Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Teunissen en Wassenberg over het demonstratierecht
Vragen van de leden Teunissen en Wassenberg (beiden PvdD) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie en Veiligheid over het demonstratierecht (ingezonden 2 februari 2023).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 10 maart 2023).
Vraag 1
Klopt het dat er bij de demonstratie van de klimaatactivisten van Extinction Rebellion
in Den Haag op 28 januari jongstleden 768 mensen gearresteerd zijn?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Is het eerder voorgekomen in Nederland dat er meer dan 700 arrestaties zijn verricht
bij één demonstratie?
Antwoord 2
Het is niet mogelijk om dit uit de systemen van de politie of het Openbaar Ministerie
te halen, omdat er geen specifiek registratie plaatsvindt van het aantal aanhoudingen
per aparte demonstratie. Op de dag zelf kan de politie handmatig bijhouden hoeveel
mensen er zijn aangehouden. Daarna volgt echter geen aparte registratie onder de noemer
van de demonstratie.
Vraag 3
Vindt u het wenselijk dat er meer dan 700 arrestaties worden verricht bij één demonstratie?
Staat het arresteren van meer dan 700 mensen bij één demonstratie wat u betreft op
gespannen voet met het demonstratierecht?
Antwoord 3
Ten eerste wil ik benadrukken dat het aantal arrestaties geen doel op zich is van
het lokale gezag en de politie. Het recht om te demonstreren is een belangrijk grondrecht.
De wijze waarop de politie tijdens demonstraties optreedt wordt bepaald binnen de
lokale driehoek. Op voorhand was duidelijk gecommuniceerd dat de blokkade van de A12
niet zou worden toegestaan door de burgemeester. De burgemeester heeft dan ook besloten
de blokkade te beëindigen, waarna de activisten zijn aangehouden en weggeleid door
de politie. Dit is zoveel mogelijk gebeurd op een de-escalerende wijze. Zie verder
het antwoord op vraag 9.
Vraag 4
Hoe lang heeft de demonstratie op de snelweg geduurd voor de politie ingreep?
Antwoord 4
De politie heeft na een half uur gevorderd dat men de A12 diende te verlaten op last
van de burgemeester. Vervolgens heeft het nog even geduurd (15–30 minuten) voordat
de politie de eerste aanhoudingen heeft verricht.
Vraag 5, 6, 7 en 8
Hoe lang heeft de steundemonstratie op de stoep boven de tunnelbak geduurd?
Klopt het dat de politie de steundemonstratie na een half uur probeerde te beëindigen?1 Zo nee, hoe zit het dan?
Waarom probeerde de politie de steundemonstratie boven de snelweg aanvankelijk na
een half uur te beëindigen? Erkent u dat dit een ernstige inperking van het demonstratierecht
zou hebben opgeleverd?
Klopt het dat de steundemonstratie uiteindelijk niet is beëindigd, omdat de politie
besloot de rijstroken naast de stoep af te zetten om de veiligheid te waarborgen?
Antwoord 5, 6, 7 en 8
De gemeenteraad van Den Haag is over het verloop rondom de steundemonstratie op 7 maart
jl. middels een brief geïnformeerd.2 Hieruit blijkt dat er zich boven de A12 een grote groep demonstranten verzamelden
en dat verschillende materialen vanaf de fly-over naar beneden werden gegooid. Aanvankelijk
is de groep door de politie gevorderd de locatie te verlaten en zich te verplaatsen
naar de A12. Toen duidelijk werd dat alleen de actievoerders op de A12 zich dienden
te verwijderen is het vorderen boven de A12 direct gestopt. De groep is ook niet van
deze locatie verwijderd en er is niemand aangehouden.
Dit onderstreept nogmaals het belang van het doen van een kennisgeving van een demonstratie.
Die procedure is er juist voor bedoeld dit soort onduidelijkheden te voorkomen.
Vraag 9
Erkent u dat wanneer het faciliteren van een demonstratie mogelijk is en er maatregelen
kunnen worden getroffen voor de veiligheid, de demonstratie niet zou mogen worden
beëindigd?
Antwoord 9
Het uitgangspunt van het demonstratierecht is inderdaad dat demonstraties zoveel mogelijk
gefaciliteerd dienen te worden en dat maatregelen worden getroffen om de veiligheid
te garanderen. Op grond van de Wet openbare manifestaties (Wom) heeft de burgemeester
wel de bevoegdheid om een demonstratie aan voorschriften te binden of te beperken
of in het uiterste geval zelfs te verbieden. Dit mag alleen als dit noodzakelijk is
in het kader van drie doelcriteria: ter bescherming van de gezondheid, in het belang
van het verkeer of ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden. De inhoud van
de demonstratie mag daarbij geen reden zijn om beperkingen op te leggen. De burgemeester
moet elke demonstratie op zijn eigen merites beoordelen, mede op basis van de plaatselijke
omstandigheden. De burgemeester legt over zijn handelen verantwoording af aan de gemeenteraad.
De gemeente Den Haag heeft aangegeven dat door Extinction Rebellion geen kennisgeving
was gedaan, er geen aanspreekbare organisator van de actie was en er geen afspraken
gemaakt konden worden over de manier waarop de burgemeester de demonstratie wel zou
kunnen faciliteren. Om die reden was het volgens de burgemeester niet mogelijk de
veiligheid van zowel actievoerders als omstanders te garanderen en is de blokkade
beëindigd.
Vraag 10
Erkent u dat ook de demonstratie op de snelweg gefaciliteerd had kunnen worden – door
bijvoorbeeld rijstroken af te zetten en matrixborden te gebruiken voor het wegverkeer
– aangezien de locatie en het tijdstip van de demonstratie ver van tevoren duidelijk
waren? Erkent u dat dit waarschijnlijk minder politiecapaciteit zou hebben gekost,
aangezien u zich daar zorgen over maakt?3
Antwoord 10
Zie het antwoord op vraag 9. Het faciliteren en in goede banen leiden van demonstratie
is een taak van de burgemeester, waarbij de politie optreedt onder het gezag van de
burgemeester, in het kader van het handhaven van de openbare orde. Ik treed niet in
een beoordeling daarvan.
