Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Bisschop over de uitspraken van de heer Samsom over verplichte uitkoop van boeren
Vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over de uitspraken van dhr. Samsom over verplichte uitkoop van boeren (ingezonden 23 maart 2023).
Antwoord van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof), mede namens de Minister
            van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (ontvangen 30 maart 2023).
         
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het advies van Diederik Samsom, kabinetschef van Eurocommissaris
               Timmersmans en ex-PvdA leider, om boeren verplicht uit te kopen?1
Antwoord 1
            
Ik was op de hoogte van het bezoek van ambtenaren van het Ministerie van Landbouw,
               Natuur en Voedselkwaliteit aan de Europese Commissie. Tijdens dat bezoek is van gedachten
               gewisseld over de plannen van het kabinet met betrekking tot de integrale aanpak landelijk
               gebied, bodem en water en de transitie van de landbouw.
            
Vraag 2
            
Kunt u het verslag van het overleg tussen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
               en de heer Samsom naar de Kamer sturen?
            
Antwoord 2
            
De Kamer wordt actief geïnformeerd over de voortgang van de transitie en de beleidskeuzes
               die ik maak. Ik betreur het feit dat derden de beschikking hebben gekregen over vertrouwelijke
               informatie. Er is een intern verslag opgesteld van het bezoek. De gesprekken met de
               Europese Commissie en de verslagen die daarvan worden gemaakt, zijn onderdeel van
               het ambtelijk beleidsvormingsproces en geen eindpunt van de gedachtenvorming op de
               verschillende thema’s. Voor dergelijke ambtelijke concepten geldt staand kabinetsbeleid
               dat deze niet worden verstrekt (Kamerstuk 34 682, nr. 11).
            
Vraag 3
            
Wat was de aanleiding om met de heer Samsom in gesprek te gaan?
Antwoord 3
            
Omdat veel, zo niet alle, dossiers op het gebied van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
               een Europese component hebben, vinden er ambtelijk en bestuurlijk met enige regelmaat
               gesprekken plaats met de Europese Commissie. In deze gesprekken worden Europees en
               nationaal beleid op verschillende dossiers besproken en toegelicht. Dergelijke overleggen
               zijn bedoeld om duidelijkheid te krijgen over staand Europese beleid en dragen bij
               aan beter wederzijds begrip.
            
Vraag 4
            
Op welk gezag sprak de heer Samsom?
Antwoord 4
            
De heer Samsom sprak vanuit zijn functie als Kabinetschef van Eurocommissaris Timmermans.
Vraag 5
            
Deelt u de mening dat de Europese Commissie niet bevoegd is om voor te schrijven hoe
               Nederland gaat voldoen aan de instandhoudingsdoelstellingen voor Natura 2000-gebieden?
            
Antwoord 5
            
Lidstaten hebben een beoordelingsruimte bij de keuze van de maatregelen om te voldoen
               aan de instandhoudingsdoelstellingen, als deze maar effectief zijn en doelbereik verzekeren,
               en als intussen maar door passende preventieve maatregelen is verzekerd dat in geen
               enkel Natura 2000-gebied op geen enkele locatie verslechtering van de kwaliteit van
               habitats plaatsvindt en significante verstoring van soorten wordt voorkomen. Bij nieuwe
               projecten met mogelijk significant negatieve gevolgen voor een Natura 2000-gebied
               geldt bovendien dat die alleen mogen worden toegestaan als op basis van een passende
               beoordeling zonder redelijke wetenschappelijke twijfel kan worden uitgesloten dat
               aantasting van de natuurlijke kenmerken van het gebied plaatsvindt. In deze context
               is er ruimte voor gedachtewisselingen en niet-bindende adviezen, maar dat doet niet
               af aan de bevoegdheid van de Europese Commissie om een inbreukprocedure te beginnen
               tegen Nederland vanwege het niet nakomen van de verplichtingen van bijvoorbeeld als
               het «verslechteringsverbod» niet zou worden nagekomen.
            
Vraag 6
            
Op welke concrete punten zou Nederland een flexibele opstelling van de Europese Commissie
               juridisch gezien nodig hebben?
            
Antwoord 6
            
De heer Samsom heeft geschetst welke verschillende Europese regels rond onteigening
               en uitkoop van belang zijn en heeft gewezen op mogelijkheden voor hogere vergoedingen
               bij verplichte opkoop. In het gesprek in november is de integrale aanpak van het kabinet,
               inclusief de aanpak piekbelasting, geschetst. Daarbij is aangeven dat enige flexibiliteit
               in relatie tot staatssteunkaders gewenst is. De EC kijkt nu naar de regeling voor
               vrijwillige opkoop (Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties: LBV en LBV-plus)
               die momenteel het notificatieproces doorloopt.
            
