Schriftelijke vragen : Het bericht dat bijna alle slachtoffers van het Essex-drama in Nederland zijn geweest
Vragen van de leden Van Nispen en Jasper van Dijk (beiden SP) aan de Minister en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht dat bijna alle slachtoffers van het Essex-drama in Nederland zijn geweest (ingezonden 7 december 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Bijna alle slachtoffers van Essex-drama zijn
in Nederland geweest»?1
Vraag 2
Wat is daarop uw reactie?
Vraag 3
Sinds wanneer bent u op de hoogte van het feit dat niet twee, maar 38 van de 39 slachtoffers
op enig moment in Nederland zijn geweest, zoals zou blijken uit een vergelijking van
vingerafdrukken?2
Vraag 4
Kunt u aangeven in welk kader de vingerafdrukken van deze 38 Vietnamezen in Nederland
zijn afgenomen die later in Essex dood aan zijn getroffen? In hoeverre is bekend hoe
de 38 Vietnamezen anders dan Hieu en Quyen in de koeltruck in Essex zijn beland?
Vraag 5
Waarom is de Kamer niet geïnformeerd over het feit dat niet twee, maar 38 van de slachtoffers
op enig moment in Nederland zijn geweest ondanks de aandacht vanuit de Kamer voor
de aanleiding tot het Essex-drama?
Vraag 6
Waarom is dit feit niet naar voren gekomen in het onderzoek naar het Essex-drama dat
door het Expertisecentrum Mensenhandel en Mensensmokkel is uitgevoerd? Kunt u dit
toelichten?
Vraag 7
Wat is uw reactie op de constatering in het rapport van Myria inzake Hieu en Quyen
dat Nederland het volgende verzoek via Europol bij de Belgische autoriteiten indiende:
«urgentie spoed, betreft een mensensmokkelzaak waarbij minderjarige Vietnamezen betrokken
zijn»?3
Vraag 8
Hoe verhoudt dit verzoek zich tot het Nederlandse narratief dat bij het volgen van
Hieu en Quyen het doorlatingsverbod niet van toepassing was omdat er geen verdenking
van mensensmokkel bestond?
Vraag 9
Bent u nog altijd van mening dat Vietnamese alleenstaande minderjarige vreemdelingen
Nederland als transitland beschouwen en daardoor kort in Nederland zijn, waardoor
Nederland beperkt is in de mogelijkheden om mensenhandel en -smokkel van Vietnamezen
te bestrijden zoals eerder is medegedeeld? (Kamerstuk 27 062, nr. 110)
Vraag 10
Hoe beschouwt u in het licht van het bovenstaande de conclusie van het rapport van
Myria dat Vietnamezen betrokken zijn bij verschillende vormen van criminaliteit die
aan mensenhandel en -smokkel te relateren zijn?
Vraag 11
Wat zeggen deze nieuwe onthullingen volgens u over de rol van Nederland in de mensenhandel
van Vietnamezen?
Vraag 12
Erkent u dat het de mensenhandel en -smokkel in Vietnamezen de afgelopen jaren ten
onrechte te hebben gebagatelliseerd? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 13
Hoe heeft Nederland de aanpak van mensenhandel in Vietnamezen geïntensiveerd sinds
2019?
Vraag 14
Bent u bereid om in het licht van deze nieuwe feiten een nieuw onderzoek te laten
doen naar de rol van Nederland in de mensenhandel en -smokkel van Vietnamezen en vormen
van criminaliteit die aan mensenhandel en -smokkel te relateren zijn?
Indieners
-
Gericht aan
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Indiener
Michiel van Nispen, Kamerlid -
Medeindiener
J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.