Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Tony van Dijck over het bericht dat er sinds begin deze eeuw 93 procent van de bankenkantoren is gesloten
Vragen van het lid T. van Dijck (PVV) aan de Minister van Financiën over het bericht dat er sinds begin deze eeuw 93 procent van de bankenkantoren is gesloten (ingezonden 24 januari 2023).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 23 februari 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Bankkantoren met een loep zoeken: ABN heeft er nog
maar 27»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe verklaart u het gegeven dat er sinds begin deze eeuw 93 procent van de bankkantoren
is gesloten? Is dit vooral te verklaren door teruggelopen klantenbezoek? Zo ja, hoe
verklaart u het gegeven dat SNS de meeste bankenkantoren telt in vergelijking met
andere banken?
Antwoord 2
De afgelopen jaren is er sprake van een toenemende mate van digitalisering in de samenleving
en in het betalingsverkeer. In de meest recente bereikbaarheidsmonitor van het Maatschappelijk
Overleg Betalingsverkeer (MOB)2 staat dat banken hun lokale bankkantoren sluiten met het oog op de steeds verdergaande
digitalisering van diensten, onder andere voortkomend uit het streven naar kostenbeheersing.
Consumenten en ondernemers kunnen op dit moment veel dagelijkse bank- en betaaldiensten
via internet doen, waarvoor zij eerder naar een bankkantoor moesten. De afname van
het aantal bankkantoren kan voor een groot deel verklaard worden door een afnemende
vraag naar fysieke dienstverlening.
Tegelijkertijd zijn er ook mensen die afhankelijk zijn van fysieke dienstverlening
of die hier de voorkeur aan geven. Het recente rapport van De Nederlandsche Bank (DNB)
«Digitalisering van het betalingsverkeer: een uitkomst voor de één, een uitdaging
voor de ander»3 benadrukt dit en laat zien dat 1 op de 6 Nederlanders (ongeveer 2,6 miljoen) niet
alle bank- en betaaldiensten zelfstandig uitvoert. Volgens Betaalvereniging Nederland
kiezen individuele banken een eigen strategie op basis van de wensen en gebruikersdynamiek
van hun klanten. Hierdoor wisselt het per bank of zij juist meer of minder fysieke
kantoren willen aanbieden. Hoewel er banken zijn die juist inzetten op fysieke bankkantoren,
zetten de meeste banken in op het aanbieden van fysieke alternatieven, zoals service-
en informatiepunten in winkels of bankmedewerkers die bij klanten thuis langskomen
(financiële zorgcoaches/mobiele adviseurs).
Dat het betalingsverkeer de afgelopen jaren steeds meer digitaal is geworden is ook
terug te zien in de uitfasering van de acceptgiro. Tijdens het mondeling vragenuur
van 31 januari jl. heb ik toegezegd om in de beantwoording van deze vragen schriftelijk
terug te komen op de uitfasering van de acceptgiro. De acceptgiro wordt na 1 juni
2023 niet langer aangeboden in verband met het teruglopende gebruik. Steeds vaker
bieden organisaties alternatieve betaalmethodes aan in plaats van de acceptgiro, zoals
de Europese incasso, een iDEAL QR-code of de standaard betaalinstructie. Volgens cijfers
van Currence, producteigenaar van de acceptgiro, daalt het aantal verwerkte acceptgiro’s
sinds 2020 met 30% per jaar en werden er in 2022 nog 3,1 miljoen acceptgiro’s ingestuurd.
Voor de groep mensen die nog regelmatig gebruik maken van de acceptgiro is het vervelend
dat een vertrouwde papieren betaalmethode verdwijnt. Voor hen zijn papieren alternatieven
voorhanden, zoals de papieren incassomachtiging. Daarnaast maken steeds meer aanbieders
gebruik van de standaard betaalinstructie, waarbij het relatief eenvoudig is om de
gegevens correct over te nemen op een papieren overschrijvingsformulier. De uitfasering
van de acceptgiro is regelmatig onderwerp van bespreking in het MOB. Via dit gremium
blijf ik de uitfasering van de acceptgiro monitoren en aandacht vragen voor alternatieven
voor fysieke bancaire dienstverlening.
