Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over onderzoeksrapport naar splitsingsmethoden bij warmtekrachtkoppelingen (Kamerstuk 36200-IX-16)
2023D03870 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 1 februari 2023 enkele vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Financiën over zijn op 16 december 2022 toegezonden brief
inzake het onderzoeksrapport naar splitsingsmethoden bij warmtekrachtkoppelingen (Kamerstuk
36 200 XI, nr. 16).
De voorzitter van de commissie,
Tielen
De adjunct-griffier van de commissie,
Lips
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het onderzoeksrapport naar splitsingsmethoden
bij warmtekrachtkoppelingen (WKK).
De leden van de VVD-fractie hechten er waarde aan dat bij de nieuwe methode van splitsing
er zo min mogelijk (het liefst geen) extra administratieve lasten zijn voor ondernemers
en andere gebruikers. Deze leden vragen de Staatssecretaris daar zorgvuldig op toe
te zien.
De leden van de VVD-fractie vragen wanneer de resultaten van het onderzoek met de
verschillende belanghebbenden worden besproken en wat de uitkomsten van die gesprekken
zijn. Deze leden vragen de Staatssecretaris om de Kamer hiervan op de hoogte te houden.
Deze leden vragen tevens of voor het vervolgtraject wordt overwogen om het Adviescollege
Toetsing Regeldruk (ATR) te vragen voor advies met betrekking tot administratieve
lasten.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het rapport over de verschillende
WKK-splitsingsmethodes.
Deze leden delen het streven van de onderzoekers om een balans te vinden tussen administratieve
lasten, zuivere meting en de prikkel om zo efficiënt mogelijk om te gaan met aardgas.
Deze leden verzoeken de Staatssecretaris om de Kamer tijdig terug te koppelen over
het gesprek met de stakeholders – uiterlijk voor de zomer –, opdat de Kamer in staat
wordt gesteld om richting te geven aan de uiteindelijke vormgeving in het pakket Belastingplan
2024.
De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris nader in te gaan op de allocatie
op basis van elektrisch rendement. Betekent dit dat alle warmteopwekking belastbaar
is voor de energiebelasting? Wordt de vrijgestelde elektriciteitsopwekking hier gemeten
door hoeveel de installatie produceert of door te meten hoeveel uiteindelijk aan het
publieke net wordt geleverd? Kan de Staatssecretaris nader ingaan op welke verliezen
en eigengebruik van de installatie bij elektriciteitsopwekking er buiten beeld blijven
in deze rekenmethode? Heeft deze methode verschillende effecten voor STEG-eenheden,
gasturbines en gasmotoren ten opzichte van elkaar?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van het onderzoeksrapport naar splitsingsmethoden
bij warmtekrachtkoppelingen en hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de PVV-fractie verzoeken de Staatsecretaris om de financiële consequenties
van het afschaffen van de inputvrijstelling voor WKK’s (Warmte-Kracht-Koppeling) in
kaart te brengen voor sectoren die hier gebruik van maken. Kan de Staatssecretaris
hierbij specifiek aandacht besteden aan de financiële gevolgen voor de land- en tuinbouwsector
die veruit beschikt over de meeste WKK-installaties (2.337 van de 2.761)?
De leden van de PVV-fractie verzoeken de Staatsecretaris voorts om de gevolgen, van
het afschaffen van de inputvrijstelling voor WKK’s, voor de internationale concurrentiepositie
per sector in kaart te brengen.
Tot slot verzoeken de leden van de PVV-fractie de Staatsecretaris om aan te geven
op welke termijn het kabinet in gesprek gaat met direct belanghebbenden omtrent de
onderzoeksresultaten en op welke termijn de Kamer hierover terugkoppeling kan verwachten.
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van het rapport over splitsingsmethodes
van Warmtekrachtkoppelingsinstallaties (WKK’s).
Deze leden wijzen erop dat momenteel een inputvrijstelling geldt van de energiebelasting
voor het gebruik van aardgas van WKK’s. In het Coalitieakkoord is afgesproken dat
deze inputvrijstelling wordt beperkt tot het aardgas dat wordt aangewend voor de productie
van elektriciteit die wordt geleverd aan het net. Deze leden hebben een aantal vragen
naar aanleiding van de sindsdien sterk gestegen energieprijzen en het onderzoeksrapport.
