Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2022 bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken (Kamerstuk 36360-V-2)
36 360 V Jaarverslag en slotwet Ministerie van Buitenlandse Zaken 2022
Nr. 7
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 7 juni 2023
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken heeft een aantal vragen voorgelegd aan
de Minister van Buitenlandse Zaken over de brief van 17 mei 2023 inzake het rapport
Resultaten verantwoordingsonderzoek 2022 bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken
(Kamerstuk 36 360 V, nr. 2).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 2 juni 2023. Vragen en antwoorden
zijn hierna afgedrukt.
De voorzittervan de commissie, Rudmer Heerema
De griffier van de commissie, Westerhoff
1
Kunt u toelichten hoe er voor het tweede jaar op rij fouten en onzekerheden zijn geconstateerd
in de rechtmatigheid van verplichtingen bij begrotingsartikel 4?
Antwoord
De overschrijding op artikel 4 wordt voornamelijk veroorzaakt door een mutatie in
het verplichtingenbudget van de NIOD die volgens de Algemene Rekenkamer als beleidsmatige
mutatie in de Veegbrief had moeten worden meegenomen. BZ heeft deze als een technische
mutatie in de Slotwet meegenomen omdat er geen sprake is van nieuw beleid, daar de
Kamer eerder al was geïnformeerd. Door dit verschil in inzicht heeft BZ met de Algemene
Rekenkamer afgesproken om samen verder te kijken hoe een dergelijke verschil in interpretatie
van de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) in de toekomst voorkomen kan worden, ook
gebruik makend van ervaringen van andere departementen. Vervolgens zal BZ bezien of
het nodig is om afspraken met derden aan te passen. De geconstateerde overschrijding
van 2021 had een andere oorzaak, dat had namelijk te maken met Europese aanbestedingen.
2
Heeft u een plan om afspraken met derden te maken om eerder informatie te ontvangen
over beleidsmatige mutaties?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 1.
3
Zijn er, ondanks de verbeterde digitale toegangsbeveiliging, gevallen van cyberaanvallen
op het ministerie bekend?
Antwoord
Ja, er zijn gevallen van pogingen tot cyberaanvallen bekend. Het ministerie doet hier
gezien de vertrouwelijkheid verder geen nadere uitspraken over.
4
Welke moeilijkheden voorziet u de komende jaren in de uitvoering van het nieuwe programma?
Antwoord
Bij de uitvoering van het programma zal de grootste uitdaging liggen in het definiëren
van de balans tussen maatregelen voor bescherming van informatie en de noodzaak om
informatie op bepaalde wijze beschikbaar te stellen.
5
Met tijdelijke maatregelen worden de grootste risico’s van digitale toegang tot vertrouwelijke
informatie ondervangen, welke risico’s blijven er bestaan?
Antwoord
Het ministerie doet gezien de vertrouwelijkheid geen uitspraken over resterende risico’s.
6
Welke maatregelen worden er precies genomen in 2023 om de fysieke toegangsbeveiliging
te verbeteren?
Antwoord
Om de fysieke toegangsbeveiliging van het gebouw van BZ aan Rijnstraat 8 te verbeteren,
worden in 2023 een combinatie van fysieke, elektronische en organisatorische maatregelen
genomen. Alle BZ verdiepingen worden voorzien van extra paslezers op de liftkernen
en daar waar nodig op bouwkundige scheidingen. Tevens worden de trappen in de atria
afgesloten. Hierdoor is het BZ werkgebied zo goed als mogelijk fysiek afgesloten van
de rest van het gebouw Rijnstraat 8. De nieuwe paslezers openen de toegangsdeuren
uitsluitend voor medewerkers met een Rijkspas voorzien van een BZ-profiel.
Verder is het toegangsbeleid van het gebouw gewijzigd. De systemen zijn zo aangepast
dat bezoekers alleen onder begeleiding de werkgebieden van BZ kunnen betreden. Collega’s
van andere ministeries zijn welkom in het gebouw aan de Rijnstraat als zij als bezoeker
zijn aangemeld.
Op de werkvloer moet de Rijkspas zichtbaar worden gedragen in een nieuwe badgehouder
die onderscheid maakt tussen BZ-medewerkers en bezoekers. Dit in verband met de herkenbaarheid
en aanspreekbaarheid.
7
Kunt u een reden aanwijzen voor de tekortkomingen aangaande vastgoedbeheer in het
buitenland?
Antwoord
De Algemene Rekenkamer constateerde in eerdere onderzoeken bij de toenmalige huisvestingsorganisatie
van BZ aandachtspunten en onvolkomenheden betreffende het beheer van informatie, vastgoed
en financiën. Deze bevindingen corresponderen met de redenen voor het besluit om de
huisvestingsorganisatie in 2019 te reorganiseren. Een hoofddoel van de reorganisatie
was meer slagkracht door een duidelijke structuur met overzichtelijke werkprocessen,
zodat een goede meerjarenprogrammering binnen de jaarplancyclus met een adequaat proces-
en portfoliomanagement gewaarborgd wordt.
