Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Alkaya over het artikel ‘Lidstaten saboteren toezicht op de honderden miljarden van het Europese coronaherstelfonds’ van Follow the Money
Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister van Financiën over het FTM artikel Lidstaten saboteren toezicht op de honderden miljarden van het Europese coronaherstelfonds (ingezonden 30 juni 2022).
Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 15 september 2022).
Vraag 1
Deelt u de conclusie van het artikel dat, terwijl de risico’s op fraude en corruptie
met EU-fondsen bovengemiddeld groot zijn, een aantal landen er alles aan doet om publiek
toezicht te vermijden?
Antwoord 1
De eisen ten aanzien van het publiek toezicht op de besteding van RRF-middelen zijn
vastgelegd in de RRF-verordening. De herstelplannen van lidstaten worden door de Europese
Commissie getoetst aan deze eisen. Een van de eisen in de verordening is dat lidstaten
in maatregelen voorzien om dubbelfinanciering, corruptie, fraude en belangenverstrengeling
te voorkomen, op te sporen en te corrigeren. Daartoe moeten zij audit- en controlesystemen
inrichten. De primaire verantwoordelijkheid voor de audit- en controle systemen en
een correcte implementatie van de RRF ligt bij de lidstaten zelf. Daarnaast is in
de RRF-verordening expliciet opgenomen dat lidstaten gedetailleerde informatie moeten
verzamelen over de eindbegunstigden, aannemers en onderaannemers en toegang tot deze
gegevens moeten verstrekken aan de Europese Commissie, de Europese Rekenkamer, de
Europese fraudebestrijder OLAF en indien noodzakelijk het Europees openbaar Ministerie,
opdat zij hun toezichtfunctie kunnen uitoefenen. Wanneer de Commissie ernstige onregelmatigheden,
dubbele financiering of een schending van de verplichtingen van de lidstaat vaststelt
en de lidstaat niet tijdig passende maatregelen heeft genomen om dergelijke onregelmatigheden
te corrigeren kan de Commissie een evenredig bedrag terugvorderen.
In het artikel van Follow the Money wordt ook ingegaan op onderhandelingen over de
RRF-verordening met betrekking tot transparantie. Nederland heeft zich tijdens de
onderhandelingen binnen de Raad ingezet voor zoveel mogelijk transparantie over de
besteding van RRF-middelen. Diverse andere lidstaten waren echter geen voorstander
van het verplicht gebruik van een centraal dataregister met informatie over eindbegunstigden,
waardoor dit niet in de Raadspositie is opgenomen. Ook na de onderhandelingen tussen
de Raad en het Europees Parlement is dit niet in de finale versie van de verordening
geland. In de praktijk is een centraal dataregister per lidstaat met informatie over
eindbegunstigden wel opgenomen in de Raadsuitvoeringsbesluiten waarmee de herstelplannen
van de lidstaten zijn goedgekeurd. Een dergelijk centraal dataregister maakt het mogelijk
dat de toezichthouders hun controlerende taken efficiënt kunnen uitvoeren. Besteding
van middelen wordt daarmee voor hen inzichtelijk in lijn met gegevens-eisen zoals
vastgesteld in artikel 22 van de RRF-verordening.
Het kabinet kijkt welwillend naar de publieke openbaring van gegevens, daarom wordt
op dit moment onderzocht of het openbaar maken van een eindbegunstigdenoverzicht mogelijk
is binnen de bestaande nationale en Europese regels met betrekking tot privacy. Uit
een eerste juridische analyse blijkt dat het publiceren van gegevens van begunstigden
op gespannen voet staat met de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) daar
een wettelijke grondslag voor openbaring ontbreekt. Naar verwachting zal het onderzoek
uiterlijk in het derde kwartaal van 2022 afgerond worden, waarna de resultaten met
de Tweede Kamer gedeeld zullen worden. Het kabinet wil een zorgvuldige afweging maken
voor wat betreft de publieke openbaring van de gegevens. Ik kan niet ingaan op de
beweegreden van andere lidstaten om gegevens over de eindbegunstigden al dan niet
openbaar te maken.
Vraag 2
Klopt het dat ondanks de inzet van het Europees Parlement al snel duidelijk werd dat
de lidstaten bij de verdeling van de RRF-gelden niet erg op transparantie zaten te
wachten?
Antwoord 2
Het antwoord op deze vraag maakt onderdeel uit van de beantwoording van vraag 1.
Vraag 3
Kunt u duidelijk maken bij bij wie de miljarden van het RRF fonds zijn beland, want nu is dat volstrekt onduidelijk,
dankzij de halsstarrigheid van de lidstaten aldus het ftm-artikel.1
Antwoord 3
Op grond van de RRF-verordening (artikel2 zijn lidstaten verplicht om gedetailleerde informatie te verzamelen over de eindbegunstigden,
aannemers en onderaannemers en de Europese Commissie, de Europese Rekenkamer, de Europese
fraudebestrijder OLAF en indien van toepassing het Europees Openbaar Ministerie toegang
tot de verzamelde gegevens te verstrekken. Op deze manier hebben de relevante organen
toegang tot de benodigde gegevens en kunnen zij hun controlerende taken uitvoeren.
