Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
Tweede Kamer der Staten-Generaal
InhoudsopgaveA. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL B. BEGROTINGSTOELICHTING1 Leeswijzer2 Beleid2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties3 Beleidsartikelen3.1 Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en marktenBudgettaire gevolgen van beleidToelichting3.2 Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroeiBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.3 Beleidsartikel 3 ToekomstfondsBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.4 Beleidsartikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatveranderingBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.5 Beleidsartikel 5 Een veilig Groningen met perspectiefBudgettaire gevolgen van beleidToelichting 3.6 Beleidsartikel 6 Bijdrage Nationaal GroeifondsBudgettaire gevolgen van beleidToelichting4 Niet-beleidsartikelen4.1 Artikel 40 Apparaat Kerndepartement4.2 Artikel 41 Nog onverdeeld5 Agentschappen5.1 Nederlandse Emissieautoriteit (NEa)5.2 Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI)
36 350 XIII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
Vergaderjaar 2022‒2023
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2023 wijzigingen aan te brengen in:
1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat;
2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;
Vanwege de spoedeisende maatregelen zijn in de periode december 2022 tot en met 27 februari 2023 drie incidentele suppletoire begrotingen over het begrotingsjaar 2023 naar de Tweede Kamer verzonden. De behandeling van de tweede en de derde incidentele suppletoire begrotingen in de Staten-Generaal heeft nog niet plaatsgevonden. Om deze reden is de in de begrotingsstaat opgenomen stand nog niet door de beide Kamers bekrachtigd. Vanwege de snelle opeenvolging van begrotingswetsvoorstellen, om het budgetrecht van de Staten Generaal te waarborgen, bevat de kolom ‘vastgestelde begroting’ zowel de vastgestelde stand bij ontwerpbegroting als de mutaties die bij incidentele suppletoire begrotingen zijn opgenomen.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Mede namens de Minister voor Klimaat en Energie,
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,M.A.M.Adriaansens
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
Opbouw 1e suppletoire begroting 2023
Deze 1e suppletoire begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begrotingsuitvoering 2023. Onderdeel B, de begrotingstoelichting, is als volgt opgebouwd:
1. Leeswijzer met onder andere een overzicht van de coronamaatregelen die op de begroting van het Ministerie van EZK zijn opgenomen.
2. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties. De belangrijkste verplichtingenmutaties zijn toegelicht in de artikelen.
3. De beleidsartikelen. Voor ieder beleidsartikel is de tabel «Budgettaire gevolgen van beleid» opgenomen. Hierin zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten weergegeven.
4. De niet-beleidsartikelen. In de budgettaire tabellen zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten opgenomen.
5. De agentschappen. In deze 1e suppletoire begroting zijn de aanpassingen in de agentschapsparagrafen van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) en de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) opgenomen.
Ondergrenzen toelichtingen
Voor het toelichten van de begrotingsmutaties zijn in deze eerste suppletoire begroting de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande tabel.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 < 1000
5
10
=> 1000
10
20
In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden deze ondergrenzen.
Overzicht coronamaatregelen
Hieronder een overzicht van de coronamaatregelen met daarin de coronagerelateerde uitgaven vanuit de begroting van het Ministerie van EZK. Een uitgebreid overzicht is te vinden op Overheidsfinancien in coronatijd op Rijksfinancien.nl.
Tabel 2 Overzicht coronamaatregelen (bedragen x € 1 mln)
Artikel
Naam maatregel/regeling
Bedrag verplichtingen 2023
Bedrag uitgaven 2023
Bedrag ontvangsten 2023
Relevante Kamerstukken
2
Tegemoetkoming vaste lasten (TVL)
143
293
200
Kamerstuk 35 420, nr. 38, Kamerstuk 35 420, nr. 42, Kamerstuk 35 420, nr. 81, Kamerstuk 35 420, nr. 105, Kamerstuk 35 420, nr. 214, Kamerstuk 35 420, nr. 217, Kamerstuk 35 420, nr. 226, Kamerstuk 35 420, nr. 237, Kamerstuk 35 420, nr. 247, Kamerstuk 35 420, nr. 248, Kamerstuk 35 420, nr. 270, Kamerstuk 35 420, nr. 314, Kamerstuk 35 420, nr. 273, Kamerstuk 35 420, nr. 458, Kamerstuk 35 420, nr. 462, Kamerstuk 35 420, nr 466, Kamerstuk 35 420, nr. 479
2
Tegemoetkoming vaste lasten starters
2
4
Kamerstuk 35 420, nr. 217, Kamerstuk 35 420, nr. 479
2
Herstructurering winkelgebieden en binnensteden
39
10
Kamerstuk 31 757, nr. 105
2
Subsidieregeling R&D mobiliteitssectoren
34
Kamerstuk 35 420, nr. 248
2
Tijdelijke regeling subsidie evenementen COVID-19 (TRSEC)
10
10
Kamerstuk 35 420, nr. 217, Kamerstuk 35 420, nr. 354
2
Aanvullende tegemoetkoming evenementen
1
1
Kamerstuk 35 420, nr 454, Kamerstuk 35 420, nr 462
2
Voucherkredietfaciliteit/Leningsfaciliteiten reissector
43
Kamerstuk 35 420, nr. 72, Kamerstuk 35 420, nr. 105, Kamerstuk 35 420, nr. 252
2
Qredits
100
Kamerstuk 35 420, nr. 2, Kamerstuk 35 420, nr. 16, Kamerstuk 35 420, nr. 105, Kamerstuk 35 420, nr. 217, Kamerstuk 35 420, nr. 277
2
Garantie ondernemersfinanciering (GO-Corona)
50
Kamerstuk 35 420, nr. 2, Kamerstuk 35 420, nr. 16, Kamerstuk 35 420, nr. 462
2
Bijdrage RVO.nl
18
18
Kamerstuk 35 420, nr. 2, Kamerstuk 35 420, nr. 38, Kamerstuk 35 420, nr. 105, Kamerstuk 35 420, nr. 217, Kamerstuk 35 420, nr. 248
3
Corona Overbruggingslening (COL)
27
Kamerstuk 35 420, nr. 16, Kamerstuk 35 420, nr. 38, Kamerstuk 35 420, nr. 42
3
Dutch Future Fund
11
Kamerstuk 33 009, nr. 96
3
Deep Tech Fund
60
Kamerstuk 33 009, nr. 96
3
Fonds Alternatieve Financiering (Dutch Alternative Credit Instrument)
22
Kamerstuk 33 009, nr. 96
Totaal
212
612
270
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2023
Tabel 3 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2023 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Uitgaven 2023
Uitgaven 2024
Uitgaven 2025
Uitgaven 2026
Uitgaven 2027
Vastgestelde begroting 2023 na ISB's
27.720.459
14.327.488
12.496.422
11.737.794
11.137.290
Belangrijkste suppletoire mutaties
Tegemoetkoming Energiekosten (TEK)
2
‒ 900.000
‒ 300.000
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
2
‒ 191.411
SDE
4
‒ 365.000
‒ 379.000
SDE+
4
‒ 1.495.230
‒ 2.669.146
‒ 681.142
21.193
31.052
SDE++
4
62.375
‒ 26.426
‒ 44.044
‒ 66.066
Opschalingsinstrument waterstof
4
‒ 191.320
‒ 57.160
‒ 44.160
17.840
82.000
IPCEI waterstof
4
64.038
24.815
‒ 2.284
‒ 118.729
16.515
Tijdelijk prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
4
‒ 6.118.735
Tegemoetkoming blokaansluitingen
4
861.300
Subsidieregelingen bestuurlijke afspraken
5
124.933
Schadeafhandeling
5
39.283
‒ 13.524
87.353
98.476
239.122
Versterkingsoperatie
5
231.527
51.049
128.782
9.656
‒ 111.275
Vergoeding Norg akkoord
5
‒ 1.336.929
24.342
Nationaal Programma Groningen
5
84.749
Clustering en gebiedsfonds (bestuurlijke afspraken)
5
135.922
Loon- en prijsbijstelling
41
222.701
211.009
213.574
194320
191.688
Beschermingsfonds economische veiligheid
41
100.000
100.000
Overige mutaties
287.821
‒ 18.560
‒ 8.018
116.101
141.833
Stand 1e suppletoire begroting 2023
19.336.483
11.301.313
12.164.101
12.032.607
11.662.159
Toelichting
Tegemoetkoming Energiekosten (TEK)
Naar aanleiding van de CPB-raming (CEP) wordt met deze mutatie de TEK-budget naar beneden bijgesteld. De verwachte prijsontwikkelingen leiden tot lagere benodigde uitgaven voor compensatie van de energieprijs. Daarnaast betreft het een reguliere herziening van de uitvoeringskosten van RVO in lijn met de hoeveelheid verwachte aanvragen.
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
De BAR betreft EU-middelen voor ondersteuning van bedrijven die negatieve gevolgen ondervinden van de Brexit. Door tegenvallende interesse in de BAR-regeling (m.n. het bedrijfslevenspoor) is er aanzienlijke onderuitputting op het verplichtingen- en kasbudget. Deze in 2022 niet-bestede middelen worden overgeheveld naar 2023. Het per saldo overschot aan middelen (€ 280 mln, zie daarvoor ook tabel belangrijkste ontvangstenmutaties) wordt overgeheveld naar het programma REPowerEU. Zie ook de brief «Nationaal Hervormingsprogramma 2023 en overheveling middelen Brexit Adjustment Reserve» (Kamerstuk 35 393, nr. 50).
SDE
De sterk gestegen energieprijzen hebben ertoe geleid dat er de komende jaren vrijewel geen subsidievoorschotten zullen worden verstrekt op de SDE, SDE+ en de SDE++regelingen. Hierdoor ontstaat er veel ruimte binnen de SDE-middelen. Deze wordt voor in totaal € 744 mln (waarvan € 365 mln in 2023) ingezet ter dekking van de kosten van de energiemaatregelen die het kabinet genomen heeft (onder andere het prijsplafond).
SDE+
Ook op de SDE+middelen is door de gestegen energieprijzen ruimte ontstaan. Deze middelen worden daarom over de periode 2023-2025 met in totaal € 4,8 mld verlaagd, waarvan € 1,5 mld betrekking heeft op 2023. Een deel van de verlaging (€ 4,3 mld, waarvan € 0,9 mld in 2023) wordt ingezet ter dekking van de kosten van de energiemaatregelen. € 500 mln wordt in 2023 overgeheveld naar het ministerie van Financiën om de kapitaalversterking van Stedin te financieren (Kamerstuk 32813, nr. 1147). Ook wordt in 2023 € 62,4 mln aan het SDE++budget toegevoegd ter dekking van het tekort op de financiering van de statistische overdracht aan Denemarken. Tenslotte wordt in totaal € 127 mln aan opbrengsten van de tenders Wind op Zee aan het budget toegevoegd.
SDE++
Het SDE++budget 2023 wordt met € 62,4 mln opgehoogd vanuit de SDE+middelen ter dekking van het tekort op de financiering van de statistische overdracht aan Denemarken.
Opschalingsinstrument waterstof
Op de middelen voor realisatie van de waterstofbackbone door GasUnie wordt een kasschuif doorgevoerd van 2023, 2024 en 2025 naar latere jaren, dit om de beschikbare middelen in lijn te brengen met de verwachte bevoorschotting aan GasUnie op basis van de ingediende subsidieaanvraag, het uitrolplan en daarbij geleverde meerjarenbegroting.
IPCEI waterstof
De in 2022 aan de EZK-begroting toegevoegde Klimaatfondsmiddelen voor de Important Projects of Common European Interest op het gebied van waterstof (IPCEI Waterstof) zijn voor een groot deel onbesteed gebleven. Via de eindejaarsmarge die voor het Klimaatfonds geldt worden deze onbesteed gebleven middelen nu toegevoegd aan de begroting 2023.
Tijdelijke prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
Omdat de energieprijzen sinds het begin van 2023 een sterk dalende trend vertonen, is de verwachting dat de kosten gemoeid met het prijsplafond energie voor kleinverbruikers in 2023 sterk zullen dalen. Daarom wordt het (kas)budget met een bedrag van € 6.119 mln naar beneden bijgesteld.
Tegemoetkoming blokaansluitingen
Voor de tegemoetkoming aan circa 700.000 huishoudens met een blokaansluiting (huurders van woningbouwcorporaties of particuliere verhuurders, eigenaar-bewoners in een Vereniging van Eigenaren (VvE), cliënten van woonzorginitiatieven, studenten) is er € 861,3 mln aan de EZK-begroting toegevoegd.
Subsidieregelingen bestuurlijke afspraken
In het kader van de bestuurlijke afspraken uit 2020 zijn een aantal subsidie regelingen geïntroduceerd. Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen (ca. € 125 mln) worden toegevoegd aan de begroting voor 2023.
Schadeafhandeling
De raming van de schadeafhandeling wordt ieder jaar geactualiseerd. Naar aanleiding daarvan wordt het in de EZK-begroting opgenomen bedrag voor de vergoedingen voor fysieke schade, immateriële schade en waardedaling en de uitvoeringskosten van het IMG bijgesteld.
Versterkingsoperatie
Ieder jaar wordt bij Voorjaarsnota de raming van de versterkingsoperatie geactualiseerd. Naar aanleiding van deze actualisatie worden de geraamde uitgaven en ontvangsten voor de gehele periode tot en met 2028 aangepast.
Vergoeding Norg akkoord
Conform de afspraken in het Norg akkoord betaalt de Staat een vergoeding aan NAM. De berekeningswijze van de vergoeding is vastgesteld in arbitrage, de hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de gasprijs. Over de vergoeding moet btw worden betaald (Kamerstuk 33 529, nr. 997). De geraamde uitgaven voor het Norg akkoord worden bijgesteld als gevolg van de ontwikkeling van de gasprijs.
Nationaal Programma Groningen
Met het Nationaal Programma Groningen (NPG) wordt geïnvesteerd in de leefbaarheid, economische ontwikkeling en energietransitie in Groningen. Het NPG is een samenwerkingsverband van het Rijk, de provincie en gemeenten. In 2022 is € 84,7 mln van de beschikbare middelen niet tot besteding gekomen. Deze middelen worden toegevoegd aan de EZK-begroting voor 2023.
