Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Thijssen en Kröger over enkele berichten over de stand van zaken van energieprijzen en de energiemarkt
Vragen van de leden Thijssen (PvdA) en Kröger (GroenLinks) aan de Minister voor Klimaat en Energie over enkele berichten over de stand van zaken van energieprijzen en de energiemarkt (ingezonden 10 februari 2023).
Antwoord van Minister Jetten (Klimaat en Energie) (ontvangen 23 februari 2023).
Vraag 1
bent u bekend met het bericht: «Energietarief Vattenfall duikt onder prijsplafond:
«Mensen hielden hoge prijzen niet lang meer vol»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Verwacht u, in lijn met de verwachting van Vattenfall, dat andere energieleveranciers
de prijsdaling van energietarieven zullen volgen?
Antwoord 2
In het algemeen geldt dat als de inkoopkosten van energie dalen, de consumententarieven
zullen volgen. Omdat er nog steeds huishoudens zijn die boven het volume van het prijsplafond
uitkomen, is het bovendien aantrekkelijk voor leveranciers om met een interessant
aanbod te komen voor overstappers.
Vraag 3
Welke instrumenten heeft het kabinet om een dergelijke prijsdaling verder te stimuleren
bij energieleveranciers?
Antwoord 3
Het belangrijkste instrument ligt in handen van de consument: zij kunnen van leverancier
veranderen als een andere leverancier gunstigere voorwaarden heeft voor hen. Ik moedig
consumenten dan ook aan om van deze keuzevrijheid gebruik te maken als dit voor hen
beter uitpakt. De Monitor Consumentenmarkt Energie van de ACM vergroot de transparantie
op de energiemarkt, waardoor bewust overstappen eenvoudiger wordt. Tot slot moeten
de consumententarieven van energieleveranciers altijd verband houden met de inkoopkosten
van de leveranciers. Als zou blijken dat bepaalde tarieven onredelijk zijn, is het
aan de ACM om maatregelen te nemen.
Vraag 4
Bent u van mening dat consumenten momenteel genoeg voordeel hebben van de dalende
energieprijzen?
Antwoord 4
Met u ben ik van mening dat het wenselijk is dat consumenten snel profiteren van de
dalende groothandelsprijzen. Over het algemeen zien we dat als de inkoopkosten van
energie dalen, de consumententarieven zullen volgen. De komende maanden zal blijken
of de ingezette dalende trend doorzet. Het staat consumenten die vinden dat ze te
veel betalen voor hun energie natuurlijk altijd vrij om over te stappen en we zien
in de marktmonitor van de ACM ook dat de eerste aanbieders hun prijzen al verlaagd
hebben en er ook weer vaste contracten voor enkele maanden worden aangeboden.
Vraag 5
Hoe reageert u op het onderzoek dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) in gang
heeft gezet bij verschillende energieleveranciers?2
Antwoord 5
De ACM is een onafhankelijk toezichthouder. Het is aan de ACM om te beoordelen of
er reden is voor een onderzoek.
Vraag 6
Als uit dit onderzoek blijkt dat de tarieven van deze leveranciers onredelijk zijn,
welke bevoegdheden heeft de ACM om dit verschil te corrigeren? Worden deze maatregelen
met terugwerkende kracht toegepast?
Antwoord 6
De ACM ziet toe op de redelijkheid van tarieven en kan in haar discretionaire bevoegdheid
besluiten om hierop te handhaven. Indien de ACM van oordeel is dat de tarieven die
houders van een vergunning berekenen onredelijk zijn, omdat daarin de effecten van
een doelmatige bedrijfsvoering, die mede inhoudt de inkoop van elektriciteit of gas
en van energiebronnen bestemd voor opwekking daarvan, in onvoldoende mate leiden tot
kostenverlaging, kan zij een tarief vaststellen dat leveranciers ten hoogste mogen
berekenen. Na de vaststelling van het maximumtarief worden de tarieven voor de levering
van elektriciteit of gas die hoger zijn dan dat maximumtarief, van rechtswege gesteld
op dat maximumtarief.
Vraag 7
De Energiemonitor 2022 van de ACM wijst erop dat 50% van de huishoudens een variabel
energiecontract heeft. Kunt u delen hoe verschillende inkomens- en vermogensgroepen
vertegenwoordigd zijn in deze groep? Zo niet, kunt u dan een realistische schatting
maken van deze verdeling?3
Antwoord 7
Nee, want er bestaat geen directe koppeling tussen inkomensdata, die bij publieke
uitvoerders zoals de Belastingdienst beschikbaar is, en data over energiecontracten
vanuit leveranciers.
Vraag 8
Herkent u de zorgen over de onzekerheid van dynamische contracten? Kan de Minister
toelichten wat hij als belangrijkste voordelen ziet van vaste contracten?
Antwoord 8
De zorgen over de onzekerheid van variabele contracten, waarbij de tarieven door de
leveranciers periodiek (maandelijks, per kwartaal, halfjaarlijks) kunnen worden aangepast
aan de marktsituatie, herken ik. Een dynamisch contract is een ander type product,
waarvoor de consument bewust moet kiezen en waarbij de tarieven per uur kunnen wijzigen.
