Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Vestering en Wassenberg over de gang van zaken rond de vergunningverlening ofwel legalisering van de activiteiten van eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo
Vragen van de leden Vestering en Wassenberg (beiden PvdD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de gang van zaken rond de vergunningverlening ofwel legalisering van de activiteiten van eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo (ingezonden 19 januari 2023).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede
namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (ontvangen 6 maart
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1464.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de gang van zaken rond de besluitvorming over de aanvraag
voor een omgevingsvergunning door eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo?
Antwoord 1
Ik heb er kennis van genomen dat eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo een aanvraag
voor een omgevingsvergunning heeft gedaan. De bevoegdheid een omgevingsvergunning
te verlenen ligt bij het college van burgemeester en wethouders van de betreffende
gemeente.
Vraag 2
Bent u op de hoogte van het feit dat omwonenden al jarenlang grote geluids- en stankoverlast
ervaren door de slachterij?
Antwoord 2
Ik ben ervan op de hoogte dat een aantal omwonenden heeft aangegeven geluids- en stankoverlast
te ervaren.
Vraag 3
Heeft u gezien dat de rechter de gemeente Ermelo eerder terugfloot, nadat de gemeente
niet wilde handhaven op de geluidsoverlast en op overtredingen van de vergunde werktijden
en het maximale aantal vervoersbewegingen, en dat de rechter daarbij oordeelde dat
de gemeente kritischer moet kijken naar de belangen van de omwonenden?1
Antwoord 3
Ik heb er kennis van genomen dat de rechtbank Gelderland op 31 maart 2022 heeft geoordeeld
dat de gemeente Ermelo een nieuw besluit moest nemen, waarbij, naast de bedrijfsbelangen
van Tomassen Duck-To, ook moet worden gekeken naar de belangen van de omwonenden.
Ook heb ik er kennis van genomen dat de rechtbank de gemeente Ermelo heeft opgedragen
om bij het nemen van een besluit omtrent de nieuwe omgevingsvergunning, te kijken
naar alle relevante aspecten die komen kijken bij een «goede ruimtelijke ordening».
Vraag 4
Heeft u er kennis van genomen dat het college van burgemeester en wethouders voornemens
is om aan de eendenslachterij de vergunning te verlenen om de illegale situatie te
legaliseren, maar dat hiervoor nog een «verklaring van geen bedenkingen» nodig is
van de gemeenteraad?
Antwoord 4
Op basis van ambtelijk contact met de gemeente Ermelo heb ik begrepen dat het college
van burgemeester en wethouders formeel nog een besluit moet nemen over het al dan
niet verlenen van een omgevingsvergunning aan eendenslachterij Tomassen Duck-To. Omdat
het hier gaat om een mogelijke omgevingsvergunning die een afwijking van het bestemmingsplan
zou betekenen, is een verklaring van geen bedenkingen nodig van de gemeenteraad van
Ermelo. Over het al dan niet afgeven van een verklaring van geen bedenkingen moet
de gemeenteraad nog een besluit nemen. Dit besluit ligt nu bij de raad ter behandeling.
Het college heeft de raad geadviseerd deze verklaring van geen bedenkingen af te geven.
Vraag 5
Wat vindt u ervan dat één van de vergaderingen over dit dossier opeens achter gesloten
deuren plaatsvond en dat is besloten om de geheimhouding pas op te heffen op het moment
dat besluiten onherroepelijk zijn?2
Antwoord 5
De raad heeft op grond van artikel 23 Gemeentewet de mogelijkheid om besloten te vergaderen,
indien de raad daartoe bij meerderheid besluit. De raad kan tijdens een besloten vergadering
geheimhouding opleggen ten aanzien van hetgeen in deze vergadering wordt behandeld,
op grond van een belang dat wordt genoemd in artikel 5.1 Wet open overheid. Het besluit
om te kiezen voor een besloten vergadering, het besluit om geheimhouding op te leggen
omtrent het in een besloten raadsvergadering behandelde en het besluit deze geheimhouding
weer op te heffen, en op welk moment, zijn aan de raad.
Vraag 6
Kunt u bevestigen dat het uitgangspunt van de wet is dat is de (gemeentelijke) overheid
een open, transparante organisatie is en dat vergaderingen van de gemeenteraad in
beginsel openbaar zijn?
Antwoord 6
Vergaderingen van de gemeenteraad zijn in beginsel openbaar, zoals is vastgelegd in
artikel 23, eerste lid, Gemeentewet. Op grond van het tweede en derde lid van artikel 23
Gemeentewet kan de raad echter besloten vergaderen indien ten minste een vijfde van
het aantal leden dat de presentielijst heeft getekend, daarom verzoekt of de voorzitter
dit nodig oordeelt en de raad vervolgens bij meerderheid van de aanwezigen besluit
dat besloten wordt vergaderd. Besloten vergaderen is dan ook een uitzondering op de
hoofdregel van openbaarheid. De wet normeert echter, anders dan bij het opleggen van
geheimhouding, niet op welke gronden de raad achter gesloten deuren mag vergaderen.
De wetgever heeft dit aan het oordeel van de raad zelf overgelaten.
Vraag 7
Deelt u de mening dat omwonenden en juristen door deze geheimhouding mogelijk belangrijke
informatie met grote juridische gevolgen wordt onthouden? Kunt u zich voorstellen
dat deze informatiedeling van belang kan zijn voor een volledige advisering van de
leden van de gemeenteraad en daarmee voor een eerlijke besluitvorming?