Clustering en gebiedsfonds (bestuurlijke afspraken)
In het kader van de bestuurlijke afspraken uit 2020 worden uitkeringen gedaan aan medeoverheden voor clustering en het gebiedsfonds (blokken B en D uit de bestuurlijke afspraken). Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen, worden voor 2023 toegevoegd aan de EZK begroting.
Loon- en prijsbijstelling
Bij Voorjaarsnota 2023 is loon- en prijsbijstellingstranche 2023 voor EZK uitgedeeld. De loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling en de stijging van de sociale lasten en pensioenpremies voor de overheidswerkgevers. De prijsbijstelling betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen.
Beschermingsfonds economische veiligheid
Dit betreft een reservering van € 100 mln voor de nadere uitwerking van het Beschermingsfonds Economische Veiligheid, met Invest-NL als beoogd uitvoerder. Het fonds wordt bekostigd door een deel van de loon- en prijsbijstelling van het Nationaal Groeifonds. De Kamer wordt geïnformeerd over de uitwerking van het fonds. Na positieve besluitvorming hierover worden de middelen overgeheveld naar het juiste instrument op de begroting. Zie ook de bijbehorende toelichting op artikel 41.
Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2023
Tabel 4 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2023 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
Ontvangsten 2023
Ontvangsten 2024
Ontvangsten 2025
Ontvangsten 2026
Ontvangsten 2027
Vastgestelde begroting 2023 na ISB's
17.086.825
8.714.385
4.980.990
4.017.508
3.857.568
Belangrijkste suppletoire mutaties
Tegemoetkoming Energiekosten (TEK)
2
150.000
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
2
‒ 215.000
‒ 65.000
ETS-ontvangsten
4
150.000
250.000
350.000
250.000
Ontvangsten WOZ (elektriciteit)
4
63.500
Heffing gasleveringszekerheid
4
130.000
130.000
130.000
Ontvangsten NAM fysieke schade
5
‒ 97.203
‒ 53.429
‒ 23.092
108.361
208.438
Ontvangsten NAM uitvoeringskosten schade
5
3.916
16.682
44.449
73.054
64.060
Dividenduitkering EBN
5
‒ 2.774.500
‒ 1.085.500
711.000
575.000
350.000
Ontvangsten Mijnbouwwet
5
‒ 2.233.000
‒ 859.000
573.000
205.000
45.000
Overige mutaties
51.160
‒ 151.268
202.011
151.824
82.705
Stand 1e suppletoire begroting 2023
11.885.698
6.881.870
6.803.358
5.610.747
4.987.771
Toelichting
Tegemoetkoming Energiekosten (TEK)
Naar aanleiding van de CPB-raming (CEP) wordt met deze mutatie de TEK-budget naar beneden bijgesteld. De geraamde ontvangsten bestaan uit de terugvordering van naar verwachting teveel bevoorschotte compensatie.
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
De BAR betreft EU-middelen voor ondersteuning van bedrijven die negatieve gevolgen ondervinden van de Brexit. Door tegenvallende interesse in de BAR-regeling (m.n. het bedrijfslevenspoor) is er aanzienlijke onderuitputting op het verplichtingen- en kasbudget. Daardoor zullen eerder geraamde EU-middelen niet ontvangen worden. Het per saldo overschot aan middelen (€280 mln) wordt overgeheveld naar het programma REPowerEU. Zie de brief «Nationaal Hervormingsprogramma 2023 en overheveling middelen Brexit Adjustment Reserve» (Kamerstuk 35 393, nr. 50).
ETS-ontvangsten
Door de fluctuaties in prijzen voor emissierechten wordt de raming van de ETS-ontvangsten vanaf 2024 opgehoogd.
Ontvangsten WOZ
Nadat in 2022 al een ontvangst van € 63,5 mln was gerealiseerd als tender opbrengst voor kavel 7 van het windpark Hollandse Kust (West) wordt in 2023 opnieuw € 63,5 aan tenderpobrengsten verwacht, dit keer voor kavel 6 van van Hollandse Kust (West). De totale opbrengst van € 127 mln wordt aan het SDE+budget toegevoegd.
Heffing gasleveringszekerheid
De kosten die zijn gemaakt voor het vullen van de gasopslagen worden gedragen door de baathebbenden, in dit geval de gebruikers van het gastransportnet. Hiervoor wordt gewerkt aan een heffing op geboekte capaciteit voor transport via het landelijk gastransportnet van GTS. Om de heffing gelijk te stellen aan de totale maximale kosten van het vullen van de berging wordt deze reeks opgehoogd met € 130 mln per jaar. Voor de vulopdracht aan EBN en de subsidie aan marktpartijen voor het gasjaar 2023/2024 is tezamen € 760,5 mln begroot.
Ontvangsten NAM fysieke schade
De uitgaven voor de schadeafhandeling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven voor fysieke schade worden ook de ontvangsten van NAM bijgesteld.
Ontvangsten NAM uitvoeringskosten schade
De uitgaven voor uitvoeringskosten van de schadeafhandeling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven worden ook de ontvangsten van NAM bijgesteld.
Dividenduitkering EBN
De geraamde ontvangsten aan Dividenduitkering EBN worden bijgesteld naar aanleiding van de ontwikkelingen in de gasprijs.
Ontvangsten Mijnbouwwet
De geraamde ontvangsten op basis van de Mijnbouwwet worden bijgesteld naar aanleiding van de ontwikkelingen in de gasprijs.
Ombuigingsmaatregelen op EZK-instrumentarium (hoofdstuk XIII)
Tabel 5 Ombuigingsmaatregelen op EZK-instrumentarium (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer
2023
2024
2025
2026
2027
Uitgaven
Ombuigen BMKB-uitgaven
2
1.980
3.300
4.950
Ombuigen bijdrage aan NBTC
2
300
0
750
Ombuigen PPS-toeslag
2
900
1.500
2.250
Ombuigen TO2 (bijdrage TNO)
2
600
1.000
1.500
Ombuigen SDE ++
4
26.426
44.044
66.066
Ombuigen ICT-ontwikkelbudget
40
2.040
3.400
5.100
Ontvangsten
Ophogen ontvangstraming High Trust
1
1.350
2.250
3.375
Ophogen ontvangstraming Rijksoctrooiwet
2
2.100
3.500
5.250
Ophogen ontvangstraming Innovatiekrediet
3
900
1.500
2.250
Subtotaal
0
0
36.596
60.494
91.491
Toelichting
Ombuigingsmaatregelen EZK-instrumentarium
Als bijdrage in de structurele rijksbrede dekkingsopgave zijn op diverse uitgaven van de EZK-begroting kortingen doorgevoerd en zijn enkele ontvangstenramingen verhoogd. De bijdrage vanuit de EZK-begroting bedraagt ruim € 120 mln p.j. vanaf 2028 en is in tabel 5 gespecificeerd. Daarnaast is ten behoeve van de rijksbrede dekkingsopgave gekort op de loon- en prijsbijstelling voor het Nationaal Groeifonds en op de loon- en prijsbijstelling voor de middelen die op de Aanvullende Post geraamd zijn voor het op Prinsjesdag in te stellen Klimaatfonds. Het gaat daarbij om een bedrag van € 43 mln in 2023, oplopend tot € 257 mln in 2027. Na 2028 loopt deze korting op de loon- en prijsbijstelling af tot nihil in 2033 omdat de middelen voor het Nationaal Groeifonds en het Klimaatfonds niet structureel zijn. Een korting op loon- en prijsbijstelling impliceert dat de beschikbare middelen nominaal in stand blijven, maar niet (volledig) gecompenseerd worden voor inflatie.
3 Beleidsartikelen
3.1 Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid art. 1 Goed functionerende economie en markten (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
304.412
0
304.412
72.160
376.572
36.317
36.834
‒ 966
1.683
Uitgaven
340.794
0
340.794
‒ 12.010
328.784
‒ 19.144
‒ 4.625
10.254
46.887
Subsidies (regelingen)
66.272
0
66.272
‒ 16.240
50.032
‒ 23.411
‒ 6.859
7.720
45.204
Cyber security
534
534
534
Subsidiemaatregel telecom Caribisch Nederland
3.500
3.500
3.500
EU-cofinanciering Digital Europe
26.800
26.800
‒ 1.773
25.027
Beter aanbesteden
0
306
306
NGF - project AiNed
29.800
29.800
‒ 14.773
15.027
‒ 23.411
‒ 6.859
7.720
45.204
NGF - project Nationaal Onderwijslab
5.638
5.638
5.638
Opdrachten
32.898
0
32.898
‒ 6.097
26.801
0
0
0
0
Onderzoek&opdrachten
2.280
2.280
819
3.099
1.382
1.292
1.353
1.353
Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties
5.681
5.681
‒ 2.021
3.660
‒ 1.382
‒ 1.292
‒ 1.353
‒ 1.353
Digital trust centre
3.941
3.941
‒ 141
3.800
Cyber security
8.823
8.823
‒ 1.220
7.603
ICT beleid
7.593
7.593
‒ 2.029
5.564
CSIRT - DSP
1.040
1.040
1.040
Nationaal Groeifonds
2007
2.007
2.007
Vervolgprogramma beter aanbesteden
1.533
1.533
‒ 1.505
28
Bijdrage aan agentschappen
54.734
0
54.734
7.345
62.079
164
164
0
0
Bijdrage RVO.nl
13.332
13.332
7.345
20.677
164
164
Bijdrage RDI
41.402
41.402
41.402
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
182.702
0
182.702
2.546
185.248
4.103
2.070
2.534
1.683
Bijdrage Metrologie
11.565
11.565
11.565
Raad voor de Accreditatie
1.060
1.060
330
1.390
70
Bijdrage ACM
802
802
802
Bijdrage aan het CBS
169.275
169.275
2.216
171.491
4.033
2.070
2.534
1.683
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
4.188
0
4.188
436
4.624
0
0
0
0
Bijdrage Nederlands Normalisatie Instituut
1.239
1.239
1.239
Bijdrage aan internationale organisaties
2.949
2.949
436
3.385
Ontvangsten
31.934
0
31.934
10.000
41.934
10.000
11.350
12.250
13.375
Ontvangsten ACM
162
162
162
Ontvangsten High Trust
30.200
30.200
10.000
40.200
10.000
11.350
12.250
13.375
Diverse ontvangsten
1.572
1.572
1.572
Tabel 7 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
304.412
0
304.412
72.160
376.572
36.317
36.834
‒ 966
1.683
waarvan garantieverplichtingen
waarvan overige verplichtingen
304.412
304.412
72.160
376.572
36.317
36.834
‒ 966
1.683
Budgetflexibiliteit
Het percentage juridisch verplicht en bestuurlijk gebonden is 99%. Dit is ongeveer 1% hoger dan bij de ontwerpbegroting 2022. Dit heeft te maken met reeds aangegane verplichtingen bij onder andere de onderzoeksbudgetten.
Toelichting
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingbudget met € 72,2 mln wordt voornamelijk veroorzaakt door een verplichtingenschuif van € 10,5 mln bij de subsidiemaatregel Telecom Caribisch Nederland. In 2023 wordt de verplichting voor deze subsidie meerjarig aangegaan. Verder is de eindejaarsmarge voor NGF-project AiNed van in totaal € 131,9 mln opgevraagd waarvan € 58,3 mln wordt ingezet in 2023. Dit komt doordat het verplichtingenbudget van AiNed volledig op 2022 stond terwijl de verplichtingen over verschillende jaren aangegaan wordt.
Uitgaven
Subsidies
NGF-project AiNedBij het NGF-project AiNed is er sprake van een kasschuif waarbij het budget in 2023 met € 14,7 mln wordt verlaagd. De uitgaven voor dit project worden met name in latere jaren (t/m 2027) verwacht.
Bijdrage Baten-Lastendiensten
Bijdrage RVO.nl
Voor de opdracht aan RVO voor het jaar 2023 heeft er een overheveling van middelen plaatsgevonden voor onder meer de uitvoering van de subsidieregeling van het Nationaal Groeifonds, het EU-programma Digital Europe en de subsidieregeling Beter aanbesteden.
Ontvangsten
Ontvangsten High Trust
Op basis van een oplopende trend van de High Trust boete-ontvangsten wordt de raming met € 10 mln verhoogd.
