Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid De Kort over de naleving van de banenafspraak door het Rijk
Vragen van het lid De Kort (VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de naleving van de banenafspraak door het Rijk (ingezonden 17 oktober 2022).
Antwoord van Minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen
15 november 2022).
Vraag 1
Hoe beoordeelt u de grote verschillen tussen diverse Ministeries aangaande het behalen
van de Banenafspraak om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen, zoals
verwoord in uw recente Kamerbrief?1 Ziet u mogelijkheden om tussen Ministeries bewezen effectieve methodes uit te wisselen,
zoals Binnenwerk en Switch? Zo ja, op welke wijze?
Antwoord 1
De rijksdienst bestaat uit een groot aantal organisaties met zeer uiteenlopende werksoorten
en werkprocessen. Ieder ministerie heeft daardoor te maken met een eigen context waarbinnen
banen gerealiseerd worden voor de doelgroep Banenafspraak. Dat is een gegeven dat
doorwerkt in de realisatie. Ik zie dat alle ministeries hard aan het werk zijn om
de opgave binnen hun ministerie te realiseren. Effectieve methodes worden doorlopend
tussen ministeries uitgewisseld in verschillende netwerken binnen en buiten de sector
Rijk. Switch zorgt voor banen voor medewerkers uit de doelgroep banenafspraak in het
reguliere proces van de Belastingdienst. Switch heeft momenteel ook een aantal ontwikkelteams
met medewerkers banenafspraak voor Douane en Toeslagen. Binnenwerk zorgt voor banen
in verschillende werkprocessen door de hele rijksdienst heen. Binnenwerk realiseert
ook doorlopend samen met ministeries banen in werkprocessen waar dat mogelijk is.
Vraag 2
Binnen welke termijn kan de rijksoverheid wel haar eigen gestelde quotumdoelen realiseren
en welke aanvullende stappen bent u voornemers daartoe te zetten?
Antwoord 2
De realisatie van de banenafspraak is de optelsom van de realisaties door de verschillende
ministeries, die zelf als werkgevers verantwoordelijk zijn voor het realiseren van
het eigen quotum. Om dit proces verder aan te jagen hebben de ministeries en ik een
aantal afspraken gemaakt die zijn toegelicht in mijn brief van 7 oktober jl., namelijk
het naar voren halen van de centrale financieringsconstructie waarmee onder andere
extra Binnenwerkbanen gefinancierd worden en het starten met de inrichting van een
netwerkorganisatie Social Return. Deze aanvullende stappen zullen tot extra banen
leiden naast de inspanningen die ministeries al verrichten. Met deze aanvullende stappen
waarover ik u informeerde is de inzet om de gestelde doelen aan het einde van het
ingroeipad behaald te hebben (namelijk eind 2023). Tegelijkertijd is het belangrijk
om de kwalitatieve doelen na te streven. Daarbij hoort dat we binnen de sector Rijk
zorgen voor duurzame banen.
Vraag 3
Bent u van mening dat er op dit moment een gedeeld verantwoordelijkheidsgevoel voor
het aannemen van mensen met een arbeidsbeperking op Ministeries en binnen het Rijk
is? Zo ja, waarom heeft dit nog niet geleid tot het behalen van de kwantitatieve doelstellingen?
Zo nee, hoe gaat u voor dit gedeelde verantwoordelijkheidsgevoel zorgen?
Antwoord 3
Dat gedeelde verantwoordelijkheidsgevoel zie ik zeker. Dat uit zich onder andere in
de afspraken die de ministeries onderling hebben gemaakt over de extra inzet, waarover
ik uw Kamer in de hiervoor genoemde brief informeerde. Het onderwerp staat bovendien
blijvend op de agenda binnen de interdepartementale overleggen, ook in relatie tot
de voortgang in de realisatie. In mijn brief van 7 oktober jl. heb ik uw Kamer ook
inzicht gegeven in de achterliggende verklaringen voor de huidige realisatie.