Vraag 3
Hoeveel bankkantoren en servicepunten hebben de Nederlandse banken bij elkaar opgeteld?
Kunt u dit per bank uitsplitsen en wat was de dekkingsgraad van bankkantoren in 2020,
2021 en 2022? Hoe heeft het aantal servicepunten zich in de afgelopen eeuw ontwikkeld?
Antwoord 3
Een overzicht van het aantal bankkantoren in Nederland is terug te vinden in de jaarrapportage
van het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB)4 2021. In tabel 1 vindt u een overzicht van het totaalaantal bankkantoren en de dekkingsgraad
in Nederland tussen 2016 en 2021 (laatst beschikbare cijfers). Uit de MOB-jaarrapportage
blijkt dat het aantal bankkantoren is gedaald van 2653 in 2011 naar 726 in 2021. De
bereikbaarheidsmonitor 2021 laat zien dat de dekkingsgraad van bankkantoren 94% is
in 2021.
Het aantal servicepunten wordt niet meegenomen in de officiële rapportage van de banken
aan DNB. Betaalvereniging Nederland heeft wel recent een analyse gemaakt van de aantallen
bankkantoren en servicepunten van grootbanken (zie tabel 2 hieronder). Deze cijfers
verschillen van de cijfers uit de MOB-jaarrapportage en DNB-rapportages als gevolg
van verschillen in onder andere (individuele) consolidatieslagen, het meetmoment dat
is toegepast over de vergelijkingsjaren en de gebruikte definitie van «bankkantoor».
De cijfers kunnen om die reden enkel als een indicatie beschouwd worden. Zoals blijkt
uit tabel 2 bieden niet alle banken een servicepunt aan. Deze banken bieden alternatieven
aan voor fysieke dienstverlening, zoals de eerdergenoemde financiële zorgcoaches of
mobiele adviseurs.
Naar aanleiding van het hiervoor genoemde DNB-rapport hebben de Nederlandse Vereniging
van Banken en de Betaalvereniging Nederland namens de vier grootbanken een statement
gepubliceerd5. Hierin spreken zij een versterkt commitment uit om de toegankelijkheid van het betalingsverkeer
te verbeteren, garanderen zij dat niet-digitale klanten gebruik kunnen blijven maken
van niet-digitale basisbankdiensten, zo lang als dat nodig is, en kondigen zij een
aantal acties aan, zowel op de korte als lange termijn, om de toegankelijkheid te
verbeteren. Zo gaan de banken de pilot voor het opzetten van gezamenlijke informatiepunten
in bibliotheken van drie naar ten minste tien locaties opschalen en zetten de banken
in op de uitbreiding en aansluiting op bestaande lokale informatiepunten, zoals de
informatiepunten digitale overheid (IDO). Zoals gezegd tijdens het mondelinge vragenuur
op 31 januari jl., vind ik het belangrijk dat banken voortvarend aan de slag gaan
met de uitvoering van deze aangekondigde acties en ben ik met banken in gesprek over
het exacte plan van de banken, welke investeringen de banken gaan plegen en wat het
tijdspad daarvoor is. Ik informeer uw Kamer – nog voor de aanbieding van de MOB-jaarrapportage
in juni – over de uitkomsten van dit gesprek.
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Aantal bankkantoren
1672
1614
1487
1260
942
726
Dekkingsgraad (naar PC6-gebied)
96,73%
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
93,98%
Dekkingsgraad (naar aantal inwoners)
97,25%
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
96,44%
Vraag 4
Kunt u van de vier grootste banken aangeven hoe hoog de winst was in de afgelopen
vijf jaar (graag per bank en jaar uitsplitsen)? Is er een correlatie met het sluiten
van de bankkatoren en de winst die de banken hebben geboekt?
Antwoord 4
In onderstaande tabel heb ik de winsten en de return on equity (ROE) van de vier grootste banken in de afgelopen vijf jaar op een rij gezet.6 In hoeverre er sprake is van een correlatie tussen de winstgevendheid van banken
en het sluiten van de bankkantoren is op basis van deze cijfers niet te zeggen, daarvoor
zijn meer factoren relevant.
