Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van het lid Akerboom over verboden bijengif dat via huisdieren in de natuur komt
Vragen van het lid Akerboom (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over verboden bijengif dat via huisdieren in de natuur komt (ingezonden 9 juni 2023).
Mededeling van Minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 29 juni
2023).
Vraag 1
Kent u de berichten «Hond met anti-vlooienmiddel brengt landbouwgif de natuur in»,
«Paardenbloemen in vijftien parken besmet met bestrijdingsmiddelen en anti-vlooiengif»
en «Vlooiengif is reden om honden uit natuurgebieden te weren»?1, 2, 3
Vraag 2
Kent u het onderzoek van Wageningen Environmental Research, waaruit blijkt dat neonicotinoïden
zoals fipronil en imidacloprid, die als landbouwgif zijn verboden vanwege de bewezen
desastreuze effecten op bijen, alsnog in de natuur worden gevonden omdat de middelen
wel blijven worden verkocht als anti-vlooien- en anti-tekenmiddelen voor huisdieren?4
Vraag 3
Kent u het onderzoek waaruit bleek dat alle monsters van paardenbloemen uit openbare
parken waren besmet met minstens vier tot wel achttien verschillende gifstoffen afkomstig
van diergeneesmiddelen tegen vlooien, teken en luizen?5
Vraag 4
Klopt het dat imidacloprid zo giftig is dat de hoeveelheid die wordt gebruikt voor
één vlooienbehandeling bij een gemiddelde hond voldoende is om 60 miljoen bijen te
doden?6
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat in onderzoek naar dode koolmezen wel 26 verschillende pesticiden
in de dode kuikentjes werden gevonden, waaronder als belangrijkste drie soorten vlooiengif?
Onderschrijft u de conclusie dat uitgekamde hondenharen met gif, die worden gebruikt
in de nestjes, hoogstwaarschijnlijk de belangrijkste boosdoener zijn?7
Vraag 6
Kunt u uitleggen waarom bepaalde insectenverdelgers (insecticiden) wel zijn verboden
als landbouwgif met het doel om bestuivers te beschermen, maar niet verboden zijn
als diergeneesmiddel terwijl uit deze onderzoeken blijkt dat het gif ook via huisdieren
in de natuur terecht komt en dus een risico vormt voor bestuivers?
Vraag 7
Klopt het dat het Europese geneesmiddelenbureau (EMA) diergeneesmiddelen niet op ecotoxocologische
effecten, de giftigheid voor het milieu, beoordeelt? Zo ja, waarom niet?
Vraag 8
Deelt u het inzicht dat het beoordelingskader van de EMA met spoed moet worden aangepast?
Zo ja, welke stappen gaat u daartoe ondernemen?
Vraag 9
Bent u, naar aanleiding van deze nieuwe wetenschappelijke kennis, van mening dat het
gebruik van insecticiden als diergeneesmiddelen zo snel mogelijk moet worden verboden?
Zo ja, welke stappen gaat u daartoe nemen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Deelt u het inzicht het gebruik van chemische middelen tegen teken en vlooien al drastisch
kan worden verlaagd wanneer deze niet preventief worden,bijvoorbeeld met een standaard
jaarlijkse behandeling, maar alleen curatief wanneer het echt nodig is? Zo ja, gaat
u preventief gebruik van chemische middelen zo snel mogelijk verbieden en op welke
manier gaat u dat doen?
Vraag 11
Erkent u dat teken bij huisdieren ook met de hand of met een tang kunnen worden verwijderd
en dat chemische middelen dus helemaal niet nodig zijn? Gaat u deze methode bij huisdierbezitters
stimuleren en zo ja, op welke manier?
Vraag 12
Erkent u dat teken en vlooien bij huisdieren grotendeels kunnen worden voorkomen door
regelmatig stofzuigen, dweilen en het wassen van kussens, alsmede door natuurlijke
middelen die op basis van geur insecten afweren? Gaat u deze preventieve methoden
bij huisdierbezitters stimuleren en zo ja, op welke manier?
Mededeling
Door het lid Akerboom (PvdD) zijn Kamervragen gesteld over de effecten van bepaalde
stoffen op de natuur (ingezonden 9 juni 2023, met kenmerk 2023Z10521).
Hierbij deel ik u mede dat de vragen niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen
worden beantwoord. De benodigde afstemming met het Bureau Diergeneesmiddelen van Het
agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen en het Het College voor de toelating
van gewasbeschermingsmiddelen en biociden vergt helaas meer tijd.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.