Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de looptijd subsidieregeling intergenerationeel wonen (Kamerstuk 29389-115)
2023D25745 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties
                  behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister voor Langdurige
                  Zorg en Sport (LZS) over de looptijd van de Subsidieregeling intergenerationeel wonen
                  (hierna: de Subsidieregeling)1.
               
De voorzitter van de commissie,
Smals
De adjunct-griffier van de commissie,
Heller
Inhoudsopgave
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
II. Reactie van de Minister
               
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de concept Subsidieregeling.
                  De leden van de VVD-fractie vinden het goed om te horen dat de subsidieregeling wordt
                  verlengd. Zij onderschrijven het doel van de Subsidieregeling, die wil stimuleren
                  dat jongeren gaan wonen op plekken waar overwegend ouderen wonen. Zo kunnen zij zich
                  in deze woonomgeving inzetten voor het stimuleren van sociale interactie en cohesie.
                  Deze leden danken de Minister voor het voorleggen en hebben op dit moment geen aanvullende
                  vragen en opmerkingen.
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de regeling voor
                  de verstrekking voor een subsidie voor intergenerationeel wonen en de begeleidende
                  brief van de Minister. Vooropgesteld willen deze leden benadrukken dat zij zich volledig
                  herkennen in het doel wat met de regeling wordt beoogd. Het samenwonen van jong en
                  oud kan, naast onderlinge solidariteit, ook synergie brengen op het vlak van wonen
                  en zorg. Deze leden zijn dan ook blij dat er uitvoering wordt gegeven aan deze maatregel,
                  waar afspraken over zijn gemaakt binnen het coalitieakkoord.
               
Echter, er zijn ook aspecten binnen de geleverde stukken waar de leden van de D66-fractie
                  vragen bij hebben. Zo staat er in de beslisnota dat risico’s op fraude blijven bestaan,
                  ondanks dat er beheersmaatregelen zijn genomen. Zeker gelet op de substantiële bedragen
                  die gemoeid gaan met deze subsidie, willen deze leden graag een reflectie daarop van
                  de Minister. Hoe groot zijn deze risico’s? En hoe wordt er precies gemonitord of de
                  subsidie doet wat er is beoogd? De looptijd van de subsidie bedraagt vijf jaar. Wanneer
                  wordt er een evaluatie uitgevoerd en wanneer ontvangt de Kamer deze?
               
Daarnaast lezen de leden van de D66-fractie dat de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
                  (RVO) de opdracht voor deze regeling geweigerd heeft uit te voeren. Als gevolg daarvan
                  is DUS-I gevraagd om de regeling uit te voeren, maar er wordt ook getwijfeld over
                  de uitvoeringscapaciteit daarvan. In hoeverre is DUS-I volgens de Minister geschikt
                  om deze regeling uit te voeren. Wat zijn de criteria daarvoor? En wat waren de redenen
                  om de uitvoering van deze regeling te weigeren van de RVO?
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie maken graag van de mogelijkheid gebruik enkele aanvullende
                  vragen te stellen over de looptijd van de Subsidieregeling.
               
De Subsidieregeling wil stimuleren dat jongeren gaan wonen op plekken waar overwegend
                  ouderen wonen en zich in deze woonomgeving inzetten voor het stimuleren van sociale
                  interactie en cohesie. Dit betreft opgenomen maatregel uit het coalitietakkoord. De
                  leden van de CDA-fractie brengen het boek Verpleegthuis van Teun Teubes in dit kader
                  graag onder de aandacht. De heer Teubes liet op een invoelende manier zien hoe hij
                  samenleeft met ouderen met dementie, wat hij van hen kon leren en hoe kwaliteit van
                  leven voorop staat.
               
De leden van het CDA-fractie zijn dan ook positief dat er een subsidieregeling komt
                  om het samenleven van jong en oud gemakkelijker mogelijk te maken. Heeft de Minister
                  in aanloop naar de start van deze regeling, zowel bij zorgaanbieders maar ook bij
                  jongeren, in kaart kunnen brengen of er vraag is naar deze regeling? Zo ja, wat leverde
                  dit op?
               
Hoe wordt beoordeeld of jongeren zich inzetten voor het stimuleren van sociale interactie
                  en cohesie? De leden van de CDA-fractie kunnen zich voorstellen dat, gezien de woningnood
                  onder jongeren en studenten, dit een aantrekkelijk voorstel is. Denkt de Minister
                  dat dit op gespannen voet kan staan? Hoe vindt je jongeren die gemotiveerd zijn met
                  ouderen samen te leven en een activiteit met hen te ondernemen?
               
Tenslotte lezen deze leden dat er maximaal tien jongeren in een geclusterde woonvorm
                  (inclusief verpleeghuis) van deze subsidieregeling gebruik kunnen maken. Zijn dit
                  extra plaatsen of gaat dit van de geclusterde (verpleeghuis)plaatsen af? Kortom, komt
                  het erbij of komt het in plaats van?
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Minister over
                  de looptijd van de Subsidieregeling en de onderhavige stukken. Ze hebben hierover
                  nog enkele vragen en opmerkingen.
               
Op dit moment bestaan er al enkele initiatieven waar intergenerationeel wonen plaatsvindt,
                  zoals Het Ouden Huis in Bodegraven, woonzorgcentrum De Posten in Enschede en woon-
                  zorgcentrum Humanitas in Deventer. De leden van de SP-fractie lezen dat de subsidie
                  moet leiden tot meer van deze initiatieven. Hoeveel extra plekken denkt de Minister
                  met deze subsidie te genereren? Welke stappen gaat de Minister ondernemen als deze
                  extra plekken onvoldoende gerealiseerd worden? Welke stappen gaat de Minister ondernemen
                  als er straks meer aanspraak op deze subsidieregeling wordt gemaakt dan dat er in
                  eerste instantie werd verwacht?
               
