Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Esch over het aansprakelijk stellen van bedrijven voor schade door PFAS-vervuiling
Vragen van het lid Van Esch (PvdD) aan de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het aansprakelijk stellen van bedrijven voor schade door PFAS-vervuiling (ingezonden 26 mei 2023).
Antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) mede namens de Staatssecretaris
van Infrastructuur en Waterstaat (ontvangen 28 juni 2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «Aanklacht 3M opmaat voor actie tegen andere vervuilers»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat voor omwonenden van Chemours bij Dordrecht hetzelfde advies geldt als
voor omwonenden van de 3M-fabriek bij Antwerpen met betrekking tot het eten van groente
of fruit uit de eigen moestuin in verband met het PFAS-risico?
Antwoord 2
Hoewel de adviezen niet volledig vergelijkbaar zijn, is zowel voor de omgeving Dordrecht
als Antwerpen het advies om binnen een bepaalde straal niet of in beperkte mate groente
uit eigen tuin te consumeren.
Vraag 3
Indien het voorgaande klopt, gaat u dan onderzoeken hoe u Chemours aansprakelijk kunt
stellen voor door PFAS veroorzaakte schade aan de leefomgeving en de gezondheid, net
zoals met 3M in België?2 Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
De gemeenten Papendrecht, Sliedrecht, Molenlanden en Dordrecht hebben het voortouw
genomen om een civielrechtelijke zaak aan te spannen tegen de bedrijven Chemours en
DuPont. De betrokken gemeenten hebben de bedrijven Chemours en DuPont gezamenlijk
aansprakelijk gesteld voor de financiële schade door verontreiniging met o.a. PFOA
veroorzaakt door deze bedrijven. Op 23 april 2021 hebben de gemeenten naar buiten
gebracht dat zij een volgende stap zetten en beide bedrijven dagvaarden en schadevergoeding
eisen. Tevens heeft de Provincie Zuid-Holland Chemours al wel officieel aansprakelijk
gesteld maar nog geen zaak aangespannen. Aangezien de procedure van de vier gemeenten
nog loopt, worden daar verder geen uitspraken over gedaan.
Het is sterk situatieafhankelijk wanneer privaatrechtelijke aansprakelijkheids-stelling
het juiste middel is en door welke partij dit dan het beste ingezet kan worden. Aansprakelijkheidsstelling
is maar een van de mogelijkheden om de impact van een bedrijf op het milieu zo klein
mogelijk te houden. Vanuit de betrokken overheden worden de instrumenten ingezet die
in de specifieke situatie het meest effectief zijn en passen bij het doel dat moet
worden bereikt.
Elk bedrijf in Nederland heeft zich te houden aan de geldende wet- en regelgeving,
en aan alle vergunningen. Om ervoor te zorgen dat bedrijven zich aan de regels en
vergunningen houden, is er bij uitstek het publiekrecht als middel. Het betreft dan
primair het bestuursrecht en dus niet een privaat-rechtelijke aansprakelijkheidsstelling.
Het gaat dan om het aanscherpen van vergunningen en bij overtredingen om het opleggen
van bestuursrechtelijke sancties zoals een last onder dwangsom. Dat gebeurt in de
praktijk ook door de betreffende overheden die als bevoegd gezag zijn aangewezen.
Ook kan gebruik worden gemaakt van wet- en regelgeving die specifiek is gericht op
preventie, herstel en kostenverhaal van milieuschade, zoals de Wet bodembescherming
en Titel 17.2 Wet milieubeheer.
Voor het Openbaar Ministerie bestaat de mogelijkheid om het strafrecht in te zetten
bij milieuovertredingen als deze strafbaar zijn. De overheid kan naast het publiekrecht
(bestuursrecht en strafrecht) soms ook gebruik maken van het privaatrecht. Gebruikmaking
van het privaatrecht door de Staat is bijvoorbeeld aan de orde als het doel is om
schade te verhalen die door de overheid zelf wordt geleden en die schade niet langs
publiekrechtelijke weg kan worden verhaald. Bij 3M is dat aan de orde en om die reden
heb ik 3M daarvoor aansprakelijk gesteld.
Samenvattend: aansprakelijk stellen via het privaatrecht kan gebruikt worden als onderdeel
van de gereedschapskist die de overheid ter beschikking heeft maar is niet het enige
instrument. Op individuele zaken wordt hier verder niet ingegaan. In het algemeen
kan, waar dat nodig en mogelijk is, in ultimo ook gekeken worden naar aansprakelijkheidsstelling
via het privaatrecht.
Vraag 4
Gaat u onderzoeken hoe u Schiphol aansprakelijk kunt stellen voor schade ontstaan
door PFAS? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nee, dat is op dit moment niet aan de orde. Zie het antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Gaat u onderzoeken hoe groot de PFAS-schade van Sabic in Bergen op Zoom is en dit
bedrijf aansprakelijk stellen voor schade ontstaan door PFAS? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Nee, dat is op dit moment niet aan de orde. Zie het antwoord op vraag 3.
Vraag 6
Bent u bereid dezelfde lijn die voor de Belgische vestiging van 3M ingezet wordt ook
te hanteren voor bedrijven in Nederland in het kader van uw uitspraak «dat de vervuilers
moeten betalen, niet de gebruikers en beheerders»?3
Antwoord 6
Ja, zie het antwoord op vraag 3.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede namens
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.