Schriftelijke vragen : Het bericht ‘VWS blijft dwangsommen betalen voor het niet openbaren Sywert-communicatie’
Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister voor Langdurige Zorg over het bericht «VWS blijft dwangsommen betalen voor het niet openbaren Sywert-communicatie» (ingezonden 13 oktober 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «VWS blijft dwangsommen betalen voor het niet
openbaren Sywert-communicatie»?1
Vraag 2
Kunt u uitleggen waarom u nog altijd niet kunt voldoen aan de uitspraak van de rechter
om de interne communicatie rondom de zogenaamde «Sywert-deal» vrij te geven?
Vraag 3
Hoe verhoudt zich de hinder die uw departement ondervindt van de overvraging van informatieverzoeken
met betrekking tot de coronapandemie, ten opzichte van de hinder die het Nederlandse
volk en de Kamer ondervindt van het gebrek aan openheid en transparantie van het kabinet
over de gemaakte beleidskeuzes met betrekking tot de coronapandemie in het algemeen
en de Sywert-deal in het bijzonder?
Vraag 4
Kunt u aangeven op welke absolute of relatieve weigeringsgronden u zich baseert om
de communicatie nog steeds niet vrij te geven? Kunt u een uitgebreide verklaring geven
met een uiteenzetting van de gronden met betrekking tot de betreffende communicatie?
Vraag 5
Bent u niet van mening dat het openbaar maken van deze communicatie het publieke belang
van een goede en democratische bestuursvoering dient?
Vraag 6
Kunt u uitleggen waarom van de communicatie die op dit moment wel al is verzameld
nog nader bepaald moet worden wat kan worden vrijgegeven en wat niet? Welke informatie
zou potentieel niet vrijgegeven kunnen worden en waarom niet? Welke afwegingen worden
daarbij gemaakt? Prevaleert het publieke belang van een goede en democratische bestuursvoering
hierbij (inmiddels) niet boven ieder ander belang?
Vraag 7
Aangezien er grote sommen gemeenschapsgeld gemoeid waren met de zogenaamde «Sywert-deal»,
bent u dan niet van mening dat het Nederlandse volk recht heeft op volledige en compleet
transparante verantwoording over en specificaties van deze deal?
Vraag 8
Reflecteert u inmiddels anders op de uitspraak die hoogleraar staatsrecht de heer
Voermans in juni jongstleden al deed, dat het weigeren deze communicatie vrij te geven
«in strijd met zowat alle openbaarheids- en archiefregels die we hebben» is? Bent
u inmiddels wel van mening dat het handelen van het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport in deze kwestie ernstig in strijd is met deze openbaarheids- en archiefregels?
Of bent u het eens met de uitspraken van ambtenaren van het Ministerie dat deze keuze
«juridisch verdedigbaar» is? Zo ja, kunt u dat dan verantwoorden?
Vraag 9
Hoe reflecteert u op het feit dat het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
inmiddels duizenden euro’s aan dwangsommen moet betalen, welke worden bekostigd middels
gemeenschapsgeld, waarmee de burger dus defacto zelf opdraait voor het feit dat hem
democratische bestuursvoering wordt ontzegd? Op welke manier vindt u dit te rechtvaardigen?
Vraag 10
Welk bedrag aan dwangsommen acht u nog redelijk om te moeten betalen voor het niet
vrijgeven van de betreffende communicatie? Zit er een maximum aan dit bedrag en welke
afwegingen liggen ten grondslag aan deze bepaling, met het oog op het daarmee gemoeide
gemeenschapsgeld?
Indieners
-
Gericht aan
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport -
Indiener
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.