Het is uiteraard belangrijk en noodzakelijk dat de politie voor het in goede banen
leiden van demonstraties capaciteit heeft en blijft vrijmaken. Echter kan ik niet
ontkennen dat de veelvoud en heftigheid van demonstraties van de afgelopen jaren wel
drukt op de capaciteit van de politie(zie ook het antwoord op vraag 20).
Vraag 11
Kunt u uitgebreid toelichten waarom de lokale driehoek de demonstratie niet heeft
gefaciliteerd, maar gekozen heeft voor het strafrechtelijke instrumentarium?
Antwoord 11
De gemeente Den Haag heeft aangegeven dat door Extinction Rebellion geen kennisgeving
was gedaan, er geen aanspreekbare organisator van de actie was en er geen afspraken
gemaakt konden worden over de manier waarop de burgemeester de demonstratie wel zou
kunnen faciliteren. Om die reden was het volgens de burgemeester niet mogelijk de
veiligheid van zowel actievoerders als omstanders te garanderen. Bovendien heeft Extinction
Rebellion al vier keer eerder actie gevoerd op de Utrechtsebaan/A12, met gevaar voor
verkeersdeelnemers en actievoerders zelf. Derhalve is op voorhand duidelijk gecommuniceerd
dat de blokkade van de A12 niet zou worden toegestaan door de burgemeester. Het blokkeren
van de A12 ten behoeve van een demonstratie levert in dat geval een overtreding op
van artikel 11 van de Wom. De burgemeester heeft dan ook besloten de demonstratie
waarbij de Utrechtsebaan werd geblokkeerd te beëindigen.
Vraag 12 en 13
Klopt het dat er tegen sommige demonstranten hardhandig is opgetreden door de politie?
Volgt er een onderzoek naar geweldsaanwending door de politie bij de demonstratie
op 28 januari jongstleden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de uitkomsten delen?
Antwoord 12 en 13
Laat ik allereerst benadrukken dat het uitgangspunt voor het optreden van de politie
altijd de-escalatie is. Geweldgebruik is een ultimum remedium (laatste redmiddel)
en het is een stap die politieambtenaren niet lichtzinnig nemen. Voor geweldgebruik
gelden dan ook strikte regels en voorwaarden. Het is voor de politie soms onvermijdelijk
om bij het uitvoeren van haar taak geweld te gebruiken. Dit doet de politie alleen
als het absoluut noodzakelijk is. Hiertoe heeft de politie op grond van artikel 7
van de Politiewet 2012 de bevoegdheid. Hierbij moeten de beginselen van proportionaliteit,
subsidiariteit, redelijkheid en gematigdheid in acht worden genomen. Politieambtenaren
worden getraind om deze afweging in verschillende situaties te maken. Dat betekent
dat de politie niet zomaar zonder aanleiding of redelijk doel geweld mag en zal gebruiken
tegen burgers. In algemene zin merk ik daarbij op dat bij die beoordeling naar de
gehele context van een incident wordt gekeken, die niet in alle gevallen blijkt uit
bepaalde beelden van een incident. Ik wijs er hierbij op dat het niet aan mij maar
aan andere autoriteiten is – in voorkomende gevallen de rechter – om te oordelen over
het geweld dat hierbij door de politie is gebruikt. Over geweldgebruik moet verantwoording
worden afgelegd. Iedere geweldsaanwending worden gemeld teneinde te worden getoetst
door de hulpofficier van justitie.
Op 7 maart jl. is de gemeenteraad in Den Haag middels een brief geïnformeerd over
het verloop van de demonstratie.4 Hieruit blijkt onder andere dat tot op heden geen aangifte is gedaan of klachten
zijn ingediend in verband met het toepassen van geweld door de politie. Voor eventuele
klachten tegen het optreden van de politie staat altijd een klachtenprocedure open.
Vraag 14
Klopt het dat er journalisten zijn opgepakt bij de demonstratie, ondanks het tonen
van een perskaart? Op basis van welke verdenking zijn deze journalisten opgepakt?
Worden deze journalisten inmiddels nog steeds verdacht van strafbare feiten?
Antwoord 14
De burgemeester heeft hierover in de commissievergadering d.d. 1 februari 2023 toegelicht
dat één journalist niet over een geldige perskaart bleek te beschikken. Een andere
journalist had zich niet als zodanig kenbaar gemaakt. Toen duidelijk werd dat tussen
de aangehouden verdachten mogelijk een journalist zat, is de politie actief op zoek
gegaan naar deze persoon. Toen deze zich alsnog als journalist kenbaar maakte, kon
betrokkene direct vertrekken. Dat geldt ook voor de journalist die niet over een geldige
perskaart beschikte.
Vraag 15 en 16
Vindt u het wenselijk dat journalisten worden opgepakt bij een demonstratie?
Deelt u de mening dat het oppakken van journalisten bij demonstraties een bedreiging
vormt voor de persvrijheid? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15 en 16
De journalistieke vrijheid is een groot goed, hier zetten wij ons vanuit het kabinet
met volle toewijding voor in.
De politie hanteert interne aanwijzingen om de vrijheden en rechten van journalisten
te borgen. In gevallen dat de openbare orde verstoord wordt of dreigt te worden verstoord
kan de politie overgaan tot aanhouding van de aanwezigen op een bepaalde plaats. Bij
grootschalige verstoringen van de openbare orde, of dreigingen hiertoe, kan het zijn
dat de journalistieke status van een aanwezige pas later kan worden uitgezocht dan
op het moment van aanhouding, waarbij er naderhand een beoordeling plaatsvindt van
de aanhouding.
Daarnaast kunnen journalisten worden aangehouden, wanneer jegens hen een verdenking
ontstaat van het plegen van strafbare feiten. Het is dan aan de rechter om in een
concreet geval te oordelen of het plegen van strafbare feiten gerechtvaardigd was
in de context van de persvrijheid.
