Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Smals over het bericht 'UWV: geen zzp-verzekering voordat achterstanden zijn weggewerkt'
Vragen van het lid Smals (VVD) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «UWV: geen zzp-verzekering voordat achterstanden zijn weggewerkt» (ingezonden 3 mei 2023).
Antwoord van Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 30 mei
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «UWV: geen zzp-verzekering voordat achterstanden zijn
weggewerkt»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de analyse dat met een opt-out zelfstandigen, die buiten het Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) om verzekerd willen zijn of blijven in geval van arbeidsongeschiktheid,
een minder groot beroep hoeven te doen op de capaciteit van deze publieke dienstverlener
dan wanneer zij deze keuze niet hebben?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Deelt u de analyse dat met een opt-out minder zelfstandigen het UWV zullen benaderen
met vragen of verzoeken over de inhoud, dekking, premiehoogte of andere vragen rondom
hun verzekering voor arbeidsongeschiktheid?
Antwoord 3
Mijn verwachting is dat minder zelfstandigen het UWV zullen benaderen, omdat zelfstandigen
die kiezen voor de opt-out bij een private verzekeraar verzekerd zijn. Daardoor zal
de desbetreffende private verzekeraar informatie aan de privaat verzekerde verschaffen
over de afgesloten verzekering.
Ik sluit echter niet uit dat zelfstandigen die kiezen voor een opt-out of die een
opt-out overwegen, het UWV zullen benaderen om informatie op te vragen over de publieke
verzekering, om zo de keuze te maken – op basis van de individuele kenmerken en verzekeringsbehoeftes
van de zelfstandige – tussen een publieke en private verzekering.
Ik hecht er waarde aan te vermelden dat de reden voor een opt-out niet gelegen is
in het verminderen van de te verrichten werkzaamheden voor UWV. De primaire reden
is gelegen in het bieden van maatwerk en keuzevrijheid voor de zelfstandige, zoals
ook door de Stichting van de Arbeid in het advies «Keuze voor zekerheid» beoogd. Door
de mogelijkheid van een opt-out kan een zelfstandige bezien of een private verzekering
of een publieke verzekering meer voldoet aan de individuele verzekeringsbehoefte.
Vraag 4
Deelt u de analyse dat het toestaan van een opt-out leidt tot een minder groot beslag
op de capaciteit voor sociaal-medisch beoordelen bij het UWV, waar op dit moment het
grootste knelpunt zit?
Antwoord 4
Ja. Voor verzekerden die hebben gekozen voor een opt-out zal de desbetreffende private
verzekeraar verantwoordelijk zijn voor het vaststellen (van de mate) van arbeidsongeschiktheid,
zoals eerder aan uw Kamer gemeld.
Vraag 5
Is het juist dat het grootste capaciteitsbeslag richting het UWV als gevolg van de
opt-out regeling met name ligt op de administratieve handelingen die ten grondslag
liggen aan het beoordelen of een private verzekering ten minste dezelfde dekking en
premies heeft als de publieke optie?
Antwoord 5
Nee. Zoals ik uw Kamer in de voortgangsbrief van 3 april jongstleden heb gemeld, werk
ik de vormgeving van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering uit in een wetsvoorstel
dat in de zomer voor internetconsultatie zal worden opengesteld. Ik ben in gesprek
met onder andere verzekeraars hoe kan worden geborgd dat een private verzekering ten
minste dezelfde dekking biedt en dezelfde premie vraagt als de publieke verzekering,
zonder dat er een groot capaciteitsbeslag wordt gelegd op UWV voor het beoordelen
hiervan.
Vraag 6
Hoe zou u private verzekeraars kunnen helpen om – vooruitlopend op de arbeidsongeschiktheidsverzekering
voor zelfstandigen en de opt-out – alvast voorbereid te zijn op het zo veel mogelijk
beperken van het beroep op de capaciteit van het UWV?
Antwoord 6
Ik heb met private verzekeraars overlegd hoe ze geholpen kunnen worden op het door
de vraagsteller aangedragen punt. Vanuit verzekeraars is aangegeven dat er thans geen
hulpbehoefte op dit punt ligt. In de verdere uitwerking zal ik aandacht houden voor
mogelijkheden om gezamenlijk het beroep op de capaciteit van het UWV te beperken.
Vraag 7
Bent u bereid om met het UWV en verzekeraars in gesprek te gaan om in kaart te brengen
op welke wijze de opt-out regeling zo uitvoerbaar mogelijk ingericht kan worden?
Antwoord 7
Ik ben continu in constructief overleg met (het Verbond van) verzekeraars, UWV en
de Belastingdienst hoe een opt-out zo uitvoerbaar en uitlegbaar mogelijk kan worden
vormgegeven. Ik vind het belangrijk om vroegtijdig met de potentiële uitvoerders hierover
het gesprek te voeren.
Vraag 8
Hebt u in kaart gebracht welke mogelijkheden denkbaar zijn waarmee de administratieve
handelingen die het beoordelen van de gelijkwaardigheid van een privaat alternatief
kosten zoveel mogelijk verminderd kunnen worden? Zo nee, bent u bereid om dit in overleg
met verzekeraars te doen?
Antwoord 8
Zoals ik uw Kamer met de voortgangsbrief van 3 april jongstleden heb gemeld, werk
ik de vormgeving van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering uit in een wetsvoorstel
dat rond de zomer voor internetconsultatie zal worden opengesteld. Hierbij werk ik
ook de mogelijkheden uit die leiden tot een uitvoerbare en uitlegbare opt-out. Het
waarborgen dat de private verzekering ten minste dezelfde dekking en dezelfde premie
vraagt, is daarvan een onderdeel. Ik beoog daarbij om de administratieve handelingen
en de kosten die daarmee gemoeid zijn, zoveel mogelijk te beperken. Ik werk dit uit
in overleg met verzekeraars.
Vraag 9
Kunt u deze vragen een voor een en voor het plenaire debat over de arbeidsmarkthervorming
beantwoorden?
Antwoord 9
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.