Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Slootweg over het bericht “Miljardensteun voor Credit Suisse, beleggers reageren opgelucht
Vragen van het lid Slootweg (CDA) aan de Minister van Financiën over het bericht «Miljardensteun voor Credit Suisse, beleggers reageren opgelucht» (ingezonden 17 maart 2023).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 31 maart 2023).
Vraag 1
Kent u het bericht «Miljardensteun voor Credit Suisse, beleggers reageren opgelucht»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Volgt u de situatie van onrust in de bankensector op de voet en kunt u daarover zo
snel mogelijk aan de Kamer rapporteren?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Wat zijn volgens u de belangrijkste oorzaken dat de Zwitserse bank Credit Suisse in
de problemen is gekomen?
Antwoord 3
Na de eerdere problemen bij enkele Amerikaanse banken, kwam vorige week de Zwitserse
bank Credit Suisse in zwaar weer terecht. Door de marktonrust vanwege het falen van
enkele Amerikaanse banken, lagen banken wereldwijd onder een vergrootglas. Bij Credit
Suisse spelen al geruime tijd een aantal specifieke problemen waardoor beleggers weinig
vertrouwen hadden in deze bank. Credit Suisse was de afgelopen jaren betrokken bij
een reeks schandalen en had forse verliezen geleden op verschillende investeringen.
De totale verliezen over 2022 waren ongeveer € 7,3 mld. Daarnaast kwamen bij de publicatie
van de jaarrekening op 14 maart materiële gebreken aan het licht en kwam de mededeling
van de grootste aandeelhouder dat die geen extra kapitaal zou verschaffen. Dit heeft
het vertrouwen in deze bank verder doen dalen, waarna een verhoogde uitstroom van
deposito’s bij de bank op gang kwam. Het is belangrijk om te benadrukken dat de situatie
bij Credit Suisse hierdoor wezenlijk anders is dan bij banken in de Europese Unie.
Vraag 4
Hoe kan het volgens u dat zo’n grote bank in de Europese Economische Ruimte zo in
de problemen zit en had hier eerder actie moeten worden ondernomen?
Antwoord 4
Zwitserland is dan wel onderdeel van de Europese Economische Ruimte, maar doet niet
mee aan de Europese Bankenunie. Zwitserland heeft een eigen toezichts- en crisisraamwerk
voor banken. De Zwitserse autoriteiten zijn dan ook volledig verantwoordelijk voor
het toezicht op Credit Suisse. Na de marktonrust half maart hebben de Zwitserse autoriteiten
snel en doeltreffend geïntervenieerd.
Vraag 5
Bent u het ermee eens dat het omvallen van de Amerikaanse SVB een groot risico vormt
voor banken die zich al in zwaar weer bevinden?
Antwoord 5
De huidige onrust leidt tot verhoogde onzekerheid en zorgt ervoor dat banken wereldwijd
onder een vergrootglas liggen. In de Verenigde Staten is er aanhoudende onrust rondom
enkele kleine en middelgrote banken. Europese en Nederlandse financiële instellingen
zijn duidelijk minder kwetsbaar voor de risico’s die speelden bij Amerikaanse banken
en Credit Suisse; de bankspecifieke problemen spelen hier een kleinere rol en de banksector
in Nederland is daarbij weerbaar, met gedegen kapitaal- en liquiditeitsbuffers. De
weerbaarheid van de Europese bankensector wordt bovendien regelmatig getest via stresstesten,
met stressscenario’s die vergelijkbaar of erger zijn dan de crisis in 2007–2009. Uit
een stresstest die DNB afgelopen oktober heeft gepubliceerd blijkt ook dat Nederlandse
banken een (schoksgewijze) stijging van de rente goed kunnen opvangen en dat hun kapitaalratio’s
dan boven de vereiste minimumwaarden blijven.
Vraag 6
Kunt u aangeven of er op dit moment ook andere Europese banken in problematische situaties
zitten vanwege gestegen rentes, of vanwege problemen die er al waren zoals bij Credit
Suisse en daardoor nu extra risico lopen?