Vraag 17
Kunt u zich herinneren dat er bij vorige demonstraties van Extinction Rebellion in
Den Haag ook journalisten zijn opgepakt? Zijn er sindsdien plannen gemaakt in samenwerking
met de lokale driehoek om dit in de toekomst te voorkomen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 17
Ja, dat kan ik mij herinneren. Het gegeven dat bij twee voorgaande demonstraties van
Extinction Rebellion journalisten zijn aangehouden, is besproken in de driehoek. Bij
de eerste keer betrof het een journalist die zich niet hield aan de aanwijzingen die
de politie gaf om voldoende afstand te bewaren tot de politie, die op dat moment demonstranten
bevrijdde uit lock-ons. De journalist is na aankomst op het politiebureau in vrijheid
gesteld. In een ander geval ging het om twee journalisten, die zich bevonden in een
busje met Extinction Rebellion demonstranten, dat op weg was om de A12 te blokkeren.
Deze journalisten zijn volgens de rechter rechtmatig aangehouden.
De Haagse driehoek onderschrijft het belang van persvrijheid en heeft onderstreept
dat journalisten bij demonstraties ongehinderd hun werk moeten kunnen doen. Zij dienen
zich echter te houden aan de door de politie gegeven aanwijzingen, die er toe strekken
om het werk van de politie veilig te houden. Wanneer jegens journalisten een verdenking
ontstaat van het plegen van strafbare feiten, kunnen zij worden aangehouden. Het is
dan aan de rechter om de oordelen of het plegen van strafbare feiten gerechtvaardigd
was in de context van de persvrijheid.
Vraag 18
Klopt het dat er voorafgaand aan de demonstratie zes mensen gearresteerd zijn op verdenking
van opruiing vanwege het oproepen tot een snelwegblokkade? Klopt het dat er in totaal
acht mensen worden verdacht van opruiing vanwege het oproepen tot een snelwegblokkade?
Antwoord 18
Er zijn in totaal acht personen voorafgaand aan de demonstratie aangehouden wegens
de verdenking van opruiing.
Vraag 19
Is het eerder voorgekomen in Nederland dat demonstranten voorafgaand aan een demonstratie
zijn gearresteerd op verdenking van opruiing vanwege het oproepen tot een snelwegblokkade?
Antwoord 19
Ja, er zijn eerder demonstranten voorafgaand aan een demonstratie aangehouden voor
het oproepen tot het plegen van strafbare feiten tijdens een demonstratie. Dit is
onder meer gebeurd bij de coronademonstraties en de boerenprotesten.
Vraag 20
Klopt het dat het Openbaar Ministerie deze mensen voor de rechter brengt? Zou het
niet beter zijn als rechters zich bezig kunnen houden met echte «boeven», zeker gezien
de capaciteitstekorten in de rechtspraak, in overeenstemming met uw wens dat de capaciteit
van de politie wordt ingezet voor het «vangen van boeven»?5
Antwoord 20
Ja, het Openbaar Ministerie brengt een aantal zaken voor de rechter. Het Openbaar
Ministerie heeft tevens aangegeven de aanloop naar de blokkade te evalueren. Het Openbaar
Ministerie zal daarbij het oordeel van de rechter betrekken.
Het faciliteren en in goede banen leiden van een demonstratie is een taak van de burgemeester,
waarbij de politie optreedt onder het gezag van de burgemeester, in het kader van
het handhaven van de openbare orde. Het is belangrijk en ook noodzakelijk dat de politie
hier capaciteit voor heeft en blijft vrijmaken. Echter kan ik niet ontkennen dat de
veelvoud en heftigheid van demonstraties van de afgelopen jaren wel drukt op de capaciteit
van de politie.
Vraag 21
Staat het vooraf arresteren van demonstranten wat u betreft op gespannen voet met
het demonstratierecht? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 21
De aanhoudingen zijn verricht als gevolg van de verdenking tot een strafbaar feit,
namelijk opruiing. De verdachten zijn dezelfde dag weer op vrije voeten gesteld. Wel
is aan deze verdachten een gedragsaanwijzing opgelegd waardoor zij zich voor een bepaalde
periode niet op of bij de Utrechtsebaan/A12 mochten begeven. Het stond hen vrij om
op andere plekken die door de gemeente zijn aangedragen te demonstreren. Vijf van
de acht opgelegde gedragsaanwijzingen zijn inmiddels door de rechtbank in stand gehouden.6 Deze verdachten mogen zich voor een bepaalde periode niet op de Utrechtsebaan begeven,
zij mogen wel in de naastgelegen straten komen. De gedragsaanwijzing van de andere
drie verdachten is niet in stand gehouden. In dezelfde uitspraak heeft de rechtbank
geoordeeld dat het oproepen tot een blokkade van de A12 in beginsel strafbaar is.
Daar heeft de rechtbank aan toegevoegd dat het oproepen tot een blokkade alleen een
ernstige verstoring van de openbare orde oplevert op het moment dat die oproep tot
het blokkeren al eerder is gedaan en die blokkades in het verleden ook daadwerkelijk
zijn uitgevoerd. Door de rechtbank Den Haag is bovendien onlangs nog geoordeeld dat
een blokkade van de A12 gevaarlijk is en strafbaar kan zijn.7 Hierbij heeft de rechtbank uitdrukkelijk rekening gehouden met het demonstratierecht
en de vreedzaamheid van de voorgenomen actie en die afgewogen tegen het gevaar voor
de verkeersveiligheid dat er met die blokkade zou worden veroorzaakt.
Vraag 22
Deelt u de volgende opvatting van het College voor de Rechten van de Mens: «Het opleggen
van beperkingen mag alleen als dat echt noodzakelijk is en moet gebeuren op de minst
ingrijpende manier. Inzet van strafrechtelijke instrumenten om de organisatie van
een demonstratie te verhinderen is een extreem zwaar middel dat niet makkelijk te
rechtvaardigen valt»?8 Vindt u dat de inzet van strafrechtelijke instrumenten in dit geval wordt gerechtvaardigd?
Zo ja, kunt u dit uitgebreid toelichten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 22
Wij delen de opvatting dat het opleggen van beperkingen alleen mag wanneer dat noodzakelijk
is en moet gebeuren op de minst ingrijpende manier.
Vraag 23
Kunt u reageren op de analyses van het College voor de Rechten van de Mens en van
Amnesty International, die stellen dat het oproepen tot een snelwegblokkade niet zomaar
gekwalificeerd kan worden als een strafbaar feit als de intentie een vreedzame demonstratie
is?
