Schriftelijke vragen : Betrokkenheid van het Lareb bij de coronavaccinatiecampagne
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over betrokkenheid van het Lareb bij de coronavaccinatiecampagne (ingezonden 10 november 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichtgeving met betrekking tot de betrokkenheid van het Lareb
bij de coronavaccinatiecampagne, naar aanleiding van recent openbaargemaakte WOB-verzoeken?1
Vraag 2
Hoe reflecteert u op de betrokkenheid van Agnes Kant, directeur van bijwerkingencentrum
Lareb, bij de Vaccinalliantie, die ten doel heeft de dalende vaccinatiebereidheid
te bestrijden? Op welke manier vindt u dat deze twee rollen te verenigen en te verantwoorden
zijn? Is hier geen sprake van belangenverstrengeling die ervoor zorgt dat de onafhankelijkheid
en onpartijdigheid van Kant en daarmee de functie van het Lareb in gevaar komt? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 3
Op welke manier wordt de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van het Lareb gewaarborgd
en blijft dit orgaan vrij van beïnvloeding en belangen van derden? Is mevrouw Kant
in haar rol als directeur wel of niet (direct) betrokken bij het beoordelen en registreren
van gemelde bijwerkingen bij het Lareb en hoe raakt dat aan haar werkzaamheden voor
de Vaccinatiealliantie, dat een contrasterend doel ten opzichte van dat van het Lareb
nastreeft? Indien mevrouw Kant direct betrokken is bij de registratie en beoordeling
van gemelde bijwerkingen, vindt u dan niet dat zij deze taak eigenlijk niet zou moeten
kunnen uitoefenen om alle (schijn van) belangenverstrengeling te voorkomen?
Vraag 4
Waarom moesten signaleringen van bijwerkingen van de coronavaccins eerst worden besproken
met «externe partijen», alvorens het Lareb deze zou publiceren? Wie zijn/waren die
«externe partijen» en wat is hun betrokkenheid en/of invloed bij de bijwerkingenregistratie,
beoordeling en publicatie daarvan precies? Moet het Lareb niet onafhankelijk van derden
alle bijwerkingen die worden gemeld registreren, beoordelen en openbaar maken?
Vraag 5
Weet u of deze «externe partijen» op enig moment (mede) hebben bepaald dat bepaalde
meldingen van bijwerkingen niet hoefden te worden geregistreerd/beoordeeld? Zo ja,
op basis van welke criteria hebben deze «externe partijen» die afweging gemaakt en
op welke manier? En door wie zijn die overwegingen onafhankelijk getoetst?
Vraag 6
Hoe wordt het oordeel van de Vaccinatiealliantie met betrekking tot de (afzonderlijke)
potentiële bijwerkingen van de coronavaccins door het Lareb gewogen? Welk gewicht
wordt hier door het Lareb aan gegeven en welke overwegingen en/of acties met betrekking
tot het registreren en beoordelen van meldingen zijn hier een gevolg van geweest?
Vraag 7
Hoe verhoudt zich het doel van het wegnemen van «onterechte ongerustheid» bij «vaccinweigeraars»
tot het doel van het objectief registreren en beoordelen van meldingen van bijwerkingen
bij het Lareb? Weegt het ene doel zwaarder dan het andere en zo ja, waarom en welke
afwegingen liggen hieraan ten grondslag?
Vraag 8
Kunt u aangeven of er bij het Lareb weleens sprake is geweest van het niet (volledig)
registreren en/of beoordelen van gemelde potentiële bijwerkingen en/of het nalaten
actie te ondernemen op een bepaalde potentiële bijwerking omdat dit eventueel de vaccinatiebereidheid
nadelig zou kunnen beïnvloeden? Zo ja, in welke gevallen is dat gebeurd en hoe werd
de afweging daarvoor gemaakt? Is hierbij een risico-analyse gemaakt en zo ja, kunt
u die toelichten?
Vraag 9
Waarom heeft het Lareb op 26 oktober 2020 een werksessie van de Vaccinalliantie begeleid,
die ten doel had onrust over bijwerkingen weg te nemen? Kunt u uitleggen waarom ervoor
gekozen is deze bijeenkomst door het Lareb te laten begeleiden, terwijl de kerntaak
van het Lareb juist is om alle (potentiële) bijwerkingen van vaccins te registreren
en te beoordelen en daarover objectief en onafhankelijk te communiceren naar de bevolking,
wat hypothetisch onrust over vaccins in de hand zou kunnen werken? Kunt u uitleggen
hoe deze twee zaken met elkaar te verenigen zijn zonder dat de kerntaak van het Lareb
daaronder komt te lijden? Waarom is specifiek gekozen voor het Lareb om deze bijeenkomst
begeleiden?