Vraag 4
Hoe gaat u ervoor zorgen dat alle niveaus, zowel praktisch als theoretisch opgeleide
mensen met een arbeidsbeperking, actief meegenomen worden in het inclusieve werkgeverschap
van de rijksoverheid?
Antwoord 4
Dat gebeurt op verschillende manieren, zowel in de fase van werving en selectie als
de inclusieve organisatiecultuur. Zo wordt rijksbreed gewerkt aan inclusievere vacatureteksten
en worden trainingen Inclusief Werven en Selecteren aangeboden. Tegelijkertijd worden
verschillende wervingskanalen aangeboden om de doelgroep te bereiken.
Het inclusieve werkgeverschap ziet ook op het plaatsen van mensen uit de doelgroep
in passende functies en rollen (soms met behulp van jobcarving) én te zorgen voor
adequate begeleiding waar nodig. Begeleiding wordt aangepast op de verschillende,
persoonlijke wensen en behoeften- zodat ook collega’s uit de doelgroep Banenafspraak
volop hun talenten kunnen tonen en ruimte krijgen voor doorontwikkeling.
Op het gebied van de inclusieve organisatiecultuur wordt bijvoorbeeld ingezet op bewustwording.
Dit wordt ingezet gericht op zowel leidinggevenden als bij de collega’s met een arbeidsbeperking
en hun collega’s. Inzet vindt dus plaats op alle niveaus bij het Rijk met de insteek
dat de Banenafspraak kansen biedt voor iedereen, bijvoorbeeld omdat werken met collega’s
die een afspiegeling zijn van de maatschappij het werk en de organisatie verrijkt.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het controleren van de naleving van eisen bij aanbestedingen
rondom inclusief werkgeverschap voor mensen met een arbeidsbeperking noodzakelijk
is, ook uit het oogpunt van het tegengaan van concurrentievervalsing? Zo ja, hoe beoordeelt
u het feit dat diverse opdrachtnemers van het Rijk hierover in het rapport van Pescador
aangeven dat er geen controle op de naleving is?2
Antwoord 5
Ja, ik deel de mening dat controle op de naleving van de gestelde eisen van Social
Return noodzakelijk is. Het is onwenselijk dat er op verschillende contracten geen
naleving van de controle plaatsvindt. Momenteel wordt binnen de rijksoverheid gemonitord
of Social Return als eis wordt opgenomen in aanbestedingen. Voor de naleving van contracteisen
is geen monitoring ingericht. Wel zijn er de afgelopen jaren verschillende successen
geboekt met de proeftuinen Social Return van het project Maatwerk voor Mensen. Deze
vorm van samenwerking met leveranciers wordt verder voortgezet binnen de netwerkorganisatie
Social Return. Zoals aangegeven in de kamerbrief is het inrichten van de monitoring
van de naleving één van de eerste actiepunten binnen de nog te vormen nieuwe netwerkorganisatie
Social Return. De netwerkorganisatie zal samen met leveranciers deze monitoring inrichten.
Hierdoor ontstaat inzicht bij departementen in hoeveel banen of andere kansen voor
mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt hun bestedingen aan Social Return oplevert.
Vraag 6
Bent u bereid om de controle op de naleving van contracteisen met betrekking tot inclusief
werkgeverschap voor mensen met een arbeidsbeperking bij aanbestedingen te intensiveren?
Zo ja, op welke wijze bent u voornemers dit te doen?
Antwoord 6
Ja, zoals aangegeven bij het antwoord op vraag 5 is één van de actiepunten uit de
brief dat er een monitoringsysteem wordt ingericht. Daarnaast gaat intensivering plaatsvinden
doordat er een leveranciersaanpak wordt ingericht voor de tien grootste leveranciers
van de vier deelnemende departementen.
Vraag 7
Is er contact met gemeenten om te kijken wat de rijksoverheid kan leren van de wijze
waarop gemeenten met het controleren van deze naleving omgaan? Zo nee, bent u bereid
om dit contact te leggen?