Antwoord 23
Of een snelwegblokkade als demonstratie kan worden gezien, is steeds afhankelijk van
de specifieke omstandigheden van het geval. In het algemeen geldt dat bij demonstraties
de gemeenschappelijke meningsuiting op de voorgrond moet staan en andere elementen
niet moeten gaan overheersen. Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens
zijn acties met bezettende, blokkerende en dwingende elementen vandaag de dag niet
ongebruikelijk, maar is een dergelijke wijze van actievoeren niet een standaard situatie
van een vreedzame demonstratie. Fysiek gedrag tijdens een demonstratie dat tot doel
heeft de activiteiten van anderen ernstig te verstoren vormt niet de kern van het
recht op de vrijheid van demonstreren. Hiermee is echter niet gezegd dat dergelijke
acties per definitie niet meer onder de reikwijdte van het demonstratierecht vallen.
Het feit dat een actie onder de bescherming van het demonstratierecht valt wil echter
nog niet zeggen dat demonstranten niet gesanctioneerd kunnen worden.
Specifiek met betrekking tot de blokkade van de A12 is door de rechtbank Den Haag
geoordeeld dat een dergelijke blokkade van de A12 gevaarlijk is en strafbaar kan zijn.9 Het Gerechtshof Amsterdam heeft eerder geoordeeld dat de oproep tot het blokkeren
van wegen een potentieel strafbaar feit is, maar dat de verdachte in deze specifieke
zaak niet strafbaar was aangezien naar het oordeel van het Hof niet bewezen kon worden
dat de verdachte opzet had op het aansporen tot enig strafbaar feit of tot gewelddadig
optreden tegen het openbaar gezag, of dat hij bewust de aanmerkelijke kans daartoe
op de koop heeft toegenomen.10 Door rechtbank Den Haag is onlangs geoordeeld dat het oproepen tot een blokkade van
de A12 gekwalificeerd kan worden als een strafbaar feit.11
Vraag 24
Erkent u dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft geoordeeld dat ook
aan een tijdelijke wegblokkade de vrijheid van demonstratie moet worden toegekend?
Antwoord 24
Zie het antwoord op vraag 23. Hier ging het overigens niet om een «tijdelijke» wegblokkade.
Demonstranten hebben zich vastgelijmd aan de snelweg. Bovendien heeft Extinction Rebellion
vooraf (ook tijdens het gesprek met de burgemeester) laten weten dat het de weg zou
blijven blokkeren totdat regeringsbeleid zou worden gewijzigd
Vraag 25
Erkent u dat het Gerechtshof van Amsterdam vorig jaar heeft geoordeeld dat het blokkeren
van een snelweg onder het demonstratierecht valt als de intentie een vreedzame en
geweldloze demonstratie is?
Antwoord 25
Mij is bekend dat het Gerechtshof Amsterdam vorig jaar in een zaak heeft geoordeeld
dat de oproep tot het blokkeren van wegen een potentieel strafbaar feit is. Echter
was de verdachte in deze specifieke zaak niet strafbaar aangezien naar het oordeel
van het Hof niet bewezen kon worden dat de verdachte opzet had op het aansporen tot
enig strafbaar feit of tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag, of dat hij
bewust de aanmerkelijke kans daartoe op de koop heeft toegenomen.12 De rechtbank Den Haag heeft begin dit jaar, met kennis van dit arrest, een verdachte
veroordeeld voor o.a. voorbereidingshandelingen om de A12 te blokkeren.13
Vraag 26
Hoe beoordeelt u de handelwijze van het Openbaar Ministerie in dezen? Erkent u dat
het vooraf arresteren van demonstranten een zeer ingrijpende maatregel is die uitgebreid
moet worden gemotiveerd met het oog op de inperking van het demonstratierecht? Is
dat in dit geval gebeurd? Kunt u die analyse delen?
Antwoord 26
Het recht om te demonstreren is een belangrijk grondrecht. Het uitoefenen van dat
recht rechtvaardigt echter niet het plegen van een strafbaar feit. Ik benadruk nogmaals
dat bij de aanhouding wegens opruiing geen sprake is geweest van de inperking van
het demonstratierecht. De aangehouden personen zijn dezelfde dag allemaal weer in
vrijheid gesteld en het stond hen vrij om op door de burgemeester aangewezen locaties
te demonstreren.
Vraag 27
Erkent u dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, de Nationale ombudsman,
Amnesty International en drie staatsrechtdeskundigen in opdracht van uw ministerie
uitvoerig hebben bepleit dat het Openbaar Ministerie en het lokale bestuur een demonstratie
zo goed mogelijk moeten faciliteren, door bijvoorbeeld maatregelen te treffen voor
de veiligheid? Vindt u dat dit op 28 januari en de dagen daaraan voorafgaand gebeurd
is?
Antwoord 27
Vooropgesteld, het faciliteren van een demonstratie is geen taak van het Openbaar
Ministerie, maar van het lokale bestuur; de burgemeester, en de politie in dit kader
handelend onder het gezag van de burgemeester.
Het uitgangspunt van het demonstratierecht is inderdaad dat demonstraties zoveel mogelijk
gefaciliteerd dienen te worden en dat maatregelen worden getroffen om de veiligheid
te garanderen. De gemeente Den Haag heeft aangegeven dat door Extinction Rebellion
geen kennisgeving was gedaan, er geen aanspreekbare organisator van de actie was en
er geen afspraken gemaakt konden worden over de manier waarop de burgemeester de demonstratie
wel zou kunnen faciliteren. Om die reden was het volgens de burgemeester niet mogelijk
de veiligheid van zowel actievoerders als omstanders te garanderen en is de blokkade
beëindigd. Het is aan de burgemeester om hierover desgewenst verantwoording af te
leggen aan de gemeenteraad.
Vraag 28
Erkent u dat de Nationale ombudsman in 2018 in het rapport «Demonstreren, een schurend
grondrecht» erop wees dat «De overheid neigt naar risicomijdend gedrag. Overheden
beschouwen het demonstratierecht in de praktijk niet zelden als onderdeel van een
belangenafweging: het recht op demonstreren versus het belang van de openbare orde
en veiligheid. De essentie van het grondrecht tot demonstreren moet voorop staan.
