Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over de desastreuze gevolgen van de hoge energieprijzen voor de sport
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Langdurige Zorg en Sport over de desastreuze gevolgen van de hoge energieprijzen voor de sport (ingezonden 9 september 2022 ).
Antwoord van Minister Helder (Langdurige Zorg en Sport) (ontvangen 4 november 2022)
         
Vraag 1
            
               Deelt u de grote zorgen over de explosie van de energiekosten voor sportverenigingen
               en sportondernemers, zoals zwembaden, ijsbanen en andere sportaanbieders?1, 2
Antwoord 1
            
Ik deel de zorgen over de stijgende energieprijzen en de gevolgen die dit kan hebben
               voor de sport.
            
Vraag 2
            
               Wat heeft u tot nu toe precies gedaan met deze zorgen, die er al veel langer zijn,
               maar zeker de laatste tijd zo urgent zijn geworden? Welke maatregelen heeft u al genomen
               en zijn deze naar uw mening voldoende en doeltreffend?3
Antwoord 2
            
In de afgelopen maanden heb ik veel gesproken met de sector, en heb ik het Mulier
               Instituut verzocht bij sportclubs en ondernemende sportaanbieders te inventariseren4 in welke mate zij te maken krijgen met de gevolgen van stijgende energielasten, en
               hoe zij dit denken op te vangen.
            
Ik heb allereerst extra ingezet op informatie over besparingen en op ondersteuning
               bij verduurzaming. Sportclubs en exploitanten krijgen besparingstips via de website
               www.duurzamesportsector.nl. Op de lange termijn is verduurzaming van de sport de belangrijkste oplossing om
               de kosten te drukken en minder afhankelijkheid te zijn van externe factoren als de
               energieprijs. Om die reden heb ik begin dit jaar financiering beschikbaar gesteld
               voor ontzorgingstrajecten om verduurzaming toegankelijk te maken voor sportclubs en
               accommodaties. Via het online platform www.sportnlgroen.nl kunnen sportclubs, gemeenten, sportbedrijven en exploitanten gratis professionele
               begeleiding inschakelen bij het verduurzamen van de accommodatie.
            
Deze ondersteuning helpt de sport om te besparen en te verduurzamen. Daarnaast kijk
               ik naar de invulling van de motie Mohandis c.s., die het kabinet oproept om de sportsector
               te ondersteunen om de gevolgen van hoge energieprijzen op te vangen. In de kamerbrief
               «Budgettaire impact APB» heeft het kabinet u geïnformeerd dat er uitvoering wordt
               gegeven aan de motie Heerma c.s. die oproept tot ondersteuning voor maatschappelijke
               voorzieningen zoals zwembaden en sportverenigingen. Daarnaast bent u geïnformeerd
               over de Tegemoetkoming Energie Kosten door de minister van Economische Zaken en Klimaat.
               Naar verwachting zal een groot deel van de energie-intensieve sportverenigingen en
               sportondernemers (waaronder zwembaden en ijsbanen) onder de TEK vallen. Vanwege de
               diversiteit van de sportsector wordt geïnventariseerd in hoeverre deze voldoende geholpen
               is middels de TEK regeling en waar eventueel aanvullende maatregelen nodig zijn. Beide
               uitwerkingen wil ik betrekken bij mijn antwoord op de motie Mohandis c.s.. Ik informeer
               uw Kamer daarover in november.
            
Vraag 3
            
Erkent u dat sport voor veel mensen onbetaalbaar dreigt te worden wanneer verenigingen
               en sportaanbieders zich genoodzaakt zien de prijzen van contributies, lidmaatschappen
               en toegangskaartjes fors te verhogen? Vindt u dat acceptabel?
            
Antwoord 3
            
Ik begrijp dat het ongewenst is dat verenigingen en sportaanbieders de prijzen verhogen
               om de stijgende kosten te kunnen dragen. Echter zie ik ook de gedeelde verantwoordelijkheid
               in het opvangen van de energiecrisis en hoe we hier als sportsector aan kunnen bijdragen.
               Ik vraag de sportsector om te kijken hoe de stijgende kosten kunnen worden opgevangen
               door energie te besparen en om, in overleg met leden, sponsoren en gemeenten, op zoek
               te gaan naar manieren om extra inkomsten te genereren. De maatregelen vanuit het kabinet
               om de koopkracht te versterken dragen verder bij om ook de sport zo toegankelijk mogelijk
               te houden. Bovendien kunnen minder energie-intensieve sportaanbieders profiteren van
               het ingestelde tariefplafond om zo de kostenstijging deels op te vangen. Aanvullend
               zal naar verwachting een groot deel van de energie-intensieve sportaanbieders binnen
               de Tegemoetkoming Energie Kosten regeling vallen waardoor de gestegen energielasten
               deels worden gecompenseerd.
            
Vraag 4
            
Deelt u de mening dat prijsstijgingen voor het sport- en beweegaanbod moeten worden
               voorkomen, omdat er nu al beweegarmoede is in Nederland en er nu al sprake is van
               tweedeling in de samenleving, en deelt u de mening dat voorkomen moet worden dat nog
               minder mensen voldoende bewegen met alle gevolgen (zoals ook hoge zorgkosten) van
               dien? Zo niet, waarom niet?
            