3.2 Beleidsartikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid art. 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en ondernemerschap voor duurzame welvaartsgroei (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
3.876.152
1.856.794
5.732.946
‒ 68.429
5.664.517
‒ 270.859
‒ 6.983
16.052
‒ 78.242
Uitgaven
2.708.363
1.714.398
4.422.761
‒ 1.073.486
3.349.275
‒ 135.483
‒ 1.649
33.487
‒ 4.435
Subsidies (regelingen)
1.449.653
1.676.273
3.125.926
‒ 1.153.663
1.972.263
‒ 183.349
‒ 52.775
7.291
‒ 11.765
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
22.251
22.251
‒ 17.282
4.969
‒ 9.868
‒ 9.868
Eurostars
21.252
21.252
21.252
Bevorderen ondernemerschap
21.401
‒ 575
20.826
‒ 5.880
14.946
‒ 168
‒ 835
‒ 721
‒ 721
Cofinanciering EFRO
26.477
26.477
26.477
Bijdrage aan ROM's
9.870
9.870
9.870
Verduurzaming industrie
66.609
66.609
‒ 7.704
58.905
‒ 12.602
‒ 5.685
‒ 5.368
‒ 1.775
Startup beleid
13.333
13.333
‒ 753
12.580
6.350
4.900
2.100
Urgendamaatregelen Industrie
11.700
11.700
‒ 6.500
5.200
‒ 800
Invest-Nl
11.090
11.090
11.090
Tegemoetkoming vaste lasten
300.000
300.000
‒ 8.880
291.120
Europees Defensie Fonds cofinanciering
10.620
10.620
‒ 345
10.275
Tegemoetkoming vaste lasten Startersregeling
0
4.000
4.000
Infrastructuur duurzame industrie (PIDI)
0
1.200
1.200
Herstructurering winkelgebieden
24.800
24.800
‒ 8.762
16.038
‒ 3.500
‒ 4.000
‒ 14.200
11.100
R&D mobiliteitssectoren
37.500
37.500
‒ 3.652
33.848
‒ 4.400
15.400
‒ 2.300
SEG
0
9.592
9.592
NGF - project Groenvermogen van de Nederlandse economie
268.179
268.179
48.214
316.393
68.737
‒ 225
‒ 439
NGF - project Health-RI
12.000
12.000
12.000
12.000
11.000
11.000
8.000
NGF - project RegMed XB
9.783
9.783
‒ 2.672
7.111
4.015
4.016
NGF - project QuantumDeltaNL
80.900
80.900
24.607
105.507
20.518
‒ 25.387
20.072
‒ 17.865
NGF - project Oncode-PACT
60.000
60.000
5.926
65.926
‒ 37
‒ 125
NGF - project Circulaire Plastics
48.970
48.970
30.320
79.290
‒ 11.990
1.170
‒ 15.000
‒ 5.000
NGF - project NXTGEN HIGH TECH
150.000
150.000
‒ 7.452
142.548
‒ 9.780
‒ 8.289
‒ 6.853
‒ 5.504
NGF - project PhotonDelta
84.948
84.948
‒ 9.829
75.119
‒ 17.824
‒ 34.847
NGF - project Opschaling PPS beroepsonderwijs
42.900
42.900
‒ 1.400
41.500
IPCEI Cloudinfrastructuur en services
29.951
29.951
‒ 19.568
10.383
19.000
IPCEI Micro elektronica
79.951
79.951
‒ 76.952
2.999
76.000
Aanvullende tegemoetkoming evenementen
0
1.454
1.454
Investeringen Verduurzaming Industrie - Klimaatfonds
50.000
50.000
‒ 9.934
40.066
EuroHPC
5.000
5.000
5.000
EuroQCI
5.000
5.000
5.000
Tegemoetkoming Energiekosten
1.400.000
1.400.000
‒ 900.000
500.000
‒ 300.000
Brexit Adjustment Reserve
62.200
149.000
211.200
‒ 191.411
19.789
Overig
10.816
10.816
10.816
Leningen
100.000
0
100.000
60.000
160.000
0
0
0
0
Qredits
100.000
100.000
100.000
NGF project PhotonDelta leningen
0
0
60.000
60.000
Garanties
112.195
0
112.195
0
112.195
0
‒ 1.980
‒ 3.300
‒ 4.950
BMKB
40.328
40.328
40.328
‒ 1.980
‒ 3.300
‒ 4.950
BMKB groen
1.900
1.900
1.900
Groeifaciliteit
8.222
8.222
8.222
Garantie Ondernemersfinanciering
11.745
11.745
11.745
Garantie Ondernemersfinanciering Corona
50.000
50.000
50.000
Opdrachten
11.627
0
11.627
4.520
16.147
3.831
3.231
539
450
Onderzoek en opdrachten
4.138
4.138
1.798
5.936
800
200
214
125
Caribisch Nederland
1.093
1.093
‒ 284
809
Regeldruk
4.136
4.136
4.136
Budget Samenwerking regio
915
915
‒ 25
890
Small Business Innovation Research
1.345
1.345
1.345
Stikstofaanpask piekbelasters industrie
0
0
3.031
3.031
3.031
3.031
325
325
Bijdrage aan agentschappen
113.421
38.700
152.121
23.097
175.218
4.708
3.708
3.608
3.040
Bijdrage RVO.nl
112.716
38.700
151.416
23.097
174.513
4.708
3.708
3.608
3.040
Bijdrage RDI
705
705
705
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
357.882
0
357.882
39.927
397.809
5.973
954
‒ 950
‒ 1.500
Bijdrage aan TNO
189.901
189.901
32.012
221.913
3.433
‒ 46
‒ 950
‒ 1.500
Kamer van Koophandel
141.563
141.563
7.932
149.495
2.540
1.000
Bijdrage aan NWO-TTW
26.418
26.418
‒ 17
26.401
Bijdrage aan medeoverheden
20.064
0
20.064
17.282
37.346
9.868
9.868
0
0
MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
20.064
20.064
17.282
37.346
9.868
9.868
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
543.521
‒ 575
542.946
‒ 64.649
478.297
23.486
35.345
26.299
10.290
Internationaal Innoveren
60.646
60.646
‒ 289
60.357
PPS toeslag
214.991
214.991
1.714
216.705
‒ 900
‒ 1.500
‒ 2.250
TO2 (excl. TNO)
57.008
57.008
956
57.964
250
250
Topsectoren overig
96.712
96.712
‒ 82.849
13.863
‒ 25.814
‒ 80.814
‒ 34.874
‒ 87.534
Ruimtevaart (ESA)
75.922
75.922
3.000
78.922
2.000
2.500
2.500
0
Bijdrage NBTC
9.525
9.525
270
9.795
‒ 300
‒ 750
Overige bijdragen aan organisaties
4.887
4.887
451
5.338
Economische ontwikkeling en technologie
7.206
‒ 575
6.631
‒ 4.680
1.951
‒ 4.680
‒ 4.680
‒ 4.680
‒ 4.680
EU-cofinanciering JTF
16.624
16.624
2.376
19.000
Faciliteiten toegepast onderziek TO2 en RKI
0
0
7.000
7.000
42.000
111.000
58.000
100.000
NGF project NXTGEN Ruimtevaart
0
0
7.402
7.402
9.730
8.289
6.853
5.504
Ontvangsten
576.949
0
576.949
‒ 215.000
361.949
150.000
‒ 62.900
3.500
5.250
Luchtvaartkredietfaciliteit
1.809
1.809
1.809
Rijksoctrooiwet
47.041
47.041
47.041
2.100
3.500
5.250
Eurostars
4.250
4.250
4.250
F-35
10.576
10.576
10.576
Diverse ontvangsten
1.240
1.240
1.240
Bedrijfssteun
43.033
43.033
43.033
Tegemoetkoming vaste lasten
200.000
200.000
200.000
BMKB
28.000
28.000
28.000
BMKB groen
5.000
5.000
5.000
Groeifaciliteit
8.000
8.000
8.000
Garantie Ondernemingsfinanciering
13.000
13.000
13.000
Tegemoetkoming Energiekosten
0
0
0
150.000
Brexit Adjustment Reserve
215.000
215.000
‒ 215.000
0
‒ 65.000
Tabel 9 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
3.876.152
1.856.794
5.732.946
‒ 68.429
5.664.517
‒ 270.859
‒ 6.983
16.052
‒ 78.242
waarvan garantieverplichtingen
1.250.000
1.250.000
1.250.000
waarvan overige verplichtingen
2.626.152
1.856.794
4.482.946
‒ 68.429
4.414.517
‒ 270.859
‒ 6.983
16.052
‒ 78.242
Budgetflexibiliteit
Het percentage juridische verplichte deel is 53%. Dit is veel lager dan bij de ontwerpbegroting 2023 en heeft te maken met aanvullende budgetten die zijn toekend voor o.a. Tegemoetkoming Energiekosten en NGF-projecten waarvoor nog geen juridische verplichtingen zijn aangegaan.
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget in 2023 is verlaagd met € 68,5 mln. Dit is het saldo van met name de volgende mutaties:
– Op initiatief van de Raad van de Europese Unie is tijdens de REPowerEU-onderhandelingen in de BAR-verordening de mogelijkheid opgenomen om BAR-middelen te kunnen overhevelen naar de Herstel- en Veerkracht Faciliteit (HVF). De Managementautoriteit (hierna: MA) heeft daarom – met instemming van de minister van Financiën - op 28 februari jl. de Europese Commissie formeel geïnformeerd over haar intentie € 280 mln van de middelen die via de BAR aan Nederland zijn gealloceerd, beschikbaar te stellen voor het REPowerEU-hoofdstuk van de Nederlandse HVF. De mutaties hebben betrekking op de overheveling van de niet-bestede BAR-middelen in 2022 naar 2023 en naar het programma REPowerEU.
– Verhoging van € 119,0 mln voor het NGF-project Groenvermogen van de Nederlandse economie. Conform besluitvorming van de Adviescommissie NGF in maart 2023 is een gedeelte van de eerdere reservering voor dit project omgezet naar een definitieve toekenning voor een bedrag van € 119,0 mln. Daarnaast worden de niet bestede middelen uit 2022 (€ 13,4 mln) weer ingezet voor 2023.
– Verhoging van € 69,4 voor IPCEI Cloudinfrastructuur en services. Vanwege vertraging in het Europese notificatie traject zijn de verplichtingen niet in 2022 aangegaan en wordt het budget weer beschibaar gesteld voor 2023.
– Verhoging van € 32,9 mln voor MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT) op bijdrage aan mede-overheden. Dit betreft de overheveling voor de MIT-middelen 2023 die via een SPUK zullen worden uitgekeerd aan de provincies. De dekking komt uit de subsidieregeling MIT.
– Verhoging van € 229,0 mln voor IPCEI Micro electronica. Vanwege vertraging in het Europese notificatietraject heeft beschikking van projecten niet in 2022 plaats kunnen vinden. De middelen zijn wel juridisch verplicht. De verwachting is dat de projecten in 2023 wel kunnen worden beschikt.
– Verlaging van € 900,0 mln van de kostenraming van de regeling Tegemoetkoming Energiekosten energie-intensief mkb (TEK). De verlaging van de kostenraming voor 2024 betreft € 300 mln.
– Verhoging van € 105,5 mln voor Ruimtevaart (ESA). Tijdens de ministeriële conferentie 2022 heeft EZK ingeschreven voor verschillende optionele programma’s. Om deze verplichtingen hiervoor aan te gaan is is extra verplichtingenbudget nodig. De middelen komen uit latere jaren binnen het ruimtevaartbudget en € 41,5 mln uit het NGF-project NXTGEN HIGHTECH (zie laatste bullit).
– € 140,0 mln voor Faciliteiten toegepast onderzoek TO2 en RKI betreft een verschuiving tussen instrumenten op dit beleidsartikel. Het budget staat sinds 2022 op het instrument Innovatie programma's algemeen, maar wordt nu overgeheveld en naar voren gehaald op het daarvoor bestemde instrument.
– € 60,0 mln voor het NGF-project PhotonDelta betreft een verschuiving van subsidies naar leningen i.v.m. een lening aan SMART Photonics. Dit is conform het kabinetsbesluit o.b.v. het advies van de Adviescommissie NGF.
– De verplichting aan de Kamer van Koophandel kon vanwege de eindejaarsdrukte niet vastgelegd worden in 2022. Het budget van € 137,4 mln wordt voor 2023 weer aan de begroting toegevoegd.
– Uit het NGF-project NXTGEN HIGHTECH wordt € 41,5 mln beschikbaar gesteld voor ruimtevaart onder Bijdragen aan internationale organisaties.
Uitgaven
Subsidies
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
Deze mutatie betreft de overheveling van de kasmiddelen voor de MIT 2023 die via een specifieke uitkering (SPUK) zullen worden uitgekeerd aan de provincies voor de regionale MIT-regeling van in totaal € 32,9 mln. Deze middelen worden de komende drie jaar uitbetaald.
Verduurzaming Industrie
De verlaging van het uitgavenbudget van in totaal € 33,1 mln is voornamelijk het gevolg van overheveling van beleidsbudget en uitvoeringskosten voor de DEI+ regeling voor de industrie naar artikel 4 van de EZK-begroting en overheveling van uitvoeringsbudget voor beleids- en bedrijvenondersteuning en monitoring programma Verduurzaming Industrie en uitvoeringskosten.
Startup beleid
Dit betreft een vervolgsubsidie voor Techleap.nl voor de periode september 2023 tot september 2026, voor een totaal bedrag van € 15,0 mln. De dekking hiervoor is afkomstig van Q4C (artikel 3). Middels een kasschuif zijn de begrote middelen in het juiste kasritme gezet.
Tegemoetkoming Energielasten
Dit betreft actualisatie van de kostenraming van de regeling Tegemoetkoming energiekosten energie-intensief mkb (TEK) op basis van CPB-raming (CEP) van maart 2023. Het budget wordt in totaal met € 1,2 mld verlaagd.
IPCEI Cloudinfrastructuur en Services
Vanwege vertraging in het prenotificatietraject van de Europese commissie kunnen projecten pas dit jaar worden beschikt. Daardoor loopt de uitfinanciering ook vertraging op. Middels deze kasschuif (€ 19,0 mln van 2023 naar 2026) worden de begrote middelen in het juiste kasritme gezet.
IPCEI Micro electronica
Vanwege vertraging in het prenotificatietraject van de Europese commissie kunnen projecten pas dit jaar worden beschikt. Daardoor loopt de uitfinanciering ook vertraging op. Middels deze kasschuif (€ 76,0 mln van 2023 naar 2024) worden de begrote middelen in het juiste kasritme gezet.
Herstructurering winkelgebieden
Dit betreft actualisatie van het kasbudget vanwege aanpassing van de regeling. Deze aanpassing betreft verlening door middel van vier jaarlijkse tranches in plaats van verlening in ieder jaar van de regeling.
R&D mobiliteitssectoren
Dit betreft actualisatie van het kasbudget in de jaren 2023 tot en met 2026, op basis van actuele inzichten in het ritme van de uitbetalingen. Hierin is meegenomen een bedrag van € 5,1 mln dat in 2022 niet tot uitbetaling is gekomen.
NGF-project NXTGEN HIGH TECH
Een deel (in totaal € 41,6 mln) van dit NGF project zal via Netherlands Space Office worden uitgevoerd onder bijdrage aan organisaties.
NGF-project Health-RI
Dit betreft de toekenning van de 2e tranche NGF-middelen voor Health-RI. Het gaat om in totaal € 47,0 mln.
NGF-project Circulaire Plastics
Ten behoeve van het NGF-project Circulaire Plastics NL wordt het kasritme gewijzigd. Het consortium zal in 2023 ( € 30,3 mln) meer kasmiddelen besteden dan eerder begroot.
NGF project Groenvermogen van de Nederlandse economie
De ophoging van het kasbudget voor het NGF-project GroenvermogenNL (in totaal € 119,0) is te verklaren door de gedeeltelijke omzetting van een eerdere reservering voor dit project op de NGF begroting naar een toekenning op de EZK begroting. Daarnaast heeft een verrekening plaatsgevonden van een kleine overschrijding van het budget in 2022 met het beschikbare budget voor 2023.