Antwoord 7
In de informatiestroom tussen de bestuursorganen van de gemeente is openbaarheid het
uitgangspunt. Er kunnen echter omstandigheden zijn die aanleiding geven om van die
hoofdregel af te wijken. Indien zich een dergelijke omstandigheid voordoet, is het
aan het betreffende bestuursorgaan om het belang dat wordt gediend door geheimhouding
af te wegen tegen het belang van openbaarheid in het betreffende geval. Daarbij vormt
bij het opleggen van geheimhouding en bij het inwilligen van verzoeken om openbaarmaking
artikel 5.1 van de Wet open overheid het juridisch kader. Daarbij kunnen ook de door
u genoemde belangen worden meegewogen.
Vraag 8
Heeft u gezien dat de burgemeester en wethouders de gemeenteraad hebben gewaarschuwd
dat de gemeente een schadeclaim riskeert als de vergunning niet wordt verleend?3
Antwoord 8
Ik heb er kennis van genomen dat in het voorstel voor het raadsbesluit inzake de afgifte
van een verklaring van geen bedenkingen wordt vermeld dat weigering van deze verklaring
mogelijk zal leiden tot een nog onbekende schadeclaim van Tomassen Duck-To.
Vraag 9
Hoe beoordeelt u deze waarschuwing?
Antwoord 9
Het is aan het college om alle relevante factoren en belangen die spelen bij een te
nemen raadsbesluit te benoemen en uiteen te zetten in het betreffende raadsvoorstel.
Daaronder kunnen ook (mogelijke) juridische gevolgen vallen. In algemene zin kan de
mogelijkheid dat een schadeclaim wordt ingediend als gevolg van het (niet) nemen van
een bepaald besluit, een relevant gegeven zijn om te vermelden in een raadsvoorstel.
Of in dit specifieke geval een schadeclaim daadwerkelijk kans van slagen heeft, en
of een mogelijke schadeclaim een factor is die moet worden meegewogen bij het nemen
van het besluit door de raad en in het raadsvoorstel moet worden vermeld, is aan het
college. Het is niet aan mij om hierover een oordeel te geven.
Vraag 10
Deelt u de indruk dat de gemeenteraad hiermee onder druk wordt gezet om de verklaring
van geen bedenkingen af te geven? Zo nee, kunt u dit toelichten?
Antwoord 10
Het college heeft de wettelijke taak raadsbesluiten voor te bereiden. In een voorstel
voor een te nemen raadsbesluit kan het college, op basis van de in het voorstel uiteengezette
argumenten en belangen, de raad adviseren om een bepaald besluit wel of niet te nemen.
Uiteindelijk blijft het echter aan de raadsleden zelf om te beslissen voor of tegen
te stemmen. Of raadsleden zich in het betreffende geval onder druk gezet voelden door
de vermelding van een mogelijke schadeclaim kan ik niet beoordelen en kan per individueel
raadslid verschillen.
Vraag 11
Heeft u gezien dat, terwijl de besluitvorming over de vergunningverlening nog gaande
is, er een voorlopige vergunning is afgegeven, waarmee de situatie nog vijf jaar kan
blijven zoals deze is?4
Antwoord 11
Op basis van ambtelijk contact met de gemeente Ermelo heb ik begrepen dat er door
Tomassen Duck-To een tijdelijke vergunning voor 10 jaar is aangevraagd bij het college
van burgemeester en wethouders. Deze vergunning is niet voor de aangevraagde termijn
van 10 jaar verleend, maar voor 5 jaar. De bevoegdheid om op een dergelijke aanvraag
te beslissen ligt bij het college. Overigens staat tegen dergelijke besluitvorming
ook rechtsbescherming open.
Vraag 12
Vindt u dit een goed voorbeeld van democratische besluitvorming?
Antwoord 12
Op grond van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is het de bevoegdheid
van het college van burgemeester en wethouders om te beslissen op een aanvraag om
tijdelijk af te wijken van het bestemmingsplan. Dit is ook gebeurd bij de gemeente
Ermelo. In dit geval is derhalve de wettelijke procedure gevolgd. Tegen dergelijke
besluitvorming staat ook rechtsbescherming open. Wat betreft de inhoudelijke beslissing
op de aanvraag om tijdelijk af te wijken van het bestemmingsplan, is het niet aan
mij om in de door het college gemaakte afweging te treden.
Vraag 13
Hoe beoordeelt u deze gang van zaken?
Antwoord 13
Omdat het hier gaat om een bevoegdheid van het college, is het niet aan mij om hierover
een oordeel te geven.
Vraag 14
Over welke mogelijkheden beschikt u om in te grijpen wanneer een gemeentelijk democratisch
proces niet fatsoenlijk verloopt en een gemeente omwonenden blijft benadelen?
Antwoord 14
Indien een besluit van het gemeentebestuur in strijd met het recht of met het algemeen
belang wordt genomen, kan dit besluit op grond van artikel 268 Gemeentewet bij koninklijk
besluit worden geschorst en/of vernietigd. Hiertoe kan ik als Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties een voordracht doen. Een besluit kan zowel worden geschorst
en/of vernietigd vanwege de inhoud, als vanwege de gevolgde procedure. Besluiten waartegen
bezwaar of beroep openstaat of aanhangig is, kunnen op grond van artikel 10:38 van
de Algemene wet bestuursrecht echter niet worden vernietigd. Deze mogelijkheid komt
daarmee niet in de plaats van reguliere rechtsbescherming.
Vraag 15
Kunt u deze vragen één voor één en binnen drie weken beantwoorden?
Antwoord 15
Gelet op de aard van de vragen heb ik informatie opgevraagd bij de gemeente Ermelo.
Omdat dit wat meer tijd vergde, is het niet gelukt deze vragen binnen drie weken te
beantwoorden en is de termijn eenmaal verlengd met nogmaals drie weken. Hierover heeft
u bericht ontvangen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede namens
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.