Enerzijds bieden dynamische contracten voordelen, gezien de positieve invloed die
dergelijke contracten hebben op de druk op het elektriciteitsnet. Mensen worden bijvoorbeeld
geprikkeld om hun elektrische auto op te laden als er sprake is van veel aanbod van
elektriciteit en daardoor lage tarieven. Anderzijds vind ik het van belang om te benadrukken
dat dynamische contracten niet voor iedereen geschikt zijn, gezien het onvoorspelbare
karakter dat dergelijke contracten met zich meebrengen. Wanneer prijzen stijgen, voel
je dit immers direct in je portemonnee en daar is een financiële buffer voor benodigd
die niet iedereen heeft. Dit geldt zowel voor dynamische contracten voor elektriciteit
als voor gas. Dynamische elektriciteitscontracten zullen met name interessant zijn
voor mensen die hun elektriciteitsverbruik zodanig kunnen plannen, dat zij gebruik
kunnen maken van de goedkope uren (bijvoorbeeld door hun elektrische auto te laden).
Als belangrijkste voordeel van vaste contracten zie ik de zekerheid die dit type contract
biedt aan consumenten. Vaste contracten zijn niet per se de meest voordelige contracten
omdat hierin kosten zijn opgenomen voor de risico’s die de leverancier loopt bij mogelijk
stijgende tarieven. De consument krijgt hiermee echter wel rust en zekerheid over
de hoogte van het tarief dat wordt gerekend voor het energieverbruik en daarmee over
de kosten die met een bepaald energieverbruik gemoeid zijn gedurende de looptijd van
het vaste contract. Dit in tegenstelling tot dynamische contracten waarbij de prijzen
gemiddeld lager liggen, maar waarbij de prijzen per uur sterk kunnen verschillen en
minder voorspelbaar zijn.
Vraag 9
In het bovengenoemde bericht kondigt Vattenfall aan om vaste contracten te willen
aanbieden voor minstens drie maanden en Eneco voor zes maanden. Vindt u de duur van
deze contracten lang genoeg? Welke minimale contractduur is volgens u wenselijk?
Antwoord 9
Ik vind de duur van deze contracten niet lang genoeg en vind het wenselijk dat vaste
contracten in ieder geval een looptijd van 12 maanden kennen. In mijn Kamerbrief van
21 november 2022 over vaste energiecontracten in de consumentenmarkt4 heb ik aangekondigd in de Energiewet een verplichting te willen opnemen dat leveranciers
een contract met vaste tarieven voor bepaalde tijd (12 maanden) moeten aanbieden.
Ik wil dat consumenten te allen tijden zelf de keuze behouden tussen een contract
met variabele (of dynamische) tarieven of een contract met vaste tarieven dat meer
zekerheid biedt.
Vraag 10
Op welke manier treedt de ACM op om de risico’s bij het sluiten van een dynamisch
contract goed toe te lichten, vooral voor huishoudens die vaste contracten mijden
wegens te hoge kosten?
Antwoord 10
Consumenten moeten goed geïnformeerd worden over het product dat zij bij de leverancier
afnemen, dat vloeit voort uit de informatieverplichtingen die leveranciers hebben
tegenover de consument. Onder die informatieverplichtingen vallen bijvoorbeeld ook
de risico’s die bij dynamische prijs producten horen. De ACM houdt hier toezicht op.
De ACM heeft aanvullend op deze algemene verplichtingen samen met Energie-Nederland
afspraken gemaakt over hoe leveranciers dynamische producten in de markt mogen zetten.
Deze afspraken zijn vastgelegd in de gedragscode van Energie-Nederland5. In de gedragscode van Energie-Nederland wordt ingegaan op de volgende 3 elementen:
1) Het correct informeren van de consument over de aard van dit product, en daarbij de
consument wijzen op de risico’s;
2) Het opstellen van een aanbod op maat voor een leveringsovereenkomst met dynamische
prijzen inclusief een zo realistisch mogelijk inschatting van de spotprijs;
3) Het vergelijken van aanbiedingen.
De ACM monitort de signalen die zij binnenkrijgt over energieleveranciers. De ondertekenaars
van de gedragscode van Energie-Nederland moeten zich houden aan de bepalingen die
daarin staan. Als zij dit niet doen, kan de ACM handhavend optreden wegens oneerlijke
handelspraktijken.
Vraag 11
Hoe worden vaste contracten, die doorgaans duurder zullen zijn dan een dynamisch contract
op een gunstig moment, aantrekkelijk gemaakt voor huishoudens met een laag inkomen?
Welke rol ziet u hierin weggelegd voor de overheid?
Antwoord 11
Ik vind het van belang dat consumenten volledig geïnformeerd worden over de mogelijkheden,
kosten en risico’s van dynamische contracten. Dit staat ook in de Elektriciteitsrichtlijn
(Richtlijn (EU) 2019/944). Duidelijk moet zijn dat een dynamisch contract een risicovol
product is waarbij een financiële buffer benodigd is.