De leden van de SP-fractie lezen verder dat een jongere wordt gedefinieerd als een
                  persoon met een leeftijd vanaf achttien tot en met dertig jaar. Wat zijn de consequenties
                  als deze persoon 31 wordt? Kan deze persoon dan nog steeds in het zorgcentrum wonen?
                  Zo niet, hoe lang heeft deze persoon de tijd om nieuwe woonruimte te zoeken?
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Subsidieregeling.
                  De leden van de PvdA-fractie lezen dat deze subsidieregeling een uitwerking is van
                  het coalitieakkoord en vragen de Minister waarom de subsidieregeling nu pas naar de
                  Kamer wordt gestuurd, gezien de problemen op de woningmarkt voor zowel jongeren als
                  ouderen, de grote tekorten aan personeel in de zorg en de toename van eenzaamheid
                  onder ouderen.
               
De leden van de PvdA-fractie vragen de Minister welke maatregelen er naast de subsidieregeling
                  worden genomen om intergenerationeel wonen daadwerkelijk te stimuleren. Of is de Minister
                  van mening dat de subsidieregeling voldoende stimulans daartoe vormt? Waarop is de
                  gedachte gebaseerd dat jongeren ervoor kiezen in complexen met ouderen te gaan wonen
                  omdat de huur daar tweehonderd euro per maand goedkoper is? Hoe worden de andere voordelen,
                  anders dan financieel, onder de aandacht van jongeren gebracht? Wat is de verwachting
                  ten aanzien van het gebruik van deze subsidieregeling?
               
De leden van de PvdA-fractie wijzen erop dat de bouwopgave al niet dreigt te lukken.
                  Hoe kan de Minister intergenerationeel wonen als oplossing presenteren als er zowel
                  voor ouderen als voor jongeren onvoldoende woningen bij komen?
               
De leden van de PvdA-fractie vragen de Minister wat de extra hulp en ondersteuning
                  die jongeren geacht worden te geven precies inhouden. Welke zorgtaken horen hierbij
                  en welke niet?
               
In het Programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) staat dat ondersteuning
                  en zorg thuis zo georganiseerd moeten zijn dat ouderen veilig en vertrouwd thuis kunnen
                  blijven wonen. Hoe kan dat gegarandeerd worden als er ieder jaar weer een onderuitputting
                  is op wijkverpleegkunde, als thuiszorgorganisaties kampen met onvoldoende personeel
                  en hoog ziekteverzuim? En wat zijn de gevolgen dan voor jongeren die intergenerationeel
                  willen wonen en best gebruik willen maken van de subsidieregeling, als er zo veel
                  signalen zijn dat mensen die zorg nodig hebben die zorg niet kunnen krijgen, als mensen
                  pas naar een verpleeghuis kunnen wanneer ze een zware en gecompliceerde zorgvraag
                  hebben die al lang thuis niet meer opgevangen kan worden? De werkdruk voor wijkverpleegkundigen
                  is nu al hoog, veel wijkverpleegkundigen haken af en het gebeurt nu al dat mensen
                  geen zorg kunnen krijgen. In hoeverre is het de bedoeling dat jongeren dit gaan opvangen
                  omdat ze goedkoper kunnen wonen?
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de Subsidieregeling. Zij
                  onderschrijven de doelen van de subsidieregeling, maar hebben nog wel een aantal vragen
                  over de uitwerking en effectiviteit van de subsidieregeling. De eerste vraag gaat
                  over de omvang. Ten eerste vragen zij de Minister hoeveel woningen voor jongeren de
                  huidige subsidievoorwaarden en het gereserveerde budget kunnen worden gesubsidieerd.
               
De leden van de GroenLinks-fractie hebben ook nog een aantal vragen over de voorwaarden.
                  Zo lezen zij in het regelement dat de geclusterde woonvorm tenminste uit vijf eenheden
                  moet bestaan. De leden van de GroenLinks-fractie vragen de Minister wat de verdeling
                  van het aantal jongeren en ouderenwoningen moet zijn.
               
Over de hoogte van de kale huur die mag worden gevraagd aan jongeren, namelijk driehonderd
                  euro, hebben zij ook nog een vraag. Waarom is er gekozen voor een kale huur van driehonderd
                  euro? Is een kale huur van driehonderd euro, gelet op de krapte van huizenmarkt en
                  de hoge huren, een realistische bovengrens? Waarom is er bijvoorbeeld niet aangesloten
                  bij de grens voor huursubsidie om aanspraak te kunnen maken op deze subsidie?
               
Tot slot vragen genoemde leden of de effectiviteit van deze subsidie kan worden gemonitord
                  of geëvalueerd. De leden van de GroenLinks-fractie willen graag weten wat de effecten
                  zijn van het samenwonen van jongeren en ouderen op de zorgvraag van de ouderen en
                  de daarmee samenhangende kosten.
               
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft kennisgenomen van de brief van de Minister inzake
                  de vergrijzing en het integrale ouderenbeleid.
               
Het lid van de BBB-fractie ondersteunt het streven dat jongeren gaan wonen op plekken
                  waar overwegend ouderen wonen en zich in deze woonomgeving inzetten voor het stimuleren
                  van sociale interactie en cohesie. Zij is dan ook benieuwd naar het aantal aanvragen
                  wat hieruit voortkomt. Kan de Minister hier de Kamer, binnen twee maanden na openstelling
                  van de regeling, over informeren?
               
II. Reactie van de Minister
               
          Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport - 
              
                  Mede ondertekenaar
M. Heller, adjunct-griffier 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.