NGF-project QuantumDeltaNL
Dit betreft actualisatie van het kasbudget in de jaren 2023 tot en met 2027, op basis van actuele inzichten in het ritme van de bestedingen. Hierbij is meegenomen het bedrag dat in 2022 niet is uitbetaald (€ 21,9 mln), dat voornamelijk betrekking heeft op vertraging in de ontwikkeling van HouseOfQuantum.
Brexit Adjustment Reserve
De EU heeft geld beschikbaar gesteld om bedrijven die op een negatieve manier zijn geraakt door de Brexit te ondersteunen door middel van de Brexit Adjustment Reserve (BAR). Door tegenvallende interesse heeft de BAR-regeling te maken gehad met forse onderuitputting, voornamelijk in het bedrijfslevenspoor. Hierdoor treedt er aanzienlijke onderuitputting op op het verplichtingen- en kasbudget. De mutatie betreft dan ook de overheveling van de in 2022 niet-bestede BAR-middelen naar 2023. Daarnaast is er € 280 mln van de BAR-middelen overgeheveld naar het programma REPowerEU.
Leningen
NGF-project Photondelta
Dit betreft € 60,0 mln als onderdeel van het NGF-project PhotonDelta dat wordt verstrekt als lening aan het bedrijf Smart Photonics, conform advies van de Adviescommissie NGF.
Bijdrage aan agentschappen
Bijdrage RVO.nl
Dit betreft verhoging van de bijdrage aan RVO in verband met de jaarlijkse opdracht van DG Bedrijfsleven & Innovatie aan RVO.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Bijdrage aan TNO
Het budget voor TNO wordt verhoogd met € 32,0 mln in verband met diverse overboekingen van andere departementen voor door TNO uit te voeren projecten.
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Topsectoren overig / Faciliteiten toegepast onderzoek TO2 en RKI
De mutatie betreft de overheveling van de middelen voor Faciliteiten toegepast onderzoek TO2 en RKI naar een eigen instrument. Deze middelen zijn afkomstig van OCW en zijn vorig jaar tijdelijk op «Topsectoren overig» gezet.
Toelichting op de Begrotingsreserves
De begrotingsreserves zijn bedoeld om inkomsten uit premies en uitgaven voor schades, die over de jaren kunnen fluctueren, te verevenen. De reserve dient als buffer voor uitgaven door EZK in geval bedrijven niet aan hun terugbetalingsverplichtingen kunnen voldoen inzake leningen bij financieringsinstellingen waarop EZK een borgstelling heeft afgegeven.
Er zijn begrotingsreserves voor de Borgstelling mkb-kredieten (BMKB, inclusief BMKB-C), de BMKB groen, de Garantie Ondernemingsfinanciering (GO, inclusief de GO-C), de Groeifaciliteit (GF), de Garantie MKB-financiering en Klein Krediet Corona (KKC). De GO, GF, KKC en Garanties MKB-financiering betreffen kostendekkende garanties, waarvan de te realiseren premieontvangsten naar verwachting toereikend zijn voor het afdekken van eventuele verliesdeclaraties. Ultimo begrotingsjaar wordt op basis van de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven vastgesteld of een onttrekking of storting dient plaats te vinden.
Tabel 10 Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten (BMKB) (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
218,8
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
218,8
De begrotingsreserve van de BMKB bestaat uit een begrotingsreserve voor de reguliere BMKB en de BMKB-C. Vooralsnog is geen storting in de reserve BMKB geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve BMKB worden vastgesteld.
Tabel 11 Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten groen (BMKB groen) (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
16,2
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
16,2
De begrotingsreserve van de BMKB groen is in 2022 aangemaakt als aparte reserve voor het groene luik onder de BMKB. Vooralsnog is geen storting in de reserve BMKB groen geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve BMKB groen worden vastgesteld.
Tabel 12 Begrotingsreserve Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
207,9
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
207,9
De begrotingsreserve van de GO bestaat uit een begrotingsreserve voor de reguliere GO en de GO-C. Vooralsnog is geen storting in de reserve GO geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve GO worden vastgesteld.
Tabel 13 Begrotingsreserve Groeifaciliteit (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
66,8
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
66,8
Vooralsnog is geen storting in de reserve Groeifaciliteit geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve Groeifaciliteit worden vastgesteld.
Tabel 14 Begrotingsreserve Garantie MKB-financiering (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
21,8
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
21,8
Vooralsnog is geen storting in de reserve Garantie MKB-financiering geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve Garantie MKB-financiering worden vastgesteld.
Tabel 15 Begrotingsreserve Klein Krediet Corona (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
15,9
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
15,9
Vooralsnog is geen storting in de reserve Klein Krediet Corona (KKC) geraamd. Aan het eind van 2023 zal op basis van de gerealiseerde ontvangsten en de schadedeclaraties de storting of onttrekking aan de reserve KKC worden vastgesteld.
Ontvangsten
Tegemoetkoming Energiekosten
In 2024 is een raming van € 150 mln opgenomen voor terugontvangsten voor de regeling Tegemoetkoming Energiekosten energie-intensief mkb (TEK) in verband met vaststelling van de subsidie in 2024. De ontvangsten zijn geraamd op basis van het door het CPB geraamde niveau van de energieprijzen in 2023.
Brexit Adjustment Reserve
Op initiatief van de Raad van de Europese Unie is tijdens de REPowerEU-onderhandelingen in de BAR-verordening de mogelijkheid opgenomen om BAR-middelen te kunnen overhevelen naar de Herstel- en Veerkracht Faciliteit (HVF). De Managementautoriteit (hierna: MA) heeft daarom – met instemming van de minister van Financiën - op 28 februari jl. de Europese Commissie formeel geïnformeerd over haar intentie € 280 mln van de middelen die via de BAR aan Nederland zijn gealloceerd, beschikbaar te stellen voor het REPowerEU-hoofdstuk van de Nederlandse HVF. In het kader hiervan is er € 230 mln overgeheveld naar het programma REPowerEU. De overige € 50 mln stond op de Aanvullende Post. Het Ministerie van Financiën heeft dat bedrag overgeheveld naar REPowerEU. De ontvangstenraming op de EZK-begroting wordt in totaal met € 280 mln verlaagd omdat de EU-bijdrage voor Brexit niet ontvangen zal worden.
3.3 Beleidsartikel 3 Toekomstfonds
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 16 Budgettaire gevolgen van beleid art. 3 Toekomstfonds (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
172.014
‒ 1.150
170.864
123.204
294.068
9.000
9.000
9.000
9.000
Uitgaven
228.337
‒ 1.150
227.187
257.638
484.825
9.000
9.000
9.000
9.000
Subsidies (regelingen)
3.136
0
3.136
5.203
8.339
0
0
0
0
Smart Industry (subsidie)
158
158
520
678
Thematisch Technology Transfer
2.978
2.978
4.683
7.661
Leningen
216.184
‒ 1.150
215.034
242.316
457.350
9.000
9.000
9.000
9.000
Startups / MKB financiering
Volledig revolverend
Fund to Fund
11.266
11.266
67.497
78.763
ROM's
9.000
9.000
19.465
28.465
Dutch Future Fund
7.000
7.000
3.917
10.917
Deep Tech Fund
25.000
25.000
35.000
60.000
Fonds Alternatieve Financiering
10.000
10.000
12.157
22.157
Deels revolverend
Innovatiekrediet
51.933
51.933
15.056
66.989
Risicokapitaal SEED
41.257
‒ 575
40.682
39.465
80.147
Vroege fase / informal investors
20.497
20.497
17.420
37.917
9.000
9.000
9.000
9.000
Start ups / MKB
0
0
Q4C
25.000
‒ 575
24.425
‒ 15000
9.425
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
Met vermogensbehoud
0
0
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
5.071
Onco research
1.170
1.170
20.775
21.945
Smart Industry (leningen)
0
298
298
Thematische Technology Transfer
7.061
7.061
15.650
22.711
RegMed XB
7.000
7.000
5.545
12.545
Bijdrage aan agentschappen
9.017
0
9.017
10.119
19.136
0
0
0
0
Bijdrage RVO.nl
9.017
9.017
10.119
19.136
Ontvangsten
80.200
0
80.200
46.866
127.066
0
900
1.500
2.250
ROM's
30.000
30.000
‒ 2.834
27.166
Fund to Fund
17.900
17.900
47.650
65.550
DVI II
2.000
2.000
2.050
4.050
Investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek
0
0
Thematische Technology Transfer
0
0
Innovatiekredieten
20.000
20.000
20.000
900
1500
2250
SEED
10.300
10.300
10.300
Ontvangsten VFF
0
0
Tabel 17 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
172.014
‒ 1.150
170.864
123.204
294.068
9.000
9.000
9.000
9.000
waarvan garantieverplichtingen
waarvan overige verplichtingen
172.014
‒ 1.150
170.864
123.204
294.068
9.000
9.000
9000
9000
Budgetflexibiliteit
Het juridisch verplichte deel van de uitgaven betreft 85%. Van dit percentage is ca. 19% bestemd voor Fund to Fund. Ca. 23% is voor de Invest-NL fondsen Deep Tech Fund, Dutch Future Fund, en Fonds Alternatieve Financiering waar de komende jaren op basis van capital calls aanspraak op kan worden gedaan. Daarnaast beslaat zo'n 40% de SEED regeling, het Innovatiekrediet en de Regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's). Naast het juridisch verplichte deel is 11% van de uitgaven bestuurlijk gebonden. Hiervan is € 26,5 mln van de Vroege Fase Financiering, € 9,4 mln van Q4C en € 12,5 mln van REGMED.
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt met € 123,2 mln verhoogd. De 100% eindejaarsmarge van het Toekomstfonds maakt het mogelijk om de onderuitputting uit 2022 toe te voegen aan de begroting 2023. Dit betreft onder meer het Innovatiekrediet (€ 58,0 mln) vanwege onderuitputting en extra ontvangsten en RegMed XB (€ 12,5 mln) door vertraging in het ontwikkelen van de subsidiemodule. Daarnaast heeft de Seed Capital regeling ook onderuitputting en extra ontvangsten (€ 14,9 mln) en trad er bij de kapitaalverstrekking aan de Regionale Ontwikkelings Maatschappijen (€ 18,5 mln) ook onderuitputting op. Daarnaast is voor de verlenging van Techleap € 15,0 mln overgeboekt van Q4C naar artikel 2.
Uitgaven
Leningen
Fund to fund
Er is in totaal € 67,5 mln toegevoegd ten behoeve van DVI en DVI II als gevolg van minder capital calls dan geraamd. Deze middelen zijn via de eindejaarsmarge 2022 toegevoegd aan de 2023 begroting.
Deep Tech Fund
Voor het Deep Tech Fund is € 35,0 mln aan de begroting 2023 toegevoegd. Het gaat hierbij om middelen die in 2022 niet zijn besteed doordat er minder capital calls waren dan geraamd, deze middelen zijn doorgeschoven naar 2023.
Fonds Alternatieve Financiering
Voor het Fonds Alternatieve Financiering is € 12,2 mln aan de begroting 2023 toegevoegd. Het gaat hierbij om middelen die in 2022 niet zijn besteed doordat er minder capital calls waren dan geraamd, deze middelen zijn doorgeschoven naar 2023.
Innovatiekrediet
Op het budget van het Innovatiekrediet is € 15,1 mln eindejaarsmarge 2022 toegevoegd. Dit komt door extra ontvangsten op zowel de technische als de klinische projecten. Tevens waren er in 2022 meevallers op de uitgaven.
Onco ResearchOp het budget van Onco research is € 20,8 mln eindejaarsmarge 2022 toegevoegd. De beschikkingen voor fase 2 worden pas vanaf 2023 uitgevoerd.
REGMEDVoor REGMED wordt via de eindejaarsmarge 2022 € 5,5 mln aan de begroting van 2023 toegevoegd. Dit komt doordat de subsidiemodule pas in 2023 wordt opengesteld.
Seed Capital
Voor de regeling Seed Capital is € 39,5 mln minder kas uitgegeven dan geraamd, de verplichtingen zijn wel aangegaan. De middelen worden via de eindejaarsmarge 2022 aan de begroting 2023 toegevoegd.
Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
Voor de regeling Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM) is € 19,5 mln minder uitgegeven dan geraamd, via de eindejaarsmarge 2022 zijn deze middelen aan de begroting 2023 toegevoegd.
Vroegefasefinanciering
Voor de regeling Vroegefasefinanciering is € 16,6 mln minder kas uitgeven dan geraamd, de verplichtingen zijn wel aangegaan. De middelen worden via de eindejaarsmarge 2022 aan de begroting 2023 toegevoegd. Daarnaast is deze regeling verlengd voor de periode 2023 t/m 2027 voor een totaalbedrag van € 38,3 mln. Dekking hiervoor wordt geleverd door Seed Capital en Innovatiekrediet.
Q4C
Uit het budget voor Q4C is € 15,0 mln beschikbaar gesteld voor de verlenging van Techleap (artikel 2) voor de periode september 2023 tot september 2026.
Thematische Technology Transfer
Voor de regeling Thematische Technology Transfer is € 15,7 mln eindejaarsmarge 2022 aan de begroting van 2023 toegevoegd. De lagere besteding in 2022 komt door uitgestelde betalingen aan projecten.
Investeringen in Fundamenteel en Toegepast OnderzoekVoor investeringen in Fundamenteel en Toegepast Onderzoek is € 5,1 mln eindejaarsmarge 2022 aan de begroting van 2023 toegevoegd.
Bijdrage aan RVO
Van de bijdrage aan RVO voor de uitvoering van regelingen is € 8,1 mln eindejaarsmarge 2022 aan de begroting 2023 toegevoegd.
Ontvangsten
Fund to Fund
Doordat de ontvangsten voor Dutch Venture Initiative (DVI, Fund To Fund) € 47,7 mln lager uitvielen dan geraamd worden deze geraamde ontvangsen doorgeschoven naar 2023. Daarnaast vielen ook de ontvangsten van DVI II lager uit met € 2 mln, deze ontvangstenraming wordt ook doorgeschoven naar 2023.