Deze leden vragen dat in het licht van de sterk gestegen energieprijzen of het klopt
dat de gasprijs per joule relatief aan de elektriciteitsprijs per joule lager is geworden.
Welke gevolgen heeft dit voor de inzet van WKK’s? Deze leden kunnen zich voorstellen
dat dit het voor WKK-bezitters rendabeler maakt om elektriciteit te produceren. Klopt
dit, en welke effecten brengt dit in den brede met zich mee? Neemt de budgettaire
opbrengst van de beperking van de inputvrijstelling hiermee toe? In het verlengde
hiervan vragen deze leden wanneer de Staatssecretaris met een analyse komt van deze
en mogelijke andere interactie-effecten.
Hiernaast vragen deze leden naar de impact van de beperking van de inputvrijstelling
op specifieke sectoren. Op welke sectoren – en welke deelgebieden binnen die sectoren
– is volgens de Staatssecretaris de impact het grootst en hoe neemt de Staatssecretaris
dit mee in de weging ten aanzien van de uitvoering van deze maatregel? Klopt het dat
deze maatregel gelet op het degressieve karakter van de energiebelasting met name
nadelig uitpakt voor kleinere verbruikers en hoe neemt de Staatssecretaris dit feit
mee in de uitwerking van de maatregel? Is het mogelijk om met de berekeningsmethode
sectoren die zwaarder geraakt worden door deze maatregel tegemoet te komen? Voorts
vragen deze leden of een vlaktaks in de energiebelasting een probaat middel is om
dit herverdelingseffect te mitigeren en of een dergelijke vlaktaks bezien vanuit effectief
klimaatbeleid en het beginsel van «de vervuiler betaalt» een verbetering zou zijn
van het huidige stelsel van energiebelastingen.
Tot besluit vragen deze leden of de Staatssecretaris momenteel overweegt om ook andere
inputvrijstellingen – of vrijstellingen in bredere zin – te beperken.
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft met belangstelling kennisgenomen van de brief van
de Staatssecretaris.
Aardgas dat gebruikt wordt in een installatie die elektriciteit opwekt met een elektrisch
rendement van minimaal 30 procent wordt vrijgesteld van energiebelasting, constateert
dit lid. In het huidige regeerakkoord staat dat deze vrijstelling beperkt wordt tot
het aardgas dat wordt aangewend voor de productie van elektriciteit die wordt geleverd
aan het net. Hierdoor is het voornemen om per 1 januari 2025 het aardgas en elektriciteitsverbruik
dat voor de productie van warmte en/of eigen verbruik van elektriciteit wordt aangewend
wél te belasten. Het lid van de BBB-fractie hoort graag van de Staatssecretaris wat
de nadelen en mogelijke risico’s op het gebied van de Nederlandse elektriciteitsvoorziening
zijn die horen bij deze voorgenomen maatregel. Vindt de Staatssecretaris ook dat de
WKK’s een essentiële rol spelen in het uitbalanceren van de vraag en aanbod aan energie
en dus de capaciteit ervan niet in gevaar gebracht mag worden?
Als deze extra belastingmaatregel wordt doorgevoerd zoals het voornemen van dit kabinet
is, is in de ogen van dit lid een methode nodig om vast te stellen welk deel van het
aardgasverbruik van deze WKK’s is toe te delen aan elektriciteit die aan het net geleverd
wordt: een «splitsingsmethode».
Dit lid stelt vast dat uit de wens van het Ministerie van Financiën en de Belastingdienst
en afwegingen betreft beleidswensen volgt dat in geval van efficiënte elektriciteitsopwekking
uit aardgas methode 2 «elektrisch rendement» de meest geschikte methode is. Dit houdt
in dat de vrijstelling wordt vastgesteld op basis van de verhouding van elektriciteitsopwekking
per (toegerekende) energie-eenheid aardgasverbruik van de installatie. Dat is ook
voor het lid van de BBB-fractie de meest logische aanpak als deze extra belastingmaatregel
wordt doorgevoerd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.Z.C.M. Tielen, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
W.A. Lips, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.