Die essentie is dat de overheid zich tot het uiterste moet inspannen om demonstraties
te faciliteren en te beschermen, zodat burgers in vrijheid hun mening – hoe impopulair
ook – kunnen laten horen. Elke andere houding van de overheid doet afbreuk aan de
kern van het demonstratierecht»? Wat is er sinds het rapport van de Nationale ombudsman
concreet gedaan om dit te verbeteren?
Antwoord 28
Wij zetten ons in om burgemeesters te ondersteunen bij het zoveel mogelijk beschermen
van het demonstratierecht, onder meer door hierover het gesprek te blijven aangaan
met alle betrokkenen, voor het onderwerp (extra) aandacht te vragen en door het delen
van kennis en goede praktijkvoorbeelden. Mede naar aanleiding van het rapport van
de Nationale ombudsman uit 2018 heb ik uw Kamer bij brieven van 13 juli 2018 en 21 maart
2019 geïnformeerd over de inspanningen die op dit terrein zijn verricht, onder meer
door gesprekken te voeren met gemeenten, het breed onder de aandacht brengen van de
handreiking «Demonstreren bijkans heilig» van de gemeente Amsterdam, het meewerken
aan (andere) handreikingen en het organiseren en bijwonen van bijeenkomsten over dit
onderwerp. Verder verwijs ik naar de brief die de Minister van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties en ik voor deze zomer hebben toegezegd aan uw Kamer over het
demonstratierecht.
Vraag 29
Deelt u de opvatting van Amnesty International en het College voor de Rechten van
de Mens dat het demonstratierecht ernstig onder druk staat en dat het vooraf oppakken
van demonstranten geen gewoonte moet worden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 29
Ik blijf benadrukken dat de aanhoudingen zijn verricht als gevolg van de verdenking
tot een strafbaar feit dat al had plaatsgevonden, namelijk opruiing. De verdachten
zijn dezelfde dag weer op vrije voeten gesteld. Aan deze verdachten is een gedragsaanwijzing
opgelegd waardoor zij zich niet opof bij de Utrechtsebaan/A12 mochten begeven. Deze
gedragsaanwijzing is in 5 van de 8 gevallen inmiddels in stand gehouden door de rechtbank
voor zover deze ziet op het verbod om zich op de Utrechtsebaan te begeven. De verdachten
konden op de voorgenomen dag – 28 januari jl. – demonstreren op andere plekken die
door de gemeente zijn aangedragen.
Verder verwijs ik naar de brief die de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
en ik nog voor de zomer aan uw Kamer zullen sturen over het demonstratierecht, waarin
ook zal worden ingegaan op het recente rapport van Amnesty International «Demonstratierecht
onder druk».
Vraag 30
Hoe bent u van plan in de toekomst om te gaan met oproepen tot snelwegblokkades en
hoe bent u van plan daarbij het demonstratierecht te garanderen? Deelt u de mening
dat de omgang met snelwegblokkades geen lokale aangelegenheid is omdat snelwegblokkades
in het hele land kunnen plaatsvinden en een eenduidige aanpak daarbij gewenst is om
rechtsgelijkheid te garanderen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 30
Het opleggen van beperkingen of voorschriften of in het uiterste geval een verbod
van een demonstratie is een bevoegdheid van de burgemeester. Daarbij mag de inhoud
van een demonstratie geen rol spelen. Het is van belang dat burgemeesters per geval
een beoordeling blijven maken omdat iedere situatie anders is. Overigens zijn na afloop
van de stikstofprotesten ruim honderd personen aangehouden vanwege overtredingen en
misdrijven die verband houden met deze protesten. Het ging hierbij onder meer om snelwegblokkades,
brandstichting en afvaldumping. Daarnaast zijn er meer dan 700 bekeuringen uitgeschreven.
Vraag 31
Bent u bereid de gang van zaken in de dagen voorafgaand en op de dag van de demonstratie
uitgebreid te evalueren en hierover in gesprek te gaan met mensenrechtenorganisaties
zoals het College voor de Rechten van de Mens en Amnesty International? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 31
Zoals hiervoor ook vermeld zullen de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
en ik nog voor de zomer een brief aan de Kamer sturen waarin wij tevens reageren op
het rapport van Amnesty International. Daarover zal ook nog met Amnesty International
worden gesproken.
Zoals in het antwoord op vraag 20 opgemerkt heeft het Openbaar Ministerie aangegeven
de aanloop naar de blokkade te evalueren en daarbij het oordeel van de rechter te
betrekken.
Vraag 32
Kunt u aangeven wat het Openbaar Ministerie verstaat onder de term «ontwrichting»?
Erkent u dat dit klinkt als een politieke en niet als een strafrechtelijke duiding
van de situatie?14
Antwoord 32
In deze vraag wordt verwezen naar een persbericht van het Openbaar Ministerie. Terminologie
die wordt gebruikt in een persbericht hoeft niet één-op-één een strafrechtelijke duiding
van het handelen te zijn. Het Openbaar Ministerie gebruikt de strafrechtelijke duiding
binnen de kaders van het strafproces. Het gebruik van een bepaalde term wil nog niet
zeggen dat hiermee politiek wordt bedreven. Het Openbaar Ministerie zal de beoordeling
van strafbare feiten altijd maken op basis van de feitelijke handelingen en de omstandigheden
van het geval.
Vraag 33
Kent u de uitlatingen van de heer Zwinkels, hoofdofficier van Justitie in Den Haag,
op LinkedIn, waarin hij de strategie van de demonstranten bekritiseerd, die voor maatschappelijke
verharding en polarisatie zou zorgen waardoor het draagvlak voor oplossingen zou worden
ondermijnd?15 Erkent u dat dit politieke uitspraken zijn? Deelt u de mening dat deze uitlatingen
over de strategie van een groep demonstranten op gespannen voet staat met de onafhankelijkheid
die het Openbaar Ministerie dient te hebben wat het doel van demonstraties?