Vraag 12
Hoe rijmt u het voornemen om door dynamische contracten het energienet te ontlasten
op piekmomenten met de ambitie om energieleveranciers meer vaste contracten aan te
laten bieden, zoals is opgemerkt in een Kamerbrief in september vorig jaar (Kamerstuk
29 023, nr. 354)?6
Antwoord 12
Zoals aangegeven in mijn antwoord op vraag 8, bieden dynamische contracten voordelen
ten aanzien van ontlasting van het energienet, maar vind ik het tegelijkertijd van
belang om te benadrukken dat dynamische contracten niet voor iedereen geschikt zijn,
gezien het onvoorspelbare karakter dat dit type contract met zich meebrengt. De afgelopen
tijd hebben we gemerkt dat er geen vaste contracten meer aangeboden werden. Ik wil
dat consumenten zelf de keuze behouden tussen een contract met variabele tarieven,
dynamische tarieven of een contract met vaste tarieven dat hen meer zekerheid biedt
over de kosten die zij voor hun energie moeten betalen.
Vraag 13
Vindt u het wenselijk dat mensen bij verdere prijsdaling van dynamische contracten
overstappen naar deze contracten? Zo niet, wat is dan volgens u de rol die kleine
energieleveranciers, die geen vaste contracten kunnen aanbieden, in de toekomst moeten
spelen in de Nederlandse energiemarkt?
Antwoord 13
Dit vind ik wenselijk, zo lang deze mensen op de hoogte zijn van de risico’s die gemoeid
zijn bij het afnemen van een dergelijk contract en deze mensen daarop (financieel)
voorbereid zijn. Daarnaast merk ik op dat als dynamische tarieven over de gehele linie
dalen, het mijn verwachting is dat ook de prijzen voor nieuwe vaste contracten zullen
dalen.
Vraag 14
Vindt u het wenselijk dat consumenten makkelijk kunnen overstappen naar andere energiebedrijven?
Deelt u de zorgen dat het gemak van overstappen leidt tot cowboygedrag van energiebedrijven
met grote risico’s voor consumenten?
Antwoord 14
Ja, ik vind het wenselijk dat consumenten makkelijk kunnen overstappen naar andere
energiebedrijven in geval van een variabel of dynamisch contract. Dit bevordert de
concurrentie tussen verschillende leveranciers. Het is belangrijk dat de consument
goed beschermd is. Onlangs zijn de eisen aan leveranciers aangescherpt door de ACM
en deze aangescherpte eisen worden door de ACM reeds toegepast in de toezichtspraktijk.
Bij een vast contract lopen energiebedrijven een hoog risico als consumenten gedurende
de looptijd van het contract te gemakkelijk kunnen overstappen. Om die reden zijn
in januari 2023 nieuwe regels rondom opzegvergoedingen gepubliceerd door de ACM. De
opzegvergoeding sluit daardoor meer aan bij het verlies dat de leverancier leidt bij
tussentijds overstappen.
Vraag 15
Deelt u de mening dat Nederland één van de meest geliberaliseerde energiemarkten heeft
van Europa? Op basis van welke factoren wordt het niveau van liberalisering bepaald?
Antwoord 15
Op het gebied van productie en levering kent Nederland inderdaad een vergaande mate
van liberalisering. De netwerkinfrastructuur is daarentegen wel in publieke handen.
Dit is indertijd een bewuste keuze geweest bij de inrichting van de energiemarkt.
Op deze manier is de kritische infrastructuur in publieke handen terwijl er op de
consumentenmarkt sprake is van concurrentie en daardoor keuzevrijheid.
Vraag 16
Hoe rijmt het hoge niveau van liberalisering van de Nederlandse energiemarkt met de
relatief hoge energieprijzen die Nederland het afgelopen jaar kende in vergelijking
met andere Europese landen?
Antwoord 16
De prijs die wordt aangeboden in een contract komt tot stand op basis van verschillende
factoren, zoals de inkoopprijs van elektriciteit of gas (die deels wordt bepaald door
de energiemix), de netwerkkosten en nationale heffingen en belastingen, zoals de energiebelasting
en btw. Doordat lidstaten verschillend om kunnen gaan met bijvoorbeeld het heffen
van belasting op energie kunnen verschillen ontstaan in de prijzen. Zo is de Nederlandse
energiebelasting op aardgas aanzienlijk hoger dan de belasting op aardgas in België
en werd de gasprijs in Nederland in juli voor circa 25% door belastingen bepaald,
tegenover slechts 7% in België.
Vraag 17
Welke vormen van regulering van de energiemarkt kennen andere Europese landen, die
bijdragen aan meer stabiliteit en lagere consumentenprijzen? Hoe apprecieert u die
maatregelen?
Antwoord 17
In het kader van de motie Segers/ Marijnissen doe ik onderzoek naar hoe de publieke
belangen in de Nederlandse energievoorziening beter geborgd kunnen worden. In dat
onderzoek wordt tevens gekeken naar de situatie in enkele andere Europese landen en
welke lessen daaruit getrokken kunnen worden.
Vraag 18
Kunt u deze vragen afzonderlijk van elkaar beantwoorden?
Antwoord 18
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.