Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden van Raan en Vestering over de Tijdelijke regeling groot onderhoud banenstelsel Schiphol 2023 en de natuurvergunning voor dit groot onderhoud
Vragen van de leden Van Raan en Vestering (beiden PvdD) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en voor Natuur en Stikstof over de Tijdelijke regeling groot onderhoud banenstelsel Schiphol 2023 en de natuurvergunning voor dit groot onderhoud (ingezonden 11 november 2022).
Antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 5 december
            2022).
         
Vraag 1
            
Heeft Schiphol een natuurvergunning aangevraagd voor de stikstofuitstoot die veroorzaakt
               zal worden met de werkzaamheden die genoemd zijn in de Tijdelijke regeling groot onderhoud
               banenstelsel Schiphol 2023? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is deze ook afgegeven?
            
Antwoord 1
            
Schiphol is verantwoordelijk voor de planning en uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden
               op de luchthaven Schiphol.
            
Schiphol heeft geen afzonderlijke natuurvergunning aangevraagd en dat is ook niet
               nodig voor het voorgenomen baanonderhoud in 2023, als bedoeld in de Tijdelijke regeling
               groot onderhoud banenstelsel Schiphol 2023. Het is namelijk vaste jurisprudentie dat
               beheer en onderhoud van het project daar onlosmakelijk onderdeel van uitmaakt. Dat
               betekent dat als er toestemming is voor een project op de Europese referentiedatum,
               het beheer en onderhoud deel uitmaakt van de referentiesituatie en sprake is van bestaand
               gebruik dat niet beoordeeld hoeft te worden. Voor zover er geen sprake is van bestaand
               gebruik op de Europese referentiedatum, behoort het baanonderhoud onderdeel uit te
               maken van (de passende beoordeling die ten grondslag ligt aan) de reeds ingediende
               aanvraag voor een natuurvergunning voor de operaties op Schiphol
            
Het bevoegd gezag – de Minister voor Natuur en Stikstof – ziet daarop toe en behandelt
               momenteel die vergunningaanvraag.
            
Inmiddels is op 22 november jl. een handhavingsverzoek ingediend met betrekking tot
               groot baanonderhoud. Dat verzoek wordt door de Minister voor Natuur en Stikstof behandeld,
               zodat in de beantwoording van deze vragen niet op de uitkomst daarvan kan worden vooruitgelopen.
               Op dit verzoek wordt beslist binnen de daarvoor gestelde termijn van 8 weken. Zodra
               een beslissing op het handhavingsverzoek is genomen, zal de Minister voor Natuur en
               Stikstof de Kamer daarover informeren en de vragen 2 tot en met 9 beantwoorden. Op
               dit moment kan hierop, gelet op het ingediende handhavingsverzoek, niet vooruit worden
               gelopen.
            
De rol van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat is beperkt tot het verlenen
               van vrijstellingen van regels in het Luchthavenverkeerbesluit voor het baan- en routegebruik
               en het vaststellen van vervangende regels en grenswaarden geluid vanwege het afwijkende
               baangebruik tijdens de onderhoudsperioden. De Tijdelijke regeling groot onderhoud
               banenstelsel Schiphol 2023 voorziet hierin en staat los van eventuele vergunningen
               die Schiphol nodig heeft om het baanonderhoud uit te kunnen voeren, inclusief de vereiste
               toestemmingverlening ingevolge de Wet natuurbescherming door de Minister voor Natuur
               en Stikstof.
            
Vraag 2
            
Kunt u de aanvraag (en mogelijke beoordeling) delen met de Kamer? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 3
            
Deelt u de mening dat, zeker nu de bouwvrijstelling is vervallen, voor deze activiteit
               een passende beoordeling gemaakt moet worden, waaruit kan blijken dat deze een natuurvergunning
               behoeft? Zo nee, waarom niet? Zo ja, is deze passende beoordeling gemaakt en wat kwam
               hier uit? Kunt u deze delen met de Kamer?
            
Antwoord 3
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 4
            
Kunt u uitsluiten dat deze activiteiten significante negatieve effecten hebben op
               een Natura 2000-gebied? Zo ja, op welke manier? Zo nee, hoe groot zijn die significante
               negatieve effecten dan?
            
Antwoord 4
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 5
            
Hoeveel stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden wordt er veroorzaakt (en op welke)
               door de 5.600 vrachtwagenbewegingen die nodig zijn om het bestaande asfalt af te voeren?
            
Antwoord 5
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 6
            
Hoeveel stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden wordt er veroorzaakt (en op welke)
               door de 5.400 vrachtwagenbewegingen die nodig zijn om het nieuwe asfalt aan te voeren?
            
Antwoord 6
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 7
            
Hoeveel stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden wordt er veroorzaakt (en op welke)
               door de overige activiteiten die zullen plaatsvinden?
            
