Schriftelijke vragen : Sekse- en familie-gerelateerde aspecten rondom christenvervolging
Vragen van de leden Van der Staaij (SGP) en Ceder (ChristenUnie) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over sekse- en familie-gerelateerde aspecten rondom christenvervolging (ingezonden 15 maart 2023).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het rapport «A web of forces – The 2023 gender report» van
Open Doors International?
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de belangrijkste bevindingen in het rapport, namelijk dat:
1. in Latijns-Amerikaanse landen als Colombia en Mexico juist jongens en mannen bijzonder
getroffen worden door vormen van christenvervolging;
2. sub-Sahara Afrika, en met name Nigeria, de meest dodelijke regio is voor christelijke
mannen;
3. digitale middelen in toenemende mate worden ingezet voor «controleren» van christelijke
vrouwen door niet-christelijke familieleden;
4. christelijke vragen met een moslimachtergrond het meeste risico lopen opgedwongen
huwelijken of gedwongen echtscheidingen; en
5. een scala aan vijandige krachten de stabiliteit van christelijke families in het algemeen
kan ondermijnen. Hoe beoordeelt u de vijf belangrijkste «drukpunten» die gebruikt
worden tegen christelijke mannen, variërend van gevangenschap tot fysiek geweld?
Vraag 3
Hoe beoordeelt u de vijf belangrijkste «drukpunten» die gebruikt worden tegen christelijke
mannen, variërend van gevangenschap tot fysiek geweld?
Vraag 4
Herkent u daarnaast de vijf belangrijkste «drukpunten» die gebruikt worden tegen christelijke
vrouwen, variërend van gedwongen huwelijken tot seksueel geweld? En beaamt u dat vrouwenrechten
en religieuze vrijheid niet tegenstrijdig, maar wederzijds versterkend zijn?
Vraag 5
Hoe is of wordt binnen de Nederlandse inzet voor godsdienstvrijheid wereldwijd rekening
gehouden met de vijf «hoofdbevindingen» en de analyses van «drukpunten» in het rapport,
met name in contacten met de landen die opgesomd worden op pagina’s 7 en 9 en aanbeveling
2 op pagina 28?
Vraag 6
Welke aanknopingspunten voor dialoog ziet u in de ratificatie en implementatie van
relevante internationale verdragen door deze landen in eigen wetgeving en beleid,
zoals uiteengezet op pagina 11?
Vraag 7
Kunt u expliciet ingaan op de wijze waarop u in dialoog bent of gaat met landen in
de Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA) regio inzake het tegengaan van misstanden
zoals seksueel geweld tegen vrouwen en gedwongen bekeringen van het christendom naar
de islam?
Vraag 8
Bent u bereid religie als, soms verborgen, reden voor vervolging en discriminatie
breed en structureel mee te wegen in de vormgeving van mensenrechtenprojecten?
Vraag 9
Welke mogelijkheden ziet u voor het versterken van de inzet door Nederland op praktische
hulp aan vervolgde christenen, bijvoorbeeld middels het (helpen) voorzien in veilige
schuilplaatsen en/of sociaaleconomische behoeften? Wat doet Nederland en wat doet
de EU reeds op dit vlak?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Don Ceder, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.