Antwoord 6
Ook in Europa is er sprake van verhoogde volatiliteit en correcties op markten in
een omgeving van verkrappende financiële condities en stijgende rentes. Het is nooit
uit te sluiten dat er ook in Europa individuele banken zijn die in deze omgeving kwetsbaar
kunnen zijn, maar ik heb er het volste vertrouwen in dat de Europese toezichthouders
de situatie nauwlettend in de gaten houden.
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 5 zijn Europese banken duidelijk minder
kwetsbaar voor het risico van een gestegen rente, doordat er regels zijn voor het
beheersen van renterisico, ze hoge kapitaal en liquiditeitseisen hebben, en worden
onderworpen aan stresstesten. Daarnaast is de regulering voor wat betreft liquiditeits-en
kapitaaleisen voor kleinere banken in de Verenigde Staten significant afgezwakt in
2018.
Vraag 7
Wat betekent het volgens u dat de onrust rond Credit Suisse ook leidde tot dalende
koersen van grote Europese banken en ook de Nederlandse banken ING en ABN Amro rond
de tien procent in waarde daalden?
Antwoord 7
De onrust rond Credit Suisse zorgde voor de nodige onzekerheid en daardoor een negatief
risicosentiment op de financiële markten. Dit leidde ook tot dalende aandelenkoersen
van de grote Nederlandse en Europese banken, die in de dagen daarna echter ook weer
stegen. Deze daling moet ook in het perspectief geplaatst worden van de stevige stijging
van de aandelenprijzen van Europese banken over de afgelopen maanden. Zo staat de
Europese bankenindex nog altijd hoger dan begin dit jaar.
Vraag 8
Heeft het beursverlies van ABN-Amro effect op de voorgenomen verkoop van deze aandelen
door de Nederlandse Staat?
Antwoord 8
Op 10 februari heb ik de Tweede Kamer geïnformeerd dat ik heb ingestemd met het advies
van NLFI om de komende periode dagelijks kleine hoeveelheden aandelen ABN AMRO te
verkopen via de beurs. Dit dribble-out-programma is erop gericht het belang in ABN AMRO af te bouwen tot iets minder dan 50%. In de
vormgeving van dit verkoopprogramma is een bodemprijs afgesproken waaronder geen aandelen
verkocht worden. Over de hoogte van de bodemprijs kan ik geen openbare uitspraken
doen aangezien dit een negatieve impact kan hebben op het succes van het verkoopprogramma.
Ik kan dus niet zeggen of de huidige beurskoers van ABN AMRO onder of boven de bodemprijs
ligt en dus ook niet of de lagere koersen op dit moment impact hebben op het verkoopprogramma.
Vraag 9
Hoe denkt u dat het beste tegemoet gekomen kan worden aan de zorgen onder beleggers
en paniek op financiële markten?
Antwoord 9
Het is belangrijk om de rust te bewaren en naar de feiten te kijken. De situatie bij
Credit Suisse en de Amerikaanse banken is wezenlijk anders dan bij Nederlandse banken.
In Europa moeten banken voldoen aan strenge eisen met betrekking tot liquiditeit en
kapitaal. Ook beoordelen onze toezichthouders het renterisico van een bank. Dat renterisico
ligt aan de basis van veel problemen op dit moment. In de Verenigde staten is sinds
2018 sprake geweest van deregulering in de bankensector waarbij er uitzonderingen
op de strenge bankenregels zijn gecreëerd voor kleine en middelgrote banken, onder
andere op het gebied van renterisico.
Wat mij betreft tonen de oorzaken van de problemen bij de Amerikaanse banken aan dat
de strikte regulering van banken die we mondiaal en in Europa sinds de kredietcrisis
hebben ingevoerd van groot belang blijven en we daarop moeten blijven voortbouwen.
Vraag 10
De Zwitserse centrale bank stopt nu 50 miljard euro in Credit Suisse om de onrust
te beteugelen: wat kunnen mogelijke gevolgen zijn voor de Europese Centrale Bank,
zowel voor het rente- en inflatiebeleid, als ook voor het inspringen bij problemen
van banken, als ook Europese banken dreigen om te vallen?