Antwoord 33
Zowel de burgemeester als het Openbaar Ministerie hanteren de hun toekomende bevoegdheden
zonder naar de inhoud van een demonstratie te kijken. Immers, het recht op demonstratie
is een algemeen geldend grondrecht, dat voor een ieder geldt, ongeacht afkomst, geloof,
levensovertuiging of politieke voorkeur. Het Openbaar Ministerie heeft zich uitgelaten
over de wijze waarop werd gedemonstreerd, zonder dat daarbij een uitspraak is gedaan
over het doel van de demonstratie. Demonstreren is een grondrecht. Het is echter de
taak van het Openbaar Ministerie om op te treden op het moment dat tijdens de uitoefening
van dat grondrecht sprake is van het plegen van strafbare feiten. Het is vervolgens
aan de rechter om over de beoordeling van het Openbaar Ministerie een oordeel te geven.
Vraag 34
Kent u het interview met politiechef Willem Woelders waarin hij zegt dat veel politiemensen
sympathie hebben voor het standpunt van de boeren en dat de provincies zo snel mogelijk
met de boeren om tafel moeten gaan zitten?16 Erkent u dat dit politieke uitspraken zijn? Deelt u de mening dat deze uitlating
op gespannen voet staat met de onafhankelijkheid die de politie dient te hebben wat
betreft het doel van demonstraties?
Antwoord 34
Ja, ik ben bekend met het interview. In het artikel van de NRC van 30 juni 2022 staat
de volgende tekst; «Als je denkt dat de politie dit kan stoppen: Dat is niet zo. Repressie
lijkt mij het allerlaatste waar je het over moet hebben. Want wat doen we om deze
protesten te voorkomen? Veel politiemensen hebben begrip voor de positie van de boeren,
ik ook. Je zult maar jarenlang geïnvesteerd hebben en je voortbestaan staat op het
spel. Daarom vind ik dat provincies zo snel mogelijk met boeren moet gaan zitten over
de concrete gevolgen en het niet over de zomer moeten tillen. Anders moeten we als
politie blijven optreden».
De context waarin de uitspraak deze politiechef werd gedaan was dus dat repressie
niet het enige middel wat we hebben binnen de overheid. Daarnaast kunnen wij het als
Ministers van JenV en BZK alleen maar aanmoedigen om meer begrip te hebben voor elkaars
positie als burgers. De politie is in het kader van hun taakstelling continu is gesprek
met de burgers, waarbij burgers ook hun grieven kunnen uiten. Dat betekent echter
niet dat de politie niet zal optreden wanneer deze grieven worden geuit op een manier
die een ernstige verstoring oplevert van de openbare orde of door het plegen van strafbare
feiten.
Vraag 35
Erkent u dat dit erop duidt dat hoge functionarissen bij politie en justitie meer
sympathie hebben voor de boeren dan voor klimaatactivisten? Zo nee, waarom niet? Kunt
u zich wel voorstellen dat mensen door deze uitspraken die indruk krijgen? Vindt u
dat wenselijk?
Antwoord 35
Nee, wij herkennen ons hier, als Minister van Justitie en Veiligheid en Minister van
Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties, niet in. Wij erkennen wel dat er verschillen
zijn in handhaving tussen verschillende demonstraties (zie ook de antwoorden op vraag
36 tot en met 42). Echter herkennen wij ons er niet in dat dit zou voortkomen vanuit
meer of minder sympathie voor een demonstratie/ groepering zou zijn ten opzichte van
een andere demonstratie/groepering vanuit de politie of justitie. Zoals u hebt kunnen
lezen in het artikel waar u in vraag 34 naar refereert laat Willem Woelders weten
«dat zijn mensen het maximale naar hun mogelijkheden hebben gedaan tijdens de boerenprotesten».
Verschillen in handhaving komen voort uit verschillende omstandigheden en worden afgestemd
met het bevoegd gezag. De inhoud van de demonstratie is hierbij niet van belang.
Vraag 36
Kent u het artikel in de Volkskrant van 29 januari jongstleden, «Veel meer arrestaties
bij acties Extinction Rebellion dan bij boerenprotesten»17, waaruit blijkt dat er sinds 2020 bij demonstraties van Extinction Rebellion ruim
2.000 demonstranten zijn opgepakt, tegenover 100 arrestaties bij de boerenprotesten,
terwijl er meer boerenprotesten dan klimaatdemonstraties waren? Hoe verklaart u dit
verschil? Waarom houdt de overheid deze cijfers zelf niet bij? Op welke manier kan
zonder deze cijfers rechtsgelijkheid tussen groepen demonstranten worden gegarandeerd?
Antwoord 36
Zoals hierboven ook benoemd in het antwoord op vraag 3 is het aantal arrestaties geen
doel op zich van het lokale gezag en de politie. De wijze waarop wordt gehandhaafd
is afhankelijk van de omstandigheden en wordt afgestemd met het bevoegd gezag. Voorbeeld
waarop een afweging gemaakt kan worden is op basis van het mogelijke gevaar voor de
demonstranten of omstanders, de impact op openbare orde, maar ook het gevaar voor
de agenten. Dit kan betekenen dat bij de ene demonstratie direct aanhoudingen worden
verricht en bij de andere demonstratie – tevens met het oog op veiligheid voor de
handhavers zelf – aanhoudingen naderhand worden verricht. Er wordt geen verschil gemaakt
op basis van de inhoud van de demonstraties.
Voor het Openbaar Ministerie en de politie is er geen noodzaak om het aantal arrestaties
per demonstratie apart te muteren. Wel kan worden opgemerkt dat ten aanzien van de
aanhoudingen bij de demonstraties van Extinction Rebellion vrijwel alle aanhoudingen
– op last van de burgemeester – hebben plaatsgevonden op grond van artikel 11 van
de Wom. Er hebben 11 aanhoudingen plaatsgevonden voor het treffen van voorbereidingshandelingen
en 8 aanhoudingen voor opruiing. Na afloop van de stikstofprotesten zijn ruim honderd
personen aangehouden vanwege overtredingen en misdrijven die verband hielden met die
protesten. Het ging hierbij dan onder meer om snelwegblokkades, brandstichting en
afvaldumping. Daarnaast zijn er ook meer dan 700 bekeuringen uitgeschreven.