3.4 Beleidsartikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid art. 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
13.736.744
1.015.944
14.752.688
11.483.395
26.236.083
86.532
64.746
36.421
15.444
Uitgaven
6.084.453
10.429.614
16.514.067
‒ 7.171.941
9.342.126
‒ 3.053.753
‒ 740.558
‒ 105.684
86.348
Subsidies (regelingen)
5.441.611
10.064.395
15.506.006
‒ 7.195.773
8.310.233
‒ 3.062.977
‒ 749.297
‒ 115.098
76.615
Missiegedraven Onderzoek Ontwikkeling en Innovatie (MOOI)
64.334
‒ 100
64.234
‒ 157
64.077
925
525
‒ 172
‒ 205
Hernieuwbare Energietransitie (HER+)
45.540
‒ 100
45.440
45.440
Energie-efficiency
2.368
2.368
2.368
Green Deals
500
500
500
Demonstratieregeling Klimaat- en Energie-innovatie (DEI+)
93.188
93.188
614
93.802
14.010
7.290
6.390
2.580
Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw (SDS)
5.296
2.300
7.596
‒ 4.872
2.724
Projecten Klimaat en Energieakkoord
10.345
10.345
5.891
16.236
9.295
6.600
6.600
9000
SDE
591.000
591.000
‒ 365.000
226.000
‒ 379.000
SDE+
2.851.461
‒ 234.500
2.616.961
‒ 1.495.230
1.121.731
‒ 2.669.146
‒ 681.142
21.193
31.052
SDE++
52.600
52.600
62.375
114.975
‒ 26.426
‒ 44.044
‒ 66.066
Aardwarmte
17.500
17.500
17.500
ISDE-regeling
387.200
387.200
‒ 6.880
380.320
Carbon Capture Storage (CCS)
4.580
4.580
‒ 1.410
3.170
‒ 1.716
‒ 1.600
‒ 267
Hoge Flux Reactor
6.401
6.401
6.401
Caribisch Nederland
10.644
12.000
22.644
1.300
23.944
Overige subsidies
26.507
26.507
65
26.572
Opschalingsinstrument waterstof
254.420
254.420
‒ 191.320
63.100
‒ 57.160
‒ 44.160
17.840
82.000
Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE)
4.000
4.000
‒ 2.000
2.000
‒ 5.000
‒ 8.100
‒ 3.909
1.739
Subsidieondersteuning verduurzaming MKB
0
15.800
15.800
15.800
IPCEI waterstof
160.000
160.000
64.038
224.038
24.815
‒ 2.284
‒ 118.729
16.515
Vulmaatregelen gasopslag
633.250
520.500
1.153.750
1.153.750
Infrastructuur Duurzame Industrie (PIDI)
12.140
12.140
‒ 4.167
7.973
Schadeafhandeling mijnbouw Limburg
3.337
3.337
3.337
Maatschappelijke Investeringssubsidie Warmtenetten (MIW)
130.000
130.000
130.000
NGF-project NieuweWarmteNu!
75.000
75.000
‒ 1.585
73.415
Tijdelijk prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
0
9.748.495
9.748.495
‒ 6.118.735
3.629.760
Tegemoetkoming blokaansluitingen
0
0
861.300
861.300
Leningen
9.000
65.000
74.000
0
74.000
0
0
0
0
Lening EBN
9.000
9.000
9.000
Lening InvestNL
0
65.000
65.000
65.000
Garanties
0
175.600
175.600
0
175.600
0
0
0
0
Garantie CCS/Porthos
0
175.600
175.600
175.600
Opdrachten
63.500
18.200
81.700
3.631
85.331
‒ 2.974
‒ 2.859
181
0
Onderzoek mijnbouwbodembeweging
3.410
3.410
‒ 250
3.160
‒ 250
‒ 250
SodM onderzoek
2.500
2.500
‒ 583
1.917
‒ 309
‒ 194
‒ 19
Uitvoeringsagenda klimaat
473
473
473
Klimaat mondiaal
347
347
718
1.065
Onderzoek en opdrachten
41.490
200
41.690
4.635
46.325
‒ 2.415
‒ 2.415
200
Programma Opwek Energie op Rijksvastgoed (OER)
15.280
15.280
‒ 889
14.391
Energiehulp Oekraïne
0
18.000
18.000
18.000
Bijdrage aan agentschappen
115.371
2.523
117.894
24.551
142.445
8.933
9.033
9.233
9.733
Bijdrage RVO.nl
89.611
2.523
92.134
23.360
115.494
1.433
1.433
1.433
1.433
Bijdrage Agentschap Telecom
7.492
7.492
‒ 2.450
5.042
Bijdrage NEa
13.030
13.030
4.210
17.240
7.500
7.600
7.800
8.300
Bijdrage KNMI
1.430
1.430
115
1.545
Bijdrage NVWA
914
914
914
Bijdrage RIVM
1.061
1.061
‒ 1.054
7
Bijdrage RWS
1.833
1.833
370
2.203
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
146.393
0
146.393
6.114
152.507
3.265
2.565
0
0
Doorsluis COVA-heffing
111.000
111.000
111.000
TNO kerndepartement
33.602
33.602
6.114
39.716
3.265
2.565
TNO SodM
1.791
1.791
1.791
Bijdrage aan medeoverheden
295.804
103.896
399.700
‒ 11.852
387.848
0
0
0
0
Uitkoopregeling
0
0
500
500
Regeling toezicht energiebesparingsplicht
13.200
13.200
‒ 352
12.848
Uitvoeringskosten klimaat medeoverheden
282.604
103.896
386.500
‒ 12.000
374.500
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
12.774
0
12.774
1.388
14.162
0
0
0
0
Nuclear Research Group (NRG)
7.930
7.930
‒ 160
7.770
Internationale contributies
1.681
1.681
548
2.229
PBL Rekenmeesterfunctie
2.156
2.156
2.156
ILT handhaving F-gassen
1.007
1.007
1000
2.007
Ontvangsten
4.505.077
21.900
4.526.977
69.835
4.596.812
150.000
380.000
480.000
380.000
Ontvangsten COVA
111.000
111.000
111.000
Opbrengst heffing ODE (SDE++)
225.000
225.000
225.000
Ontvangsten zoutwinning
2.511
2.511
2.511
Onttrekking reserve duurzame energie en klimaattransitie
454.186
454.186
454.186
ETS-ontvangsten
1.400.000
1.400.000
1.400.000
150.000
250.000
350.000
250.000
Diverse ontvangsten
12.380
21.900
34.280
6.335
40.615
Ontvangsten WOZ
0
0
63.500
63.500
Heffing gasleveringszekerheid
0
0
0
130.000
130.000
130.000
Ontvangsten lening EBN Bergermeer
2.300.000
2.300.000
2.300.000
Tabel 19 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
13.736.744
1.015.944
14.752.688
11.483.395
26.236.083
86.532
64.746
36.421
15.444
waarvan garantieverplichtingen
44.200
153.700
197.900
197.900
waarvan overige verplichtingen
13.692.544
862.244
14.554.788
11.483.395
26.038.183
86.532
64.746
36.421
15.444
Budgetflexibiliteit
De oorspronkelijke budgetflexibiliteit in de Ontwerpbegroting 2023 was ongeveer 24%, ofwel 76% van het beschikbare kasbudget was al juridisch verplicht en het restant was bestuurlijk gebonden. Van het budget van € 9,34 mld dat resteert nadat alle wijzigingen van de ISB's en de 1e suppletoire begroting verwerkt zijn is naar schatting € 4,85 mld (52%) juridisch verplicht, het overige budget is bestuurlijk gebonden.
Na de Ontwerpbegroting is via Incidentele Suppletoire begrotingen in totaal ruim € 10,4 mld aan artikel 4 toegevoegd. Bij 1e suppletoire begroting wordt vervolgens het beschikbare kasbudget per saldo met € 7,2 mld verlaagd. Met name op de middelen die bij ISB toegevoegd zijn voor het Tijdelijk prijsplafond energie kleinverbruikers 2023 (€ 9,75 mld) vindt bij 1e suppletoire begroting een correctie plaats van € 6,12 mld: het restantbudget van € 3,63 mld is juridisch verplicht. Bij 1e suppletoire wet wordt het voor de SDE en de SDE+ beschikbare kasbudget met € 1,86 mld verlaagd: het restantbudget is vanwege de gestegen energieprijzen slechts voor een klein deel juridisch verplicht, het restant is bestuurlijk gebonden. Tegenover deze verlagingen staat een verhoging van het budget voor de regeling tegemoetkoming blokaansluitingen van € 0,86 mld: deze middelen zijn nog niet juridisch verplicht, maar wel bestuurlijk gebonden. Bij ISB is voor de vulmaatregelen gasopslag (seizoen 2023-2024) € 520,5 mln en voor de garantstelling voor het Porthos-project € 175,6 mln aan budget toegevoegd: ook deze budgetten zijn nog niet juridisch verplicht, maar wel bestuurlijk gebonden.
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget 2023 wordt per saldo met € 11,5 mld opgehoogd. De belangrijkste ophogingen (groter dan € 10 mln) zijn de volgende:
– Voor het Tijdelijk prijsplafond energie kleinverbruikers 2023 zijn er in 2022 minder verplichtingen aangegaan dan oorspronkelijk werd verwacht. De verplichtingen schuiven daarmee door naar 2023: het verplichtingenbudget wordt hiervoor met € 6,7 mld opgehoogd.
– Het verplichtingenbudget van de SDE++-regeling wordt per saldo met € 2,5 mld verhoogd. € 3 mld wordt aan het SDE++-budget toegevoegd om de ophoging van het subsidieplafond voor 2023 van € 5 mld naar € 8 mld te financieren. Daartegenover staat een verlaging van € 500 mln die wordt overgeheveld naar het ministerie van Financiën om de kapitaalversterking van Stedin te financieren.
– Om ook huishoudens met een blokaansluiting in 2023 een passende tegemoetkoming te bieden in de door hen gemaakte energiekosten is de Tijdelijke Tegemoetkoming Blokaansluitingen (TTB) opengesteld. Hiervoor wordt € 861,3 mln aan de EZK-begroting toegevoegd. Zie voor een uitgebreide toelichting bij de Uitgaven.
– Omdat de subsidie aan Gasunie voor het aanleggen van de waterstofbackbone is uitgesteld naar 2023, wordt het niet-gebruikte verplichtingenbudget van 2022 (€ 750 mln) aan het budget voor 2023 toegevoegd.
– De in 2022 aan de EZK-begroting toegevoegde Klimaatfondsmiddelen (€ 600 mln) voor golf 3 van de Important Projects of Common European Interest op het gebied van waterstof (IPCEI Waterstof) zijn niet tot verplichting gekomen en worden daarom doorgeschoven en toegevoegd aan de begroting 2023.
– € 51,6 mln aan ongebruikte Klimaatfondsmiddelen 2022 (verplichtingenbudget) voor de Opwek Energie op Rijksvastgoed (OER) wordt doorgeschoven naar 2023.
– € 42,4 mln wordt toegevoegd aan het budget van de Demonstratieregeling Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+). Vanuit artikel 2 is € 33,6 mln toegevoegd voor de openstelling van de DEI+-Industrie en vanuit de begroting van BZK is € 9 mln overgeheveld als bijdrage aan de DEI+-Aardgasloze wijken.
– € 23,4 mln wordt toegevoegd aan het RVO-uitvoeringsbudget ter financiering van de tekorten ontstaan door de intensievere inzet van RVO op het gebied van de uitvoering van klimaat- en energieregelingen. Zie voor een uitgebreide toelichting bij Uitgaven.
– € 12 mln wordt overgeheveld naar het Provinciefonds, het Gemeentefonds en het BTW-Compensatiefonds als ondersteuning van decentrale overheden bij het proces van het opstellen en uitvoeren van Regionale Energie Strategieën (RES'en) in 2023.
Uitgaven
Het uitgavenbudget wordt per saldo met € 7,2 mld verlaagd. Dit wordt voornamelijk verklaard door de volgende mutaties (groter dan € 10 mln).
Subsidies
Demonstratieregeling energie- en klimaatinnovatie (DEI+)
De verhoging van het DEI+-budget in de jaren 2024 tot en met 2027 hangt samen met de bovengenoemde bijdragen vanuit artikel 2 (DEI+-Industrie) en vanuit de begroting van het ministerie van BZK (DEI+-Aardgasloze wijken).
SDE
De sterk gestegen energieprijzen hebben ertoe geleid dat er de komende jaren vrijwel geen subsidievoorschotten zullen worden verstrekt op de SDE-, SDE+- en de SDE++-regelingen. Hierdoor ontstaat er veel ruimte binnen de SDE-middelen. Deze ruimte wordt voor in totaal € 744 mln (waarvan € 365 mln in 2023) ingezet ter dekking van de kosten van de energiemaatregelen die het kabinet genomen heeft (onder andere het prijsplafond).
SDE+
Ook op de SDE+-middelen is door de gestegen energieprijzen ruimte ontstaan. Deze middelen worden daarom over de periode 2023-2025 met in totaal € 4,8 mld verlaagd, waarvan € 1,5 mld betrekking heeft op 2023. Een deel van de verlaging (€ 4,3 mld, waarvan € 0,9 mld in 2023) wordt ingezet ter dekking van de kosten van de energiemaatregelen. € 500 mln wordt in 2023 overgeheveld naar het ministerie van Financiën om de kapitaalversterking van Stedin te financieren. Ook vindt er in 2023 een verschuiving van € 62,4 mln naar het SDE++-budget plaats ter dekking van het tekort op de financiering van de statistische overdracht aan Denemarken, dat is ontstaan doordat een betaling die was voorzien in 2022 is doorgeschoven naar 2023. Tenslotte wordt in totaal € 127 mln (waarvan € 63,5 mln al in 2022 gerealiseerd) aan opbrengsten van de tenders Wind op Zee voor de kavels 6 en 7 van windpark Hollandse Kust (West) aan het SDE+-budget toegevoegd: deze middelen worden voor het grootste deel naar de jaren 2024 e.v. geschoven, omdat de inpassingskosten gerelateerd aan de aanleg van nieuwe windparken op zee die de betrokken departementen moeten maken vooral in die latere jaren vallen.
SDE++
Het SDE++-budget 2023 wordt met € 62,4 mln opgehoogd vanuit de SDE+-middelen ter dekking van het tekort op de financiering van de statistische overdracht aan Denemarken.
