Schriftelijke vragen : Versnelling geothermie
Vragen van de leden Grinwis (ChristenUnie), Bontenbal (CDA), Erkens (VVD) en Valstar (VVD) aan de Minister voor Klimaat en Energie en de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over versnelling geothermie (ingezonden 19 september 2022).
Vraag 1
Deelt u de mening dat de noodzaak om van het aardgas af te komen groter is dan ooit,
en dat lopende aardwarmteprojecten niet spaak mogen lopen?
Vraag 2
Deelt u de mening van dat specifiek op warmte een versnelling moet komen op opschaling
van duurzame alternatieven, en dat deze zich alleen al daarop onderscheidt van andere
projecten binnen de SDE++? Waarom kan een uitzondering in verlenging van de realisatietermijn
voor geothermie in de nieuwe SDE-beschikking wél, maar is een uitzondering met terugwerkende
kracht volgens u niet mogelijk? (Kamerstuk 31 239, nr. 364) Bent u bereid, gezien de gascrisis, de motie-Grinwis/Erkens over maatwerkafspraken
voor bestaande geothermieprojecten alsnog uit te voeren? (Kamerstuk 31 239, nr. 357) Zo nee, kunt u aangeven hoe u dan wel gaat zorgen voor een maatwerkoplossing voor
deze projecten?
Vraag 3
Hoe staat het met de uitvoering van de motie-Grinwis/Erkens over het in het leven
roepen van een tijdelijke correctieregeling duurzame warmte? (Kamerstuk 29 023, nr. 322) Deelt u de zorg van de vragenstellers dat de duurzame warmtetransitie nog verder
achter dreigt te lopen door de huidige energiecrisis? Welke aanknopingspunten geeft
de huidige crisis om flexibeler om te gaan met de SDE-systematiek, aangezien een strikte
interpretatie reden was voor u om de motie te ontraden? Wat is uw reactie op het versnellingsplan
voor de geothermie richting 2030, gelanceerd en aangeboden op 15 september 2022? Hoe
gaat u het versnellingsplan verankeren in lange- en korte termijnbeleid voor geothermie
om zo de bijdrage van geothermie aan de warmtetransitie te optimaliseren?
Vraag 4
Hoe gaat u de kansen die de sector ziet voor versnelling en een grotere groei van
duurzame warmte in deze tijd van energiecrisis en afschaling van gas maximaal ondersteunen?
Bent u met de aardwarmtesector in gesprek over wat daar voor nodig is? Zo nee, bent
u bereid dit op korte termijn te doen? Welke mogelijkheden ziet u om, net zoals eerder
is gebeurd met gaswinning op zee, een iets andere benadering van de vergunningssystematiek
te kiezen om zo sneller aardwarmteprojecten in gebruik te nemen?
Vraag 5
Deelt u de mening dat reeds succesvolle aardwarmteprojecten op aanpalende locaties
een nieuwe bron moeten kunnen aanboren zonder daarbij het gehele vergunningstraject
opnieuw zouden moeten doorlopen?
Vraag 6
Wanneer verwacht u de uitwerking van een wettelijk kader voor het zogenaamde «uitkoelen»,
waarmee een grote bijdrage geleverd kan worden aan het besparen van aardgas? Kunt
u, gezien de urgentie van de energiecrisis en de noodzaak tot het besparen van gas,
binnen vier weken met een kader komen?
Vraag 7
Wanneer verwacht u een uitwerking van een wettelijk kader voor risico’s van aardwarmte
(zoals seismologie of restschade), welke door de Kamer is verzocht tijdens de plenaire
behandeling van Mijnbouwwet? Kunt u, gezien de urgentie van de energiecrisis en de
noodzaak tot het besparen van gas, binnen vier weken met een kader komen?
Vraag 8
Wanneer gaat u perspectief geven aan de glastuinbouw in Noord-Limburg voor wat betreft
de warmtevoorziening waar ze niet eens aan de slag mogen met aardwarmte? Kunt u binnen
vier weken met een brief daarover komen?
Indieners
-
Gericht aan
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat -
Gericht aan
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie -
Indiener
Pieter Grinwis, Kamerlid -
Medeindiener
Henri Bontenbal, Kamerlid -
Medeindiener
P.J. Valstar, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Silvio Erkens, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.