Vraag 10
Hoe reflecteert u op het feit dat de initiële inschatting van het Lareb met betrekking
tot het aantal meldingen van potentiële bijwerkingen van coronavaccinatie aanzienlijk
veel kleiner was dan het aantal meldingen dat in werkelijkheid inmiddels is gedaan?
Hoe kan het dat de geschatte berekeningen van het Lareb dusdanig veel blijken af te
wijken van de realiteit? Kunt u een analyse geven voor deze discrepantie? Welke conclusie
verbindt u hieraan met betrekking tot de vermeende veiligheid van de coronavaccins?
Is dit voor u reden om (opnieuw) grootschalig onderzoek te gaan/laten doen naar de
veiligheid en potentiële bijwerkingen van coronavaccinatie?
Vraag 11
Aangezien uit WOB-verzoeken blijkt dat leden van de Vaccinatiealliantie actief waren
in de Denktank Desinformatie, kunt u uiteenzetten of, hoe en in welke perso(o)n(en)
het Lareb ook betrokken was(ren) bij de Denktank Desinformatie? Klopt het dat twee
medewerkers van het Lareb deelnemen en/of hebben genomen aan de Denktank Desinformatie?
Zo ja, wat is hiervan de reden en met welke overwegingen heeft het Lareb hiervoor
medewerkers geleverd? Werd de Denktank Desinformatie geïnformeerd/gevoed door het
Lareb en/of andersom? Bent u van mening dat de onafhankelijkheid en neutraliteit van
het Lareb hiermee niet gecompromitteerd werd? Hoe werd (de schijn van) belangenverstrengeling
vermeden?
Vraag 12
Hoe verhoudt zich de betrokkenheid van techbedrijven zoals Google en Facebook bij
de Denktank Desinformatie tot eventuele betrokkenheid bij contact van deze bedrijven
met het Lareb? Is er contact geweest tussen deze partijen en zo ja, op welke manier,
met welk doel en waarin heeft dat contact geresulteerd? Is de doelstelling van deze
techbedrijven, namelijk het onderdrukken van «onwenselijke» informatie, van invloed
geweest op de werkzaamheden van het Lareb?
Vraag 13
Was/is – en zo ja op welke manier – het Lareb betrokken bij het «debunken» van kritische
en/of onwelgevallige informatie door burgers/(medische) professionals op sociale media?
Heeft het Lareb hiervoor bijvoorbeeld informatie verstrekt aan de Denktank Desinformatie
en/of het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en/of techbedrijven? Was
het Lareb onderdeel van de Whatsapp-groep waarmee leden van de Denktank Desinformatie
met elkaar in contact stonden en heeft de organisatie geholpen met de communicatiestrategie
en/of uitingen van leden van de Denktank Desinformatie in het publieke en sociale
domein? Zo ja, op welke manier?
Vraag 14
Kunt u uitleggen waarom uit WOB-verzoeken blijkt dat door het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport werd overwogen om vaccinatiegegevens centraal te registeren in combinatie
met burgerservicenummers (BSN), terwijl hiervoor door de betreffende personen geen
informed consent was gegeven en het project met betrekking de mogelijkheden voor een dergelijke registratie
op dat moment nog liep bij het Lareb en er hiervoor dus nog geen wettelijke grondslag
was? Waarom was het registreren van mensen middels hun BSN van dusdanig groot belang
dat het ministerie hiervoor bereid was de wet te omzeilen?
Vraag 15
Wat vindt u van het feit dat het Lareb in oktober 2020 heeft gepoogd grootschalig
onderzoek te starten naar zwangere vrouwen die zich lieten vaccineren, terwijl het
vaccineren van dezelfde doelgroep destijds werd afgeraden door Pfizer? Heeft uw departement
het Lareb op dat moment teruggefloten, aangezien ook het RIVM en de Gezondheidsraad
tegen het vaccineren van zwangere vrouwen adviseerden?
Vraag 16
Hoe reflecteert u op de door het Lareb aangeboden bijscholing voor huisartsen in september
2022, waarbij actief werd aangestuurd op het vergroten en cultiveren van de vaccinatiebereidheid?
Waarom heeft het Lareb een dergelijke doelstelling uitgedragen, terwijl haar kerntaak
is om objectief en neutraal te kijken naar potentiële bijwerkingen van vaccins, in
plaats van het aanprijzen/stimuleren ervan? Waarom hield het Lareb zich bezig met
het informeren/onderwijzen van huisartsen over desinformatie door/van patiënten en
de omgang met kritische patiënten? Wat voor soort informatie werd in dit geval geclassificeerd
als «desinformatie»? Kunt u verklaren op welke manier dit een bevoegdheid/expertise
is van het Lareb?
Indieners
-
Gericht aan
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.