Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Vestering en Wassenberg over de jacht op verwilderde huiskatten
Vragen van de leden Vestering en Wassenberg (beiden PvdD) aan de Minister voor Natuur en Stikstof over de jacht op verwilderde huiskatten (ingezonden 25 januari 2023).
Antwoord van Minister Van der Wal-Zeggelink (Natuur en Stikstof), mede namens de Minister
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (ontvangen 21 maart 2023). Zie ook Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1444.
Vraag 1
Kent u het bericht «Wilde katten zijn hun leven niet zeker met jager Titus Sijmonsma
in de buurt. «Het zijn lustmoordenaars»»?1
Antwoord 1
Ja, dit bericht is mij bekend.
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat in 2013 op initiatief van voormalig Kamerlid Thieme
de Tweede Kamer het kabinet reeds opriep tot het niet langer toestaan van de jacht
op katten? Hoe is het mogelijk dat tien jaar later de jacht op katten nog altijd kan
plaatsvinden?
Antwoord 2
Ja, ik ben daarvan op de hoogte. Omdat katten niet zijn opgenomen op de lijst van
bejaagbare soorten beschreven in artikel 3.20, tweede lid van de Wet natuurbescherming,
is de jacht op katten niet toegestaan. In het kader van schadebestrijding is het beheer
van katten wel mogelijk. Zoals eerder aan uw Kamer geantwoord, is het beheer van zwerfkatten
een verantwoordelijkheid van de provincies (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019,
nr. 165).
Afhankelijk van de specifieke lokale problematiek biedt artikel 3.18, vierde lid van
de Wet natuurbescherming provincies de mogelijkheid opdracht te verlenen voor afschot
van zwerfkatten. De provincie Friesland is de enige provincie waar momenteel zwerfkatten
worden afgeschoten. Deze provincie heeft een grote verantwoordelijkheid voor zogeheten
grondbroeders, met name weidevogels, en wil vanuit die verantwoordelijkheid de predatiedruk,
waaronder die door katten, aanpakken.
Vraag 3
Wat dacht u toen u hoorde dat jaarlijks meer dan 250 katten in de provincie Friesland
worden doodgeschoten?
Antwoord 3
Het doodschieten van katten vind ik verdrietig. Helaas is afschot van predatoren,
waaronder katten, soms nodig om kwetsbare (vogel)soorten te beschermen. Zoals ik in
het antwoord op vraag 2 heb aangegeven, is het beheer van zwerfkatten een provinciale
verantwoordelijkheid. De provincie maakt een zorgvuldige afweging alvorens over te
gaan tot afschot. Men gaat hierbij niet over één nacht ijs en afschot wordt toegepast
als een laatste schakel binnen een bredere aanpak van zwerfkatten. Ik vertrouw erop
dat de provincie het afschieten noodzakelijk heeft geacht voor de bescherming van
grondbroeders.
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat de teruggang van het aantal weidevogels met name wordt veroorzaakt
door de intensieve landbouw, het kunstmatig verlagen van de grondwaterstanden en de
slechte staat van de biodiversiteit?
Antwoord 4
De teruggang van het aantal weidevogels is grotendeels het gevolg van menselijk ingrijpen
in het leefgebied. Het betreft de oprukkende verstedelijking, opeenvolgende ruilverkavelingen,
de intensivering van de landbouw en het verlagen van (grond)waterpeilen. Daarnaast
speelt de toegenomen predatiedruk een rol. Zoals eerder aan uw Kamer geantwoord (Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 1981), heeft het voorkomen van predatie bij weidevogels, door onder andere katten, in
toenemende mate prioriteit bij beschermingsmaatregelen van het Agrarisch Natuur- en
Landschapsbeheer.
Door het verlies van geschikt leefgebied, de afname in beschikbaarheid van voedsel
voor kuikens en de toegenomen predatiedruk worden de voortplantings- en overlevingskansen
van weidevogels steeds beperkter.
Vraag 5
Is er onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek dat vaststelt dat er een positieve
werking uitgaat van het afschot van verwilderde huiskatten (felis catus)? Zo ja, kunt u die bevindingen met de Kamer delen? Zo nee, vormt dat voor u aanleiding
om de jacht op de felis catus te verbieden?
Antwoord 5
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4, kan predatie door (zwerf)katten in het
huidige systeem, in combinatie met andere drukfactoren, een aanzienlijk effect hebben
op weidevogels. Het onderzoek dat momenteel in mijn opdracht wordt uitgevoerd door
de Rijksuniversiteit Groningen (RUG), naar aanleiding van de motie van het lid Van
den Anker (CDA; Kamerstuk 35 616, nr. 5, invulling aan gegeven via de brief met Kamerstuk 35 925 XIV, nr. 21), zal dit kwantificeren en de effectiviteit van ingrijpen in de aantallen toetsen.
Het onderzoek is afgerond in 2025. Ik wacht de resultaten van dit onderzoek af en
zal deze met uw Kamer delen.
Op dit moment is er daarom voor mij geen aanleiding om het afschieten van zwerfkatten
te verbieden. Het afschieten van katten is een provinciale bevoegdheid, waarbij provincies
binnen de wettelijke kaders kunnen besluiten dit toe te passen.
