Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over de opzet en vraagstelling periodieke rapportage 'Vrede, Veiligheid en Duurzame Ontwikkeling' (Kamerstuk 34124-27)
34 124 Beleidsdoorlichting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Nr. 29
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 10 november 2022
De vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft een
aantal vragen voorgelegd aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
over de brief van 29 augustus 2022 inzake opzet en vraagstelling periodieke rapportage
«Vrede, Veiligheid en Duurzame Ontwikkeling» (Kamerstuk 34 124, nr. 27).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 24 oktober 2022. Vragen en
antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, Wuite
Adjunct-griffier van de commissie, De Mare
1
Kan er ingegaan worden op de reikwijdte van het begrip «lokale oplossing» en «lokaal»
in respectievelijk deelvraag 4 en bij de geïdentificeerde thema’s onder het kopje
«Afbakening»?
Antwoord: Ja, het begrip «lokaal» refereert aan nationale actoren uit de landen waarin internationale
interventies die Nederland steunt plaats vinden. Het begrip «lokale oplossing» refereert
aan oplossingen die worden gedreven en gedragen door die nationale actoren. Het kan
daarbij gaan om statelijke en niet statelijke actoren, op nationaal, regionaal en
lokaal niveau.
2
Hoeveel interviews worden voor het aanvullende onderzoek afgenomen en hoe worden personen
voor de interviews geselecteerd?
Antwoord: Het aantal interviews dat nodig is om invulling te geven aan de twee doelen van het
aanvullende onderzoek is niet van te voren vast te stellen. We gaan vooralsnog uit
van gesprekken met een tiental beleidsmakers, een vijftal academici/experts en een
tiental vertegenwoordigers van uitvoerende organisaties. Respondenten worden geselecteerd
op basis van hun kennis over betreffende thema’s en hun kennis over de wijze waarop
invulling is gegeven aan de aanbevelingen van de onderliggende evaluaties.
3
Kunnen personen die geïnterviewd worden tevens lid zijn van de externe referentiegroep?
Antwoord: Dat is mogelijk en niet ongebruikelijk. Op deze manier kan IOB hun kennis en ervaring
optimaal benutten. Het gaat zowel om de leden die betrokken zijn of waren bij de formulering
en uitvoering van het beleid, als om de onafhankelijke experts die vanwege hun materiekennis
zitting hebben in de referentiegroep.
4
Limiteren de onafhankelijke experts met betrekking tot de kwaliteitsborging zich tot
het vellen van een oordeel over de kwaliteit van de rapportage in formele zin of gaan
zij ook in op inhoudelijke kwesties?
Antwoord: De onafhankelijke experts in de referentiegroep adviseren m.b.t. de kwaliteit van
het onderzoek. Dit betreft methodologische keuzes en de volledigheid van de door IOB
geformuleerde inhoud. Bij periodieke rapportages stelt tenminste één van de (wetenschappelijke)
externe deskundigen uit de referentiegroep na vaststelling van de eindtekst een schriftelijke
verklaring op. Deze verklaring is een onafhankelijk oordeel over de totstandkoming
van de periodieke rapportage en de wijze waarop in het onderzoek de centrale vragen
zijn beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J. Wuite, voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
O.T. de Mare, adjunct-griffier