Antwoord.
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 8
            
Hoeveel stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden wordt er veroorzaakt (en op welke),
               doordat het vliegverkeer op de andere banen tijdelijk toeneemt, omdat de baan waar
               onderhoud aan plaatsvindt tijdelijk buiten gebruik wordt gesteld en dit op de andere
               banen moet worden verwerkt?
            
Antwoord 8
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 9
            
Deelt u de stelling dat de mogelijk lagere stikstofdepositie op het ene Natura 2000-gebied
               (door buitenwerkingstelling van de baan) niet verrekend mag worden met de toegenomen
               depositie op een ander gebied (door het toegenomen verkeer daar)? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 9
            
Zie het antwoord op vraag 1.
Vraag 10
            
Kunt u aangeven hoe is gekomen tot de aantallen van 5.400 en 5.600 vrachtwagenbewegingen
               en hoe groot de post «onvoorzien» is?
            
Antwoord 10
            
De aantallen volgen volgens Schiphol uit de omvang van de te verplaatsen hoeveelheid
               materiaal, gedeeld door het laadvermogen van de vrachtwagen. Het laadvermogen van
               een vrachtauto is 20 m3. De hoeveelheid vrijkomend materiaal bij frezen is 536.000 m2 maal 15 cm dikte, en bedraagt 80.400 m3. Gestort levert dit een volumetoeslag op van 1,4. Het volume van het af te voeren
               materiaal is 112.000 m3 en met vrachtwagens van 20 m3 leidt dit tot 5.600 vrachtwagenbewegingen.
            
De aantallen voor de aanvoer van het asfalt zijn op een vergelijkbare wijze bepaald.
               Het laadvermogen van een asfaltwagen is 26 ton. 140.000 ton totaal gedeeld door 26
               ton per vrachtwagen geeft 5.400 vrachtwagenbewegingen.
            
Vraag 11
            
Hoe zien de berekeningen eruit waarmee is gekomen tot de antwoorden op de bovenstaande
               vragen? Als u die niet kan laten zien, hoe kan de juistheid van de antwoorden dan
               worden bepaald?
            
Antwoord 11
            
De berekeningen zijn aangegeven in het antwoord op vraag 10.
Vraag 12
            
Hoe groot acht u de kans op vertraging of gebrekkige uitvoering, gegeven het feit
               dat de werkzaamheden aan de Zwanenburgbaan plaatsvinden van 2 januari tot en met 19 april,
               terwijl in de regeling ook wordt gemeld dat asfalt niet kan worden verwerkt bij temperaturen
               onder de 10 graden Celsius?
            
Antwoord 12
            
In de planning is rekening gehouden met de weersomstandigheden in deze periode van
               het jaar. De bovenste asfaltdeklaag kan niet bij temperaturen onder 10 graden Celsius
               worden aangebracht. De onderdeklagen van het asfalt kunnen verwerkt worden bij een
               temperatuur tot 5 graden. In de planning is ruimte gereserveerd om eventuele kleine
               verstoringen, die optreden als gevolg van het weer (te lage temperatuur, te nat of
               te veel wind) op te vangen.
            
Vraag 13
            
Hoe denkt u dat de optie van extra nachtwerk op dat punt ruimte in de planning kan
               geven? Acht u het waarschijnlijk dat het in die periode ’s nachts warmer is dan 10
               graden?
            
Antwoord 13
            
De optie van extra nachtwerk geeft volgens Schiphol binnen de geldende kwaliteitskaders
               geen ruimte in de planning. Zo is het in de nacht vaak kouder dan overdag, waardoor
               extra nachtwerk voor onder meer het asfalteren, het aanbrengen en afdichten van kabelsleuven
               of het aanbrengen van markeringen op banen geen ruimte biedt. Verder wordt verwezen
               naar het antwoord op de vragen 12 en 14.
            
Vraag 14
            
Kunt u aangeven waarom geen rekening is gehouden met een mogelijke uitloop van de
               werkzaamheden, terwijl u zelf stelt: «Uit eerdere ervaringen met onderhoudswerkzaamheden
               blijkt dat uitloop van de werkzaamheden een risico blijft»?1
Antwoord 14
            
Bij het opstellen van de regeling is uitgegaan van de door de sector verzochte vrijstellingen.
               Een risico bij het inplannen van werkzaamheden vroeg in het jaar is verstoring door
               weersomstandigheden. Niet-weersafhankelijke werkzaamheden zijn door Schiphol 24/7
               ingepland. Voor weersafhankelijke werkzaamheden geldt dat deze 5 dagen per week zijn
               ingepland. Dit biedt bij slecht weer de mogelijkheid om uit te wijken naar de nachten
               en het weekend. Schiphol heeft aangegeven dat het niet inplannen van nacht- en weekendwerk
               voor weersafhankelijke werkzaamheden op het kritieke pad van de planning is bedoeld
               om uitloop en vertraging door weersinvloeden weer zo spoedig mogelijk op te kunnen
               vangen.
            
