Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Verontrustende signalen bij start vaccinatiecampagne’
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Verontrustende signalen bij start vaccinatiecampagne» (ingezonden 20 maart 2023).
Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het bericht «Verontrustende signalen bij start vaccinatiecampagne»,
op basis van vrijgegeven Wet open overheid / Wet openbaarheid van bestuur (Woo / Wob)-documenten?1, 2
Vraag 2
Kunt u beamen dat de initiële vaccinatiebereidheid onder zorgpersoneel laag was? Weet
u waarom zorgmedewerkers weinig vertrouwen hadden in de coronavaccinaties? Kunt u
analyseren waarom juist de mensen die hard geraakt werden door de gevolgen van de
coronapandemie en die dagelijks geconfronteerd werden met de mogelijk ernstige gevolgen
van COVID-19 voor sommige mensen, toch niet onverdeeld positief stonden tegenover
het grootschalig vaccineren tegen het coronavirus?
Vraag 3
Hoe reflecteert u op de weerstand tegen het influenzavaccin die bij veel zorgmedewerkers
al jaren leeft, in relatie tot de weerstand die vele zorgmedewerkers voelden jegens
de nieuwe coronavaccins? Bent u niet van mening dat juist zorgprofessionals bij uitstek
bij machte zijn om vanuit hun kennis en ervaring een risico-afweging te maken met
betrekking tot het nut, de noodzaak en de veiligheid van medische behandelingen, zoals
vaccinatie? Waarom is, in plaats van deze signalen van zorgmedewerkers serieus te
nemen, ingezet op het onderdrukken van deze geluiden in/van de zorg, teneinde de vaccinatiebereidheid
in de rest van de samenleving niet nadelig te beïnvloeden?
Vraag 4
Vindt u het medisch-ethisch verantwoord dat, zoals blijkt uit Wob-documentatie, in
ieder geval is overwogen, zij het als «grap», om de financiële bonus voor zorgpersoneel
te koppelen aan het nemen van een coronavaccinatie?
Vraag 5
Kunt u uitleggen waarom stug werd doorgezet met de vaccinatiecampagne, terwijl het
aantal meldingen van (ernstige) bijwerkingen die snel na de start van de vaccinatiecampagne
binnenkwamen bij het Lareb aanzienlijk hoger waren dan werd verwacht? Waarom is het
vaccineren destijds niet (tijdelijk) stilgelegd, aangezien dat bij vaccinatiecampagnes
voor andere nieuwe infectieziekten in het verleden wel gebeurde, na veel minder meldingen?
Vraag 6
Waarom was het kennelijk belangrijker dat er «geen onrust» ontstond over de coronavaccinaties,
dan transparant te zijn over de mogelijk relatief hoge kans op bijwerkingen en daarnaar
gedegen onderzoek te doen? Waarom is actief ingezet op het niet volledig informeren
van de bevolking over de coronavaccinatie en het daarmee ontnemen van informed consent?
Kunt u onderbouwd uitleggen welke afwegingen en belangen hieraan ten grondslag lagen
en waarom?
Vraag 7
Hoe reflecteert u in retrospectief op de uitspraken van de voormalig Minister van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport dat coronavaccinatie «veilig en effectief» was,
terwijl hij en het kabinet toen al op de hoogte waren van het relatief grote aantal
meldingen van ernstige bijwerkingen? Vindt u zijn uitspraken in dat licht bezien niet
misleidend en zo nee, waarom niet?
Vraag 8
Deelt u de mening dat dergelijke uitspraken nooit gedaan zouden mogen worden in het
kader van gedragsbeïnvloeding, zoals Minister De Jonge deed om de afnemende vaccinatiebereidheid
onder Nederlanders te ondervangen, zoals blijkt uit Wob-documentatie? Vindt u niet
dat er dan sprake is van medische misleiding en het verspreiden van desinformatie?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Hoe werd er binnen uw departement en het kabinet gereageerd op het feit dat er onder
zorgmedewerkers, bijvoorbeeld bij huisartsenpraktijken, grootschalig uitval plaatsvond
door bijwerkingen na coronavaccinatie? Waarom is dat, blijkbaar, geen »safety signal»
geweest, of werden de vele bijwerkingen bij zorgmedewerkers in ieder geval niet belangrijk
genoeg geacht om de grootschalige vaccinatiestrategie te heroverwegen? Had er, als
reactie op de grote uitval niet juist gestopt moeten worden met prikken, in plaats
van het vaccineren van zorgmedewerkers te spreiden, om het prikken koste wat het kost
doorgang te laten vinden? Waarom was het doorgaan met prikken zoveel belangrijker
dan de veiligheid en de gezondheid van de zorgmedewerkers?
Vraag 10
Waarom was een van de functies van het Lareb om onrust over de coronavaccinaties weg
te nemen? Hoe is dat te verenigen met de signaalfunctie van dit instituut om onafhankelijk
bijwerkingen te registreren en te beoordelen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.