Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Jasper van Dijk en Sjoerdsma over sanctie-ontwijking door Iran
Vragen van de leden Jasper van Dijk (SP) en Sjoerdsma (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over sanctie-ontwijking door Iran (ingezonden 23 maart 2023).
Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking)
en van de Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 16 mei 2023).
Vraag 1
Wat is uw oordeel over de uitzending van Zembla «Sluiproute Iran» van 16 maart jl.?1
Antwoord 1
Alhoewel het kabinet zich niet in het geschetste beeld herkent, wil het zich onthouden
van een inhoudelijk oordeel over televisie-uitzendingen.
Vraag 2
Zijn de activiteiten van dit Iraanse handelskantoor bij u bekend c.q. worden deze
activiteiten in de gaten gehouden in het kader van sanctiehandhaving?
Antwoord 2
Over individuele gevallen kan het kabinet geen uitspraken doen. In zijn algemeenheid
geldt dat het primair aan marktpartijen zelf is om naleving van sancties te waarborgen.
Daarop wordt door de overheid toezicht gehouden en vindt handhaving plaats. Bedrijven
moeten zelf onderzoek doen om te voorkomen dat zij meewerken aan sanctieomzeiling
en mogelijk in overtreding kunnen zijn van de Wet op economische delicten (Wed). De
verantwoordelijkheid van de overheid voor sanctietoezicht en -handhaving is belegd
bij verschillende instanties.
Vraag 3
Waarom heeft u deze misstand niet onderzocht en aan de Kamer gemeld?
Antwoord 3
Over individuele gevallen kan het kabinet geen uitspraken doen, noch aan de Kamer
rapporteren. In de uitzending van Zembla wordt het beeld geschetst dat het Iraanse
Revolutionaire Garde Korps (IRGC) geld zou verdienen met oliehandel via Nederland.
In algemene zin geldt dat de IRGC sinds 26 juli 2010 door de EU gesanctioneerd is
vanwege betrokkenheid bij het Iraanse nucleaire programma en het programma voor ballistische
raketten. Het is daarmee in beginsel niet toegestaan om direct of indirect tegoeden
of economische middelen ter beschikking te stellen aan de IRGC. Het zou uitermate
onwenselijk zijn als via Nederland dergelijke sancties worden ontweken. Als er aanwijzingen
zijn dat sancties niet worden nageleefd, wordt er onderzoek gedaan, en waar nodig
wordt er handhavend opgetreden. Indien sprake is van een overtreding van de Wet op
economische delicten, kunnen individuen ook strafrechtelijk worden vervolgd.
Vraag 4
Klopt de bewering in deze uitzending dat vermoedelijke sanctie-ontwijking door een
bedrijf in olie- en gasapparatuur in Zierikzee is gemeld aan het ministerie? Klopt
de bewering dat met die melding niets is gedaan? Zo ja, waarom niet?
Antwoord 4
Over individuele gevallen kan het kabinet geen uitspraken doen. In algemene zin geldt
dat er onderzoek wordt gedaan bij eventuele aanwijzingen dat sancties niet worden
nageleefd. Waar nodig en voor zover mogelijk wordt er handhavend opgetreden. Indien
sprake is van een overtreding van de Wet op economische delicten, kunnen en worden
individuen ook strafrechtelijk vervolgd.
Vraag 5
Klopt de bewering van de documentaire, dat Nederlandse sancties tegen Iran vaker niet
worden gehandhaafd en dat handel met Iraanse bedrijven op de sanctielijst niet altijd
bestraft wordt?
Antwoord 5
Het kabinet deelt de constatering niet dat sancties in Nederland niet goed zouden
worden gehandhaafd. Zie ook het antwoord op vragen 2 en 3. Als er aanwijzingen zijn
dat sancties niet worden nageleefd, wordt er onderzoek gedaan, en waar nodig en voor
zover mogelijk wordt er handhavend opgetreden. Indien sprake is van een overtreding
van de Wet op economische delicten, kunnen en worden individuen ook strafrechtelijk
vervolgd. Daarnaast kan het OM besluiten om lichtere overtredingen buitengerechtelijk
af te doen, door middel van een transactie. Dergelijke transacties worden echter niet
openbaar gemaakt.
Vraag 6
Zijn er meer gevallen bekend van bedrijven in Nederland die meewerken aan het omzeilen
van sancties tegen Iran?
Antwoord 6
Over individuele gevallen kan het kabinet geen uitspraken doen. In algemene zin geldt
dat overtredingen van sanctiemaatregelen helaas voorkomen. Zoals ook uit het antwoord
op vraag 5 blijkt, wordt daar op gehandhaafd en in sommige gevallen kan dit ook aanleiding
zijn voor strafrechtelijke vervolging. De afgelopen jaren zijn er diverse strafrechtelijke
onderzoeken ingesteld naar overtredingen van de sanctiemaatregelen.
Vraag 7
Deelt u de mening dat er bij de harde woorden van Nederland over de wandaden van de
Revolutionaire Garde ook daden gevoegd moeten worden? En dat we de Revolutionaire
Garde dus moeten raken waar het pijn doet: door de olie-industrie waar zij financieel
op leunen met sancties af te knijpen?
Antwoord 7
Ja. Dat is waarom Nederland een van de initiatiefnemers is geweest voor het grote
aantal sancties ten aanzien van kopstukken van de IRGC die onder het EU-mensenrechtensanctieregime
zijn aangenomen sinds het begin van de protesten in Iran. Daarnaast geldt dat de IRGC
al sinds 26 juli 2010 door de EU is gesanctioneerd vanwege haar verantwoordelijkheid
voor het Iraanse nucleaire programma en het programma voor ballistische raketten.
Specifieke onderdelen van de IRGC zijn bovendien eigenstandig onder verschillende
EU-sanctieregimes gesanctioneerd. De IRGC Qods Force, de buitenlandtak van de IRGC,
is bijvoorbeeld op basis van het EU Syrië-sanctieregime gesanctioneerd en de IRGC
luchtmacht is onder de Ruslandsancties gesanctioneerd in relatie tot de militaire steun aan Rusland ten behoeve van de oorlog in
Oekraïne. In navolging van deze sancties is het in beginsel niet toegestaan om direct
of indirect tegoeden of economische middelen ter beschikking te stellen aan de IRGC.
Vraag 8
Bent u bereid om een serieus onderzoek in te stellen naar omzeilingsroutes van sancties
in Nederland en de handhaving van het verbod op omzeiling? Bent u tevens bereid om
over de voortgang van dit onderzoek te rapporteren aan de Kamer?
Antwoord 8
Het tegengaan van sanctie-omzeiling is volledig ingebed in de Nederlandse handhavingsaanpak.
Verschillende uitvoeringsinstanties houden zich bezig met toezicht en handhaving op
omzeiling van sanctiemaatregelen. Zo is de Douane extra alert op specifieke wijzigingen
in de handelsstromen, en controleert zij op het risico van het gebruik van uitwijklanden.
Recent heeft Nederland in de EU voorstellen gedaan om sanctie-ontwijking op verschillende
niveaus nog actiever tegen te gaan. Deze voorstellen zijn met Uw Kamer gedeeld (bijlage
bij Kamerstuk 36 045, nr. 151). Indien er informatie beschikbaar is dat er toch sancties worden overtreden, dan
kan deze informatie worden gemeld en zal hier voor zover mogelijk altijd onderzoek
naar worden gedaan. Over de uitkomsten van individuele zaken kunnen in het openbaar
geen mededelingen worden gedaan.
Vraag 9
Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 9
De vragen zijn afzonderlijk beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede namens
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.