Zoals ook is aangegeven in het antwoord op vraag 12, is het aanbrengen van nieuw asfalt
               de belangrijkste kritische factor omdat asfalt niet bij een temperatuur onder 10,
               respectievelijk 5 graden Celsius kan worden verwerkt. Het aanbrengen van asfalt kan
               bovendien niet worden vertraagd of vervroegd vanwege logistieke afspraken met asfaltproducenten.
               Ook is de aanleg van 450 km kabels niet mogelijk onder 5 graden Celsius plaatsvinden,
               vanwege het risico op kabelbeschadiging. Bedradingssleuven in asfalt moeten ook worden
               afgegoten, wat niet mogelijk is onder 5 graden Celsius en bij nat weer. Markeringen
               kunnen dan evenmin worden aangebracht.
            
Het niet inplannen van enige speling leidt tot een onbeheersbare einddatum en uitloop
               van de geplande werkzaamheden, hetgeen ook voor de omgeving ongewenst is. De afgelopen
               jaren heeft Schiphol de onderhoudswerkzaamheden binnen de verleende vrijstellingen
               kunnen uitvoeren. 2021 was een uitzondering. Twee weken aansluitende vrieskou in februari
               zorgde ervoor dat de ingebouwde speling in de planning onvoldoende was om twee weken
               stilstand op te kunnen vangen. Het was toen twee weken niet mogelijk om te werken
               aan de fundering, het asfalt, de baanverlichting en het rijbaanstelsel. In de vorstperiode
               van 6 tot en met 16 februari 2021 waren de ondergrond en de materialen waarmee moest
               worden gewerkt namelijk bevroren. Het werk is op 22 februari 2021 voortgezet, toen
               de ondergrond en de materialen ontdooid waren. Op verzoek van Schiphol is destijds
               de tijdelijke regeling voor het onderhoud aan de Polderbaan verlengd. Het onderhoud
               aan de Aalsmeerbaan in 2022 was overigens twee weken eerder klaar dan gepland.
            
Indien sprake is van uitloop zal afgewogen moeten worden of en in welke vorm de tijdelijke
               regeling dan wordt verlengd.
            
Vraag 15
            
Wat als de regeling vervalt op 18 oktober en de werkzaamheden nog niet afgerond zijn?
Antwoord 15
            
Schiphol dient in geval van uitloop van de onderhoudswerkzaamheden tijdig een verzoek
               te doen om de regeling te verlengen of te wijzigen. Er zal dan worden afgewogen of
               en in welke vorm de tijdelijke regeling dan wordt verlengd.
            
Vraag 16
            
Heeft u een juridische risicoafweging gemaakt voor als het onderhoud niet door kan
               gaan? Zo ja, kunt u deze juridische risicoafweging delen met de Kamer? Zo nee, waarom
               niet?
            
Antwoord 16
            
Nee. Er is geen juridische risicoafweging gemaakt voor de onverhoopte situatie dat
               het onderhoud niet door kan gaan.
            
Voor het jaarlijks groot baanonderhoud wordt voorafgaand door de luchthaven Schiphol
               een aanvraag ingediend voor een vrijstelling van regels in het LVB met betrekking
               tot het baan- en luchtruimgebruik, en het aanpassen van grenswaarden in handhavingspunten
               als gevolg van gewijzigd baan- en luchtruimgebruik. De vrijstelling wordt vervolgens
               door de Minister – na afweging van de betrokken belangen – verleend in de vorm van
               een ministeriële regeling op grond van artikel 8.23 van de Wet luchtvaart. In de afweging
               daarvoor is met name van belang of het moment, omvang en duur van het groot baanonderhoud
               zo gekozen zijn dat het groot baanonderhoud kan worden uitgevoerd met zo min mogelijk
               overlast voor omwonenden. In die afweging staat de noodzaak van het uit te voeren
               groot baanonderhoud niet ter discussie. De luchthaven is namelijk gecertificeerd op
               grond van de Europese regelgeving (EASA) en is verplicht om aan alle in de EASA-regelgeving
               opgenomen veiligheid- en certificeringseisen te blijven voldoen, waaronder ook onderhoud
               valt.
            
Vraag 17
            
Hoe verhoudt de aanpassing van de gebruiks- en geluidsregels zich tot de aanpassingen
               die nodig zijn om de krimp naar 440.000 vliegbewegingen per jaar te regelen?
            