Vraag 7
            
Welke onderbouwing gaf de heer Samsom voor zijn pleidooi om te kiezen voor verplichte
               opkoop van boerenbedrijven?
            
Antwoord 7
            
De heer Samsom heeft geen pleidooi gehouden maar geschetst welke verschillende Europese
               regels rond onteigening en uitkoop van belang zijn en heeft gewezen op mogelijkheden
               voor hogere vergoedingen bij verplichte opkoop.
            
Vraag 8
            
Is de veronderstelling juist dat verplichte opkoop per geïnvesteerde euro minder natuurwinst
               oplevert dan vrijwillige opkoop, verplaatsing, innovatie, extensivering en verbeterd
               natuurbeheer? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 8
            
Nee, deze veronderstelling is niet juist. Welke maatregelen waar nodig zijn, wordt
               concreet uitgewerkt op basis van de gebiedsprogramma’s van de provincies. Het kabinet
               neemt geen voorschot op de gebiedsprocessen door algemene uitspraken te doen, zoals
               hier wordt gevraagd. Rijk en provincies werken gezamenlijk uit wat de optimale mix
               van maatregelen is om de opgaven in een gebied te realiseren.
            
Vraag 9
            
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de Europese goedkeuring voor de voorgelegde
               opkoopregelingen?
            
Antwoord 9
            
De LBV en LBV-plus zijn eind vorige maand in concept voorgelegd aan de Europese Commissie
               in verband met de Staatsteuntoets. De gewone behandeltermijn van de Commissie bedraagt
               minimaal twee maanden.
            
Vraag 10
            
In hoeverre is door de heer Samsom het bieden van ruimte voor de nationale stikstofaanpak
               gekoppeld aan het geven van steun aan de door de Europese Commissie voorgestelde Verordening
               natuurherstel?
            
Antwoord 10
            
Tijdens het gesprek is van gedachten gewisseld over de plannen van het kabinet met
               betrekking tot de integrale aanpak landelijk gebied, bodem en water en de transitie
               van de landbouw. Hierbij zijn geen verbanden gelegd met voorbehouden voor steun voor
               de Natuurherstelverordening.
            
Vraag 11
            
Is er een verband tussen de druk vanuit de Europese Commissie en de terughoudendheid
               als het gaat om innovatieve oplossingen in de stikstofaanpak?
            
Antwoord 11
            
Terughoudendheid als het gaat om innovatieve oplossingen herken ik niet. Het kabinet
               acht de ontwikkeling en toepassing van innovatieve emissiereducerende technieken en
               managementmaatregelen van essentieel belang voor de opgave van de veehouderij om vergaand
               en integraal te verduurzamen. Het kabinet zet daarom in op ontwikkeling en toepassing
               van innovatieve technieken en managementmaatregelen. Voorwaarde voor het toepassen
               van emissiereducerende technieken is dat de effecten van de emissiereducerende technieken
               vaststaan, dat de toepassing niet leidt tot verdere achteruitgang van Natura 2000-gebieden
               en dat het daarmee juridisch houdbaar is. Dit is in het belang van de ondernemer zelf,
               om maximale zekerheid te kunnen geven over hun vergunning en om te voorkomen dat een
               boer een investering in een stalsysteem voor niets doet. Het kabinet heeft besloten
               dat natuurvergunningen voor alle nieuwe emissiearme stalsystemen alleen onder strikte
               voorwaarden kunnen worden verleend. Dit besluit is genomen naar aanleiding van verscheidene
               onderzoeken en de uitspraken van de Raad van State over de werking van emissiearme
               stalsystemen. Om de huidige problemen rondom het toepassen van met name staltechnieken
               op te lossen, is het van belang dat er zekerheid is over de prestaties van emissiereducerende
               technieken. Het kabinet zet daarvoor zet daarvoor de nodige stappen. Samen met experts
               en stakeholders wordt gewerkt aan verbetering van de systematiek van regulering. Daarnaast
               wordt gewerkt aan een voortoets of passende beoordeling, zodat agrarische ondernemers
               weten welke investeringen passen binnen het nieuwe systeem van toestemmingverlening.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof - 
              
                  Mede namens
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.