek dat het Huis van het Recht de toegankelijkheid
van het recht vergroot en daarmee schadelijke gevolgen voor de omgeving van de rechtzoekende
vermindert in emotionele, financiële en sociale zin?
Antwoord 2
Het verrast mij niet dat de onderzoekers aangeven dat de werkwijze van het Huis van
het Recht de toegang tot het recht vergroot en schadelijke gevolgen vermindert. De
werkwijze is immers gericht op het (zo vroegtijdig mogelijk) herkennen, adresseren
en oplossen van (juridische) problemen, waarbij samenwerking tussen professionals
uit het juridische en het sociale domein essentieel is. De bevinding sluit aan bij
mijn visie op de stelselvernieuwing rechtsbijstand, zoals verwoord in de achtste voortgangsrapportage
van het programma stelselvernieuwing rechtsbijstand.2
Vraag 3
Wat vindt u van de bevindingen dat het Huis van het Recht juridische kosten voor de
burgers en de overheid kan terugbrengen, dat het er aan kan bijdragen dat de rechtzoekende
beter wordt bediend en de rechterlijke macht kan worden ontlast?
Antwoord 3
In mijn visie op het stelsel van rechtsbijstand ga ik reeds uit van laagdrempelige
toegang tot informatie, adviezen en (waar nodig) hulp voor het oplossen van juridische
problemen. Het ontlasten van de rechterlijke macht is daarbij geen doel op zich. Het
belang van toegang tot laagdrempelige, duurzame en passende oplossingen voor juridische
problemen en geschillen benadruk ik ook in mijn brief over de versterking van de toegang
tot het recht.3
Vraag 4
Ziet u ook de grote potentie van het Huis van het Recht om bij te dragen aan een verbeterde
toegang tot het recht in brede zin, mits deze lessen uit de evaluatie worden geleerd
en verbeterpunten worden meegenomen?
Antwoord 4
Net als de onderzoekers zie ik grote potentie in (intensivering van de) samenwerking
tussen professionals uit het juridische en het sociale domein. Naast het Huis van
het Recht zijn er meer initiatieven die hier vorm aan geven.
De Raad voor de rechtspraak signaleerde eerder al dat de pilot Huis van het Recht
mensen helpt de juiste weg te vinden naar de hulpverlenende organisaties en dat door
hulp en advies op maat verdere escalatie van de problemen wordt voorkomen.4 Dit staat ook bij andere initiatieven van de Rechtspraak centraal, zoals wijkrechtspraak.
Ook daar wordt er samengewerkt met professionals uit het sociale domein om te voorkomen
dat problemen zich (blijven) opstapelen. In mijn brief van 28 juni 2023 over innovatie
en maatschappelijk effectieve rechtspraak reflecteer ik op het bredere scala aan initiatieven
binnen de Rechtspraak.5
Ook in mijn brief over de versterking van de toegang tot het recht van 27 juli jl.
heb ik het belang van samenwerking met partijen die een plek hebben in het rechtsbestel
of op een andere manier te maken hebben met de toegang tot het recht benadrukt.6 Daarnaast heb ik aangegeven het belangrijk te vinden dat de behoeften van de hulp-
en/of rechtzoekende centraal staan en dat ik hier zoveel mogelijk op inzet. Beide
zijn dan ook belangrijke elementen in de aanpak voor de versterking van de toegang
tot het recht.
Zoals eerder aangegeven, wacht ik nu eerst de overkoepelende analyse van alle pilots
die in het kader van de stelselvernieuwing rechtsbijstand hebben plaatsgevonden van
het WODC af.
Vraag 5
Kunt u aangeven op welke manier u het vervolg van het Huis van het Recht gaat vormgeven
en uitbreiden en wanneer de Kamer hierover gaat worden geïnformeerd?
Antwoord 5
Ik zal uw Kamer informeren over het landelijke vervolg van (werkzame elementen van)
het Huis van het Recht nadat de uitkomsten van de overkoepelende WODC-evaluatie beschikbaar
zijn gekomen. Ik verwacht dat het WODC begin 2024 het eindrapport gereed heeft en
zal uw Kamer via de voortgangsrapportages stelselvernieuwing rechtsbijstand informeren.
Overigens verwacht ik dat de vormgeving van samenwerking altijd aangepast zal moeten
worden aan de lokale en regionale situatie. De werkwijze van het Huis van het Recht
is immers in een specifieke regio en met lokale partijen ontwikkeld en uitgevoerd.
De organisatie van het sociaal domein kent bijvoorbeeld al veel diversiteit en ontwikkelingen.
De uitgangspunten van het Huis van het Recht kunnen wel als leidraad dienen. Mogelijk
kan ook aangesloten worden bij andere ontwikkelingen, zoals wijkrechtspraak.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.