Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over het Jaarverslag Mobiliteitsfonds 2022 (Kamerstuk 36360-A-1)
36 360 A Jaarverslag en slotwet Mobiliteitsfonds 2022
Nr. 6
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 23 juni 2023
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd
aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat over de brief van 17 mei 2023 inzake het Jaarverslag Mobiliteitsfonds
2022 (Kamerstuk 36 360 A, nr. 1).
De Minister en Staatssecretaris hebben deze vragen beantwoord bij brief van 8 juni
2023. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Tjeerd de Groot
Adjunct-griffier van de commissie, Wiendels
1
Vraag:
Naar welke projecten zijn uw middelen voor de «korte termijn file-aanpak» gegaan?
Antwoord:
Om de sterke groei van het aantal files op het Rijkswegennet af te remmen is er in
november 2017 een kortetermijnaanpak aangekondigd. Hiervoor was een investeringsimpuls
van € 100 miljoen beschikbaar vanuit het (toenmalige) regeerakkoord. Dit heeft geresulteerd
in het programma File-aanpak 2018–2021, een tijdelijke impulsfinanciering voor een
reeks van 41 maatregelen, uitgevoerd door RWS, om de groei van het aantal files op
het hoofdwegennet te remmen. Middels een tweetal Kamerbrieven (Kamerstuk 31 305, nrs. 240 en 270) bent u geïnformeerd over de invulling van dit pakket. Op een aantal kleinere onderdelen
na is het programma inmiddels afgerond.
2
Vraag:
Worden de planningen en studies met betrekking tot infrastructuur waar tegenvallers
zijn (186 miljoen euro) vooral door externe bureaus gedaan of worden er ook mensen
geworven door uw ministerie om deze onderzoeken zelf te doen?
Antwoord:
Planning en studies worden vooral door externe bureaus gedaan. IenW-medewerkers besteden
uit, begeleiden en toetsen. Medewerkers van IenW worden niet geworven om onderzoeken
zelf te doen.
3
Vraag:
Hoe verhoudt dit programma zich tot de schuif tussen aanleg en onderhoud die u eerder
heeft aangekondigd?
Antwoord:
Het programma waarop wordt gedoeld betreft het Realisatieprogramma RWS. Dit zijn aanlegprojecten
die reeds in realisatie zijn en vallen buiten de scope van de schuif tussen aanleg
en onderhoud.
4
Vraag:
Kunt u uiteenzetten of het realistisch is dat het Realisatieprogramma van Rijkswaterstaat
in 2023 wel wordt verwezenlijkt?
Antwoord:
Zoals in de MIRT brief van 17 maart 2023 (Kamerstuk 36 200 A, nr. 65) met u is gedeeld ziet vooruitkijken op het MIRT er dit jaar anders uit dan eerdere
jaren. Er speelt een aantal ontwikkelingen, zoals een hogere inflatie, krapte op de
arbeidsmarkt (zowel voor de overheid als marktpartijen), stikstof en tekorten aan
bouwmaterialen. Deze ontwikkelen leiden tot kostenstijgingen en vertragingen, en daarmee
onzekerheden, bij zowel de uitvoering van het huidige MIRT-portfolio als het in stand
houden van de netwerken. Hier wordt in de programmering zo goed mogelijk rekening
mee gehouden, waarna bij de reguliere begrotingsmomenten een zo realistisch mogelijk
realisatieprogramma van Rijkswaterstaat met de Kamer wordt gedeeld.
5
Vraag:
Wanneer wordt het Tracébesluit voor de A12/A15 Ressen-Oudenbroeken onherroepelijk?
Antwoord:
Momenteel ligt het Tracébesluit van de A12/A15 Ressen-Oudenbroeken bij de Raad van
State. Bij een positieve uitspraak van de Raad van State zal het Tracébesluit onherroepelijk
worden. Het is momenteel niet bekend wanneer de Raad van State uitspraak zal doen.
6
Vraag:
Waarom zijn de kosten voor Exploitatie en Onderhoud aanzienlijk hoger? Heeft dit slechts
te maken met stijging van de bouwkosten?
Antwoord:
In 2022 is € 347 miljoen (inclusief btw) meer aan subsidie aan ProRail betaald dan
oorspronkelijk was begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de prijsbijstelling
2022 ad € 80 miljoen, de onvermijdelijke tegenvallers in 2022 ad € 165 miljoen, te
weten de toegenomen intensiteit waarmee het spoor wordt bereden, hogere beheerkosten
voor ICT, de uitvoering van extra taken die ProRail erbij heeft gekregen in het geval
van een aanrijding met een persoon en het inlopen van achterstallig onderhoud van
spoorse infrastructuur in het Rotterdamse havengebied (Kamerstuk 35 925 A, nr. 14) en de onvermijdelijke tegenvallers in 2021 ad € 66 miljoen, te weten de beëindigingsvergoeding
van de Prestatiegericht onderhoud-pilotcontracten (Kamerstuk 29 984, nr. 980).
7
Vraag:
Hoe zorgt u ervoor dat de aanzienlijke tegenvallers die in 2022 plaatsgevonden hebben
bij ProRail in de toekomst voorkomen worden?
Antwoord:
In het geval van de beëindigingsvergoeding van de Prestatiegericht onderhoud-pilotcontracten
en het inlopen van achterstallig onderhoud van spoorse infrastructuur in het Rotterdamse
havengebied gaat het om incidentele tegenvallers. De overige oorzaken zijn als exogene
oorzaken te bestempelen, waarop ProRail in beginsel geen invloed kan uitoefenen. Dat
neemt niet weg dat ProRail risico’s in het algemeen zo goed als mogelijk in kaart
brengt en bekijkt welke mitigerende maatregelen mogelijk zijn. Dit zal ook weer onderdeel
uitmaken van de validatie op de reeksen van ProRail. Deze validiatie wordt momenteel
uitgevoerd. Het basiskwaliteitsniveau wordt hier op vastgesteld.
8
Vraag:
Kan u nader uiteenzetten waarom het bedrag voor geluidssanering niet volledig is uitgegeven?
Antwoord:
De geluidsanering voor spoor wordt uitgevoerd in het Meerjarenprogramma Geluidsanering
(MJPG). De exact te nemen maatregelen per locatie worden bepaald na een gedetailleerd
geluidsonderzoek en vastgelegd in een saneringsplan. Deze saneringsplannen worden
ter inzage gelegd, waarbij omwonenden inspraak kunnen leveren en uiteindelijk ook
beroep kunnen aantekenen tegen de plannen. In 2022 was er op plannen om geluidschermen
te plaatsen in Horst aan de Maas een beroep ingediend bij de Raad van State. Uiteindelijk
is dit in goed overleg met de gemeente en de indieners opgelost en is het beroep ingetrokken,
maar dit heeft wel wat extra tijd gekost. Hierdoor kon de uitvoering van dit project
nog niet starten en schoof het realisatiebudget door. Het is daarnaast onoverkomelijk
dat er in een omvangrijk programma als het MJPG – waarbij de geluidsanering in bijna
170 gemeenten wordt uitgevoerd – wat kleine verschuivingen in de planning optreden.
Dit heeft ervoor gezorgd dat het eerder geprognotiseerde bedrag voor 2022 niet volledig
is uitgegeven.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T.C. (Tjeerd) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
N. Wiendels, adjunct-griffier