Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Tony van Dijck over het bericht dat de staat miljoenen verdient dankzij de aandeleninkoop van ABN AMRO
Vragen van het lid Tony van Dijck (PVV) aan de Minister van Financiën over het bericht dat de staat miljoenen casht dankzij de aandeleninkoop van ABN Amro (ingezonden 9 februari 2023).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 13 maart 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Staat casht miljoenen dankzij aandeleninkoop ABN Amro»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Kunt u nader toelichten waarom voor deze aandeleninkoop is gekozen?
Acht u het wenselijk dat alleen de aandeelhouders en de Staat profiteren van de megawinst
van bijna twee miljard euro over 2022 en niet de spaarders en belastingbetalers die
de bank in 2008 van de ondergang hebben gered?
Antwoord 2 en 3
Het is aan ABN AMRO om een concreet aandeleninkoopprogramma vorm te geven en aan te
kondigen. ABN AMRO kan besluiten om een deel van zijn overtollig kapitaal uit te keren
aan aandeelhouders door middel van een aandeleninkoopprogramma, op voorwaarde dat
de ECB daarmee heeft ingestemd.
NLFI heeft mij geadviseerd om deel te nemen aan dit programma. Ik heb hiermee ingestemd.
Geen deelname aan het programma zou er namelijk toe hebben geleid dat het belang van
de staat in ABN AMRO relatief zou toenemen. Dat is ongewenst gezien de wens van het
kabinet om het belang in ABN AMRO af te bouwen. ABN AMRO heeft daarnaast NLFI toegelicht
dat zij over een prudente kapitaalpositie beschikt. De kapitaalratio’s bevinden zich
al langere tijd boven de eigen kapitaaldoelstelling en de kapitaaleisen van de toezichthouder.
De ECB heeft ABN AMRO daarom goedkeuring verleend voor de aandeleninkoop. Ook na de
aandeleninkoop beschikt de bank over voldoende kapitaal om invulling te geven aan
zijn belangrijke rol in de economie en maatschappij.
De spaarders zijn geen onderdeel geweest van de interventie van de Nederlandse staat
in 2008. De opbrengst van het aandeleninkoopprogramma voor de Staat komt ten goede
aan de algemene middelen (en daarmee aan de belastingbetalers) en heeft een positief
effect op de staatsschuld (zie ook de beantwoording van uw vraag 5).
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de verhouding tussen de spaar- en hypotheekrentes die de banken hanteren?
Acht u het wenselijk dat banken profiteren van de stijgende rente veroorzaakt door
het rentebeleid van de ECB en hierdoor miljarden winst maken?
Antwoord 4
Ik verwacht van banken dat zij eerlijke, toegankelijke en marktconforme producten
en diensten aanbieden. Banken in Nederland opereren in een vrije markt waarin zij
met elkaar concurreren op kwaliteit en kosten van dienstverlening. Daarbij gaan banken
in beginsel zelf over de tarieven die zij rekenen voor hun producten en diensten.
Een gezonde marktwerking stimuleert innovatie en de diversiteit in de sector, wat
bijdraagt aan de toegankelijkheid en betaalbaarheid van financiële dienstverlening
voor burgers en bedrijven.
De markt alleen zijn werk laten doen is echter niet voldoende. Regels zijn nodig om
het publieke belang te borgen. Daarom wordt de bankensector streng gereguleerd. Zo
zijn er bijvoorbeeld regels om te zorgen dat consumenten goed geïnformeerd en beschermd
zijn (onder andere ook via een wettelijk renteplafond voor consumptieve kredieten),
om te zorgen dat banken weerbaar en veilig zijn, maar ook om gezonde marktwerking
te waarborgen en kartelvorming tegen te gaan. Verschillende toezichthouders in Nederland
zien erop toe dat banken zich aan al deze regels houden.
