Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over het bericht dat de justitiële samenwerking tussen Nederland en India niet goed verloopt
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat de justitiële samenwerking tussen Nederland en India niet goed verloopt (ingezonden 10 augustus 2022).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 23 september
2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 3820.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht waaruit blijkt dat de Nederlandse autoriteiten
geen voet aan de grond krijgen bij de Indiase autoriteiten, ook al weet de Nederlandse
justitie in de meeste gevallen exact waar de verdachten zitten?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 en 3
Kunt u uiteenzetten welke inspanningen de afgelopen jaren zijn geleverd om de justitiële
samenwerking tussen Nederland en India te bevorderen?
Bent u bereid meer te investeren in het organiseren van een goede justitiële samenwerking
tussen Nederland en India, bijvoorbeeld door een hernieuwd verdrag te tekenen met
concrete afspraken over een betere justitiële samenwerking, zoals België recent heeft
gedaan? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2 en 3
Internationale samenwerking bij de aanpak van (grensoverschrijdende) criminaliteit
is van groot belang, ook met India. Samen met de politie, het OM en het Ministerie
van Buitenlandse Zaken bekijk ik voortdurend op welke wijze de samenwerking met specifieke
landen kan worden verbeterd of geïntensiveerd. Ook het sluiten van bilaterale verdragen
op het gebied van justitiële samenwerking kan daartoe een middel zijn. Ten aanzien
van India geldt dat tijdens bilaterale consultaties in 2021 is gesproken over nadere
intensivering van justitiële samenwerking. Op dit moment worden de mogelijkheden daartoe
met de Indiase autoriteiten verkend.
Vraag 4
Werkt de Nederlandse justitiële keten op dit moment met zogeheten liaisons in India?
Zo ja, hoeveel zijn dit er en zou dit aantal niet uitgebreid moeten worden?
Antwoord 4
Liaisons zijn een waardevol instrument om de politiële en justitiële samenwerking
te stimuleren. Tegelijkertijd is liaisoncapaciteit een schaars en kostbaar goed. In
afstemming met mijn departement, het OM en uitvoeringspartners zoals de KMar besluit
de politie in welke landen liaisons het beste geplaatst kunnen worden.
Hierbij worden altijd meerdere criteria meegewogen, zoals de intensiteit van de internationale
criminaliteitsrelatie met het land of de regio en de aard en omvang van de rechtshulprelatie.
Deze integrale afweging heeft vooralsnog niet geleid tot het besluit om een politieliaison
in India te plaatsen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.