Antwoord 17
            
De wettelijke verankering van het kabinetsbesluit om de capaciteit van de luchthaven
               Schiphol tot 440.000 vliegtuigbewegingen per jaar te beperken, staat los van tijdelijke
               veranderingen in baangebruik en de daardoor optredende geluidseffecten, die noodzakelijk
               zijn om periodiek beheer en baanonderhoud te kunnen realiseren. Baanonderhoud is een
               juridische veiligheidsverplichting die mede voortvloeit uit EASA-regelgeving. De Tijdelijke
               regeling groot onderhoud banenstelsel Schiphol 2023 is opgehangen aan het huidige
               Luchthavenverkeerbesluit. In de regeling wordt toegelicht hoe het gewijzigde baangebruik
               er tijdens de onderhoudsperiode uit ziet. Ook zijn in de regeling vervangende grenswaarden
               voor de geluidbelasting in de handhavingspunten opgenomen.
            
Vraag 18
            
Op welke wijze garandeert u dat er geen PFAS-/PFOS-houdende (of andersoortig vervuilde)
               grond wordt afgevoerd, maar maximaal wordt ingezet op reiniging?
            
Antwoord 18
            
Schiphol heeft aangegeven dat alle PFOS houdende grond die bij werkzaamheden vrijkomt,
               wordt opgeslagen op de aangewezen opslag op Schiphol. Schiphol heeft het initiatief
               genomen met een eigen «PFAS grondreinigingsinstallatie» de met PFAS verontreinigde
               grond op Schiphol te reinigen. De voorbereidingen voor het oprichten van de installatie
               zijn inmiddels gestart.
            
Vraag 19
            
Op welke wijze zal het asfalt verwerkt worden, aangezien verwacht kan worden dat dit
               vervuild is en bekend is dat asfaltcentrales hun verwerkingsproces niet op orde hebben
               waardoor ze veel te veel vervuilende stoffen uitstoten?2
Antwoord 19
            
Circa 60% van het uitkomende asfalt wordt volgens Schiphol direct in het project hergebruikt.
               Het resterende materiaal wordt afgevoerd naar gecertificeerde asfaltmolens en wordt
               elders in het land hergebruikt.
            
Vraag 20
            
Bent u bereid om ervoor te zorgen dat, wanneer dit onderhoud plaatsvindt, dit niet
               gaat leiden tot schade aan natuur, milieu of omwonenden? Zo ja, hoe?
            
Antwoord 20
            
Ja.
Zoals in het antwoord op vraag 16 is toegelicht, wordt alles in het werk gesteld om
               de hinder voor omwonenden als gevolg van beheer en baanonderhoud tot het te beperken.
            
In de beoordeling van een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming wordt door
               het bevoegd gezag (de Minister voor Natuur en Stikstof) zeker gesteld dat geen significante
               effecten voor de natuur optreden.
            
Het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol bepaalt welke operaties op de luchthaven zijn
               toegestaan. Daaraan ligt een milieueffectbeoordeling ten grondslag op basis waarvan
               wordt afgewogen in welke mate die operaties al dan niet leiden tot onaanvaardbare
               negatieve effecten voor het milieu.
            
Vraag 21
            
Waarom heeft u besloten om tijdens de werkzaamheden de regels aan te passen en niet
               besloten de capaciteit van Schiphol te beperken?
            
Antwoord 21
            
Het tijdelijk beperken van de capaciteit (vermindering van het aantal vliegtuigbewegingen)
               tijdens de onderhoudswerkzaamheden is op grond van internationaal recht juridisch
               niet mogelijk en bovendien vanwege procedurevoorschriften, zoals de Balanced Approach
               procedure ingevolge verordening (EU) 598/2014, geen praktisch haalbare optie. Luchtvaartmaatschappijen
               vliegen volgens slots die uitgegeven zijn door de slotcoördinator. De slotcoördinator
               is een onafhankelijk orgaan en verdeelt de slots onder de luchtvaartmaatschappijen
               en is daarbij aan regels gebonden die wereldwijd zijn afgesproken. Er is gewaarborgd
               dat hetzelfde proces en dezelfde regels wereldwijd worden gevolgd waardoor de capaciteit
               op een non-discriminatoire wijze kan worden verdeeld. De luchtvaartmaatschappijen
               behouden hun recht om te vliegen, ongeacht of er wel of geen onderhoud plaatsvindt.
            
Bij elke toegestane capaciteit van de luchthaven Schiphol is sprake van noodzakelijke
               werkzaamheden die in het kader van beheer en baanonderhoud dienen te worden uitgevoerd.
               Ten gevolge daarvan zal altijd sprake zijn van een noodzaak om tijdelijk het baangebruik
               aan te passen tijdens de uitvoering van deze werkzaamheden.
            
Vraag 22
            
Welke voorbereidingen treft u om het aantal start- en landingsbanen op Schiphol te
               reduceren?
            
Antwoord 22
            
Er worden geen voorbereidingen getroffen om het aantal start- en landingsbanen op
               de luchthaven Schiphol te reduceren.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat 
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.