Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Ouwehand over het weigeren van een journalist die het lijden van dieren bij ‘ruimingen’ in beeld wil brengen
Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het weigeren van een journalist die het lijden van dieren bij «ruimingen» in beeld wil brengen (ingezonden 10 mei 2023).
Antwoord van Minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 31 mei
2023).
Vraag 1
Sinds wanneer bent u op de hoogte van de herhaalde verzoeken van een fotograaf om
aanwezig te zijn bij het vergassen van kippen, eenden en kalkoenen bij bedrijven die
(preventief) zijn «geruimd» vanwege vogelgriep, om dit proces in beeld te kunnen brengen?1
Antwoord 1
Op 24 februari 2022 heeft de betreffende fotograaf een schriftelijk verzoek ingediend
voor het verlenen van een ontheffing van het bezoekersverbod op een pluimveebedrijf
voor het maken van een fotorapportage van de doding van dieren.
Vraag 2
Bent u persoonlijk betrokken geweest bij de afwijzing van de aanvragen van deze fotograaf?
Antwoord 2
Ja. Op 11 mei 2022 heeft de fotograaf namens mij schriftelijk bericht gekregen dat
ik zijn verzoek niet honoreer.
Vraag 3
Herinnert u zich dat u volgens uw eigen beleidsuitgangspunten verantwoordelijk bent
voor het bevorderen van transparantie in de Nederlandse voedselketens?2
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4
Erkent u dat hier ook bij hoort dat mensen moeten kunnen zien hoe dieren worden gefokt,
gebruikt en gedood als dit gebeurt in het kader van de productie van vlees, zuivel
of eieren?
Antwoord 4
Ja.
Vraag 5
Erkent u dat hier ook bij hoort dat mensen moeten kunnen zien wat de gevolgen zijn
van uitbraken van dierziekten en ook hoe het vergassen van 6,6 miljoen kippen, eenden
en kalkoenen tijdens de huidige vogelgriepuitbraak eruitziet?
Antwoord 5
Ik ben voor transparantie wat betreft de manier waarop ons voedsel tot stand komt.
Helaas komen bij het houden van dieren ook dierziektenuitbraken voor. Over bestrijding/ruimen
zijn wij zeer transparant en beschrijven wij uitgebreid hoe dat in zijn werk gaat.
Ruimingen worden daarnaast onafhankelijk beoordeeld door de welzijnscommissie. Ruimingen
vinden plaats overeenkomstig de EU regelgeving en de standaarden van de WOAH (World
Organisation for Animal Health). Het toelaten van mensen die niet strikt noodzakelijk
zijn voor de ruiming, tot plekken waar een (potentieel) zoönotische dierziekte is
uitgebroken, acht ik niet wenselijk. De gevaren van dierziekteoverdracht wegen voor
mij zwaarder dan het belang van de journalist die dit in kaart wil brengen.
Vraag 6
Erkent u dat vrije pers van cruciaal belang is in een gezonde democratische rechtsstaat,
omdat zij de macht controleert en burgers informeert?
Antwoord 6
Ja.
Vraag 7
Kunt u bevestigen dat het doden van deze dieren gebeurt door kieren in stallen dicht
te maken met purschuim of af te plakken met plastic, gasinstallaties neer te zetten
en de stallen vervolgens vol te spuiten met gas, zodat de dieren stikken? Kunt u bevestigen
dat het tot dertig minuten kan duren tot de dieren dood zijn? Kunt u bevestigen dat
bij één van de vele stalvergassingen van het afgelopen jaar 150 dieren na de vergassing
in de stal nog in leven bleken te zijn? Erkent u dat deze dieren dus een lange doodsstrijd
hebben gevoerd, tienduizenden soortgenoten om zich heen hebben zien stikken en pas
zijn ontdekt toen de deuren weer open gingen, waarna bij al deze dieren stuk voor
stuk de nek werd omgedraaid?3, 4
Antwoord 7
Om een stalvergassing met koolstofdioxide uit te voeren moeten de kieren in de stal
worden gedicht. Dit om te voorkomen dat er gas weglekt uit de stal. De gasconcentratie
is bepalend voor het intreden van de bewusteloosheid en dood van de dieren. Bij een
stalvergassing moet het gas zich eerst binnen in de stal verspreiden; binnen 10 minuten
nadat het (verwarmde) CO2-gas in de stal is gebracht, zijn de dieren bewusteloos en binnen 30 min zijn alle
dieren in de stal dood (Kamerstuk 2022Z08267).
