Verslag van een rapporteur : Tussentijds verslag van de rapporteurs op het EU-voorstel: verordening natuurherstel
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
33 576
Natuurbeleid
Nr. 3640
VERSLAG VAN DE RAPPORTEURS
Vastgesteld 13 april 2023
Introductie
De vaste commissie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft ons aangesteld als rapporteurs
op het EU-voorstel verordening natuurherstel (Kamerstuk 22 112, nr. 3530).
Wij brengen tussentijds verslag uit over de activiteiten die wij tot op heden tijdens
ons rapporteurschap hebben ondernomen en doen een voorstel voor het vervolg.
Het betreft een terugkoppeling over de ECPRD vragen die door ons als rapporteurs zijn
uitgezet bij de nationale parlementen van andere EU-lidstaten. Het ECPRD, European centre for Parliamentary Research and Documentation, is een informatie-uitwisselingskanaal voor nationale parlementen van de EU-lidstaten
Aanbevelingen van de rapporteurs
U kunt de inhoud van dit tussentijdse verslag desgewenst betrekken bij aankomende
commissiedebatten over de Landbouw- en Visserijraad waar de voortgang over de onderhandelingen
in de Raad aan de orde zal komen.
Doel van het EU-rapporteurschap
Het rapporteurschap richt zich op de behandeling in Brussel van het EU-voorstel verordening
natuurherstel.1 Met dit voorstel stelt de Europese Commissie bindende doelstellingen voor om tegen
2030 voor ten minste 20% van de land- en zeegebieden van de EU maatregelen voor natuurherstel
in te voeren en dit tegen 2050 uit te breiden tot alle ecosystemen die herstel behoeven.
Het rapporteurschap is erop gericht de informatiepositie van de commissie te versterken
in het kader van een optimale behandeling van het dossier in de Kamer.
Terugkoppeling over de ondernomen activiteiten
ECPRD vraag
Om het Europese krachtenveld in kaart te brengen op het EU-voorstel voor een natuurherstelverordening
hebben wij een set ECPRD vragen uitgezet bij de nationale parlementen van Duitsland
en België. We hebben de keuze gemaakt voor deze lidstaten omdat (delen van deze) landen
kampen met vergelijkbare problematiek als Nederland wanneer het gaat om natuurherstel
en stikstof. Daarbij hebben we naar een viertal aspecten gekeken. Allereerst hebben
wij gevraagd naar het standpunt ten aanzien van de brede doelstellingen van het voorstel
voor een natuurherstelverordening. Ten tweede hebben wij gevraagd naar de standpunten
ten aanzien van de juridisch bindende doelstellingen uit het voorstel. Daarbij hebben
we enkele specifieke vragen voorgelegd over het principe van geen achteruitgang (non-deterioration), de impact van het voorstel op stedelijke ecosystemen en de tijdlijn voor implementatie
van de verordening. Verder hebben wij gevraagd hoe de beide parlementen de impact
van het voorstel zien in relatie tot de uitdagingen in het kader van stikstofdepositie
en de implementatie van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water.
Afsluitend is gevraagd naar de impact van de voorgestelde verordening in relatie tot
gebieden als hernieuwbare energie, constructie, infrastructuur en transport, met name
wanneer het gaat om vergunningverlening.
Bevindingen van de rapporteurs
Kernpunten uit de ECPRD antwoorden
Hieronder zullen wij ingaan op enkele kernpunten die wij uit de ontvangen reacties
hebben gehaald. Daarbij willen wij vooraf opmerken dat niet op alle vragen door het
Duitse en Belgische parlement een antwoord is ontvangen. Vanuit België is met name
een beeld gegeven over de stand van zaken ten aanzien van de implementatie van de
Vogel- en Habitatrichtlijn. Er is echter geen informatie gegeven over de standpuntbepaling
ten aanzien van de natuurherstelverordening. We zullen derhalve met name een terugkoppeling
geven over de standpunten van Duitsland.