Antwoord 10
Op donderdag 16 maart heeft de ECB in de persconferentie over haar rentebesluit toegelicht
dat zij stuurt op het waarborgen van prijsstabiliteit en financiële stabiliteit. Omdat
de inflatie naar verwachting te lang te hoog blijft, heeft de ECB de haar beleidsrente
wederom met 50 basispunten verhoogd.
Volgens de ECB versterkt de huidige onzekerheid het belang van een op data gebaseerde
benadering bij toekomstige besluiten over de beleidsrente. Bij toekomstige rentebeslissingen
wordt daarom ook gekeken naar hoe financiële ontwikkelingen doorwerken op de inflatievooruitzichten
en daarmee op het monetaire beleid. De dynamiek van onderliggende inflatie en de kracht
van monetaire beleidstransmissie zijn daarbij twee belangrijke factoren.
De ECB is daarbij vastbesloten de inflatie terug te brengen naar de doelstelling van
2% op middellange termijn, maar geeft tegelijkertijd aan de huidige spanningen op
de markt nauwgezet te volgen en klaar te staan om waar nodig in te grijpen om de financiële
stabiliteit te handhaven. De ECB benadrukt hierbij dat het beleidsinstrumentarium
volledig is toegerust om liquiditeitssteun te verstrekken aan het financiële stelstel
indien dit nodig mocht zijn. Volgens de ECB is het bankenstelsel in de eurozone echter
schokbestendig, en zijn kapitaal- en liquiditeitsposities robuust.
Vraag 11
In hoeverre vangt de Europese bankensector zelf dergelijke problemen op en in welke
situaties kan een beroep gedaan worden op nationale overheidsmiddelen?
Antwoord 11
Sinds de financiële crisis zijn veel maatregelen genomen om te zorgen dat de overheid
banken niet meer hoeft te redden. Allereerst zijn de regels voor banken aangescherpt,
en zijn de kapitaaleisen strenger waardoor de buffers bij banken veel hoger zijn dan
voor de crisis. Als een bank desondanks toch in de problemen komt zijn er veel verdedigingslinies
om te zorgen dat de overheid niet hoeft bij te springen. Zo moeten aandeelhouders
en achtergestelde crediteuren eerst het verlies nemen (de bail-in) en zijn er vervolgens het door de banken zelf gevulde nationale depositogarantiefonds
en het Europese resolutiefonds. Dit alles is onder meer gericht op het beperken van
het risico dat de overheid moet bijspringen in het geval een bank in de problemen
komt.
Vraag 12
Welke risico’s van de huidige instabiliteit op de financiële markten ziet u voor belangrijke
economische sectoren, zoals de bouwsector, die al te maken heeft met hoge kosten en
sterk gestegen rentes en wat gebeurt er als hierdoor bijvoorbeeld (bouw)projecten
stil komen te liggen?
Antwoord 12
De toegenomen onzekerheid in de markten komt boven op het verkrappend rentebeleid
van de ECB. Het is mogelijk dat banken terughoudender zullen zijn met kredietverlening
aan de reële economie of de voorwaarden aanscherpen. Dit is dan ook het beoogde effect
van verkrappend monetair beleid. Aangescherpte kredietverlening kan vervolgens een
effect hebben op alle economische sectoren.
Specifiek voor de bouwsector zijn er echter nog andere factoren die impact hebben
op de start van bouwprojecten zoals arbeidsmarktkrapte, stijgende bouwkosten en stikstof.
De Minister voor VRO heeft eerder aangekondigd om na het voorjaar een economische
analyse van de ontwikkelingen in de bouwsector aan uw Kamer te sturen. Hier zal ook
worden ingegaan op onder andere de stijgende rente.
Vraag 13
Kunt u deze vragen, gezien de snelle ontwikkelingen op dit moment, op korte termijn
beantwoorden, in ieder geval binnen twee weken?
Antwoord 13
Ik zal de antwoorden zo spoedig mogelijk aan de Kamer sturen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.