In het «Eindrapport Welzijnscommissie Dierziekten 2021–2022» (Bijlage bij Kamerstuk
28 807, nr. 284) staat benoemd dat er in de periode 2021–2022 bij één bedrijf bleek dat na een vergassing
nog 150 dieren in leven bleken te zijn. Deze dieren zijn vervolgens gedood door ervaren
personen middels het handmatig breken van de nek (cervicale dislocatie). Volgens de
Welzijnscommissie is er in deze situatie adequaat gehandeld.
Vraag 8
Kunt u bevestigen dat het voor journalisten tijdens de coronapandemie niet werd verboden
om aanwezig te zijn op Covid-afdelingen van ziekenhuizen?
Antwoord 8
Vanuit het Ministerie van VWS zijn geen regels of beperkingen opgelegd op dit vlak.
De ziekenhuizen waren zelf verantwoordelijk voor afspraken hierover en hebben dus
zelf beleid moeten opstellen over de toegang van journalisten tot besloten delen van
het ziekenhuis tijdens de pandemie. Ik heb geen informatie over hoe dit in de praktijk
is gegaan.
Vraag 9
Kunt u uitleggen waarom aanvragen voor aanwezigheid van journalisten bij pluimveebedrijven
waar alle dieren worden vergast wel standaard worden afgewezen, ook als zij toezeggen
extra beschermingsmaatregelen in acht te nemen, nog bovenop de standaard maatregelen?
Antwoord 9
Het is al lange tijd staand beleid dat niet-essentieel personeel niet wordt toegelaten
tijdens ruimingen. Daarbij komt dat vogelgriep een zoönose is.
Vraag 10
Kunt u bevestigen dat er sinds afgelopen november zelfs hekken worden geplaatst bij
bedrijven waar vergassingen plaatsvinden, waardoor ook het fotograferen vanaf de openbare
weg onmogelijk wordt gemaakt? Wat is hiervoor de reden?
Antwoord 10
De NVWA plaatst geen hekken bij ruimingen. Mogelijk dat dit een keer is gebeurd op
initiatief van de veehouder.
Vraag 11
Kunt u bevestigen dat bij ieder bedrijf waar alle aanwezige dieren worden vergast
wél cateringbedrijven worden toegelaten?
Antwoord 11
Ja, het ruimingspersoneel moet voorzien worden van eten en drinken. De cateraar brengt
het eten en drinken tot aan de erfgrens en betreedt het erf niet.
Vraag 12
Hoe rijmt u het verbieden van de aanwezigheid van journalisten bij het vergassen van
dieren met uw verantwoordelijkheid voor het bevorderen van transparantie?
Antwoord 12
Zoals aangegeven bij het antwoord op vraag 9 is vogelgriep een zoönose en is het staand
beleid om mensen die niet strikt noodzakelijk zijn voor de ruiming, niet aanwezig
te laten zijn op het bedrijf. Daarbij is een ruiming ingrijpend voor de pluimveehouder
en zijn gezin. Het is daarmee niet gepast om mensen die niet strikt noodzakelijk zijn
voor de ruiming het erf te laten te betreden. Ook is het praktisch niet mogelijk om
een fotograaf aanwezig te laten zijn in de stal tijdens het doden van de dieren. De
dieren worden namelijk gedood middels vergassing.
Ik erken het belang van transparantie. Door de NVWA wordt daarom op dit moment een
rapportage met beeldmateriaal gemaakt over de bestrijding van vogelgriep waar alle
facetten, inclusief het ruimen, aan bod komen. De beelden zullen openbaar worden.
Vraag 13
Hoe kijkt u naar de conclusie die de fotograaf voorlopig heeft moeten trekken: «De
boodschap van de overheid lijkt te zijn: dode dieren laten we maar liever niet zien,
wij regelen het verder wel, brave burgers. Maar we moeten onze ethiek en moraal kunnen
toetsen, de wetten, regels en overheidshandelingen die voor ons in het leven zijn
geroepen beoordelen, meningen kunnen vormen. De kans wordt anders groot dat we verkeerde
keuzes maken of zelfs niet weten wat er speelt»? Wat is uw reflectie hierop?
Antwoord 13
Ik betreur dat dit de conclusie is die de betreffende fotograaf heeft getrokken. De
onafhankelijke Welzijnscommissie Dierziekten is in de periode 2021–2022 door de NVWA
op de hoogte gebracht van elke voorgenomen ruiming en is ook bij een groot deel van
de ruimingen aanwezig. De commissie heeft op basis van haar bezoeken geconcludeerd
dat er bij de ruimingen van bedrijven in de periode 2021–2022 geen vermijdbaar ongerief
is vastgesteld. En ook de in het antwoord op vraag 12 genoemde rapportage zal bijdragen
aan transparantie over de bestrijding van vogelgriep en de ruimingen.
Vraag 14
Kunt u deze vragen ieder afzonderlijk en binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 14
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.