Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid van Haga over de protesten in Iran
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de protesten in Iran (ingezonden 16 december 2022).
Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 20 januari 2023).
Vraag 1
Heeft de Nederlandse overheid contact met Iraanse democratische bewegingen en mensenrechtenactivisten
en ondersteunt de Nederlandse overheid hen?
Antwoord 1
Sinds de start van de protesten in september jl. heb ik, evenals andere leden van
het kabinet, meermaals gesproken met leden van de Iraanse gemeenschap in Nederland
over de situatie in Iran. Laatstelijk op 10 januari jl. heb ik gezamenlijk met de
Minister-President een delegatie Iraanse Nederlanders ontvangen. Tijdens die bijeenkomst
is gesproken over de ervaringen van de deelnemers, de Nederlandse inzet en mogelijke
handelingsperspectieven voor het kabinet – waaronder ondersteuning van mensenrechtenactivisten.
Conform Tweede Kamer Motie van het lid Jasper van Dijk (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1985) zal het kabinet deze contacten voortzetten en de Iraanse gemeenschap blijven raadplegen
over mogelijke maatregelen.
Vraag 2
Wat heeft het kabinet gedaan om protesterende Iraniërs te helpen?
Antwoord 2
Het kabinet heeft Iran vanaf het begin van de protesten herhaaldelijk opgeroepen om
het (dodelijke) geweld tegen demonstranten te staken, mensenrechten te respecteren
en daders ter verantwoording te roepen. Dit doet Nederland via alle kanalen, zowel
voor als achter de schermen en zowel bilateraal, via de EU als in multilateraal verband.
Op 9 december en 22 december jl. heb ik met de Iraanse Minister van Buitenlandse Zaken
gesproken en nogmaals de ernstige zorgen over de mensenrechtensituatie in Iran in
heldere taal overgebracht. Op 15 december jl. heb ik tevens de Iraanse ambassadeur
in Nederland ontboden vanwege de executies van twee jonge demonstranten op 8 en 12 december
jl. Daarbij heb ik bovengenoemde boodschappen nogmaals onderstreept en specifiek opgeroepen
om af te zien van nieuwe executies. In respons op de executie van twee demonstranten
in Iran op 7 januari 2023 heb ik opnieuw de Iraanse ambassadeur ontboden en deze executies
veroordeeld. Nederland heeft tevens andere EU lidstaten opgeroepen hetzelfde te doen.
Naar aanleiding van de executie van een Brits-Iraanse burger is de Iraanse ambassadeur
op 16 januari wederom ontboden en aangesproken op de zeer slechte mensenrechtensituatie.
Daarnaast wordt momenteel – mede op initiatief van Nederland – een vierde pakket mensenrechtensancties
voorbereid.
Vanwege de ernstige zorgen over een gebrek aan gerechtigheid en een eerlijk rechtsproces
in Iran zelf, blijft Nederland daarnaast inzetten op het internationaal ter verantwoording
roepen van daders van mensenrechtenschendingen in Iran. Binnen de VN-Mensenrechtenraad
was Nederland cosponsor van de speciale zitting over Iran op 24 november 2022, waar
met grote meerderheid een resolutie werd aangenomen voor een onafhankelijke Fact Finding Mission. Dit is een belangrijk instrument om bewijzen van mensenrechtenschendingen te verzamelen
en deze schendingen internationaal aan de kaak te stellen.
Vraag 3
Wat onderneemt het kabinet op Europees niveau voor actie tegen de repressie in Iran
en hoe toont het support voor Iraniërs die protesteren?