Vraag 6
Deelt u de mening dat, gelet op het feit dat een kat een territoriumdier is, het vangen,
steriliseren, chippen en terugplaatsen van verwilderde huiskatten de voorkeur verdient
boven afschot? Zo nee, waarom niet? Zo ja, tot welke maatregelen brengt deze bevinding
u?
Antwoord 6
Het vangen, steriliseren, chippen en terugplaatsen van verwilderde huiskatten is een
manier om de populatie zwerfkatten te beheersen. Deze wordt momenteel met name door
zwerfdierstichtingen in Nederland uitgevoerd. Na het terugplaatsen van de zwerfkatten
in de natuur is predatie van kwetsbare (vogel)soorten nog steeds mogelijk. In het
hierboven genoemde onderzoek van de RUG worden de effecten van predatie op weidevogels
gekwantificeerd. De uitkomsten van dat onderzoek maken een betere onderbouwing mogelijk
voor de eventuele keuze voor een maatregel. Ook laat ik onderzoek uitvoeren naar het
aantal zwerfkatten in Nederland, zodat op termijn beter kan worden ingeschat of en
welke maatregelen effect hebben.
Vraag 7
Bent u het eens dat de huiskat en de verwilderde huiskat dezelfde soort vormen (felis catus) en daarmee moeilijk van elkaar zijn te onderscheiden, zodat het toestaan van afschot
van verwilderde katten het risico in zich draagt dat huisdieren worden geschoten?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze voorkomt u dat huisdieren worden afgeschoten?
Antwoord 7
Huiskatten en verwilderde (huis)katten zijn dieren van dezelfde soort. Onderscheid
tussen beide categorieën, zeker op enige afstand, zal daarom niet eenvoudig zijn.
Het is niet uit te sluiten dat een huiskat gedood wordt. Het beheer van zwerfkatten
is een verantwoordelijkheid van de provincies. Zoals ik aangaf in het antwoord op
vraag 3, wordt in het veld een zeer zorgvuldige beoordeling gemaakt alvorens over
te gaan tot afschot van een kat. Dat het dier mogelijk een eigenaar heeft, is ook
een aspect dat meegenomen wordt in die beoordeling. Hierbij wordt onder meer gekeken
naar de schuwheid van het dier. Om een zwerfkat te kunnen onderscheiden van een huiskat
heeft een eigenaar de mogelijkheid om het dier een halsbandje of kattenkraag om te
doen, zodat de kat herkenbaar is als zijnde een gehouden dier. Op dit onderdeel van
verantwoord houderschap stuurt het ministerie reeds jaren aan.
Vraag 8
Deelt u de mening dat als gevolg van de voorgenomen chipplicht van de felis catus afschot van katten in alle gevallen zou moeten worden voorkomen? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, op welke termijn en wijze?
Antwoord 8
De verplichte identificatie en registratie van huiskatten zal helpen bij het tegengaan
van zwerven en verwilderen van huiskatten. Het hebben van een chip kan uitsluitsel
geven of het gevangen dier een huiskat of zwerfkat betreft. Katteneigenaren kunnen
beter worden gewezen op hun verantwoordelijkheid wanneer zij hun dieren in de natuur
laten lopen. Echter, de chip die bij een kat onder de huid wordt aangebracht, is van
de buitenkant niet zichtbaar. De chipplicht zal in het veld, op afstand, dus niet
helpen om op afstand te kunnen onderscheiden of een loslopende kat een huiskat of
een zwerfkat is. Het onderscheid tussen een huiskat en een zwerfkat zal alsnog op
basis van andere uiterlijke of gedragskenmerken gemaakt moeten worden.
Vraag 9
Is het waar dat de felis catus in slechts één provincie bejaagbaar is?
Antwoord 9
Zoals in het antwoord op vraag 2 is aangegeven, is de jacht op de huiskat niet toegestaan.
Het beheer van zwerfkatten is een provinciale verantwoordelijkheid. Alleen de provincie
Friesland staat momenteel afschot van katten toe in het kader van beheer en schadebestrijding.
Vraag 10
Bent u bereid om op korte termijn een landelijke regeling op te stellen, waarin is
opgenomen dat katten categorisch niet mogen worden bejaagd ter bescherming van zowel
de huiskat (felis catus) als de beschermde wilde kat (felis silvestris)? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Antwoord 10
De Wet dieren en de Wet natuurbescherming bieden voldoende wettelijke kaders om de
huiskat en de wilde kat te beschermen. Aanvullende regelgeving is derhalve niet nodig.
Uit data van de Zoogdiervereniging2 blijkt dat de wilde kat (Felis silvestris) in Nederland zeer zeldzaam is. Tussen 1990 en 2023 is het dier slechts enkele keren
in Zuid-Limburg en Zuid-Oost-Brabant waargenomen. Het zijn zeer schuwe dieren die
niet lijken op verwilderde huiskatten of zwerfkatten. Ik acht het daarom zeer onwaarschijnlijk
dat er in de provincie Friesland per ongeluk wilde katten worden afgeschoten.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Mede namens
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.