Antwoord 7
Er is in het project Maatwerk voor Mensen in aanloop naar de ontwikkeling van de netwerkorganisatie
Social Return veel contact geweest met verschillende gemeenten waaronder de G4. De
aanpak en werkwijze van de nog in te richten netwerkorganisatie Social Return, inclusief
de genoemde monitoring en naleving van contracteisen, is gebaseerd op de werkwijze
van deze gemeenten.
Vraag 8
Kunt u toelichten hoe de voorgenomen netwerkorganisaties voor het versterken van de
prestaties ten aanzien van de banenafspraak kan bijdragen aan het verbeteren van de
prestaties?
Antwoord 8
De aanpak van de netwerkorganisatie Social Return is erop gericht om contracten van
dezelfde leverancier te bundelen voor wat betreft de uitvoering van Social Return.
Er is dan sprake van leveranciersmanagement op Social Return en niet zozeer van contractmanagement.
Door deze bundeling wordt versnippering van kleine Social Return-verplichtingen met
een relatief korte looptijd tegengegaan. Dit levert voor de kandidaat meer kansen
op om langduriger geholpen te worden en ook daadwerkelijk in te stromen in een meerjarig
duurzame baan en wordt duurzame inzetbaarheid van de kandidaten bevorderd. Daarnaast
kunnen leveranciers beter worden begeleid en kan maatwerk worden toegepast aangezien
leveranciers nog maar één aanspreekpunt hebben binnen de rijksoverheid. De prestaties
worden verbeterd door nauwe samenwerking tussen de rijksoverheid (opdrachtgever, contract-
en leveranciersmanager, HRM) en de leveranciers.
Vraag 9
Zal bij de monitoring en de centrale leveranciersaanpak meer aandacht zijn voor de
naleving van contracteisen?
Antwoord 9
Met de monitoring en de centrale leveranciersaanpak door de netwerkorganisatie bevorderen
wij de samenwerking tussen de leverancier en de rijksoverheid (opdrachtgever, contract-
en leveranciersmanager, HRM). Met de inrichting van een monitoringssysteem, eveneens
tot stand te komen in samenwerking met leveranciers, komt er meer aandacht voor de
naleving van de contracteisen.
Vraag 10
Welke leveranciers, Ministeries en uitvoeringsorganisaties zullen deelnemen aan de
netwerkorganisaties?
Antwoord 10
De nog in te richten netwerkorganisatie Social Return start met deelname en capaciteit
van het Ministerie van BZK, SZW, EZK en BZ. De activiteiten, focus en inzet van de
netwerkorganisatie richt zich in deze fase uitsluitend op de top tien (grootste) leveranciers
van deze departementen en de categorieën die zij onder zich hebben.
Beschikbaarheid ondersteunende software binnen het Rijk
Tijdens het commissiedebat Participatiewet/Breed Offensief van 23 februari 2022 heeft
het lid De Kort (VVD) het signaal afgegeven dat bij realisatie van de banenafspraak
de ICT-voorzieningen van de rijksoverheid niet altijd optimaal zijn. Het klopt dat
de basisondersteuning door middel van toegankelijkheidssoftware niet altijd optimaal
is ingericht binnen de rijksoverheid. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om ondertiteling
en voorlees- of braillesoftware voor medewerkers met een fysieke of visuele beperking.
De noodzaak om te voldoen aan de eisen voor toegankelijkheid van het applicatielandschap
wordt Rijksbreed onderkend. Daar waar applicaties nog niet optimaal zijn voor specifieke
medewerkers wordt gezocht naar oplossingen.
Intranetten, extranetten en digitale documenten zoals pdf-bestanden vallen binnen
het toepassingsgebied van het Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid.
De noodzaak om te voldoen aan de toegankelijkheidseisen wordt Rijksbreed onderkend
en er zijn al verbetermaatregelen genomen.
Per rijksvoorziening wordt bekeken hoe aan de eisen kan worden voldaan en of extra
maatregelen moeten worden genomen. Voor het Rijksportaal zijn door de leverancier
inmiddels verbeteringen in de toegankelijkheid doorgevoerd. Naar verwachting wordt
eind 2023 volledig voldaan aan de toegankelijkheidseisen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.