Vraag 5
Wat is de bestemming van de 777 miljoen euro die de Nederlandse staat verdient aan
ABN Amro? Op welke wijze wordt dit teruggegeven aan de burgers die momenteel hun rekeningen
niet meer kunnen betalen?
Antwoord 5
De verwachte opbrengst voor de Nederlandse Staat van de pro rata deelname aan het
aandeleninkoopprogramma is maximaal EUR 281,3 mln. Daarnaast ontvangt de Nederlandse
Staat dividend over het jaar 2022 van ABN AMRO, zoals ook benoemd wordt in het door
u aangehaalde artikel. ABN AMRO heeft een slotdividend van EUR 0,67 per aandeel voorgesteld.
Vanwege het aandeleninkoopprogramma van ABN AMRO en het verkoopprogramma van NLFI
(start dribble-out) is nog niet duidelijk hoeveel dividend de Staat precies zal ontvangen.
Op basis van het aantal aandelen van de Staat in ABN AMRO op 1 januari 2023 is het
verwachte dividend over 2022 voor de Staat EUR 338,3 mln.
Beide opbrengsten hebben een positief effect op de staatsschuld. Dit betreft een financiële
transactie die niet relevant is voor het uitgavenplafond en het EMU-saldo, maar enkel
voor de EMU-schuld (die hierdoor lager wordt). Conform de vaststelling van de begrotingsregels
in de startnota kabinet-Rutte IV tellen eerder genomen interventies in de financiële
sector en de afbouw hiervan niet mee voor het uitgavenplafond of inkomstenkader.
Vraag 6
Kunt u een overzicht geven van hoeveel de reddingsactie van ABN Amro heeft gekost
en tot nu toe heeft opgebracht?
Antwoord 6
De oorspronkelijke kapitaaluitgaven waren afgerond EUR 21,7 mld. De toerekenbare rentelasten
bij deze toerekenbare kapitaaluitgaven zijn circa EUR 5,9 mld. De totale kosten bedragen
daarmee EUR 27,6 mld.
Op peildatum 1 januari 2023 stonden daar de volgende opbrengsten tegenover: circa
EUR 5,2 mld. aan dividendinkomsten en circa EUR 8,4 mld. aan verkoopopbrengsten (door
de verkoop van aandelen ABN AMRO en deelname aan het aandeleninkoopprogramma van 2022).
De totale opbrengsten op peildatum 1 januari 2023 bedragen daarmee EUR 13,6 mld.
De verwachte opbrengst voor de Nederlandse Staat van de pro rata deelname aan het
aandeleninkoopprogramma 2023 is maximaal EUR 281,3 mln. en is nog niet meegenomen
bij dit overzicht. Dit geldt eveneens voor de opbrengsten van het op 10 februari 2023
aangekondigde dribble-out-programma. Uw Kamer zal over de opbrengsten van deze programma’s
worden geïnformeerd nadat deze zijn afgerond.
Vraag 7
Wanneer wordt de rest van de ABN Amro-aandelen naar de beurs gebracht en wat zijn
de voorwaarden hiervoor?
Antwoord 7
Ik heb uw Kamer op 29 juni 2022 een vertrouwelijke Kamerbrief gestuurd over de afbouwstrategie
van de Staat. Op 10 februari 2023 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de start van een
dribble-out-programma, waarbij voor een langere periode dagelijks kleine hoeveelheden
certificaten van aandelen in ABN AMRO worden verkocht via de beurs. Hiermee wordt
opvolging gegeven aan mijn eerder gedeelde voornemen om de afbouw van het belang in
ABN AMRO te hernemen. Voor aanvang van het dribble-out programma hield de Staat via
NLFI een belang van 56,3% in ABN AMRO. Het dribble-out-programma is erop gericht het
belang in ABN AMRO af te bouwen tot iets minder dan 50%.
Zoals gebruikelijk zal ik uw Kamer (indien nodig vertrouwelijk) informeren op het
moment dat er nieuwe ontwikkelingen zijn.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.