Vraag 37
Erkent u dat uit het onderzoek van de Volkskrant blijkt dat er veel meer arrestaties
hebben plaatsgevonden bij demonstraties van Extinction Rebellion dan bij de boerenprotesten?
Antwoord 37
De wijze waarop wordt gehandhaafd is afhankelijk van de omstandigheden en wordt afgestemd
met het bevoegd gezag. De wijze waarop de politie tijdens demonstraties optreedt,
wordt dus bepaald binnen de lokale driehoek. Hierbij kan een afweging gemaakt op basis
van het mogelijke gevaar voor de burgers, de impact op openbare orde, maar ook het
gevaar voor de agenten. Het uitgangspunt van de politie is om altijd de-escalerend
op te treden. Dit kan betekenen dat bij de ene demonstratie direct aanhoudingen worden
verricht en bij de andere demonstratie – tevens met het oog op veiligheid voor de
handhavers zelf – aanhoudingen naderhand worden verricht. Er wordt geen verschil gemaakt
op basis van de inhoud van de demonstraties. Ik erken dat demonstraties en de mogelijke
handhaving daarbij onder verschillende omstandigheden plaatsvinden. Echter verschillende
situaties en omstandigheden laten zich ook slecht vergelijken. De burgemeester kan
desgewenste verantwoording voor zijn keuze afleggen aan de gemeenteraad.
Extinction Rebellion geeft (onder andere op hun website) zelf aan dat het hun bedoeling
is om bij demonstraties zoveel mogelijk aanhoudingen uit te lokken. Hiermee beoogt
Extinction Rebellion maximale aandacht te genereren voor hun acties. Vanuit deze bedoeling
is het niet verwonderlijk dat in gevallen waarin handhavend werd opgetreden bij demonstraties
van Extinction Rebellion er veel aanhoudingen plaatsvonden. In het artikel van de
Volkskrant werd daarnaast geen rekening gehouden met aanhoudingen die na afloop van
verstorende acties hebben plaatsgevonden. Na afloop van de stikstofprotesten zijn
ruim honderd personen aangehouden vanwege overtredingen en misdrijven die verband
hielden met die protesten. Het ging hierbij dan onder meer om snelwegblokkades, brandstichting
en afvaldumping. Daarnaast zijn er ook meer dan 700 bekeuringen uitgeschreven.
Vraag 38
Klopt het dat er bij demonstraties van Extinction Rebellion vaak meer dan 50 mensen
worden gearresteerd? Klopt het dat dit bij boerendemonstraties slechts één keer het
geval was sinds 2020? Hoe verklaart u dit verschil?
Antwoord 38
Zie ook hetzelfde antwoord op de vragen 36 en 37. Zoals hierboven ook benoemd in het
antwoord op vraag 3 is het aantal arrestaties geen doel op zich van het lokale gezag
en de politie. De wijze waarop wordt gehandhaafd is afhankelijk van de omstandigheden
en wordt afgestemd met het bevoegd gezag. Voorbeeld waarop een afweging gemaakt kan
worden is op basis van het mogelijke gevaar voor de burgers, de impact op openbare
orde, maar ook het gevaar voor de agenten. Er wordt geen verschil gemaakt op basis
van de inhoud van de demonstraties.
Vraag 39
Erkent u dat er bij boerenprotesten veel vaker achteraf arrestaties zijn verricht?
Erkent u dat achteraf arresteren het demonstratierecht minder inperkt dan arresteren
voorafgaand of tijdens een demonstratie?
Antwoord 39
De wijze waarop wordt gehandhaafd is afhankelijk van de omstandigheden en wordt afgestemd
met het bevoegd gezag. De wijze waarop de politie tijdens demonstraties optreedt,
wordt dus bepaald binnen de lokale driehoek. Hierbij kan een afweging gemaakt op basis
van het mogelijke gevaar voor de burgers, de impact op openbare orde, maar ook het
gevaar voor de agenten. Het klopt dat er tijdens de stikstof protesten een keuze is
gemaakt door sommige lokalen gezagen om achteraf te handhaven. Het uitgangspunt is
dat waar gevaar dreigt of ernstige strafbare feiten worden gepleegd, dient te worden
opgetreden. Waar mogelijk (en veilig en niet-escalerend) vindt dat optreden in het
moment plaats. Waar dat niet kan, wordt achteraf opgetreden. Tegen die achtergrond
zijn er geen verschillen tussen het optreden tegen blokkadeacties van boeren en blokkadeacties
van Extinction Rebellion.
Vraag 40
Erkent u dat arrestaties bij boerenprotesten vaak gebeuren vanwege verdenking van
strafbare feiten die niets te maken hebben met een vreedzame en geweldloze demonstratie
die worden beschermd onder het demonstratierecht, zoals bijvoorbeeld geweldpleging
en brandstichting, terwijl het merendeel van de demonstranten van Extinction Rebellion
worden gearresteerd vanwege het blokkeren van een snelweg, waarvan het Europees Hof
heeft geoordeeld dat dit onder het demonstratierecht kan vallen?
Antwoord 40
De politie treedt tijdens de handhaving van de openbare orde op onder het gezag van
de burgemeester. Waar het gaat om strafrechtelijke handhaving treedt de politie op
onder het gezag van de OvJ.
Demonstranten kunnen om verschillende uiteenlopende feiten worden aangehouden. Dit
kan uiteenlopen zoals bijvoorbeeld voor het overtreden van de Wet openbare manifestaties,
ter zake van vernieling, brandstichting, afvaldumping, het overtreden van een gebiedsgebod,
etc. Politie legt per arrestatie vast voor welke overtreding of misdrijf is aangehouden.
De inhoud waarvoor iemand demonstreert is hierbij niet van belang.
Het demonstratierecht is geen absoluut recht, demonstranten worden geacht zich aan
de wet te houden. Op het moment dat vreedzame demonstranten zich op een snelweg begeven
of zelfs daaraan vastplakken, terwijl deze snelweg niet als demonstratielocatie is
aangewezen kan dit uitermate gevaarlijke situaties opleveren voor de demonstranten
zelf maar ook voor de weggebruikers. Extinction Rebellion heeft in het verleden al
meerdere malen vergelijkbare gevaarlijke situaties veroorzaakt door middel van de
blokkades van de snelweg. Recent heeft de rechtbank Den Haag nog geoordeeld dat een
dergelijke blokkade in een vergelijkbare situatie een strafbaar feit opleverde.
