Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Haverkort over het artikel in dagblad Trouw over ‘Schone as van afval legt het af tegen goedkopere vuile variant’
Vragen van het lid Haverkort (VVD) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het artikel «Schone as van afval legt het af tegen de goedkopere vuile variant» (ingezonden 14 februari 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 5 april
2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Schone as van afval legt het af tegen de goedkopere
vuile variant» en de daarin beschreven problematiek dat vuile bodemas wordt toegepast,
terwijl schone bodemas in grote stapels ongebruikt blijft liggen?1
Antwoord 1
Ja, ik ben bekend met dit artikel.
Vraag 2
Bent u ermee bekend dat in bodemas nog veel vervuiling zit, waaronder batterijen (ongeveer
1.500 stuks per vrachtwagen), onverbrande plastic deeltjes en stoorstoffen? Bent u
bekend met het feit dat er in Nederland jaarlijks ongeveer twee miljoen ton bodemas
resteert na het verbranden van afval in afvalenergiecentrales (AEC’s)?
Antwoord 2
Ik ben ermee bekend dat er een aanzienlijke hoeveelheid AEC-bodemas resteert na het
verbranden van afval en dat in de bodemas nog onverbrande deeltjes aanwezig zijn.
Daarom worden de bodemassen na verbranding nog be- en verwerkt en worden ijzer, roestvrij
staal, onverbrande delen, et cetera gescheiden van de bodemassen. Ik vind het belangrijk
om te voorkomen dat door het recyclen van materialen ongewenste milieueffecten optreden
bij toepassing op of in de bodem. Bodemassen moeten bij toepassing voldoen aan de
eisen van het Besluit bodemkwaliteit.
Inmiddels zijn de technieken voor het verwijderen van batterijen uit de bodemassen
verbeterd. Het is mogelijk om, na opwerking, bodemassen te produceren met maximaal
0,5 gewichtsprocent metallisch ijzer, waaronder maximaal 0,05 gewichtsprocent batterijen.
Onderzocht wordt of dit verwijderingspercentage voor metallisch ijzer als minimum
kan worden gereguleerd in het Circulair Materialenplan waarvan een eerste conceptversie
in september 2023 gereed is.2
Vraag 3
Kunt u aangeven welke eisen er gelden voor bodemas, voordat het de AEC mag verlaten
en op welke manier daarop wordt toegezien?
Antwoord 3
Ik vind het belangrijk dat we het milieu beschermen en dat we zo veel mogelijk voorkomen
dat ongewenste stoffen in het milieu terecht komen. Bodemas mag daarom alleen worden
toegepast als granulaat of als toeslagmiddel in beton of immobilisaat als de milieuhygiënische
kwaliteit is vastgesteld en er wordt voldaan aan de eisen van het Besluit bodemkwaliteit.
De gemeente is het bevoegd gezag voor het toezicht en de handhaving van het Besluit
bodemkwaliteit. Het toezicht wordt door de gemeente veelal ondergebracht bij een Omgevingsdienst.
Vraag 4
Kunt u aangeven wat er met de waarschuwing van de Inspectie Leefomgeving en Transport
(ILT) van juli 2022 ten aanzien van de milieurisico’s van het gebruik van bodemas
is gebeurd en op welke manier handhaving of regelgeving is verscherpt of aangepast?
Antwoord 4
Bodemas in beton of immobolisaat vormt op zichzelf geen risico voor de bodem, mits
het materiaal voldoet aan de eisen van het Besluit bodemkwaliteit. Dit geldt ook voor
materiaal dat na sloop vrijkomt en wordt hergebruikt. Bij een overtreding kan het
bevoegd gezag handhaven.
De ILT signaleert risico’s bij het eventueel foutief hergebruik van gesloopt materiaal
waarin bodemas als toeslagmiddel is gebruikt of is geïmmobiliseerd. Dit risico heeft
aandacht in de beleidsvorming. In het kader van het Circulair Materialenplan – de
vervanging van het Landelijk Afvalbeheerplan – en het in dat licht op te stellen milieueffectrapport
wordt het immobiliseren van afvalstoffen meegenomen. Daarbij wordt ook gekeken naar
het beperken van de risico’s van immobiliseren. Na afronding van het milieueffectrapport
kan worden beoordeeld of aanpassing van het beleid of regelgeving nodig is.
Vraag 5
Herkent u de kritiek dat er sinds de green deal Verduurzaming nuttige toepassing AEC-bodemas3 uit 2012 geen enkele voortgang is geboekt?
Antwoord 5
Nee.
Vraag 6
Kunt u aangeven op welke manier de AEC’s sinds 2012 invulling hebben gegeven aan deze
green deal en hoe zij het verkrijgen van de optimale scheiding hebben gerealiseerd,
zodat vrijkomende bodemas hoogwaardig verwerkt of toegepast kan worden?4
Antwoord 6
Met de Green Deal is in 2012 de afspraak gemaakt om vanaf 1 januari 2020 de bodemassen
zodanig op te werken dat de bodemassen niet meer als IBC-bouwstof (isoleren, beheersen
en controleren) worden toegepast, maar kunnen worden ingezet als vrij toepasbare bouwstof.
Dit kan als korrelvormige bouwstof, als toeslagmiddel in beton of als grondstof voor
immobilisaat. Hiervoor is het Besluit vrijstellingen stortverbod buiten inrichtingen
in 2021 gewijzigd. Bij het toepassen van bouwstoffen onder IBC-condities bleef er
altijd een restrisico op verontreiniging van de bodem bestaan. Dit risico is nu geminimaliseerd.