Antwoord 3
Mede op initiatief van Nederland is inmiddels een significant aantal personen en entiteiten
op grond van het EU Iran mensenrechtenregime gesanctioneerd en zijn ook sancties vanwege
Iraanse droneleveranties ingesteld. Dit betekent concreet dat het verboden is om vanuit
de EU handel te drijven met Iraanse personen of entiteiten die zijn gesanctioneerd
onder het EU Iran mensenrechtensanctieregime of die zijn gesanctioneerd ten aanzien
van de dronesleveranties van Iran aan Rusland. Ook mogen de personen op de lijst de
EU niet inreizen. Het kabinet onderzoekt tevens de mogelijkheden om deze maatregelen
uit te breiden. Mede op initiatief van Nederland heeft de Raad Buitenlandse Zaken
op 12 december 2022 een derde pakket aan mensenrechtensancties op Iran aangenomen.
Aanvullende sancties zijn in voorbereiding.
Ook heeft Nederland zich in EU-verband ingezet voor de verwijdering van Iran uit de
VN CSW, met als oogmerk dat de EU lidstaten die zitting hebben in ECOSOC stemden voor
de door VS ingediende resolutie die daarin voorziet. Zelf heb ik hier ook voor gepleit
bij de Raad Buitenlandse Zaken van 12 december 2022. Op 14 december 2022 stemden alle
EU lidstaten voor de verwijdering van Iran uit de VN CSW.
Vraag 4
Zijn er Nederlanders of Iraans-Nederlanders opgepakt in Iran de afgelopen tijd? Als
dat het geval is, om hoeveel mensen gaat het en wat heeft de regering gedaan voor
deze Nederlanders?
Antwoord 4
Er is momenteel één casus bekend van een Nederlander die is opgepakt in relatie tot
de onrusten in Iran. Zoals ook aangegeven in de beantwoording van Kamervragen van
het lid Sjoerdsma d.d. 23 december 2022 met kenmerk 2022Z21781 verleent Nederland consulaire bijstand in deze casus. Het Ministerie van Buitenlandse
Zaken staat tevens in contact met de familie van deze Nederlander, maar doet geen
(publiekelijke) uitspraken over individuele casuïstiek.
Vraag 5
Daar waar de grote repressie en het geweld door het Iraanse regime tot een vluchtelingenstroom
kunnen leiden, voelt Nederland zich verantwoordelijk om deze mensen op te vangen en
een veilige haven te bieden?
Antwoord 5
Een ieder die stelt te vrezen voor vervolging kan in Nederland een asielaanvraag indienen.
Indien aannemelijk is dat een persoon bij terugkeer vervolgd wordt of een reëel risico
loopt op ernstige schade of onmenselijke behandeling, geeft dit recht op internationale
bescherming. Dit is echter een individuele beoordeling. Er kan niet in generieke zin
gesteld worden dat alle personen die uit Iran naar Nederland komen per definitie internationale
bescherming zullen verkrijgen.
Vraag 6
Bent u van plan om naar Mahsa Amini en haar dood onderzoek te laten doen?
Antwoord 6
Nederland heeft sinds september jl. de Iraanse autoriteiten meermaals opgeroepen om
een gedegen, transparant en onpartijdig onderzoek in te stellen naar de dood van Mahsa
Amini. Deze boodschap heb ik in september jl. overgebracht in een gesprek met de Iraanse
Minister van Buitenlandse Zaken tijdens de Algemene Vergadering van de VN in New York
en sindsdien ook publiekelijk herhaald. Diezelfde boodschap is tevens in heldere bewoordingen
kenbaar gemaakt in gesprekken op hoog-ambtelijk niveau met de Iraanse Ambassadeur
in Den Haag als ook door de Nederlandse Ambassadeur in Teheran in zijn gesprekken
met de Iraanse autoriteiten aldaar. Ook heeft Nederland hiervoor gepleit in multilateraal
verband, waaronder in de VN-Mensenrechtenraad. Nederland blijft onverminderd oproepen
tot een gedegen en onpartijdig onderzoek naar de dood van Mahsa Amini.
Vraag 7
Is of wordt de Iraanse ambassadeur ter verantwoording geroepen voor de harde repressie
van de protesten, het geweld tegen demonstranten en discriminatie van etnische minderheden?
Antwoord 7
Zie mijn antwoorden op vraag 2 en 6.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.