Schriftelijke vragen : Het bericht ‘Centrum tegen Kinderhandel slaat alarm: ‘Pa of ma soms pooier eigen kind’’
Schriftelijke vragen van de leden Kuik (CDA), Bikker (ChristenUnie) en Verkuijlen (VVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht «Centrum tegen Kinderhandel slaat alarm: «Pa of ma soms pooier eigen kind»» (ingezonden 20 oktober 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Centrum tegen Kinderhandel slaat alarm: «Pa of ma soms
pooier eigen kind»»?1 Bent u bekend met het rapport «Onzichtbare slachtoffers van mensenhandel in 2021»
van het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (CKM)?2
Vraag 2
Hoe duidt u dat de cijfers van het CKM laten zien dat het aantal meldingen van slachtoffers
van mensenhandel en uitbuiting stijgt, maar slachtoffers ook steeds jonger zijn (één
op de vijf < 15 jaar)?
Vraag 3
Welke verklaring(en) heeft u hiervoor? Komen de cijfers en ontwikkelingen van het
CKM overeen met de signalen die u zelf heeft?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het zeer verontrustend is dat één op de zes kinderen dat slachtoffer
is van mensenhandel door de eigen ouders wordt uitgebuit en deze groep kinderen niet
in beeld is bij hulpinstanties?
Vraag 5
Wat vindt u van de aanbevelingen die het CKM doet, zoals het investeren in specifieke
kennis over kwetsbare groepen, het versterken van de rol van anonieme online hulpverlening
en het investeren in onderzoek naar seksuele uitbuiting door ouders?
Vraag 6
Bent u bereid de aanbevelingen van het CKM over te nemen, zodat bijvoorbeeld laagdrempelige,
online hulpverlening structureel onderdeel wordt van de aanpak van mensenhandel? Indien
ja, op welke termijn? Indien nee, waarom niet?
Vraag 7
Wilt u toezeggen zo spoedig mogelijk met het CKM in gesprek te gaan over het onderzoek
en de aanbevelingen?
Vraag 8
Welke aanvullende maatregelen kunt u ondertussen nemen om de aller kwetsbaarste groepen
– die zich in uiterst onveilige situaties bevinden en in acuut gevaar verkeren – beter
in kaart te brengen, zodat hulpverleners sneller in actie kunnen komen? Zijn hier
nog lessen te leren uit het buitenland? Hoe staat het in dit kader met de uitwerking
van de motie-Kuik/Van der Graaf over het in beeld krijgen van de minst zichtbare slachtoffers
van mensenhandel en uitbuiting (Kamerstuk 35 570-VI, nr. 50?
Vraag 9
Hoe kan de politie volgens u effectiever en doelgerichter zoeken naar slachtoffers
van mensenhandel waarbij ouders betrokken zijn?
Vraag 10
Welke mogelijkheden zijn er om het strafrechtelijke proces richting daders te verbeteren?
Welke informatie is bekend over de meldings- en aangiftebereidheid en hoe vaak het
tot een veroordeling komt?
Vraag 11
In hoeverre bent u het eens met de stelling dat een nauwere samenwerking tussen politie,
zorgverleners en organisaties als Veilig Thuis nodig is voor de opsporing van daders
en de ondersteuning van slachtoffers?
Vraag 12
Hoezeer is bij daders van mensenhandel sprake van een combinatie van of samenloop
met andere vormen van criminaliteit, zoals drugssmokkel en illegale prostitutie? Hebt
u hier actuele gegevens van?
Vraag 13
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het binnenkort in te plannen debat over mensenhandel
en prostitutie?
Indieners
-
Gericht aan
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Indiener
A. Kuik, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
R. Verkuijlen, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Mirjam Bikker, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.