In het verlengde van de Green Deal blijf ik met de sector in gesprek over een verdere
verduurzaming van de bodemassen in het licht van de doelstellingen van de circulaire
economie.
Het verlagen van het gewichtspercentage metallisch ijzer in de korrelvormige AEC-bodemas
tot 0,5 gewichtsprocent – met maximaal 0,05 gewichtsprocent batterijen – is daar een
resultaat van.
Vraag 7
Bent u bekend met het feit dat innovatieve bedrijven als ACCN in Assendelft, vanwege
de oneerlijke concurrentie, hun activiteiten wellicht zullen staken?
Antwoord 7
Ik ben bekend met dit signaal en ga met de bedrijven in gesprek over de verdere verduurzaming
van bodemassen en de knelpunten die daarbij worden ervaren.
Vraag 8
Bent u bereid op korte termijn invulling te geven aan de in 2012 gemaakte afspraken,
zodat het gebruik van schone bodemas wordt gestimuleerd en het gebruik van niet-schone
bodemas wordt gestaakt? Kunt u daarbij concreet aangeven hoe?
Antwoord 8
Met de Green Deal is in 2012 is de afspraak gemaakt om vanaf 1 januari 2020 de bodemassen
zodanig op te werken dat de bodemassen niet meer als IBC-bouwstof hoeven te worden
toegepast, maar kunnen worden ingezet als vrij toepasbare bouwstof. Deze doelstelling
is inmiddels gerealiseerd.
Het gebruik van bodemas als toeslagmiddel in beton of in immobilisaat heeft mijn aandacht.
In het kader van het Circulair Materialenplan en een in dat licht op te stellen milieueffectrapport
wordt het immobiliseren van afvalstoffen meegenomen en bekeken in hoeverre dit past
binnen de doelen van de circulaire economie. Ik vind het belangrijk dat we het milieu
beschermen en circulaire technieken stimuleren. Over de verdere verduurzaming van
de bodemassen en de knelpunten die worden ervaren ga ik met de bedrijven in gesprek.
Vraag 9
Bent u het, tegen de achtergrond van de reactie van het ministerie dat het gebruik
van niet-schone bodemas in immobilisaat, primaire grondstoffen uitspaart en dat verontreinigingen
in immobilisaat geen milieurisico hoeven te vormen, ermee eens dat het gebruik van
schone bodemas eveneens primaire grondstoffen uitspaart? Bent u het ermee eens dat
het binden van verontreinigingen in immobilisaat het milieuprobleem verschuift naar
toekomstige generaties?
Antwoord 9
Met het gebruik van bodemas als korrelvormige bouwstof worden primaire grondstoffen
uitgespaard. Dit geldt ook als AEC-bodemas van een wat mindere kwaliteit als toeslagmiddel
in beton of als grondstof voor immobilisaat wordt toegepast. Toepassing is overigens
alleen toegestaan als de producten voldoen aan de eisen van het Besluit bodemkwaliteit.
Hiermee is er geen risico op verontreiniging van de bodem. Het door de ILT signaleerde
risico – bij het eventueel foutief hergebruik van gesloopt materiaal – heeft mijn
aandacht.
Vraag 10
Kunt u, tegen de achtergrond van het feit dat door het toepassen van niet-schone bodemas
in beton, fundaties en onder wegen het milieuprobleem verschuift naar de toekomst,
aangeven wie verantwoordelijk is voor het milieurisico dat optreedt bij het slopen
of saneren van dat milieuprobleem in de toekomst? Kunt u aangeven hoe dat zich verhoudt
tot het uitgangspunt van dit kabinet om geen problemen door te willen schuiven naar
de toekomst, maar ze nu aan te pakken?
Antwoord 10
Bodemas kan alleen in het beton worden toegepast wanneer aanwezige verontreinigingen
voldoende worden geïmmobiliseerd en het beton voldoet aan de eisen van het Besluit
bodemkwaliteit. Het beton vormt dan geen risico voor de bodem. Wanneer het beton wordt
gesloopt, kan het gesloopte materiaal als granulaat worden hergebruikt of opnieuw
worden toegepast in beton, mits ook in dat geval wordt voldaan aan de eisen van het
Besluit bodemkwaliteit. Degene die het materiaal toepast, is hiervoor verantwoordelijk.
In het kader van het Circulair Materialenplan en een op te stellen milieueffectrapport
wordt het immobiliseren van afvalstoffen meegenomen.
Vraag 11
Bent u het, gelet op de reactie van het ministerie dat het al mooi is dat er wordt
gerecycled en dat er niet hoeft te worden verbrand of gestort, ermee eens dat het
immobiliseren van vervuilde bodemas in feite een vorm van stort is en dat er op deze
manier helemaal geen sprake is van recycling, laat staan van de hoogwaardige recycling,
zoals in de green deal Verduurzaming nuttige toepassing AEC-bodemas wordt geambieerd?
Bent u bereid de publicatie op dat punt te rectificeren?
Antwoord 11
Met de Green Deal is in 2012 de afspraak gemaakt om vanaf 1 januari 2020 de bodemassen
zodanig op te werken dat de bodemassen niet meer als IBC-bouwstof hoeven te worden
toegepast. Dit kan als korrelvormige bouwstof, als toeslagmiddel in beton of als grondstof
voor immobilisaat, mits wordt voldaan aan de eisen van het Besluit bodemkwaliteit.
Daarmee is geen sprake van stort, maar van hergebruik binnen de wettelijke kaders
die daarvoor gelden. Rectificatie is daarom niet aan de orde.
Vraag 12
Kunt u ervoor zorgdragen dat de beantwoording van de vragen ruim voor het commissiedebat
Circulaire economie plaatsvindt?
Antwoord 12
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.