Schriftelijke vragen : De gebrekkige antwoorden aangaande stikstof
Vragen van de leden Van Esch en Vestering (beiden PvdD) aan de Ministers voor Natuur en Stikstof en voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over de gebrekkige antwoorden aangaande stikstof (ingezonden 24 november 2022).
Vraag 1
Kunt u aangeven waarom u bij het wetgevingsoverleg Wonen en Ruimte van 14 november
2022 in reactie op motie van het lid Van Esch stelt dat «het gewoon allemaal een beetje
anders zit (...) middels de bouwvrijstelling is niets vergund»?1
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat er, dankzij de bouwvrijstelling allerlei projecten door mochten
gaan die de overheden anders niet hadden mogen laten doorgaan/vergunnen gezien het
feit dat u stelt dat er middels de bouwvrijstelling niets is vergund?
Vraag 3
Kunt u aangeven hoeveel projecten doorgang hebben gekregen dankzij de bouwvrijstelling
die anders niet hadden mogen worden vergund, vanwege significante effecten? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 4
Kunt u in kaart brengen hoeveel stikstofdepositie er door deze projecten, die zijn
toegestaan op basis van de bouwvrijstelling, is en nog zal worden veroorzaakt? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 5
Gaat u de stikstofdepositie, die dankzij de bouwvrijstelling extra is en zal worden
veroorzaakt maar die niet veroorzaakt had mogen worden vanwege de slechte staat van
de natuur, alsnog compenseren? Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening -
Indiener
E.M. van Esch, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
L. Vestering, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.