Opschalingsinstrument waterstof
Op de middelen voor realisatie van de waterstofbackbone door GasUnie wordt een kasschuif doorgevoerd van 2023, 2024 en 2025 naar latere jaren, dit om de beschikbare middelen in lijn te brengen met de verwachte bevoorschotting aan GasUnie op basis van de ingediende subsidieaanvraag, het uitrolplan en daarbij geleverde meerjarenbegroting.
IPCEI Waterstof
Nu de beschikkingen voor IPCEI Waterstof golf 2 (waterstofproductie door elektrolyse) afgegeven zijn, is er meer zicht op de verwachte uitfinanciering van deze beschikkingen. Met een kasschuif wordt het benodigde kasbudget vanuit de jaren 2025 en 2026 in de jaren 2023, 2024, 2027 en 2028 geplaatst.
Tijdelijk prijsplafond energie kleinverbruikers 2023
Omdat de energieprijzen sinds het begin van 2023 een sterk dalende trend vertonen, is de verwachting dat de kosten gemoeid met het prijsplafond energie voor kleinverbruikers in 2023 sterk zullen dalen. Daarom wordt het (kas)budget met een bedrag van € 6.119 mln naar beneden bijgesteld.
Tegemoetkoming blokaansluitingen
De ongekende prijsstijgingen in de energiemarkt hebben ertoe geleid dat de betaalbaarheid van energie zwaar onder druk is komen te staan. Het kabinet heeft om deze reden voor 2023 een prijsplafond ingesteld voor individuele kleinverbruikersaansluitingen voor warmte, gas en elektriciteit. Maar dit prijsplafond geldt niet of in onvoldoende mate voor de circa 700.000 huishoudens met een blokaansluiting. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om huurders van woningbouwcorporaties of particuliere verhuurders, eigenaarbewoners in een Vereniging van Eigenaren (VvE), cliënten van woonzorginitiatieven en studenten. Om ook deze huishoudens in 2023 een passende tegemoetkoming te bieden in de door hen gemaakte energiekosten is de Tijdelijke Tegemoetkoming Blokaansluitingen (TTB) opgesteld. De TTB is een subsidieregeling die werkt met een forfaitaire tegemoetkoming voor zelfstandige en onzelfstandige wooneenheden achter een blokaansluiting voor elektriciteit of warmte. Om deze huishoudens tegemoet te komen is er € 861,3 mln. aan de EZK-begroting toegevoegd.
Bijdrage aan agentschappen
Bijdrage aan RVO.nl
Aan het uitvoeringsbudget van RVO.nl wordt in totaal € 23,4 mln toegevoegd. Dit aanvullende budget is afkomstig van verschillende bronnen:
– Om de hogere uitvoeringskosten gemoeid met de uitvoering van diverse subsidieregelingen (SDE+, SDE++, ISDE, Regeling toezicht energiebesparingsplicht) te dekken wordt € 8,7 mln vanuit de beleidsbudgetten toegevoegd.
– In totaal € 1,4 mln aan uitvoeringsbudgetten wordt vanuit artikel 2 en de begroting van het ministerie van BZK toegevoegd voor respectievelijk de uitvoering van de TSE-Industrie en de DEI+-Industrie (artikel 2) en de DEI+-Aardgasloze wijken en TSE-Gebouwde Omgeving (BZK).
– RVO.nl betaalt € 8,1 mln terug aan teveel betaalde bevoorschotting op de uitvoeringskosten 2022.
– Ook op de uitvoering door RVO.nl van Klimaatfondsbudgetten (Wind op Zee, Opwek Energie Rijksgronden) is sprake van een tekort (€ 1,5 mln) dat gedekt wordt uit de relevante Klimaatfonds-beleidsbudgetten.
– Daarnaast schuift het uitvoeringsbudget 2022 dat vanuit het Klimaatfonds gefinancierd was maar niet gebruikt is door naar 2023 (€ 2 mln).
– Tenslotte wordt € 1,6 mln aan door RVO.nl te maken uitvoeringskosten voor het NGF-project NieuweWarmteNu! gedekt uit het NGF-beleidsbudget.
Bijdrage aan medeoverheden
Uitvoeringskosten Klimaat medeoverheden
€ 12 mln wordt overgeheveld naar het Provinciefonds, het Gemeentefonds en het BTW-Compensatiefonds als ondersteuning van decentrale overheden bij het proces van het opstellen en uitvoeren van Regionale Energie Strategieën (RES'en) in 2023.
Ontvangsten
ETS-ontvangsten
De raming van de ETS-ontvangsten is gebaseerd op een inschatting van de handelprijs van CO2-rechten vermenigvuldigd met het aantal verhandelde rechten. Door de fluctuaties in prijzen voor emissierechten wordt de raming van de ETS-ontvangsten vanaf 2024 opgehoogd.
Ontvangsten WOZ
Nadat in 2022 al een ontvangst van € 63,5 mln was gerealiseerd als tenderopbrengst voor kavel 7 van het windpark Hollandse Kust (West) wordt in 2023 ook voor kavel 6 van van windpark Hollandse Kust (West) € 63,5 mln aan tenderopbrengsten verwacht. De totale opbrengst van € 127 mln wordt aan het SDE+-budget toegevoegd als dekking voor de inpassingskosten die de betrokken departementen moeten maken gerelateerd aan de aanleg van nieuwe windparken op zee.
Heffing gasleveringszekerheid
Voor de kosten van het vullen van de gasopslagen werkt het ministerie van EZK aan een heffing op geboekte capaciteit voor transport via het landelijk gastransportnet van Gasunie Transport Services (GTS) bovenop de tarieven voor gastransport. Deze heffing zal zodanig worden uitgewerkt dat de financiering van de subsidiemaatregel voor het vullen van de gasopslagen een vorm van voorfinanciering is waarvan de uiteindelijke kosten door de gebruikers van het gastransportnet worden opgebracht. Deze ophoging van de ontvangstenraming is naar aanleiding van de subsidie die aan EBN voor het vulseizoen 2023 voor het gasjaar 2023-2024 is verstrekt.
Toelichting op de Begrotingsreserves
Tabel 20 Begrotingsreserve Duurzame energie en Klimaattransitie (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
5.029,6
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
‒ 454,2
Stand (raming) per 31/12/2023
4.575,4
De begrotingsreserve voor duurzame energie en klimaattransitie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen als gevolg van vertraging bij of het niet doorgaan van projecten waaraan subsidie is toegekend op basis van de MEP, de SDE, de SDE+, de SDE++, de HER+ of de ISDE. Via de reserve blijven deze middelen ook in de toekomst beschikbaar voor het stimuleren van hernieuwbare energieproductie of CO2-reductie. Bij de Startnota van het kabinet Rutte-III is besloten € 1.700 mln verspreid over meerdere jaren aan de reserve te onttrekken en toe te voegen aan het meerjarig voor de SDE++ beschikbare budget. Voor 2023 gaat het om een bedrag van € 450 mln. Daarnaast wordt € 4,2 mln onttrokken ter financiering van de kasgevolgen van het amendement-Sienot over de ophoging van de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE) naar € 100 mln.
Tabel 21 Begrotingsreserve Aardwarmte (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
18,1
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
‒ 0,1
Stand (raming) per 31/12/2023
18,0
De begrotingsreserve voor de garantieregeling Aardwarmte is bedoeld om het budget voor het mogelijk uitbetalen van verliesdeclaraties meerjarig in te kunnen zetten en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties) op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Aardwarmte betalen marktpartijen een kostendekkende premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO.nl) die wordt gestort in de begrotingsreserve. De uit te betalen verliesdeclaraties worden onttrokken aan de reserve.
Tabel 22 Begrotingsreserve aan NRG verstrekte leningen (bedragen x € 1 mln)
Stand 1/1/2023
6,6
+ Geraamde storting
– Geraamde onttrekking
Stand (raming) per 31/12/2023
6,6
De middelen in de begrotingsreserve risicopremie ECN/NRG zullen worden aangesproken als ECN – al dan niet tijdelijk – (gedeeltelijk) niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen volgens de afgesloten leningsovereenkomst.
3.5 Beleidsartikel 5 Een veilig Groningen met perspectief
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 23 Budgettaire gevolgen van beleid art. 5 Een veilig Groningen met perspectief (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
4.486.758
0
4.486.758
‒ 610.186
3.876.572
50.682
242.695
‒ 55.897
‒ 34.643
Uitgaven
4.490.008
0
4.490.008
‒ 591.653
3.898.355
61.867
216.135
108.132
130.637
Subsidies (regelingen)
392.657
0
392.657
179.784
572.441
4.930
4.930
0
0
Waardevermeerderingsregeling
73.000
73.000
32.984
105.984
Geestelijke bijstand
550
550
510
1.060
Duurzaam herstel
125.000
125.000
5.000
130.000
Woonbedrijf
3.507
3.507
3.507
Diverse subsidies versterken
108.250
108.250
11.427
119.677
Subsidieregelingen bestuurlijke afspraken
82.000
82.000
124.933
206.933
Huurderscompensatie
350
350
350
Nieuwbouwregeling
0
0
4.930
4.930
4.930
4.930
(Schade)vergoeding
437.712
0
437.712
98.239
535.951
‒ 29.946
56.708
63.911
192.412
Vergoeding fysieke schade
329.926
329.926
20
329.946
‒ 70.746
46.408
58.411
188.412
Vergoeding waardedaling
10.000
10.000
57.500
67.500
10.000
Vergoeding immateriële schade
70.000
70.000
70.000
30.000
9.500
5.500
4.000
Commissie Bijzondere Situaties
3.000
3.000
2.040
5.040
Herbeoordeling waardedaling
0
0
17.500
17.500
Vastgelopen dossiers
12.500
12.500
15.851
28.351
Vergoeding zelf aangebrachte voorzieningen
2.286
2.286
4.528
6.814
Vergoeding schade door versterkingsmaatregelen
10.000
10.000
10.000
Versterken industrie
0
0
800
800
800
800
Opdrachten
3.259.922
0
3.259.922
‒ 1.081.146
2.178.776
69.661
123.052
9.656
‒ 111.275
Werkbudgetten
17.853
17.853
12.329
30.182
Versterkingsoperatie
599.998
599.998
231.527
831.525
51.049
128.782
9.656
‒ 111.275
Knelpunten (bestuurlijke afspraken)
22.500
22.500
17.657
40.157
Versterken industrie
1.041
1.041
‒ 800
241
‒ 800
‒ 800
Nieuwbouwregeling
4.930
4.930
‒ 4.930
0
‒ 4.930
‒ 4.930
Vergoeding Norg akkoord
2.613.600
2.613.600
‒ 1.336.929
1.276.671
24.342
Vermogensverschaffing/-onttrekking
0
0
0
0
0
0
0
0
2.790
Kapitaalinjectie EBN
0
0
0
2.790
Bijdrage aan agentschappen
213.106
0
213.106
‒ 18.237
194.869
17.222
31.445
34.565
46.710
Bijdrage RVO.nl
211.024
211.024
‒ 18.237
192.787
17.222
31.445
34.565
46.710
Bijdrage aan bestuur Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG)
2.082
2.082
2.082
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
1.400
0
1.400
0
1.400
0
0
0
0
TNO publieke SDRA
1.400
1.400
1.400
Bijdrage aan medeoverheden
179.113
0
179.113
227.902
407.015
0
0
0
0
Mkb-programma (bestuurlijke afspraken
2.200
2.200
2.200
4.400
Nationaal Programma Groningen
50.500
50.500
84.749
135.249
Compensatie gemeenten en provincie (bestuurlijke afspraken)
11.938
11.938
3.031
14.969
Clustering en gebiedsfonds (bestuurlijke afspraken)
112.475
112.475
135.922
248.397
Sociaal-emotionele ondersteuning door gemeenten (bestuurlijke afspraken)
2.000
2.000
2.000
4.000
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
6.098
0
6.098
1.805
7.903
0
0
0
0
Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG)
3.098
3.098
3.098
Raad voor Rechtspraak
3.000
3.000
1.805
4.805
Ontvangsten
11.735.415
0
11.735.415
‒ 5.128.659
6.606.756
‒ 2.098.115
1.475.218
1.071.789
696.728
Ontvangsten Mijnbouwwet
5.396.000
5.396.000
‒ 2.233.000
3.163.000
‒ 859.000
573.000
205.000
45.000
Dividenduitkering EBN
5.074.500
5.074.500
‒ 2.774.500
2.300.000
‒ 1.085.500
711.000
575.000
350.000
Dividenduitkering GasTerra
3.600
3.600
3.600
Ontvangsten NAM fysieke schade
365.803
365.803
‒ 97.203
268.600
‒ 53.429
‒ 23.092
108.361
208.438
Ontvangsten NAM uitvoeringskosten schade
197.517
197.517
3.916
201.433
16.682
44.449
73.054
64.060
Ontvangsten NAM waardedaling
32.500
32.500
5.700
38.200
65.000
10.000
Ontvangsten NAM immateriële schade
71.250
71.250
‒ 15.550
55.700
48.750
31.500
10.250
6.250
Ontvangsten NAM publieke SDRA
1.400
1.400
1.427
2.827
Ontvangsten NAM versterken industrie
1.430
1.430
1.413
2.843
Ontvangsten NAM versterkingsoperatie
561.485
561.485
‒ 20.862
540.623
‒ 230.618
128.361
100.124
22.980
Nationaal Programma Groningen (bijdrage NAM)
25.000
25.000
25.000
Ontvangsten NAM Nieuwbouwregeling
4.930
4.930
4.930
Tabel 24 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
4.486.758
0
4.486.758
‒ 610.186
3.876.572
50.682
242.695
‒ 55.897
‒ 34.643
waarvan garantieverplichtingen
waarvan overige verplichtingen
4.486.758
0
4.486.758
‒ 610.186
3.876.572
50.682
242.695
‒ 55.897
‒ 34.643
Budgetflexibiliteit
Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 in 2023 is circa 97% juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden en de overige 3% beleidsmatig gereserveerd. Dit is het geval omdat de meeste uitgaven op artikel 5 een verplichting zijn op basis van wettelijke of ministeriële regelingen of onderdeel zijn van de bestuurlijke afspraken uit november 2020. Daarbij is eveneens de grootste uitgavenpost in 2023, de vergoeding voor het Norg akkoord (ca. € 1,3 mld), juridisch verplicht.
