Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Paul over Confucius Classrooms in het voortgezet onderwijs
Vragen van het lid Paul (VVD) aan de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs over het artikel «Haarlemmermeer Lyceum opent Confucius Classroom, een Chinees klaslokaal» (ingezonden 18 april 2023).
Antwoord van Minister Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 27 juni
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Haarlemmermeer Lyceum opent Confucius Classroom, een
Chinees klaslokaal»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Bent u het ermee eens dat inmenging van buitenlandse overheden op Nederlandse scholen
ongewenst is?
Antwoord 2
Ja, inmenging van buitenlandse overheden op Nederlandse scholen vind ik onwenselijk,
want het kan andere normen en waarden promoten dan ik in Nederland gewenst vind. Inmenging
(of heimelijke beïnvloeding) van statelijke actoren kan ook leiden tot een gevoel
van onveiligheid om je uit te spreken of bepaalde onderwerpen aan te snijden in het
onderwijs. Binnen bepaalde netwerken (o.a. E-Twinning en Erasmus+ programma’s) hebben
scholen in Nederland wel goede contacten met scholen in andere landen en waar nodig
ook overheden, om leerlingen een ander perspectief en bredere kijk op de wereld aan
te bieden.
Vraag 3
Wat vindt u ervan dat publiek bekostigd Nederlands onderwijs ook financiering ontvangt
van een instituut beheerd door de Chinese overheid?
Antwoord 3
Het Nederlandse onderwijs ontvangt reguliere bekostiging vanuit de Nederlandse overheid.
Aanvullende programma’s om kennis te nemen van een andere cultuur kennen soms support
vanuit het betreffende land.
Deze samenwerking kan nooit zo ver gaan dat er inmenging in onze Nederlandse normen
en waarden plaatsvindt. De burgerschapsopdracht zoals die in onze wetgeving is opgenomen,
moet dit waarborgen.
Het Confucius Instituut heeft op geen enkele manier invloed op het onderwijs van Chinese
Taal en Cultuur tijdens de lessen. Scholen kiezen hun eigen methode of gebruiken eigen
materiaal en docenten maken daarnaast veel eigen materiaal. Het bedrag mag vrijelijk
besteed worden en wordt vaak gebruikt voor literatuur, uitjes en ander materiaal voor
in het curriculum.
Vraag 4
Hoeveel Confucius Classrooms zijn er momenteel in Nederland? Neemt dit aantal toe
of af?
Antwoord 4
Het is mij niet bekend hoeveel Confucius Classrooms er nu zijn. In 2019 waren het
er 13 of 14.2 De Confuciusinstituten hadden die gegevens in dat jaar nog op het internet staan.
Dit aantal lijkt stabiel te blijven, omdat elk Confucius Instituut een bepaald budget
heeft voor deze Classrooms en binnen dit budget is plek voor tien scholen. Dat het
Haarlemmermeerlyceum nu een Confucius classroom heeft gekregen, betekent waarschijnlijk
dat een andere school zich uit dit programma heeft teruggetrokken.
Vraag 5
Hoeveel financiele ondersteuning ontvangt een school voor het opzetten van een Confucius
Classroom?
Antwoord 5
Een school ontvangt 10.000 dollar.
Vraag 6
Leveren Confuciusinstituten ook lesmateriaal aan scholen of hebben zij op enige andere
manier invloed op de inhoud van lessen?
Antwoord 6
Het Confucius Instituut heeft op geen enkele manier invloed op het onderwijs van Chinese
Taal en Cultuur tijdens de lessen. Scholen kiezen hun eigen methode of gebruiken eigen
materiaal en docenten maken daarnaast veel eigen materiaal. Het bedrag mag vrijelijk
besteed worden en wordt vaak gebruikt voor literatuur, uitjes en ander materiaal voor
in het curriculum.
Vraag 7
Zijn er signalen dat, via Confuciusinstituten, op scholen Chinees beleid en Chinese
denkbeelden eenzijdig positief belicht of actief gepromoot worden? Hoe houdt u hier
zicht op?
Antwoord 7
Ik heb geen signalen dat het Confucius Instituut invloed heeft op de verspreiding
van bepaalde denkbeelden in Nederlandse scholen. Scholen hebben in de dagelijkse praktijk
vrijwel geen contact met de Confucius Instituten en voeren gewoon hun eigen lespraktijk
uit. Het vak Chinese taal en cultuur wordt daarnaast ook veelal gezien als instrument
voor wereldburgerschap en interculturele vaardigheden: door een taal en cultuur te
leren die zo ver af staat van je eigen cultuur, leer je ook veel over je eigen referentiekader.
Leerlingen leren met een bredere blik naar de wereld te kijken. Verder wordt het onderwijs
gegeven door bevoegde docenten Chinees, academisch en eerstegraads geschoold door
het ICLON, de lerarenopleiding van de Rijksuniversiteit Leiden.