Tabel 3. Winstcijfers per bank tussen 2017 en 2021
2017
2018
2019
2020
2021
ING
Netto winst (mln)
4.905
4.703
4.781
2.485
4.776
Return on Equity
10,2%
11,2%
9,4%
4,8%
9,2%
ABN Amro
Netto winst (mln)
2.791
2.312
2.046
–45
1.234
Return on Equity
14,50%
11,40%
10,00%
–0,80%
6%
Rabobank
Netto winst (mln)
2.674
3.004
2.203
1.096
3.692
Return on Equity
6,70%
7,30%
5,30%
2,70%
8,80%
Volksbank
Netto winst (mln)
329
268
275
174
162
Return on Equity
9,10%
7,60%
7,70%
5,10%
4,70%
Vraag 5
Hoe beoordeelt u de uitspraak van de directeur van het Instituut voor het MKB, Machiel
Hordijk, dat er mogelijk 50.000 mkb-ondernemingen in de komende drie jaar onnodig
failliet zullen gaan, doordat banken niet genoeg persoonlijk aandacht geven aan mkb’ers?7
Antwoord 5
Ik heb onvoldoende zicht op de oorzaken van faillissementen van MKB-ondernemingen
en in hoeverre het ontbreken van persoonlijke aandacht vanuit de bank hier een doorslaggevende
oorzaak van zou kunnen zijn. Dat neemt niet weg dat ik het belangrijk vind dat er
sprake is van een toegankelijk betalingsverkeer en dat zowel particuliere als zakelijke
klanten terecht kunnen bij hun bank om hun bankzaken te regelen en vragen hierover
te stellen.
Er zijn bij de banken diverse ondersteuningsmaatregelen beschikbaar om onnodig faillissement
te voorkomen. Ondernemers kunnen bijvoorbeeld via Geldfit Zakelijk advies krijgen
als er problemen dreigen te ontstaan. Ook is er sinds 2021 met de Wet homologatie
onderhands akkoord (WHOA) de mogelijkheid om bij een levensvatbaar bedrijf tot een
onderhands akkoord te komen om onnodig faillissement te voorkomen.
Vraag 6
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de aangenomen motie
Tony van Dijck (Kamerstuknummer 32 545 nr. 162) om te zorgen voor een landelijk netwerk van bankfilialen, vergelijkbaar met het
netwerk van geldautomaten?
Antwoord 6
In de motie van het lid Van Dijck, ingediend in februari 2022, wordt de regering verzocht
om zorg te dragen voor een landelijk dekkend stelsel van servicepunten8. Deze oproep werd gedaan vanuit de zorg dat veel mensen behoefte hebben aan persoonlijk
advies, zeker de mensen die minder goed thuis zijn in de virtuele wereld. Zoals eerder
aangegeven9 wordt met het werk binnen het MOB tegemoetgekomen aan deze zorgen. In het MOB, waarin
zowel aanbieders als afnemers van het betalingsverkeer vertegenwoordigd zijn, is er
veel aandacht voor de toegankelijkheid van het betalingsverkeer en is er in mei 2021
een Actieplan Toegankelijk Betalingsverkeer (hierna «Actieplan») opgesteld naar aanleiding
van de resultaten van de Bereikbaarheidsmonitor 202110. Dit actieplan wordt uitgevoerd door de banken in samenwerking met DNB en maatschappelijke
organisaties uit het MOB. Het actieplan richt zich op het verbeteren van de bekendheid
van bestaande initiatieven van de banken voor kwetsbare groepen (zoals financiële
zorgcoaches, mobiele adviseurs, service- of informatiepunten of een klantenservice
speciaal beschikbaar voor kwetsbare groepen), het samen met maatschappelijke organisaties
inventariseren van de behoeftes van kwetsbare groepen en passende oplossingen bedenken
waar die nog onvoldoende door bestaande initiatieven kunnen worden afgedekt. Onderdeel
van het Actieplan is ook het opzetten van informatiepunten van de vier grootbanken
gezamenlijk bij alternatieve locaties, zoals bibliotheken. Zoals aangegeven in het
antwoord op vraag 3 hebben de banken aangekondigd om de pilots voor het opzetten van
deze gezamenlijke punten uit te breiden van drie naar ten minste tien locaties.