Toelichting
Verplichtingen
Voor een toelichting op de verplichtingen wordt verwezen naar de toelichting op de uitgaven.
Uitgaven
Subsidies
Waardevermeerderingsregeling
Bewoners met € 1.000 schade of meer, kunnen met deze regeling maximaal € 4.000 subsidie ontvangen voor de verduurzaming van hun woning. De uitputting van deze regeling is niet verlopen conform het voor 2022 beschikbare budget. De middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen (€ 33 mln) worden aan het budget voor 2023 toegevoegd.
Diverse subsidies versterken
Er worden diverse subsidies verstrekt in het kader van de versterkingsoperatie. Deze middelen staan enkel in één begrotingsjaar en schuiven jaarlijks door naar het volgende begrotingsjaar. Volgens deze systematiek is € 11,4 mln toegevoegd aan de EZK-begroting voor 2023.
Subsidieregelingen bestuurlijke afspraken
In het kader van de bestuurlijke afspraken uit 2020 zijn een aantal subsidieregelingen geïntroduceerd. Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen (€ 125 mln) worden toegevoegd aan de EZK-begroting voor 2023.
Schade(vergoedingen)
Vergoeding fysieke schade
De raming van de schadeafhandeling door het IMG wordt ieder jaar geactualiseerd. Naar aanleiding daarvan wordt het in de EZK-begroting opgenomen bedrag voor de fysieke schadebetalingen bijgesteld. In de actualisatie is nog geen rekening gehouden met de beleidsmatige ontwikkeling naar aanleiding van de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquêtecommissie.
Vergoeding waardedaling
De raming van de schadeafhandeling door het IMG wordt ieder jaar geactualiseerd. Naar aanleiding daarvan wordt het in de EZK-begroting opgenomen bedrag voor de vergoedingen voor waardedaling bijgesteld. In de actualisatie is nog geen rekening gehouden met de beleidsmatige ontwikkeling naar aanleiding van de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquêtecommissie.
Vergoeding immateriële schade
De raming van de schadeafhandeling door het IMG wordt ieder jaar geactualiseerd. Naar aanleiding daarvan wordt het in de EZK-begroting opgenomen bedrag voor de immateriële schadebetalingen bijgesteld. In de actualisatie is nog geen rekening gehouden met de beleidsmatige ontwikkeling naar aanleiding van de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquêtecommissie.
Herbeoordeling waardedaling
Groningers die een lagere schadevergoeding voor waardedaling hebben ontvangen van de NAM dan nu zou zijn toegekend door het IMG kunnen een tegemoetkoming ontvangen. De in 2022 nog niet tot besteding gekomen middelen (€ 17,5 mln) worden toegevoegd aan het budget voor 2023.
Vastgelopen dossiers
In het aardbevingsgebied doet zich een aantal schrijnende situaties voor waardoor het dossier voor de schadeafhandeling of versterkingsoperatie is vastgelopen. Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen (€ 15,9 mln), worden toegevoegd aan de begroting voor 2023.
Opdrachten
Werkbudgetten
Dit betreffen de werkbudgetten van de beleidsdirecties die zich bij EZK met het Groningendossier bezighouden en het werkbudget van de NCG. Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen, worden aan de werkbudgetten voor 2023 toegevoegd.
Versterkingsoperatie
Ieder jaar wordt bij Voorjaarsnota de raming van de versterkingsoperatie geactualiseerd. Naar aanleiding van deze actualisatie worden de geraamde uitgaven en ontvangsten voor de gehele periode tot en met 2028 aangepast.
Knelpunten (bestuurlijke afspraken)
In het kader van de bestuurlijke afspraken uit 2020 is budget gereserveerd voor het oplossen van knelpunten, zodat de NCG bijvoorbeeld individuele knelpunten in vormingsfase kan wegnemen om projecten te versnellen. Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen (ca. € 17,7 mln), worden voor 2023 toegevoegd aan de EZK-begroting.
Vergoeding Norg akkoord
Conform de afspraken in het Norg akkoord betaalt de Staat een vergoeding aan NAM. De berekeningswijze van de vergoeding is vastgesteld in arbitrage, de hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de gasprijs. Over de vergoeding moet btw worden betaald (Kamerstuk 33 529, nr. 997). De geraamde uitgaven voor het Norg akkoord worden bijgesteld als gevolg van de ontwikkeling van de gasprijs.
Vermogensverschaffing/-onttrekking
Kapitaalinjectie EBN
Momenteel is de bij EBN aanwezige voorziening voor de aardbevingskosten ontoereikend om het EBN-deel van de kosten voor schade en versterken volledig te kunnen voldoen. Daarom is een raming opgenomen voor een toekomstige kapitaalinjectie aan EBN. Deze raming wordt jaarlijks bijgesteld op basis van de nieuwe ramingen voor schade en versterken en de opbouw van de voorziening bij EBN.
Bijdrage aan agentschappen
Bijdrage aan RVO.nl
RVO levert het personeel en de ondersteuning voor het IMG. De raming van de schadeafhandeling door het IMG wordt ieder jaar geactualiseerd. Naar aanleiding daarvan wordt ook het in de EZK-begroting opgenomen bedrag voor de uitvoeringskosten van het IMG bijgesteld. In de actualisatie is nog geen rekening gehouden met de beleidsmatige ontwikkeling naar aanleiding van de kabinetsreactie op het rapport van de parlementaire enquêtecommissie.
Bijdrage aan medeoverheden
Nationaal Programma Groningen
Met het Nationaal Programma Groningen (NPG) wordt geïnvesteerd in de leefbaarheid, economische ontwikkeling en energietransitie in Groningen. Het NPG is een samenwerkingsverband van het Rijk, de provincie en gemeenten. NAM draagt € 500 mln bij aan het NPG en het Rijk meerjarig in totaal € 650 mln. In 2022 is € 84,8 mln niet tot besteding gekomen. Deze middelen worden toegevoegd aan de EZK-begroting voor 2023.
Clustering en gebiedsfonds (bestuurlijke afspraken)
In het kader van de bestuurlijke afspraken uit 2020 worden uitkeringen gedaan aan medeoverheden voor clustering en het gebiedsfonds (blokken B en D uit de bestuurlijke afspraken). Middelen die in 2022 niet tot besteding zijn gekomen, worden toegevoegd aan de EZK-begroting voor 2023.
Ontvangsten
Ontvangsten Mijnbouwwet
De geraamde ontvangsten op basis van de Mijnbouwwet worden bijgesteld naar aanleiding van de ontwikkelingen in de gasprijs.
Dividenduitkering EBN
De geraamde ontvangsten op basis van de Mijnbouwwet worden bijgesteld naar aanleiding van de ontwikkelingen in de gasprijs.
Ontvangsten NAM fysieke schade
De uitgaven voor de schadeafhandeling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven voor fysieke schade worden ook de geraamde ontvangsten van NAM bijgesteld.
Ontvangsten NAM uitvoeringskosten schade
De uitgaven voor uitvoeringskosten van de schadeafhandeling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven worden ook de geraamde ontvangsten van NAM bijgesteld.
Ontvangsten NAM waardedaling Groningen
De uitgaven voor de vergoeding voor waardedaling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven worden ook de geraamde ontvangsten van NAM bijgesteld.
Ontvangsten NAM immateriële schade
De uitgaven voor de schadeafhandeling worden via een heffing bij NAM in rekening gebracht. Als gevolg van de bijstelling van de uitgaven voor fysieke schade worden ook de geraamde ontvangsten van NAM bijgesteld.
Ontvangsten NAM versterkingsoperatie
Jaarlijks worden de geraamde uitgaven voor de versterkingsoperatie bijgesteld. Dat leidt ook tot een bijstelling van de geraamde ontvangsten. Enkel bij de gerealiseerde ontvangsten over 2022, die in 2023 binnenkomen is rekening gehouden met de gedeeltelijke betaling van de factuur door NAM. Vanaf 1 juli 2023 wordt de Tijdelijke wet Groningen onderdeel versterken van kracht. Vanaf dat moment zal gewerkt worden met een heffing, die NAM enkel volledig kan betalen. De eerste heffing (over de tweede helft van 2023) wordt in 2024 opgelegd.
3.6 Beleidsartikel 6 Bijdrage Nationaal Groeifonds
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 25 Budgettaire gevolgen van beleid art. 6 Bijdrage Nationaal Groeifonds (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
8.574.169
‒ 871.298
7.702.871
‒ 442.967
7.259.904
‒ 75.332
‒ 21.108
51.663
17.130
Uitgaven
1.572.633
‒ 376.923
1.195.710
‒ 169.942
1.025.768
‒ 147.182
‒ 73.256
‒ 8.654
6.449
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
1.572.633
‒ 376.923
1.195.710
‒ 169.942
1.025.768
‒ 147.182
‒ 73.256
‒ 8.654
6.449
Bijdrage aan het Nationaal Groeifonds
1.572.633
‒ 376.923
1.195.710
‒ 169.942
1.025.768
‒ 147.182
‒ 73.256
‒ 8.654
6.449
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Tabel 26 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
8.574.169
‒ 871.298
7.702.871
‒ 442.967
7.259.904
‒ 75.332
‒ 21.108
51.663
17.130
waarvan garantieverplichtingen
0
0
waarvan overige verplichtingen
8.574.169
‒ 871.298
7.702.871
‒ 442.967
7.259.904
‒ 75.332
‒ 21.108
51.663
17.130
Budgetflexibiliteit
Toelichting
Zes omzettingen (Kamerstuk 36 200 L, nr. 9 en Kamerstuk 36 250 XIX, nr. 3) worden door middel van deze 1e suppletoire begroting verwerkt.
Project Toekomstbestendige Leefomgeving (BZK)
Een reservering van € 100,0 mln voor dit project uit de tweede ronde is omgezet in een toekenning van € 60,0 mln en een voorwaardelijke toekenning van € 40,0 mln.
Project Health-RI (EZK)
Een reservering van € 47,0 mln voor dit project uit de eerste ronde is omgezet in een toekenning.
Project NL2120, het groene verdienvermogen van Nederland (I&W)
Een reservering van € 110,0 mln voor dit project uit de tweede ronde is omgezet in een toekenning van € 70,0 mln en een voorwaardelijke toekenning van € 40,0 mln.
Project Groeiplan Watertechnologie (I&W)
Een reservering van € 135,0 mln voor dit project uit de tweede ronde is omgezet in een toekenning.
Project Dutch Metropolitan Innovations (voorheen bekend als Digitaal Ecosysteem Mobiliteit en Smart City) (I&W)
Een reservering van € 85,0 mln voor dit project uit de tweede ronde is omgezet in een toekenning.
Project GroenvermogenNL (EZK)
De projecten Groenvermogen van de Nederlandse economie uit de eerste ronde en het project Groenvermogen II uit de tweede ronde zijn samengevoegd tot GroenvermogenNL. Een reservering van € 265,0 mln voor het project uit de eerste ronde is omgezet in een toekenning van € 119,0 mln en een voorwaardelijke toekenning van € 146,0 mln.
Loon- en prijsbijstelling
Voor de periode 2023-2032 is in totaal € 908,7 mln uitgekeerd aan loon- en prijsbijstelling (LPB).
Ombuiging op loon- en prijsbijstelling
Van de uitgekeerde LPB voor de periode 2023-2032 is in totaal € 344,3 mln aangewend voor het EZK-aandeel in de structurele rijksbrede dekkingsopgave als gevolg van de stijgende rentelasten en asiel.
Beschermingsfonds Economische Veiligheid
Er is in totaal € 100,0 mln van de uitgekeerde LPB van het NGF aangewend voor het nader uit te werken Beschermingsfonds Economische Veiligheid.
4 Niet-beleidsartikelen
4.1 Artikel 40 Apparaat Kerndepartement
Tabel 27 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
529.932
0
529.932
54.717
584.649
47.511
49.058
53.958
58.295
Uitgaven
529.932
0
529.932
54.717
584.649
47.511
49.058
53.958
58.295
Personele uitgaven
eigen personeel
363.140
363.140
17.220
380.360
14.952
24.047
35.784
40.792
inhuur externen
8.860
8.860
7.861
16.721
6.341
4.885
3.267
3.000
overige personele uitgaven
18.036
18.036
4.578
22.614
6.019
7.115
7.354
9.350
Materiële uitgaven
ICT
28.957
28.957
‒ 1.274
27.683
‒ 1.311
‒ 3.385
‒ 4.758
‒ 6.458
bijdrage aan SSO's
13.382
13.382
0
13.382
0
0
0
0
DICTU
20.014
20.014
‒ 426
19.588
‒ 426
0
0
0
overige materiële uitgaven
77.543
77.543
26.758
104.301
21.936
16.396
12.311
11.611
Ontvangsten
135.350
0
135.350
15.831
151.181
‒ 44.400
17.800
24.200
32.600
ACM
18.149
18.149
18.149
SoDM
1.350
1.350
1.350
CPB
1.643
1.643
1.643
kerndepartement
1.954
1.954
17.731
19.685
NCG
112.254
112.254
‒ 1.900
110.354
‒ 44.400
17.800
24.200
32.600
Toelichting op de verplichtingen en uitgaven
Personele uitgaven
Er is per saldo € 29,7 mln toegevoegd aan de personeelsbudgetten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De toevoeging heeft voornamelijk te maken met versterking van de capaciteit bij het kerndepartement (€ 7,9 mln) en met de taken van het Centraal Planbureau en van de toezichthouders Autoriteit Consument en Markt en Staatstoezicht op de Mijnen (totaal € 12,4 mln).
Materiële uitgaven
Er is per saldo € 25,1 mln toegevoegd aan de materiële budgetten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. De toevoeging betreft voornamelijk bijstelling van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (€ 9,4 mln), onderzoek door het Centraal Planbureau (€ 0,6 mln), taken van de Autoriteit Consument en Markt (€ 2,1 mln) en bijdragen in het eigen vermogen van agentschappen (€ 11,7 mln).
Ontvangsten
Aan de ontvangstbudgetten is per saldo € 15,8 mln toegevoegd. De toevoeging heeft voornamelijk te maken met de verplichte afromingen van het eigen vermogen van DICTU (€ 17,1 mln) en een bijstelling van de ontvangsten van de Nationaal Coördinator Groningen (- € 1,9 mln).