Brede doelstelling natuurherstelverordening
De Duitse regering en de Bondsraad steunen de inzet van de Europese Commissie om herstel
van ecosystemen te versterken en een doel te zetten voor permanente, lange termijn
en duurzaam herstel van biologische diversiteit en natuurlijke veerkracht. De Bondsraad
heeft wel opgemerkt dat additionele financiële middelen op EU-niveau nodig zijn om
uitvoering te kunnen geven aan de verordening. De Bondsraad pleit daarom voor een
EU fonds voor natuurbescherming. Verder onderstreept de Bondsraad dat de tijdsverplichtingen
en gebiedsgebonden verplichtingen ook van toepassing moeten zijn op dichtbevolkte
landen zoals Duitsland, zonder daarbij eventuele moeilijkheden te specificeren. De
Bondsdag heeft (nog) geen positie ingenomen op het voorstel. Vanuit de CDU/CSU fractie
is er wel een motie ingediend waarbij een subsidiariteitsbezwaar wordt geuit.2
Juridisch bindende doelstelling: beginsel van geen achteruitgang
Uit de antwoorden op de EPCRD vragen over de standpuntbepaling in beide parlementen
blijkt geen beeld te ontstaan over de standpunten ten aanzien van het beginsel van
geen achteruitgang (non-deterioration). Wel blijkt uit de beantwoording dat de Duitse regering de natuurherstelverordening
proportioneel acht. Volgens de Duitse regering zijn bindende, uniforme natuurhersteldoelstellingen
en -verplichtingen op EU niveau belangrijk om de doelstellingen uit de EU biodiversiteitsstrategie
voor 2030 te behalen.
Impact van het voorstel in relatie tot stikstofdepositie
Uit de antwoorden op de ECPRD vragen over de impact van het voorstel in relatie tot
stikstofdepositie en de implementatie van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn
Water blijkt geen standpunt van het Duitse en Belgische parlement. Ten aanzien van
het tijdspad voor de uitvoering van de verordening geeft de Bondsraad aan dat de tijdlijn
als zeer ambitieus wordt ingeschat. Volgens de Bondsraad is het namelijk belangrijk
dat er voldoende ruimte is om participatieve processen in te richten voor de uitvoering
van de verordening, waarbij zowel de Länder als belangrijke partners op lokaal niveau moeten worden betrokken.
Impact van het voorstel op andere gebieden
Van het Belgische parlement is geen reactie ontvangen op de vraag over de impact van
de voorgestelde verordening in relatie tot gebieden als hernieuwbare energie, constructie,
infrastructuur en transport, met name wanneer het gaat om vergunningverlening. Vanuit
de reactie van Duitsland blijkt dat zowel de Bondsdag als de Duitse regering aandacht
besteden aan dit vraagstuk. Volgens de Duitse regering is het nodig om potentiële
conflicten van doeleinden op te lossen, bijvoorbeeld wanneer het gaat om het uitbreiden
van energie uit hernieuwbare bronnen. Hoe dit opgelost moet worden, wordt niet gespecificeerd.
Uit de motie van de CDU/CSU fractie blijkt dat deze fractie inzet op het mogelijk
blijven maken van langdurig gebruik van land voor de uitbreiding van infrastructuur,
het waarborgen van voedselzekerheid en het verschaffen van woon- en bedrijfsruimte.
Overig
De Bondsraad heeft de Duitse regering enkele wijzigingsvoorstellen meegegeven voor
de onderhandelingen op EU-niveau. Allereerst moet volgens de Bondsraad herstel van
natuur een taak van alle sectoren zijn. In het huidige voorstel ligt volgens de Bondsraad
te veel focus op land- en bosbouw. Verder moet volgens de Bondsraad meer rekening
worden gehouden met het buitengewone belang van bossen en hun rol in CO2-opslag. Verder benadrukt de Bondsraad ook het bijzondere belang van het herstel van
rivierecosystemen. Als laatste merkt de Bondsraad op dat de doelstellingen van herstel
van de natuur in mariene habitats niet ondoeltreffend moeten worden gemaakt door eventuele
beperkingen die voortvloeien uit het gemeenschappelijk visserijbeleid van de EU.
Vervolg van het EU-rapporteurschap
De volgende activiteit die wij voorzien als rapporteurs is om in gesprek te gaan met
de rapporteur in het Europees Parlement. Over de uitkomsten van dit gesprek zullen
wij u informeren in een volgend tussentijds verslag.
Boswijk Vestering
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Derk Boswijk, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
L. Vestering, Tweede Kamerlid