Het kabinet heeft geen overzicht van de eindbegunstigden van RRF-middelen die andere
lidstaten ontvangen. Het is aan de lidstaten zelf om te besluiten informatie over
eindbegunstigden, passend binnen de nationaal en Europees geldende wet- en regelgeving,
openbaar te maken.
Vraag 4
Kunt u zeggen waarom sommige landen, waaronder Nederland, zich verschuilen achter
excuses zoals privacyregelgeving om (vooralsnog) geen openheid van zaken te willen
geven?
Antwoord 4
Ik kan niet ingaan op de redenen waarom andere lidstaten al dan niet besluiten om
gegevens over eindbegunstigden van RRF-middelen openbaar te maken. Het is verplicht
om aan de relevante organen toegang te verlenen tot de gegevens zoals aangegeven in
artikel 22 van de RRF-verordening. Het kabinet kijkt welwillend naar de publieke openbaring
van gegevens. De openbaring van gegevens rust niet op een Europees wettelijke grondslag,
het is aan respectievelijke regeringen om te kiezen voor een publieke openbaring van
gegevens. Voor Nederland speelt hierbij de afweging of de openbaring is voorzien in
bestaande subsidiekaders, in hoeverre (bestaande) financiering de afscherming van
gegevens vereist, wat de gevolgen voor de uitvoeringskosten zijn en in hoeverre er
wordt aangesloten bij bestaande structuurfondsen en regulier beleid omtrent openbaring
van financieringsstromen.
Vraag 5
Wat vindt u van het feit dat de Europese Rekenkamer zegt nog niet te weten hoe zij
straks de boekhouding kan controleren?
Antwoord 5
In de RRF-verordening is opgenomen dat lidstaten in het kader van audits en controles
verplicht zijn om gegevens van eindbegunstigden te verzamelen. Dit betreft de naam,
de naam van de aannemer of onderaannemer, persoonsgegevens van de eindontvanger of
aannemer en een lijst van maatregelen voor de implementatie van investerings- en hervormingsprojecten
samen met de totale publieke financiering van deze maatregelen en een indicatie van
het bedrag dat uit de RRF en andere EU-fondsen is betaald. De Europese Rekenkamer
heeft toegang tot deze verzamelde gegevens.
De Europese Rekenkamer heeft jarenlang ervaring in het auditen van de structuurfondsen
en besteding van Europese middelen. Het RRF is een nieuw instrument dat op dit moment
voor veel lidstaten nog volledig geïmplementeerd dient te worden. Hoe de Europese
Rekenkamer exact de auditstrategie zal vormgeven zal mede afhangen van de modaliteiten
van de implementatie en is – gegeven de omvang en de aard van het instrument – een
uitdagende taak. Desalniettemin, heb ik alle vertrouwen dat de Europese Rekenkamer
rechtmatige besteding van Europese middelen uitstekend zal controleren gedurende de
implementatie van het RRF.
Vraag 6
Heeft Macron gelijk als hij zegt «Alle stimuleringspakketten zouden beschikbaar moeten
zijn in open systemen, zodat burgers het geld kunnen volgen, en om verspilling en
corruptie te voorkomen.»?
Antwoord 6
Nederland heeft zich tijdens de onderhandelingen over de RRF-verordening ingezet voor
transparantie met betrekking tot de besteding van de RRF-middelen. Het kabinet kijkt
welwillend naar de publieke openbaring van gegevens. Overwegingen als privacy, rechtsbescherming
en uitvoering zijn onderdeel van de afwegingen om informatie publiek te maken. Dit
geldt voor alle begrotingsposten en daarmee ook voor de besteding van RRF-middelen.
Ik wijs er graag nogmaals op dat, zoals in het antwoord op de eerste vraag is aangegeven,
in de RRF-verordening het toezicht van de lidstaten zelf en van meerdere Europese
instanties is voorzien om dubbele financiering, corruptie, fraude en belangenverstrengeling
te voorkomen.
Vraag 7
Kunt u onderschrijven dat de informatie uitsluitend kan worden achterhaald via de
moeizame weg van een wob-verzoek?
Antwoord 7
De Europese Commissie, de Europese Rekenkamer, OLAF en indien nodig het Europees Openbaar
Ministerie hebben toegang tot de informatie ten behoeve van hun toezichthoudende taken.
Waar informatie over de besteding van RRF-middelen niet op voorhand openbaar is gemaakt,
staat het eenieder vrij om via een Woo-verzoek tot openbaarmaking te verzoeken. Wel
kunnen er diverse redenen zijn waarom bepaalde informatie alsnog niet openbaar gemaakt
kan worden. Deze redenen worden in de Wet open overheid genoemd en zullen ook spelen
bij het nader onderzoek over openbaring van gegevens dat in het derde kwartaal 2022
met de Kamer zal worden gedeeld. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan informatie
die raakt aan de persoonlijke levenssfeer, bedrijfs- en fabricatiegegevens en het
goed functioneren van de Staat. Het indienen van een woo-verzoek betekent dus niet
automatisch dat de informatie over eindbegunstigden publiek openbaar kan worden gemaakt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.