Sinds de start van de huidige huisvestingsorganisatie eind 2020 is een flink aantal
stappen gezet. Met de vaststelling van een huisvestingsvisie voor BZ en de introductie
van volwaardig portfoliomanagement – beiden in 2021 – wordt er strategischer en nog
meer expliciet vanuit een meerjarenperspectief gestuurd. De formatie van de huisvestingsdirectie
is inmiddels op orde, inclusief de toevoeging van een informatiemanager. Tegelijkertijd
is duidelijk dat het voltooien van de ingezette professionaliseringsslag ook sommige
elementen kent die uit de aard van de vereiste verandering nog enige jaren in beslag
zullen nemen.
8
Welke lessen kunnen er uit eerder verschenen rapporten getrokken worden?
Antwoord
Zie het antwoord op vraag 7.
9
Kunt u de langetermijnvisie verder toelichten omtrent vastgoed in het buitenland?
Antwoord
In onze huisvestingsvisie zijn onze ambassades en residenties representatieve ontmoetingsplekken
om samenwerking en partnerschappen te organiseren en het Nederlands belang wereldwijd
optimaal te dienen. Onze gebouwen zijn daarvoor het gezicht van Nederland wereldwijd.
Centraal in de visie staan de vier speerpunten duurzaamheid, doelmatigheid, veiligheid
en toekomstbestendigheid. Hieronder volgt een korte toelichting per speerpunt.
Duurzaam
Met verduurzaming van de wereldwijde huisvesting kan een substantiële bijdrage worden
geleverd aan de grote en belangrijke verduurzamingsopgave waar BZ net als andere ministeries
voor staat. BZ wil investeren in maatregelen via nieuwbouw- en renovatieprojecten,
diverse initiatieven dicht op de posten en via het beheer en onderhoud.
Doelmatig
De huisvesting van BZ in het buitenland moet in een goede verhouding staan tot de
doelen die Nederland op de betreffende locatie heeft. Dat leidt tot de keuze voor
functionele, representatieve huisvesting, waarbij bijvoorbeeld huur en koop tegen
elkaar afgewogen worden.
Veilig
Fysieke veiligheid, digitale veiligheid en gezondheid en welzijn zijn voor BZ belangrijke
thema’s waarin doorlopend geïnvesteerd moet worden. COVID-19 heeft laten zien dat
bijvoorbeeld luchtkwaliteit nog meer aandacht vraagt.
Toekomstbestendig
Het laatste speerpunt, toekomstbestendigheid, betekent investeren in nieuwe locaties,
gebouwen, inrichtingen en moderne werkplekken waar IT en huisvesting professioneel
samen komen om zo huisvesting te realiseren die blijft passen bij een moderne NL-identiteit
en bij de missie van BZ als wendbare organisatie.
10
Wat voor gevolgen zijn er verbonden aan een inadequaat risicomanagement en een gebrekkige
informatievoorziening?
Antwoord
De combinatie van inadequaat risicomanagement en een gebrekkige informatievoorziening
kan verschillende gevolgen hebben, zoals inefficiënte vastgoedsturing en onvoorziene
kosten, bijvoorbeeld voor onderhoud. Om die reden geeft BZ de hoogste prioriteit aan
de herinrichting van het informatiesysteem om vastgoedbeheer en -sturing adequaat
en efficiënter te kunnen uitvoeren. Voor de periode totdat die herinrichting is gerealiseerd,
heeft de huisvestingsorganisatie maatregelen genomen om de genoemde risico’s adequaat
te mitigeren.
11
Waarom heeft u bij 346 huurpanden grote onderhoudswerkzaamheden (boven de € 1.500)
op eigen kosten laten uitvoeren? Wat is daar doorgaans de reden voor, en in hoeverre
worden deze kosten achteraf bij de verhuurder verhaald? Om welk bedrag gaat het bij
deze 346 panden in totaal?
Antwoord
Het op pagina 21 van het verantwoordingsonderzoek genoemde aantal van 346 panden waaraan
onderhoud is verricht, omvat zowel huur- als eigendomspanden. Als enkel wordt gekeken
naar onderhoud aan gehuurde objecten, gaat het om 170 panden. Voor de huurpanden is
in 2022 in totaal EUR 1,8 miljoen uitgegeven aan onderhoud en voor de eigendomspanden
EUR 8,2 miljoen. Het onderhoud aan gehuurde objecten kan niet altijd en volledig op
de verhuurder worden verhaald. Daarvoor kunnen verschillende redenen zijn, zoals een
bepaling in het huurcontract dat de huurder de kosten voor (een bepaald deel van)
het onderhoud draagt. Zo kan er sprake zijn van onderhoud aan door BZ aangebrachte
voorzieningen, bijvoorbeeld beveiligings- en klimaatinstallaties. Ook kunnen onderhoudswerkzaamheden
verband houden met de representatieve doeleinden van het huurpand. Hierbij valt te
denken aan extra verlichting of de inrichting van de tuin.
12
Ziet u andere manieren om de tekortkomingen in de budgettering op te lossen dan via
het Huisvestingfonds?
Antwoord
Van de manieren die BZ ter beschikking staan, verdient goed portfoliomanagement de
voorkeur. Met portfoliomanagement wordt gestuurd op de bijdrage van de verschillende
objecten aan het realiseren van de huisvestingsvisie voor BZ. De inzichten vanuit
de portfolio analyse vormen de basis voor mogelijke interventies in de portefeuille,
zoals werkzaamheden gericht op verduurzaming, de omzetting van huur naar koop of een
strategische verkoop.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.J. (Rudmer) Heerema, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
A.W. Westerhoff, griffier