4.2 Artikel 41 Nog onverdeeld
Tabel 28 Nog onverdeeld (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting 2023 (1)
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB's (2)
Vastgestelde begroting 2023 (3) = (1) + (2)
Mutaties 1e suppletoire begroting (4)
Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)
Mutatie 2024
Mutatie 2025
Mutatie 2026
Mutatie 2027
Verplichtingen
0
0
0
322.701
322.701
211.009
213.574
194.320
191.688
Uitgaven
0
0
0
322.701
322.701
211.009
213.574
194.320
191.688
Loonbijstelling
0
0
0
95.339
95.339
100.753
114.435
110.783
112.054
programma
95.339
95.339
100.753
114.435
110.783
112.054
apparaat
Prijsbijstelling
0
0
0
127.362
127.362
110.256
99.139
83.537
79.634
programma
127.362
127.362
110.256
99.139
83.537
79.634
apparaat
Beschermingsfonds economische veiligheid
100.000
100.000
Onvoorzien
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ontvangsten
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Toelichting op de verplichtingen en uitgaven
Loon- en prijsbijstelling
Bij Voorjaarsnota 2023 is de loon- en prijsbijstellingstranche 2023 uitgedeeld. De loonbijstelling betreft de vergoeding voor de stijging van de contractloonontwikkeling en de stijging van de sociale lasten voor de overheidswerkgever. De prijsbijstelling betreft de verwerking van de stijging van de diverse prijsindexen. De loon- en prijsbijstellingstranche 2023 zal bij de eerst volgende begrotingsronde uitgedeeld worden aan de relevante loon- en prijsgevoelige onderdelen.
Beschermingsfonds Economische VeiligheidDit betreft een reservering van € 100 mln voor de nadere uitwerking van het Beschermingsfonds Economische Veiligheid. De geopolitieke verhoudingen verschuiven, waarbij macht door statelijke actoren steeds vaker wordt uitgeoefend door inzet van economische instrumenten, controle over technologieën en risicovolle strategische afhankelijkheden (zoals grondstoffen, energie). De verwachting is dat deze ontwikkeling de komende jaren verder zal toenemen en dat daarom snelle financiële interventie door het Rijk steeds vaker noodzakelijk zal zijn. Ter bekostiging hiervan wordt een deel van de loon- en prijsbijstelling ingezet van het Nationaal Groeifonds (NGF). De Kamer wordt nader geïnformeerd over de uitwerking van het op te richten fonds. Wanneer positieve besluitvorming hierover heeft plaatsgevonden, worden de middelen na afstemming met het Ministerie van Financiën overgeheveld naar het juiste instrument op de begroting.
5 Agentschappen
5.1 Nederlandse Emissieautoriteit (NEa)
Tabel 29 Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap NEa Eerste suppletoire begroting 2023 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2) Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2) Totaal geraamd
Baten
Omzet
15.929
1.641
17.570
waarvan omzet moederdepartement
10.350
2.243
12.593
waarvan omzet overige departementen
5.579
‒ 602
4.977
waarvan omzet derden
0
0
0
Rentebaten
0
0
0
Vrijval voorzieningen
0
0
0
Bijzondere baten
0
0
0
Totaal baten
15.929
1.641
17.570
Lasten
Apparaatskosten
15.124
1.388
16.512
Personele kosten
11.609
1.080
12.689
waarvan eigen personeel
10.281
674
10.955
waarvan inhuur externen
812
280
1.092
waarvan overige personele kosten
516
126
642
Materiële kosten
3.515
308
3.823
waarvan apparaat ICT
797
1.002
1.799
waarvan bijdrage aan SSO's
1.312
243
1.555
waarvan overige materiële kosten
1.406
‒ 937
469
Rentelasten
34
‒ 5
29
Afschrijvingskosten
771
259
1.030
Materieel
0
0
0
waarvan apparaat ICT
0
0
0
waarvan overige materiele afschrijvingskosten
0
0
0
Immaterieel
771
259
1.030
Overige lasten
0
0
0
waarvan dotaties voorzieningen
0
0
0
waarvan bijzondere lasten
0
0
0
Totaal lasten
15.929
1.641
17.570
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening
0
0
0
Agentschapsdeel Vpb-lasten
0
0
0
Saldo van baten en lasten
0
0
0
Toelichting op de baten
Omzet Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)
De omzet EZK stijgt met € 2,2 mln ten opzichte van de ontwerpbegroting als gevolg van de nieuwe taken volgend uit Fitfor55 en CBAM. De omzet EZK is verder een vergoeding voor het leveren van producten en diensten betreffende wettelijke en niet-wettelijke taken vanuit ETS en werkzaamheden voortkomend uit de Richtlijnen voor hernieuwbare energie en brandstoffenkwaliteit. Daarnaast zijn in dit budget de werkzaamheden van de nieuwe taken vanuit het Regeerakkoord opgenomen, namelijk Bijstook Biomassa, CO2 -Minimumprijs, en het opleggen en het innen van de CO2-heffing.
Omzet Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW)
De omzet IenW daalt met € 0,6 mln ten opzichte van de ontwerpbegroting voor 2023. Deze verlaging komt door een geactualiseerde inschatting van de snelheid en noodzaak van de beoogde capaciteitsuitbreiding en door het wegvallen van de jaarverplichting voor binnenvaart.
De omzet betreft een vergoeding voor de wettelijke of daarmee sterk verbonden taken op het gebied van Energie voor Vervoer (EV). Voor 2023 is de opdracht in dit kader uitgebreid met beleidsvoorbereidende taken op het gebied van de RED3-implementatie voor vervoer. Hier was in de ontwerpbegroting 2023 al rekening mee gehouden.
Toelichting op de lasten
Personele kosten
Voor de uitvoering van de nieuwe taken wordt extra personeel aangenomen en wordt meer ingehuurd. Hierdoor stijgen de personele kosten. De overige personele kosten stijgen als gevolg van een toename van het aantal fte, maar ook door extra inspanningen op gebied van recruitement.
Materiële kosten
De begrote materiële kosten zijn met € 0,3 mln gestegen. Deze kosten bestaan uit ICT-kosten, kosten van SSO’s en overige materiële kosten.
De ICT-kosten zijn met met € 1 mln gestegen ten opzichte van de ontwerpbegroting. De kosten van beheer en onderhoud stijgen, doordat activa in gebruik zijn genomen. De ontwikkelkosten zijn bekostigd met de leenfaciliteit.
De kosten van SSO’s stijgen met € 0,2 mln door toename van het aantal fte en als gevolg van de inflatie.
De overige materiële kosten dalen met € 0,9 mln als gevolg van een geactualiseerde inschatting van de kosten.
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten op immateriële activa zijn gebaseerd op de activering van kosten voor de bouw van het Emissiehandel portaal, het Register Energie voor Vervoer en het CO2 Heffingsregister. De afschrijvingskosten stijgen met € 0,3 mln omdat investeringen in 2022 hoger zijn uitgevallen.
Tabel 30 Kasstroomoverzicht (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2) Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2) Totaal geraamd
1.
Rekening-courant RHB 1 januari 2023 + depositorekeningen
2.639
586
3.225
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)
15.929
1.641
17.570
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)
‒ 15.158
‒ 1.383
‒ 16.541
2.
Totaal operationele kasstroom
771
259
1.030
Totaal investeringen (-/-)
0
‒ 1.414
‒ 1.414
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
0
0
0
3.
Totaal investeringkasstroom
0
‒ 1.414
‒ 1.414
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)
0
‒ 2.821
‒ 2.821
Eenmalige storting door het moederdepartement (+)
0
0
0
Aflossingen op leningen (-/-)
‒ 180
‒ 663
‒ 843
Beroep op leenfaciliteit (+)
500
914
1.414
4.
Totaal financieringskasstroom
320
‒ 2.570
‒ 2.250
5.
Rekening-courant RHB 31 december 2023 (=1+2+3+4)
3.730
‒ 3.139
591
Toelichting op het kasstroomoverzicht
Operationele kasstroom
De operationele kasstroom bestaat uit het geraamde saldo van baten en lasten gecorrigeerd voor afschrijvingen en vooruit ontvangen en vooruit betaalde bedragen.
Investeringskasstroom
De investering betreft de doorontwikkeling van de Registers Emissiehandel en Energie voor Vervoer, de ontwikkeling van het Emissiehandelsportaal (EHP) en de ontwikkeling van het ETS Maritiem Portaal en het ETS 2 portaal.
Financieringskasstroom
Het beroep op de leenfaciliteit wordt gedaan voor hierboven vermelde investeringen.
5.2 Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI)
Tabel 31 Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap RDI1 Eerste suppletoire begroting 2022 (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2) Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2) Totaal geraamd
Baten
Omzet
69.597
10.594
80.191
waarvan omzet moederdepartement
39.568
7.962
47.530
waarvan omzet overige departementen
5.159
1.738
6.897
waarvan omzet derden
24.870
894
25.764
Rentebaten
0
0
0
Vrijval voorzieningen
0
0
0
Bijzondere baten
0
0
0
Totaal baten
69.597
10.594
80.191
Lasten
Apparaatskosten
65.422
16.302
81.724
Personele kosten
42.145
11.292
53.437
waarvan eigen personeel
32.495
6.584
39.079
waarvan inhuur externen
7.026
4.708
11.734
waarvan overige personele kosten
2.624
0
2.624
Materiële kosten
23.277
5.010
28.287
waarvan apparaat ICT
0
0
0
waarvan bijdrage aan SSO's
13.841
5.010
18.851
waarvan overige materiële kosten
9.436
0
9.436
Rentelasten
100
0
100
Afschrijvingskosten
4.000
0
4.000
Materieel
2.000
0
2.000
waarvan apparaat ICT
0
0
0
waarvan overige materiele afschrijvingskosten
2.000
0
2.000
Immaterieel
2.000
0
2.000
Overige lasten
75
0
75
waarvan dotaties voorzieningen
75
0
75
waarvan bijzondere lasten
0
0
0
Totaal lasten
69.597
16.302
85.899
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening
0
0
0
Agentschapsdeel Vpb-lasten
0
0
0
Saldo van baten en lasten
0
‒ 5.708
‒ 5.708
Mutatie Tii/Wau gelden
0
5.708
5.708
Saldo van baten en lasten na resultaatbestemming
0
0
0
X Noot
1
Vanaf 1 januari 2023 is Agentschap Telecom Rijksinspectie Digitale Infrastructuur geworden.
Toelichting op de baten
Omzet moederdepartement
De uitvoeringsofferte en toezichtofferte vallen hoger uit dan begroot als gevolg van de toekenningen vanuit het coalitieakkoord (CA) en als gevolg van een hogere loon- en prijscompensatie (7,5% t.o.v. 2,9% in mei).
Dit houdt in dat er € 7,96 mln extra omzet is vastgesteld. Dit bestaat uit: € 0,9 mln richtlijn beveiliging van netwerk- en informatiesystemen / Critical entities resilience (NIS2/CER), € 1,0 mln voor Netcode, 4,6 mln Afbouw Salderingsregeling en € 1,5 mln voor hogere loon- en prijscompensatie.
Omzet overige departementen
In 2023 is de offerte (voorbereiding) Wet Digitale Overheid (Wdo) en Elektronische Toegangsdiensten (ETD) goedgekeurd door BZK als opdrachtgever. Opdracht ligt € 1 mln hoger dan begroot in mei 2022.
Van het ministerie van VWS is de opdracht ontvangen met betrekking tot de toegankelijkheidsvoorschriften voor producten en diensten (Toegankelijkheidsrichtlijn 2019/882) voor € 0,55 mln. Daarnaast is de omzet € 0,2 mln hoger door loon- en prijscompensatie.
Omzet derden
De hogere omzet van € 0,9 mln in 2023 is het gevolg van de loon- en prijscompensatie van 7,5% voor 2023.
Toelichting op de lasten
Personele kosten
De totale personele kosten zijn conform offertes en in lijn met de looncompensatie in de tarievennota 2023. De totale personele kosten bestaan uit ambtelijk personeel (78%) en extern personeel (22%).
Materiële kosten
De materiële kosten zijn één op één afgeleid van de offerte en de beoogde materiële lasten benodigd om de taak ten uitvoer te brengen.
Toelichting op het saldo van baten en lasten
Het saldo van baten en lasten laat een negatief saldo van € 5,7 mln als gevolg van de lasten voor Werk aan Uitvoering (WaU) en voor Transparantie in Informatie (Tii).De ontvangen bijdragen voor deze taken komen ten gunste van de bestemmingsreserve en zijn verwerkt in het kasstroomoverzicht als eenmalige storting door het moederdepartement
Tabel 32 Kasstroomoverzicht (bedragen x € 1.000)
Omschrijving
(1) Vastgestelde begroting
(2) Mutaties 1e suppletoire begroting
(3)=(1)+(2) Totaal geraamd
1.
Rekening-courant RHB 1 januari 2023 + depositorekeningen
13.457
11.498
24.955
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)
69.597
10.594
80.191
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)
‒ 65.597
‒ 16.302
‒ 81.899
2.
Totaal operationele kasstroom
4.000
‒ 5.708
‒ 1.708
Totaal investeringen (-/-)
‒ 5.750
0
‒ 5.750
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
0
0
0
3.
Totaal investeringkasstroom
‒ 5.750
0
‒ 5.750
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)
0
0
0
Eenmalige storting door het moederdepartement (+)
0
5.708
5.708
Aflossingen op leningen (-/-)
‒ 5.269
0
‒ 5.269
Beroep op leenfaciliteit (+)
5.750
0
5.750
4.
Totaal financieringskasstroom
481
5.708
6.189
5.
Rekening-courant RHB 31 december 2023 (=1+2+3+4)
12.187
11.498
23.685
Toelichting op het kasstroomoverzicht
De suppletoire begroting heeft geen effect op het saldo van het kasstroomoverzicht. De mutaties bevinden zich binnen de operationele en financieringskasstroom en met een saldo van nul.
De Eenmalige storting door het moederdepartement heeft betrekking op de ontvangsten voor Werk aan Uitvoering (Wau) en voor Transparantie in Informatie (Tii).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.