Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda OJCS-Raad 7 van maart 2023 (onderwijsdeel)(Kamerstuk 21501-34-393)
2023D07891 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties
                     de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over de:
                  
– brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 20 februari 2023 inzake
                           geannoteerde agenda OJCS-raad van 7 maart 2023 (onderwijs) (Kamerstuk 21 501-34, nr. 393);
                        
– brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap d.d. 17 februari 2023 inzake
                           verslag van de OJCS-Raad van 28 en 29 november 2022 (Onderwijs Cultuur/AV) (Kamerstuk
                           21 501-34, nr. 392).
                        
De voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
De adjunct-griffier van de commissie,
Bosnjakovic
Inhoud
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
– Inbreng van de leden van de VVD-fractie
– Inbreng van de leden van de D66-fractie
– Inbreng van de leden van de Volt-fractie
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
               
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken voor
                  de OJCS-Raad van 7 maart 2023. De leden hebben hierover geen vragen.
               
Inbreng van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de stukken ten
                  behoeve van de vergadering van de OJCS-Raad van 7 maart 2023. Zij hebben daarover
                  nog enkele vragen.
               
Ontwikkelingen in Nederland
De leden van de D66-fractie lezen in het verslag van de OJCS-Raad van 28 november
                  dat de Commissie heeft aangekondigd om in 2025 een opleiding te willen verzekeren
                  aan 1 miljoen talenten op het gebied van «deep tech». Kan de Minister toelichten op
                  welke manier hieraan in Nederland invulling zal worden gegeven? Daarnaast lezen de
                  leden dat er in maart 2022 elf «Teacher Academies» gelanceerd zijn. Kan de Minister
                  reflecteren op de ervaring van de Nederlandse deelnemende instellingen?
               
Vaardigheden voor de groene transitie
De leden van de D66-fractie zijn positief over het voorstel vaardigheden voor de groene
                  transitie. Zij lezen dat de lidstaten bij de invoering van de maatregelen ruimte krijgen
                  om hierbij rekening te houden met hun nationale context. In hoeverre hebben lidstaten
                  een verplichting om te werken aan het ontwikkelen van dit beleid? Bestaat volgens
                  de Minister de kans dat sommige lidstaten beperkte stappen zullen zetten? De leden
                  verzoeken de Minister hier in dit geval aandacht voor te vragen.
               
Balans inkomende en uitgaande mobiliteit
Nuffic heeft onderzoek gedaan naar de uitgaande mobiliteit van Nederlandse studenten.1 Nuffic signaleerde een disbalans in de diplomamobiliteit: het gemiddelde Nederlandse
                  studenten dat deelneemt aan diplomamobiliteit ligt onder het EU2-gemiddelde van 3,3% en zelfs vrij ver onder het OECD3-gemiddelde van 5,9%. Tegelijkertijd liggen de cijfers van inkomende diplomamobiliteit
                  ver boven de EU-en OECD-gemiddelden. De leden van de D66-fractie vinden het belangrijk
                  dat de mobiliteit in balans is. De leden verzoeken de Minister het belang aan te geven
                  van een balans in de uitgaande mobiliteit van studenten binnen de EER4.
               
Budget voor onderwijs en onderzoek
De leden van de D66-fractie zijn benieuwd naar de ontwikkelingen rondom de budgetten
                  van de Europese Unie met het oog op de Europese reactie op de Amerikaanse Inflation
                  Reduction Act. Voorziet de Minister verschuivingen in financiële prioriteiten binnen
                  het onderwijsbudget? Of voorziet de Minister mogelijke bezuinigingen op het Europese
                  onderwijsbudget? Het Nederlandse onderwijs profiteert van deze budgetten: de dertien
                  allianties met een Nederlandse partner hebben in totaal ongeveer € 148,6 miljoen ontvangen
                  vanuit Erasmus+ en Horizon 2020 sinds 2019. Daarnaast zijn Nederlandse onderzoekers
                  succesvol in het verwerven van Europese onderzoeksgelden en zijn daarvan soms zelfs
                  afhankelijk. De leden vinden Europese investeringen in onderwijs en onderzoek mede
                  daarom van groot belang. Ziet de Minister reden om daar aandacht voor te vragen?
               
Inbreng van de leden van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben kennisgenomen van de agenda voor de OJCS-Raad.
                  Met betrekking tot het onderwijsdeel hebben zij kennisgenomen van het initiatief onder
                  het Zweeds voorzitterschap om te focussen op vaardigheden voor de groene transitie.
                  Als onderdeel van het Europese Jaar van de Vaardigheden en ter verdere stimulering
                  van uitwisseling van vaardigheden voor onder andere de groene transitie, hebben deze
                  leden tijdens het afgelopen OCW-begrotingsdebat een motie ingediend die de regering
                  verzocht om zich in de Raad van Ministers nadrukkelijk in te spannen voor wederzijdse
                  erkenning van mbo5-diploma’s tussen Europese lidstaten, met als voornaamste inzet het wegnemen van barrières
                  voor de maatschappelijk cruciale sectoren6. De leden vragen het volgende: op welke manier zal de Minister zich hiervoor – in
                  navolging van de aangenomen motie van het lid Dassen c.s.7 – tijdens de aankomende Raad inspannen? Is de Minister bereid dit onderwerp – het
                  verder brengen van de wederzijdse erkenning van diploma’s tussen EU-lidstaten concreet
                  te agenderen voor een van de volgende OJCS-Raden? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?
                  Tot slot vragen de leden wat de exacte inzet van het kabinet is richting de beoogde
                  finalisering van de European Education Area op het gebied van microcredentials, c.q. de erkenning en waardering van leerervaringen
                  door de Europese Unie. Kan de Minister uitgebreid ingaan op de kabinetsinzet op dit
                  punt, inclusief concrete acties die het kabinet onderneemt om deze mijlpaal in 2025
                  te helpen bereiken?
               
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
               
          Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
