Schriftelijke vragen : De beperkte invloed van het bron- en contactonderzoek en de CoronaMelder-app op de bestrijding van de pandemie
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de beperkte invloed van het bron- en contactonderzoek en de CoronaMelder-app op de bestrijding van de pandemie (ingezonden 8 mei 2023).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «Contactonderzoek GGD en corona-app dempten
epidemie maar matig»?, van de Volkskrant en het onderzoek waarop dit artikel gebaseerd
is?1, 2
Vraag 2
Is voordat het bron- en contactonderzoek-stramien van kracht werd een impactanalyse
gemaakt van de effectiviteit van dit programma? Zo ja, wat waren de resultaten daarvan
en in hoeverre weken die af van de conclusies die nu uit bovengenoemd onderzoek komen?
Indien deze erg afweken, kunt u dan beargumenteren hoe dit kan? Waarom is vooraf ingeschat
dat de invloed op het in kaart brengen en indammen van het coronavirus zoveel groter
zou zijn dan uiteindelijk daadwerkelijk het geval bleek?
Vraag 3
Wie hebben de vermeende en beoogde impact van het bron- en contactonderzoek in kaart
gebracht en volgens welke methodiek?
Vraag 4
Hoe reflecteert u op het feit dat er 23 miljoen euro aan gemeenschapsgeld is gespendeerd
aan – opnieuw – een ineffectieve coronamaatregel? Staat u, in retrospectief, nog altijd
achter dit programma?
Vraag 5
Wat zijn de gevolgen (maatschappelijk, financieel, economisch) geweest van het bron-
en contactonderzoek voor de arbeidsmarkt en de werkgelegenheid, aangezien voor dit
programma veel mensen moesten worden aangetrokken, die werden weggehaald uit andere
sectoren, waarin niet zelden al personeelstekorten waren? Kunt u een kosten-baten
analyse geven?
Vraag 6
Was op enig moment gedurende de coronacrisis ook al duidelijk dat het bron- en contactonderzoek
weinig bijdroeg aan de bestrijding van het virus? Zo ja, op welk moment bleek dat
dit programma niet het beoogde en gewenste effect had, wie/wat kwam initieel tot deze
conclusie en wanneer is uw ministerie en/of het kabinet hiervan op de hoogte gebracht?
Waarom is het programma op dat moment niet heroverwogen en/of gestaakt? Hoeveel geld
is daardoor onnodig uitgegeven aan een ineffectieve maatregel?
Vraag 7
Waarom is de Kamer niet geïnformeerd over de tegenvallende effectiviteit van het bron-
en contactonderzoek en de CoronaMelder en heeft daarover geen parlementair debat plaatsgevonden?
Vraag 8
Vindt u het, achteraf gezien, niet logisch dat het bron- en contactonderzoek ineffectief
was, aangezien het moeten inventariseren van coronabesmette personen, het in kaart
moeten brengen van hun contacten en het vervolgens op de hoogte stellen van deze mensen
door derden logischerwijs dusdanig veel tijd en moeite in beslag neemt dat de maatregel
zijn doel al mist voor er überhaupt geschoten kan zijn?
Vraag 9
Wat gaat u bij eventuele toekomstige infectieziektebedreigingen doen ten aanzien van
bron- en contactonderzoek? Bent u voornemens om een andere strategie te gaan hanteren?
Zo ja welke, of gaat u deze maatregel schrappen?
Vraag 10
Hoe reflecteert u op het feit dat veel mensen het bron- en contactonderzoek ervoeren
als een inbreuk op hun privacy en die van hun omgeving en daarom ook niet bereid waren
om bij de GGD te melden met wie zij in contact geweest waren en/of überhaupt niet
meldden dat zij een vermeende coronabesmetting onder de leden hadden teneinde bron-
en contactonderzoek te vermijden?
Vraag 11
Hoe reflecteert u op de conclusie van de onderzoekers dat de CoronaMelder onderhevig
was aan zoveel restricties dat hij niet meer effectief was? Onderschrijft u deze conclusies
en kunt u dan verklaren waarom op voorhand niet duidelijk was dat deze app niet het
beoogde resultaat zou boeken?
Vraag 12
Kunt u uitleggen waarom deze app er per se moest komen, terwijl tijdens de ontwikkeling
ervan al veel problemen ontstonden en veel (digitale) experts de effectiviteit, ontwikkelingswijze
en wenselijkheid ervan al betwistten?
Vraag 13
Bent u nog altijd van mening dat een «meld-app» waarmee mensen dus kunnen worden aangemerkt
als potentieel «gevaar» voor de samenleving en de overheid de populatie op basis van
een vermeende dreiging in kaart kan brengen en in de gaten kan houden, wenselijk is?
Vraag 14
Vindt u achteraf gezien niet dat een dergelijke app inbreuk maakt op de bewegingsvrijheid
en anonimiteit van burgers, op oneigenlijke en speculatieve gronden en bovendien kan
leiden tot maatschappelijke onrust en polarisatie? Zo nee, waarom niet?
Vraag 15
Kunt u de onderzoeksanalyse delen waarin wordt beweerd dat de CoronaMelder toch nog
vijftien duizend besmettingen, 200 ziekenhuisopnamen en tussen de 110 en 250 sterfgevallen
zou hebben gescheeld? Op basis waarvan zijn deze cijfers tot stand gekomen? Waarom
is de Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)-studie met deze berekeningen
niet langer online beschikbaar?3
Vraag 16
Kunt u de modellen van het RIVM delen waarop deze berekeningen zijn gebaseerd?
Vraag 17
Hoeveel verlies heeft Nederland geleden op de CoronaMelder? Hoe verhoudt zich dat
tot de winst die ermee is geboekt?
Vraag 18
Bent u voornemens om bij toekomstige gezondheidscrises opnieuw een dergelijke app
in te zetten? Zo ja, waarom en op welke manier denkt u zo’n applicatie dan dusdanig
te verbeteren dat deze wel tot het gewenste resultaat leidt?
Indieners
-
Gericht aan
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Gericht aan
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Indiener
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.