Antwoord 4
            
Het opvangen van de energiecrisis is een gedeelde verantwoordelijkheid, en ik wil
               samen met de sport, gemeenten en exploitanten kijken hoe de sportsector hier aan kan
               bijdragen. Ik vraag de sportsector om te kijken hoe de stijgende kosten kunnen worden
               opgevangen door energie te besparen en om, in overleg met leden, sponsoren en gemeenten,
               op zoek te gaan naar manieren om extra inkomsten te genereren. De maatregelen vanuit
               het kabinet om de koopkracht te versterken dragen verder bij om ook de sport zo toegankelijk
               mogelijk te houden. Bovendien kunnen minder energie-intensieve sportaanbieders profiteren
               van het ingestelde tariefplafond om zo de kostenstijging deels op te vangen. Aanvullend
               zal naar verwachting een groot deel van de energie-intensieve sportaanbieders binnen
               de Tegemoetkoming Energie Kosten regeling vallen waardoor de gestegen energielasten
               deels worden gecompenseerd.
            
Vraag 5 en 6
            
Erkent u dat zelfs een deel van het voortbestaan van een deel van de sportsector op
               het spel staat, nu zwembaden dreigen de deuren te moeten sluiten en schaatsbanen niet
               gaan openen in het winterseizoen omdat de kosten niet meer te dragen zijn? Vindt u
               dat acceptabel?
            
Deelt u de mening dat voorkomen moet worden dat veel mensen hun sport niet meer kunnen
               beoefenen omdat sportondernemers en verenigingen de energieprijzen niet meer kunnen
               dragen? Deelt u ook de mening dat niet ingrijpen zou betekenen dat kinderen niet meer
               leren zwemmen, mensen hun therapie niet meer kunnen volgen, ouderen bijvoorbeeld hun
               baantjes niet meer kunnen zwemmen en dat dit enorm schadelijk zou zijn voor de (zwem)veiligheid,
               het welzijn van mensen en uiteindelijk de hele samenleving?
            
Antwoord 5 en 6
            
Ik deel de mening dat het ongewenst is dat sportclubs en -aanbieders de deuren moeten
               sluiten of dat de financiële drempel om te sporten te hoog wordt. Om die reden roep
               ik de sportsector op om zelf te kijken naar mogelijkheden om de hogere kosten op te
               vangen, bijvoorbeeld door energie te besparen of op zoek te gaan naar manieren om
               extra inkomsten te genereren. Aangekondigde maatregelen vanuit het kabinet, zoals
               het tijdelijk prijsplafond voor kleinverbruikers, kunnen verder ondersteuning bieden
               om de sport zo toegankelijk mogelijk te houden. Energie-intensieve mkb’ers kunnen
               bovendien aanspraak maken op de subsidieregeling Tegemoetkoming Energiekosten. Naar
               verwachting zullen daar ook een groot deel van de energie-intensieve sportaanbieders,
               waaronder de zwembaden, aanspraak op kunnen maken om de gestegen energielasten deels
               te compenseren. Vanwege de diversiteit van de sportsector wordt geïnventariseerd in
               hoeverre ook de zwembaden voldoende geholpen zijn middels de TEK regeling en waar
               eventueel aanvullende maatregelen nodig zijn.
            
Vraag 7
            
Bent u bereid zo snel mogelijk een adequate compensatieregeling te treffen, zodat
               het sport- en beweegaanbod in Nederland intact blijft? Zo niet, waarom niet? Zo ja,
               hoe ziet die regeling er uit?
            
Antwoord 7
            
Om de veranderende situatie zo goed mogelijk in de gaten te houden blijf ik in gesprek
               met gemeenten en sportclubs en -aanbieders. De focus ligt hierin op hoe de sportsector
               zelf kostenstijgingen kan opvangen en hoe mijn ondersteuning en aanvullende maatregelen
               vanuit het kabinet hieraan kunnen bijdragen. Uw Kamer zal in november worden geïnformeerd
               over de uitwerking van de motie van het lid Pieter Heerma c.s., en ik zal u dan ook
               informeren over de wijze waarop het kabinet de gewijzigde motie van het lid Mohandis
               c.s. invult.
            
Vraag 8
            
Kunt u deze vragen ieder afzonderlijk, zo snel mogelijk en uiterlijk voor Prinsjesdag
               beantwoorden?
            
Antwoord 8
            
De problematiek van stijgende energielasten is sterk aan verandering onderhevig. Het
               kabinet heeft zich de afgelopen tijd ingezet om aanvullende maatregelen op te stellen
               zoals het energieplafond voor kleingebruikers en de tegemoetkoming Energie Kosten
               voor energie-intensief mkb. Hierbij is eerst gekeken hoe de sport hierop aan kan sluiten
               alvorens een goede inschatting te kunnen maken van de eventuele resterende benodigdheden
               voor de sport. Om deze reden was het niet mogelijk deze vragen voor Prinsjesdag adequaat
               te beantwoorden.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