Vraag 7
Wat is de stand van zaken met betrekking tot het Actieplan Toegankelijk Betalingsverkeer?
Antwoord 7
Sinds het opstellen van het Actieplan in mei 2021 zijn er diverse acties in gang gezet
en wordt het MOB halfjaarlijks geïnformeerd over de voortgang van het Actieplan11. Er zijn verschillende workshops met stakeholders georganiseerd om de acties vorm
te geven, de vier grootbanken hebben allemaal een persoon aangesteld die verantwoordelijk
is voor de bevordering van de toegankelijkheid, banken zijn meer gaan samenwerken
op het gebied van communicatie en training van klanten, en er zijn enkele gezamenlijke
service- en informatiepunten in bibliotheken geopend. Daarnaast hebben Betaalvereniging
Nederland en DNB als onderdeel van de uitvoering van het Actieplan verdiepende onderzoeken
uitgevoerd. Zo heeft Betaalvereniging Nederland in het voorjaar van 2021 onderzoek
uitgevoerd naar slechtzienden en betalen en heeft DNB een breder verdiepend onderzoek
uitgevoerd, het eerdergenoemde onderzoek «Digitalisering van het betalingsverkeer:
een uitkomst voor de één, een uitdaging voor de ander».
DNB heeft naar aanleiding van het onderzoek op 14 februari een workshop georganiseerd
met de banken, belangenorganisaties en andere stakeholders om te bezien hoe de resultaten
van het verdiepende onderzoek kunnen worden omgezet in concrete maatregelen om de
toegankelijkheid voor mensen uit de aandachtsgroepen te verbeteren. Daarnaast hebben
de banken in hun statement naar aanleiding van het DNB-rapport aangekondigd additionele
acties in gang te zetten, aanvullend op de acties uit het Actieplan.
Vraag 8
Bent u bereid zorg te dragen voor het behoud van een landelijk netwerk van bankfilialen
en daarbij tevens een bepaalde norm af te spreken van het aantal beschikbare bankkantoren?
Antwoord 8
Het DNB-rapport laat zien dat niet iedereen in dezelfde mate digitaal vaardig is.
Ik vind het belangrijk dat banken hier rekening mee houden in de dienstverlening die
zij aanbieden en ik pleit er in het MOB voor dat banken vormen van fysieke bancaire
dienstverlening blijven aanbieden voor mensen die dat nodig hebben. Dat kan via een
fysiek bankkantoor, maar ook door het aanbieden van fysieke alternatieven, zoals de
hiervoor genoemde financiële zorgcoaches, mobiele adviseurs, en service- en informatiepunten
in winkels of bibliotheken. Hoewel de meeste banken al een dergelijk alternatief aanbieden
en het Actieplan er onder andere op is gericht om meer bekendheid te genereren voor
deze alternatieven onder de doelgroep, laat het DNB-rapport zien dat niet iedereen
goed bekend is met deze initiatieven. De banken hebben in hun statement een versterkt
commitment uitgesproken en aangekondigd additionele acties op te zetten, waaronder
het uitbreiden van de gezamenlijke informatiepunten in bibliotheken. Ik vind het positief
dat banken hun verantwoordelijkheid nemen naar aanleiding van het DNB-rapport, maar
natuurlijk staat of valt dit met de precieze uitvoering van het aangekondigde versterkte
commitment. Ik vind het daarom belangrijk dat banken voortvarend aan de slag gaan
met het uitvoeren van de uitgesproken intenties. Zoals toegezegd tijdens het mondelinge
vragenuur op 31 januari jl., ben ik met banken in gesprek over hun exacte plan, welke
investeringen de banken gaan plegen en wat het tijdspad daarvoor is. Net als voorgaande
jaren informeer ik uw Kamer in juni, via de MOB-jaarrapportage, over de toegankelijkheid
van het betalingsverkeer. Daarnaast informeer ik uw Kamer nog voor de aanbieding van
de MOB-jaarrapportage over de uitkomsten van het gesprek met de banken over hun precieze
plannen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.