Vraag 41
Erkent u dat demonstraties van Extinction Rebellion vaak na korte tijd beëindigd worden,
terwijl boeren vaak urenlang de snelweg kunnen bezetten?18 Zo nee, waarom niet en kunt u dat aantonen? Zo ja, hoe verklaart u dit verschil?
Antwoord 41
Zie ook het antwoord op vraag 37. De wijze waarop wordt gehandhaafd is afhankelijk
van de omstandigheden en wordt afgestemd met het bevoegd gezag. De wijze waarop de
politie tijdens demonstraties optreedt, wordt dus bepaald binnen de lokale driehoek.
Hierbij kan een afweging gemaakt op basis van het mogelijke gevaar voor de demonstraten
of omstanders, de impact op openbare orde, maar ook het gevaar voor de agenten. Het
uitgangspunt van de politie is om altijd de-escalerend op te treden. Dit kan betekenen
dat bij de ene demonstratie direct aanhoudingen worden verricht en bij de andere demonstratie
– tevens met het oog op veiligheid voor de handhavers zelf – aanhoudingen naderhand
worden verricht. Er wordt geen verschil gemaakt op basis van de inhoud van de demonstraties.
Ik erken dat demonstraties en de mogelijke handhaving daarbij onder verschillende
omstandigheden plaatsvinden. Echter verschillende situaties en omstandigheden laten
zich ook slecht vergelijken. De burgemeester kan desgewenste verantwoording voor zijn
keuze afleggen aan de gemeenteraad.
Vraag 42
Erkent u dat het wegslepen van een grote hoeveelheid trekkers veel moeilijker is dan
het wegslepen van een klimaatdemonstrant die zich niet verzet? Erkent u dat het resultaat
daarvan is dat er bij boerenprotesten vaak de-escalerend wordt opgetreden, terwijl
er bij klimaatprotesten juist voor een harde aanpak wordt gekozen? Erkent u dat de
uitkomst daarvan is dat het recht van de sterkste geldt? Zo nee, waarom niet? Zo ja,
vindt u dit wenselijk? Kunt u dit toelichten?
Antwoord 42
Zie ook het antwoord op vraag 37 en het antwoord op vraag 41. De wijze waarop wordt
gehandhaafd is afhankelijk van de omstandigheden en wordt afgestemd met het bevoegd
gezag.
In alle gevallen – ook in het geval van de klimaatdemonstranten – wordt zoveel mogelijk
de-escalerend opgetreden. Het verwijderen van de demonstranten van de snelweg op 28 januari
jl. heeft enkele uren geduurd, omdat dit op een georganiseerde wijze gebeurde.
Vraag 43
Kunt u uitgebreid reageren op de analyse van mr. dr. Berend Roorda, docent bij de
Rijksuniversiteit Groningen gespecialiseerd in het demonstratierecht, dat het erop
lijkt dat de aanpak van klimaatactivisten steviger is dan de aanpak van boerenprotesten,
mede vanwege de angst bij boerenprotesten dat het escaleert?19 Kunt u ook de beschreven casus van de klimaatactivisten in het Mauritshuis die harder
zijn gestraft dan de boeren die voor het huis stonden van Minister Van der Wal hierbij
betrekken?
Antwoord 43
Het recht om te demonstreren is een groot goed in Nederland. Dit grondrecht geldt
voor iedereen. De uitoefening van het demonstratierecht kan enkel worden beperkt door
de burgemeester op basis van de Wet openbare manifestaties, waarbij uitdrukkelijk
geldt dat de inhoud van de demonstratie daarbij geen rol mag spelen. Wel is het zo
dat demonstraties onder verschillende omstandigheden plaatsvinden. Het lokale gezag
maakt afwegingen op basis van deze lokale situatie. De politie treedt op onder dit
lokale gezag, waarbij het uitgangspunt inderdaad de-escalatie is. Geweldgebruik is
het ultimum remedium en een stap die politieambtenaren niet lichtzinnig nemen. De-escalatie
is bij elke demonstratie het uitgangspunt. Ook bij de demonstratie van Extinction
Rebellion heeft de politie de-escalerend opgetreden door de activisten op een rustige
manier van de snelweg weg te voeren.
Het opleggen van straffen aan klimaatactivisten of boeren is aan de rechter; het is
niet aan ons om over de hoogte van deze straffen te oordelen.
Vraag 44
Erkent u dat door het verschillend aanpakken van demonstraties van boeren en klimaatactivisten
er rechtsongelijkheid is tussen deze groepen demonstranten? Zo nee, waarom niet? Erkent
u dat het uw taak is om te waarborgen dat er rechtsgelijkheid is tussen groepen demonstranten?
Hoe vervult u die taak en welke concrete acties horen daarbij?
Antwoord 44
Het staat eenieder vrij binnen de grenzen van de wet uiting te geven aan zijn of haar
zorgen. Dat kan op velerlei wijzen, waarvan demonstreren er één is. Dat is een grondrecht,
daar sta ik voor en dat moeten we als overheid ook faciliteren.
In dit geval gaat het echter niet (alleen) om een oproep tot een demonstratie, maar
om een oproep tot het blokkeren van een snelweg. Zoals in het antwoord op voorgaande
vragen heeft de rechtbank Den Haag onlangs nog geoordeeld dat het blokkeren van de
snelweg een strafbaar feit kan opleveren; strafbaar gesteld in artikel 162 van het
Wetboek van Strafrecht. Ongeacht het doel van dergelijke acties, is het aan de politie
en het Openbaar Ministerie op te treden wanneer strafbare feiten worden gepleegd en
de veiligheid in het geding is. Op welk moment wordt opgetreden is afhankelijk van
de veiligheidssituatie van handhavers, hulpverleners, demonstranten en omstanders.
De inhoud van de demonstratie wordt bij die afweging niet meegewogen.
Vraag 45
Kunt u deze vragen elk afzonderlijk en binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 45
Dat is mij gezien het grote aantal vragen en de verschillende sets Kamervragen op
dit onderwerp, helaas niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede namens
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.