Vraag 8
Zijn er andere manieren bekend waarop buitenlandse overheden invloed uitoefenen op
het Nederlandse onderwijs? Bent u bereid dit te onderzoeken voor zover dit het funderend
onderwijs betreft?
Antwoord 8
Nee, dat is niet bekend. Ik heb op dit momenten geen aanleiding om te denken dat er
sprake is van bedoelde inmenging. Een onderzoek is nu dan ook niet aan de orde.
Vraag 9
Wat gaat u doen om buitenlandse inmenging op Nederlandse scholen te voorkomen?
Antwoord 9
Het wetsvoorstel Wtmo (Wet transparantie en tegengaan ondermijning maatschappelijke
organisaties) en de nota van wijziging waarmee dit wetsvoorstel is aangescherpt liggen
inmiddels in uw Kamer. De Wtmo gaat de burgemeester en het Openbaar Ministerie (OM)
de mogelijkheid bieden toe te zien op alle geldstromen, uit binnen- en buitenland,
naar maatschappelijke organisaties in Nederland.
Het OM kan op basis van de Wtmo bij de rechter een verzoek indienen om te gelasten
dat bepaalde goederen van een maatschappelijke organisatie bevroren worden, indien
de organisatie die de democratische rechtsstaat ondermijnt of klaarblijkelijk dreigt
te ondermijnen; en het noodzakelijk is om de ondermijning of de gevolgen ervan af
te wenden.
Het betreft een organisatiegerichte aanpak, waarbij het gedrag van de organisatie
centraal staat en niet de herkomst van de geldstromen.
Vraag 10
Kan de onderwijsinspectie controleren op inmenging in het onderwijs door buitenlandse
mogendheden? Doet de inspectie dit momenteel al?
Antwoord 10
De inspectie beoordeelt de onderwijskwaliteit en financiële continuïteit. Wanneer
daar ongeregeldheden in gezien worden, dan zal zij daarover rapporteren, kan zij herstelopdrachten
geven en zelfs, namens mij, handhavend optreden. Ook kan de inspectie mij informeren
over bepaalde ontwikkelingen in het onderwijs.
Vraag 11
Kunt u in voldoende mate ingrijpen wanneer buitenlandse inmenging in het onderwijs
plaatsvindt?
Antwoord 11
Zie het antwoord op vraag 9.
Vraag 12
Waar kunnen leraren, ouders en leerlingen terecht als zij signalen ontvangen, voorbeelden
zien of vermoedens hebben van buitenlandse inmenging in het onderwijs?
Antwoord 12
Leraren, ouders en leerlingen kunnen met bezwaren en vermoedens in eerste instantie
terecht bij het eigen schoolbestuur. Daarnaast kunnen zij dit ook altijd neerleggen
bij de medezeggenschapsraad en via de (formele) klachtenregeling die elke school kent.
Mocht de school de klacht niet kunnen wegnemen, dan kan de klacht onderzocht worden
door een deskundige en onafhankelijke klachtencommissie. Daartoe bestaat o.a. de Landelijke
Klachtencommissie Onderwijs (lkc) van stichting Onderwijsgeschillen.
Vraag 13
Bent u bekend met de uitspraken van voormalig Minister van Engelshoven, die stelde
dat inbedding van Confuciusinstituten in Nederlandse kennisinstellingen op gespannen
voet staat met de onafhankelijkheid van Nederlandse kennisinstellingen en de Nederlandse
normen en waarden op het gebied van wetenschappelijke integriteit? Deelt u deze analyse
ook voor wat betreft het funderend onderwijs?
Antwoord 13
Daarmee ben ik bekend. Naar aanleiding van het Clingendaelonderzoek «China’s invloed
op onderwijs in Nederland»3 adviseerde de vorige Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap kennisinstellingen
in december 2020 om Confuciusinstituten los te koppelen, om (de schijn van) inperking
van academische vrijheid en wetenschappelijke integriteit te voorkomen.
Deze analyse gaat voor de Confucius Classrooms evenwel niet op. Punt van zorg bij
de Confuciusinstituten was het ontransparante aansturingsmodel, waarbij het bestuur
in gezamenlijkheid door de Nederlandse kennisinstelling met de Chinese overheid gevoerd
werd. Hierdoor was de mogelijkheid tot politieke beïnvloeding door China aanwezig.
Bij de Classrooms speelt onduidelijke aansturing niet: scholen ontvangen weliswaar
geld van het Confucius Instituut, maar bepalen zelf hoe zij het vak Chinese taal en
cultuur inrichten en bepalen eigenstandig hoe zij dit geld ten dienste laten zijn
aan dit vak.
Vraag 14
Is aanscherping van regels nodig om deze buitenlandse inmenging te voorkomen en, zo
ja, wanneer komt u hier dan bij de Tweede Kamer op terug?
Antwoord 14
Er zijn voldoende checks and balances, en er zijn nu geen zorgelijke signalen bij
ons bekend. Ik zie momenteel dus geen aanleiding om de regels voor contacten met China
in het voortgezet onderwijs aan te scherpen, maar ik hou het thema wel in de gaten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.